«EHEEXTE a BET MROSDISSEWT Sffl. L© I I I J No. 34. VIE R-E N-V EERTIGSTE J R G A N G. ,lll me, I )lad zijg J'1 4 Z A T E It I V Q7 A P K1L. U I T DE PERS. Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franc» in te zenden. ADVERTENT1ËN van 1 tot 4 regels,gewone letter, 40 Cento, Voor eiken regel meer 7’/s Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. den ovor* BEKENDMAKING. VERGUNNINGEN DRANKWET. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, brengen tér kennis van belang de de left in» I uil •sl Jifl ch c- Hierbij teekent de 'lijd aau, dat die meerdere weg valt rij kssubsidie te van personeel KENNISGEVING. BURGEMEESTER en W ETHOUDERS der gemeente Sneek brengen onder de aandacht van degenen, die gedurende het jaar 1888 iets voor de gemeente hebben verricht of aan haar geleverd, dat hunne pretentiën, voor zoover ze niet vóór of op 30 Juni e. k. zijn ingeleverd, moeten worden gehouden voor verjaard en vernietigd, volgens art. 228 der gemeentewet, in verband met de wet van 8 November 1815 (Staatsblad no. 51). Sneek den 26 April 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretris. te hunnen aanzien bestonden dat eindelijk een ieder, die gemeente niet geboren is, wordt zich tijdig van eene geboorteakte en zich alzoo van zijnen juisten verzekeren, ten einde de inschrijving naar be- hooren geschiede en hij alzoo niet kome te vallen in de straf by het aangehaald artikel 9 bepaald Sneek den 26 April 1889. Burgemeester en Wethouder^ voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. De Arnh. Ut. betoogt nogmaals dat bij de Provinciale verkiezingen, welke voor de deur staan, niet de algemeene politiek den doorslag behoort te geven maar wel ter dege het pro vinciaal belang. Daaruit volgt intussohen niet dat de liberalen hunnerzijds verplicht zijn alleen op het plaatseljjk belang der verkiezing te letten als de tegenpartij het politiek belang op den voorgrond stelt. Zoo dom zullen zij niet zijn. Brengt de tegenpartij den strijd bij de verkie zingen van 14 Mei op zuiver politiek terrein over, de liberalen durven dien strjjd even goed aan als in Maart 1888. „Wij vreezen den uitslag niet* aldus be sluit het blad zijn beschouwing „al moesten alle liberale candidate!! geslagen worden wij hopen dat geen enkele liberale kiesvereeniging in geen enkel district zich aan den strijd zal onttrekken, of zich zelf machteloos maken door het overnemen van anti-liberale candidaten, af tredend of niet, al geschiedde het om do kansen van een aftredend geestverwant te verbeteren. Ook wij zullen gaarne getuigen dat, indien de strijd op dezen voet van tegenovergestelde poli tieke partijen wordt gestreden en onze partij in de meeste provinciën de zegepraal behaalde, zoodat ettelijke uit het oogpunt van de provinciale belangen verdienstelijke Statenleden uitvielen, wij dat oprecht zullen betreurenmaar dit is nu eenmaal zoo. Indien de beste anti-liberale leden der Provinciale Staten door eigen vrienden niet hooger noch beter worden geacht dan als stemmaenines, bestemd om de Eerste Kamer ter wille van het partijbelang te veranderen, dan i 1 maar ging er niet toe over om den schoolstrijd zal blijken, dat er tijdens de verzuimde inschrij ving, geene redenen tot uitsluiting of vrijstelling binnen deze aangemaand, te vootzien, ouderdom te gewoon verblijf houden of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, tot de inschrijving verplicht zijn binnen die gemeente, alwaar eene dienstdoende Schutterij aanwezig is dat de registers ter inschrijving van af 15 Mei tot l Juni e. k. zijn geopend en dat allen, die bevonden worden, zich alsdan niet te hebben doen inschrijven, volgens art. 9 der wet op de Schutterijen, door het Gemeentebestuur ambts halve zullen worden ingeschreven en door den Schuttersraad tot eene geldboete worden verwezen, terwijl zij bovendien zonder loting bij de Schutterij zullen worden ingelijfd, indien het vrijheid voor het grootste gedeelte indieu de bijzondere school, om genieten, aan dezelfde eisehen moet voldoen als de openbare. Toch meent het blad, vooral ter wille van de stabiliteit, het denkbeeld: bijdrage alleen van den staat, te Mei 1819 (Staatsblad nu. 34) vervallen in eene boete van 115. 1 of de beeldmiddelen van hun bestaan; hebbenden, dat’de afschriften der vergunning tot Verkoop van sterken drank in net klem, dienst 1889/90 aan den Gemeente-ontvanger zijn toe- I gezonden en aldaar tegen betaling van het verschuldigde recht vóór den len Mei e. k. moeten worden afgehaald, Sneek, den 18 April 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. B E K E N D M A K I N G. