«KITE HI BET IMMffl Sfflt mums n idimim-iilw im »t II No. 70. 1889. VIE R-E N-V EERT1GSTE J N a 0. er I >e3> Z JVTE It A. C* QI 15 T 15 ]>I 13 15 R, o. zaken I eu U I T DE PER 3. eel *9 t. am ADVERTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7 */a Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. I: 1- Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden 11.franco per post f 1.25. Alle brieven en stukken, uitgave el redactie betreffende, franco in te zenden* le l a Ijl 11. !I1 ie 1 le 1 ir. 1 I At t i f le >u BINNENLAND. n 12 t ItldlW'WxliUW 0, 0. 0. Zij, die zich met 1 October op ons blad abonneeren, ontvangen 15 10 5 5 ir )0 kleu«’ had] borst] t deil stisehJ ieilda in m le ir m 12 6 27 15 or 36 or 56 or 11 er 20 ur a 53 1 r b L O e s» m sn >P IQ J 1. W it n n 00 I icr ui, do tal lie bij huil I vaal daar’ ver* baar manto n 2 a S1’ K K k K1 COURANT. Bij Koninklijk besluit is, voor het tijdperk der tegenwoordige zitting, tot voorzitter van de Tweede Kamer benoemd jhr. inr. G. J. Th. Beelmrts van Blokland. fe prei moiiiöj iep zij lo. 0. f lo. 0. 0, .n do n do K den. wine ■ens zou laai zou .en! ■eek ■ren. hetl ven da VERGADERING. van dek Gemeenteraad van Sneek, op Zaterdag den 21 Sept. 1889, ’s namidd. 7 uur. Punten van behandeling: 1. Resumtie der notulen. 2. Mededetling van iugekomen stukken enz. 3. Adressen betrekkelijk het houden van veemarkt op Maandag. 4. Voorstel tot conversie der gemeenteschuld. Bij deze Courant behoort als bijblad Feuil- leton-nummer 45. christelijke zielezorg eenige gewaagde proeven te hebben geleverd, schijnt de minister van koloniën voor de derde troonrede niets anders i van tevredenheid over den j onder zijn bestuur.® i Het blad vergelijkt de troonrede met het program van actie, de zedelijke grondslag van i het ministerie, en komt dan tot de ontdekking, dat daarvan in de rede nauw lijks een weerklank Een burgemeester, die in korten tijd vele inwoners zijner gemeente naar Noord-Amerika heeft zien vertrekken, wijst in het ïV. p. d. D. op de droogmaking der Zuiderzee als een middel tot werkverschaffing op groote schaal. Hij wil de Zuiderzee vereeniging aan geld helpen, door op alle scholen een inzameling te doen houden. „Als het geld voor den arbeid der Zuiderzee- vereeniging moet komen van de spaarduiten onzer kinderen en niet van het geld onzer kapi talisten, dan vreezeu wij dat die arbeid niet snel zal vorderen®, merkt het U. D. naar aanlei ding hiervan op. Door den minister van binnenlandscho zaken zijn voorschriften vastgesteld voor de zevende lOjaarlijksche volkstelling (1889—93.) Do hier aan verbonden werkzaamheden zijn veel uitge- breider dan in 1879 niet het minst tenge volge van het veranderd systeem, dat thans voor ieder lid van een huisgezin eene afzonder lijke kaart moet worden ingevuld, terwijl vroeger biljetten werden atgegeven, waarop het geheele gezin in volgorde werd vermeld. Thans zijn niet minder dan 11 verschillende modellen ontworpen, nl.model A (wit), kaart voor eenen manmodel B (bruin), kaart voor eene vrouw model C (groen), kaart voor eenen tijdelijk aanwezigen man model D (rood), kaart voor eene tijdelyk aanwezige vrouwmodel E, Verzamelkaart voor het hoofd van een gezin model F, Verzamelkaart voor een afzonderlijk levend persoonmodel G, Verzamelkaart voor bestuurders van geöouwen, gestichten instellingen of schepenmodel Hontvangbewijs voor schippersmodel I, biljet voor opgave van het aantal personen ia gebouwen, gestichten of schepen; model K, register voor eiken volks- teller, bevattende tevens zijn instructie, en