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, brengen ter kennis van de ingezetenen 1°. dat de uitreiking der biljetten en decla- ratoiren voor de beschrijving van de personeele belasting en het patentrecht, over het dienstjaar 1889/90 zal plaats hebben in de maand Mei dezes jaars en wel op den 13en dier maand tn dat met de weder-inzameling daarvan acht dagen daarna een aanvang zal worden gemaakt; 2°. dat evenwel hiervan zijn uitgezonderd de patentptlichtigen, vermeld onder nos. 3740 van tabel 14 der Wet van 21 Mei 1819 (Staats blad no. 34) zijnde slijters in wijnen, dranken en likeuren in ’t klein, tappers, kroeghouders en koffiehuishouders, aan welke door de ontvan gers, dadelijk na den ingang van het dienstjaar, dat is op den eersten Mei aanstaande, een declaratoir zal worden bezorgd, hetwelk, na verloop van drie dagen, van hen weder zal worden afgehaald 3°. dat degenen, welke, bij het aanbieden of bezorgen der biljetten of verklaringen, of ook bij het terughalen ervan, mochten zijn voorbij gegaan of overgeslagen, zich in geen geval op zoodanig verzuim mogen beroepen, maar inte gendeel gehouden zijn, de vereischte en behoorlijk ingevulde verklaringen, voor of uiterlijk op den 31 Mei e. k.in te dienen ten kantore van den Oatvanger, alwaar de biljetten ter invulling eteeds verkrijgbaar zijn 4®. dat de patent-plichtigen van de tabellen 7 en 16 (zijnde kramers, vreemde kooplieden en schippers of gezagvoerders van vaartuigen, zoomede de debitanten van loterij-briefjes, voor zooveel zij hun beroep niet voor het eerst uitoefenen) ter bekoming van patent, aangiftt behooien te doen ter Secretarie dezer gemeente, en voor de expiratie van den termijn voor de ophaling der gewone declaratoiren van patent bepaald 5°. dat, voor de sub 4° gemelde patent- schuldigen, op vertoon van de quitantie van de betaalde rechten, uitgezonderd degenen, welke hun aanslag bij termijnen kunnen betalen, aau welke zonder vertoon van quitantie het patent kan worden afgegeven, de patenten dadelijk verkrijgbaar zijnworden de patentplichtigen, vermeld onder no. 3740 van tabel 14, bij deze tevens opmerkzaam gemaakt, dat het patent overeenkomstig art. 2 der Wet van den 24 April 1843 ^Staatsblad no. 16), niet aan het mag worden afgegeven, dan nadat zij de helft van hunnen aanslag voor het dienstjaar hebben betaald, en het verschuldigde van het vooraf gaande jaar ten volle zal zijn aangezuiverd, terwijl zij bovendien, wauneer zij in gebreke blijven de patenten af te halen, telkens dat zij de vereischte patenten, of afschriften van die aan de bevoegde Ambtenaren niet kunnen ver- toonen, volgens art. 21 1 der Wet van den dat zij, die in meer dan éene gemeente hun tegenover de kiezers zou hebben te verontschul* digen over „onvermijdelijke bezwaren* en ovef het „lijden van zekere belangen,* aan hot vervangen van de Statenleden van een bepaalde richting verbonden. Wij zouden ons gewetöh niet behoeven te stillen met de spreuk der ra deloosheid wat het zwaarste is, moet liet zwaarste wegen wetende dat met de bevorde- ring van de belangen onzer patij, de belangen der provinciën zelve en die van een regelmatig beheer zeer goed samengaat.* De ingenomenheid, door de •meeste organen der vereenigde rechterzijde aan den dag gelegd voor het nieuwe schoolwetsontwerp, belet niet dat zij op onderscheiden punten wijzigingen weusci e- lijk achten, wijzigingen die de wet nujhistniefi doeltreffender zullen maken voor het onderwjjs. De Tijd wijst in de eerste plaats op de Vrij belangrijke vermeerdering die het aantal onder* wjjzers op de bijzondere scholen zal mooted ondergaan, wil men recht krijgen op de rijks* bijdragen. Over het geheele land zouden daartoe nog 84Ü onderwijzers en onderwijzeressen moeten worden aangesteld. Rekent men ze door elkander op f500 per hoofd, dan gaat de helft der toe te kennen subsidie f862,000 is het cijfer door den minister geraamd voor het geheel met deze verhooging heen. Gelukkig is dit cijfer niet geheel juist, daar bij de berekening een tabel is gevolgd die het aantal schoolgaande kinderen vermeldt op 2 Jan. ’88, de tijd van het drukste schoolbezoek, terwijl het nieuwe ontwerp het gemiddeld aantal kinderen noemt dat op den laatsten dag der vier kwartalen als werkeljjk schoolgaande bekend is. Voorts is een ruime overgangstijd gegeven van acht jaar. Over het geheel intusschen is het aantal onder wijzers op de katholieke scholen grooterdanop de protestantsche bijzondere