model L, staat van huizen en schepen. Bij de inrichting van het onderwijs zou steeds de vraag op den voorgrond moeten staan welke kennis is voor den landbouwer noodzakelijk om zijn bedrijf naar behooren te kunnen uitoefenen Na een opsomming van de onderwerpen, over welke het onderwijs zich sou hebben uit te strekken, verdedigt de schrijver nader het recht van bestaan van de door hom gewenschte instellingen, die z. i. zouden gesticht moeten worden door particulieren, maatschappijen en gemeentebesturen, met subsidie van den staat en de provincie. Aan het hoofd zou iemand geplaatst moeten worden, die blijken heeft gegeven van de theorie van den landbouw op de hoogte te zijn en tevens een goed begrip te hebben van do eischen der praktijk. Zij zouden moeten ver rijzen in een streek, waar eenige goed gedreven boerderijen worden gevonden, liefst tevens in de buurt van eon boter- of kaasfabriek. Do kosten van oprichting raamt hij op onge veer f 8000 de jaarljksche kosten op ongeveer f 2520. Ieder der twee klassen zoude ten hoogste 10 leerlingen mogen bevatten. Het schoolgeld zou f80 bedragen. Bij gemiddeld 16 leerlingen zou er dus f 1280 per jaar ont vangen worden, zoodat er een tekort van f 1240 ’s jaars zou te dekken zijn. Rekent men op een subsidie van f 1000 ’s jaars van den staat, dan zou door de gemeente of door particulieren of corporaties eea som van f210 per jaar moeton bijgepast worden. doctor toegezegd een wetsvoorstel „tot regeling van den verplichten krijgsdienst®. Uit deze woorden kan men nog niet met zekerheid besluiten, dat het ontwerp zal berusten op het beginsel van den persoonlijken, dienstplicht, met afschaffing van plaatsvervanging en num- merverwisseling. Het is echter zeer waarschijnlijk, dat inderdaad aldus de grondslag zal zijn der toegezegde regeling. Men meent dit te mogen opmaken uit een artikel, dat de Standaard Woensdag aan het vraagstuk der landsverdediging heeft gewijd, en waarin het antir. orgaan ook de politieke zijde van het vraagstuk onder de oogen ziet Het gaat uit van de stelling, dut bij de nationale defensie met de nationale wenschen rekening moet worden gehouden, ook met die van dat deel der natie, dut zich tegen persoonlijken dienstplicht heeft verklaard. Ging van dat deel der natie een oplossing uit, waardoor onze verdediging tea minste even goed verzekerd was, dan ware het plicht daaraan de voorkeur te geven. Tot dusver bleef zulk een voorslag echter uit en de Standaard vreest dat hij niet zal komen. Het is immers geen uitsluitend Nederlaudsoh vraagstuk en bestond er een andere deugdelijke oplossing, dan zou ze wel reeds elders zijn gevon den. Staat men voor de keus om öf onze verde diging niet naar eisch te geven, öf te handelen tegen den wensch van een deel onzer bevolking, dan moet het laatste gekozen worden. „Het landsbehoud gaat boven al.® De Stand, is wel beducht voor de gevolgen, welke deze keus hebben kan, nu het verzet komt van een deel der katholieke partij, met welker steun het tegenwoordig Kabinet is opge treden, zoodat „hieruit verwarring in de politieke gelederen geboren zou worden® maar die gevolgen zul men hebben te dragen. Het blad verwacht echter van de wederzijdsche partijen, „dat zij het Kabinet bij deze zware taak steunen zullen door eene welwillendheid, die in vaderlandsliefde haar bezieling en slechts in onwrikbare, welgewikte overtuiging haar grens vindt.