scholen en zullen deze laatste voor meer aanvulling hebben te zorgen. Dat de gemeentescholen wèl subsidie erlangen voor den schoolbouw en de bijzondere niet, is een onbillijkheid, maar de Tijd erkent dat het moeilpk anders kan wijl de waarborg ontbreekt dat de bijzondere vereenigingen die de scholen oprichten en exploiteeren, bij voortduring de gebouwen voor het oorspronkelijk doel zullen aanwenden. Men zou echter tegenover het nadeel in deze door het bijzonder onderwijs te lijden, eenige vergoeding kunnen geven. Men kon b.v. schrappen de verplichting, dat op talrijk bezochte scholen twee of drie onderwijzers den hooidonderwijzersrang moeten bezitten; dat de onderwijzers en onderwijzeressen, die uitsluitend onderwijs geven in een der vakken, genoemd in art. 2 der schoolwet it (vreemde talen, hand* werken, wiskunde, enz.) bij de berekening van het vereischte personeel niet worden meegeteid, enz. Het verbod tot het subsidieeren der bijzondere niet neutrale scholen door de gemeente, wordt door de Tijd gebillijkt. De regeering aarzelde hier. Zij erkende dat er uit een oogpunt van rechtsgelijkheid veel voor te zeggen zou zijn, J niet in den boezem der gemeente over te bren gen. Minderheden in een gemeente zouden weinig kans hebben om tot haar recht te komen, terwijl de bijzondere school om haar grootere vrjjheid een voordeel boven de openbare geniet. 6n. Dat ingevolge art. 29 2 der Wet op het personeel van 29 Maart 1833 (Staatsblad no. 4) tot tegenschatters dezer gemeente zijn benoemd: BERNARDUS de_ JONG1I, PIE- Wordende den ingezetenen voorts indachtig gemaakt op de wijzigingen, welke een der vrijstellingen van vrouwelijke dienstboden bij art. 5 der Wet van 9 April 1869 (Staatsblad no. 59) hebben ondergaan, en op die, welke in de twee eerste paragrafen van aft. 27 der Wet van 29 Maart 1833 (Staatsblad no. 4) bij art. 7 der zelfde Wet van 1869 zij tl gebracht, waaromtrent de uit te reiken beschrijvingsbil- jetten de noodige inlichtingen zulleh bevatten, voorts, dat bij de bezwaarschriften, ingevolge art. 1 der Wet van 4 April 1870 (Staatsblad no. 60) een duplicaat van het aanslagbiljet, ’t welk tegen betaling van vijf cent bij Ontvanger verkrijgbaar is, moet worden gelegd. Sneek, den 23 April 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretris. BEKEN D MAKIN G. S C II U T T E R IJ. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek roepen bij deze opalle manspersonen, binnen deze gemeente woonachtig, die op den 1 Januari 1889 hun 25e jaar waren ingetreden en mitsdien allen, die geboren zijn in het jaar 1864 om zich voor den Schutterlijken dienst te doen inschrijven, zullende daartoe ter Secre tarie dezer gemeente worden gevaceerd Woens dag 15 Mei 1889, den morg. vut: 9—10 uur voor die van Wijk 1, 2, 3, 4 eu 5 Verder wordt ter kennis van belanghebbenden gebracht dat diegenen, welke vroeger in andere ge meenten ingeschreven, sedert de inschrijving van het vorige jaar binnen deze gemeente zijn komen wonen, zich insgelijks op dien dag zullen moeten laten inschrijven, in het register, loopende over een der jaren 1855 tot en met 1863, waartoe zij volgens hun ouderdom behooren dat een ieder, hetzij hij al of niet vermeent tot de vrijgestelden of uitgeslotenen te behooren, tot deze inschrijving verplicht is; dat voor ingezetenen worden gehouden alle Nederlanders, alhier hun gewoon verblijf hou dende, alsmede alle vreemdelingen, binnen deze gemeente woonachtig, welke hun voornemen, om zich binnen het Rijk te vestigen, zullen hebben aau den dag gelegd, hetzij door eene uitdruk kelijke verklaring, hetzij door het werkelijk overbrengen van den zetel van hun vermogen moeten wij deze schatting aanvaarden en ons door ons eigen beter oordeel over hunne ver diensten niet laten verleiden tot het weigeren van den strijd, die ons aangeboden, ja eigenlijk opgedrongen wordt. En op ons standpunt staan wij sterker dan de tegenpartij zich blijkbaar gevoelt. Want grootspraak is het niet, dat er genoeg degelijke, bekwame, met de plaatselijke en gewestelijke belangen evenzeer als met de bijzonderheden van ’stands bestuur vertrouwde mannen in de gelederen der liberale partij ge vonden worden, die nieuwe zetels in de Prov. Staten kunnen bezetten, zonder dat men zich SHEERER 01KAD snows- h irnmni-iiui) m bi: BS8— 3 4 1 11 i« ir VAN DER STEELE en NOLKE PETRUS MOLENAAR, allen wonende te Sneek n a n 10—11 w n 6, 7, 8, 9 en 10 H-12 II, 12, 13, 14 eu 15 12- 1 „16, 17. 1». 19 en 20

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1889 | | pagina 1