® Men behoort aan de tegenstanders alles toe te geven wat zonder gevaar voor het vaderland kan toegegeven worden, en hunnerzijds zijn de tegenstanders verplicht tot opbouwende critiek door het leveren van een anderen voorslag zoo eindigt de Standaard die, zooals wij zagen, aan de deugdelijkheid van zulk een voorslag niet gelooft. Hoe dat zij, de opmerkingen van de Standaard zijn zeer belangrijk, vooral omdat zij schijnen te beteekenen dat het Regeeringsvoorstel, even als het verslag der staatscommissie, den per soonlijken dienstplicht tot grondslag zal hebben. In het jongste nummer van de Economist schrijft de heer F. B. Löhnis uit Frederiksoord over vakscholen voor den landbouw. Hij wenscht scholen voor den landbouw in zijn geheelen omvang, welk doel z. i. kan bereikt worden, als men de eiscuen niet al te hoog stelt. De praktijk moet nommer één blijven, want de bedoelde scholen moeten bestemd zijn voor dat groote aantal landbouwers, die wel genegen zijn eenige onkosten voor de opvoeding Runner kinderen te maken, doch die hunne zoons niet lang uit hun bedrijf willen missen, en die rekening moeten houden met de beurs. De cursus zou daarom niet langer mogen zijn dan 2 jaren, en de kosten niet boven de f 300 of f 350 's jaars (met inbegrip van voeding en huisvesting.) Den minimum leeftijd van toelating zou de schrijver willen stellen op 16 jaren. De openingsrede geeft bijna alle bladen aan leiding te wijzen op de breedo lijst van zaken, die ter behandeling of afdoening worden aange kondigd. De N. R. C. het Hand., de lijd, ’t A. v. d. 1) de Zutf. Cl., zij wijzen er allen op, sommige met groote ingenomenheid, andere met een spotachtig glimlachje en de waarschu wing tegen het bekende „veel beloven en weinig gei en.® Üp het zwijgen van den heer Keuchenius over zijn plannen, wordt door 't Hand, gewezen. „Alleen de heer Keuchenius belooft niets behalve de zeer gewenschte opbeuring van Suriname. Voor Nederlaudsch-lndie echter bljft alles bij het oude. De koloniale paragrafen bevatten slechts een stukje koloniale geschiedenis. Maar waar blijven de hervormingen, die al voor anderhalf jaar beloofd zijn Wanneer verschij neu de voorstellen over comptabiliteit, over het mijnwezen, het regecringsreglement? Hoever is du koffie enquête gevorderd? Wat gebeurt er niet de opiumpacht, met de bevloeiingswerken, met de spoorwegen?® Dit zwijgen heeft ook de aandacht van de lijd I getrokken. „De verklaring moet ons van het I halt zegt het blad dat hot ons ook bij Let lezen der openingsrede heeft teleurgesteld, niet meer blijken van werkzaamheid te ontmoeten vaiï den tegenwoordigen minister van koloniën, i Een paar o. i. zeer optimistisch gekleurde vol- zinnen omtrent den toestand ia A'jeh en een zeer onbepaalde toezegging van maatregelen tot opliefhng der kolome tiuriuame uit den toestand van steeds toenemend verval, ziehier alles, 1 waarmede wij ons by de openingsrede van dit jaar moeten tevreden stellen. Ook in de sluitiugs- reue viel ten opzicute van tot stand gekomen wetten of nieuwe organisation op koloniaal gebied mets te vermelden. „Wij weten dat de heer Keuchenius, wat ijver en onverdroten werklust aangaat, door slechts zeer weinigen wordt geëvenaard: waar schijnlijk heeft geen zijner ambtsvoorgangers I meer gearbeid dan hij. \V ij spreken den wensch I uit, dat in dit zittingjaar de bewijzen, de vruchten I van dien arbeid aan het licht mogen komen, j Een ministerieel leven duurt bij ons niet zóo lang, dat een voorbereidingstijd van een paar jaren daarvan kan worden atgenomen.® De A. li. Ct betreurt het dat er geen Keu- I cheuius meer in de Kamer zit om de officieele waarheid, wat kolomen betreft, met schorpioenen te geeselen. Het blad geeft een opsomming van de beloften van den minister, bij zijn optreden 1 gedaan, en zegt naar aanleiding daarvan: „Dia van al die belolten, die klonken als pruietie van de zegenrijkste hervormingen, niets te hebben tot stuud gebracht; nu eenige staats- i commissien benoemd eu op het gebied van te bekennen is. „Men zal ons wel weder tegemoet voeren, zegt het blad zooals telkens wanneer deze regeering naar de beginselen verwezen wordt, waaraan zij het aanzijn dankt dat wij waarlijk niet behoeven te verlangen naar do toepassing van het program van actie, eu dat wij van geluk mogen spreken, dat het kabinet zich met zaken als faillissementen, krijgstucht, spoorwegen wat dies meer zij, wil onledig houden. „Wel mogelijk, aldus vervolgt de N. R. C., ofschoon er op het program van actie wel een en ander voorkwam, dat wij gaarne door welke regeering ook zouden zien tot stand brengen, b.v. de gelijkmaking van den belastingdruk voor de verschillende bestanddeelen van het nationaal vermogen, de afschaffing van de plaatsvervan ging enz. Maar bestaat er niet ook iu het staatkundige een moraliteit En een ministerie, welks geboorte zulke gewelddadige beroeringen gekost heeft, zijn krachten te zien wijden aan onderwerpen van den meest onschuldigen aard, met voorbijgaan van het noodigste aan onder werpen die even goed of beter door het ministerie Heemskerk hadden kunnen geregeld worden maakt het niet den indruk van politieke onmacht, die levensbehoud zoekt? „Het is wel te betreuren, merkt het blad ten slotte op, dat nu reeds voor de derde maal onder dit ministerie de parlementaire campagne geopend wordt zonder het debat, dat op een door den koning uitgesproken troonrede pleegt te volgen. „Overbodig dat is zeker ware zulk een deuac met geweest.® De Arnst. is er zeer over verheugd dat het kabinet zyu beste zorgen wijdt aan de materieele behoeften des volks. Dit is beter dan een mi nisterie dat, „al politiseereude, niets beters heeft te geven dun belolten, waarmede het Nederland- sche volk door het liberalisme zoo lang werd gepaaid en afgescheept.® Het Centrum 't welk doet uitkomen dat van al de draconische wetten en tirannieke maat regelen, die men van dit ministerie duchtte, tot dusver mets is gekomen acht een der voor naamste voorstellen, die worden aaugekondigd, die tot verbetering der heffing van invoerrechten die thans naar de waarde geschiedt. De gebreken, me het beslaande stelsel aankleven, zijn alge meen bekend eu worden door slechts weinigen betwist, Ongetwijfeld zal het voorstel der regee ring er toe leiden ’s lands inkomsten te verhoogen. Van onze inkomende rechten kan veel meer getrokken worden ten bate der schatkist, dan thans het geval is. De Standaard is eveneens verheugd over de lange lijst van werkzaamheden, die het blad intusscuen als „haast te lang® qualiiiceert. Dat de minister van financiën weder zijn deel levert, acht het een groot voordeel. Het troost zich over het feit, dat de heer KeucRenius voor zijn koloniale gerechten geen plaats op het menu kon krijgen, met de hoop dat het volgend jaar ous een koloniale rijsttafel zal brengen. Slechts éen ding vat de Standaard niet, zij begrijpt niet waar de electorale quaestie blijft vooral de provinciale tabel eu de splitsing der groote gemeenten. I In de openingsrede heeft de regeering o, a. ons blad abonneeren, ontvangen het hart te hebben gehad dan een betuiging de reeds versobenen feuilleton-nummers van I vaa tevredenheid over den gang van den roman „LORE VAN TOLLEN” van W. Heimburg, gratis. VB

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1889 | | pagina 1