no
CL«iiAii:niinu!Hiniii.ssi:ifnrs\i:!K
■S- H IB TERTS WIHL .1IIM Bl
Aaniiine voor iln Bnvalkiwters.
I
No. 77.
VIE R-E N- V EERTIQSTE JAARGtANGk
Ko,
ft
ux.
uitbo
orden
VLET-
cis
1889.<
J
WOB^S»A<^
25 SEPTi<:3I BEU.
5 prJ
niiiieJ
blad
ep zij
V,
't,
OEEKER (OTRVV
zij
u
(J 1\ .V E X LAA H,
taakt,®
Het leeuwendeel van dat meerdere komt
de ver-
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden /l.franco per post /f.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
Den 23sten December a. s. viert J. J. L.
ten Kate zijn 70ste geboortefeest.
Johau-
iern.tr»
ibertuj
I
jr. -
g. 51 jr.
ept. -
Bosch» I
Anne e
Berend
Riiize(
1 Feen»
Wij bi
(overt
e by na
i Na-
tuks
6jO,
150,
:5 50
6 15
‘M
G 45
7ó
7 45
S
8 15
8 25
VAU
',l I
t I
7 15
8
8 40
3
r
i.
■e
)t
a
iji
n.
•n
1/
/I
‘/18
3n v
ADVE11TENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7*/a Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Vodr waarden daaromtrent te vernemen bij
den Uitgever.
.51.
Sopt,
i
i
7/a
jv,
6 12
76
7 27
8 15
door
c6 I
door
8 56 I
do-r I
9 il I
doo’
9 25
doi» r
9 41
9 53
JO I
:1e 1
ar I
oo 1
liT. 1
lier
I311»
1 ido
tal
Ili0
I h'j I
cel
haar 1
vaal
daar’
ver*
haar
iiiidZj
doctor
ons
At
I ies,
ZOU
mm I
zou
.en!
■eek
•ren. i
het
ver-1
da
Naar men meldt, zal de in den vorigen winter
aangevangen proef met verwarming door stoom
van de rijtuigen in de treinen der Holl. Ijzeren
Spoorwegmaatschappij dezen winter worden
voortgezet en toegepast op meer rijtuigen, lu
den vorigen winter was dit stelsel op één trein
toegepast.
1.00,
-f
'leven-
dit alt!
m en
emen,
VOOfj
zij <1J
rlijkenl
eenen
•tenen.
romen
le in
353
Naar men verneemt heeft Z. M. de Koniug
het verlangen te kennen gegeven, dat in alle
garnizoenen waar militaire muziekkorpsen ver
blijf houden, door die korpsen een uitvoering
ten behoeve der slachtoffers van de ramp te
Antwerpen zal gegeven worden.
Onlangs werd uit Arnhem gemeld, dat de
klerk M. van den ryksbetaalmeester aldaar zich
verwijderd* had. ’t Blijkt thans dat aan den
chef omstreeks f 11,000 ontstolen is. De dader,
die zijn misdrijf gepleegd heeft door het hooger
uittrekken van enkele geldsommen boven de
jyS»-ons blad abonneeren, ontvangen sluizen te
am -nu11 —T.mm —or
den roman „LORE VAN TOLLEN” van
IV. Heimburg, gratis.
Ten opzichte
van 5 dier 8 millioen is dit zeker waar; het
betreft de 5 millioenen voor mogelyke kosten
van zilverontmunting, een post, die jaarlijks op
de begrooting paradeert, doch die veilig kon
worden weggelaten. Wat de overige 3 millioen
betreft, is het missch en wat lichtvaarcig nu
reeds te rekenen, dat de uitgaven zooveel min
der zullen bedragen dan de raming. Het is
waar, dat do bezuiniging op het loopende dienst
jaar even groot zal zijn, doch er staat tegenover,
dat jaarlijks suppletoire eredieten komen, waa op
de minister voor 189U niet rekent. Intusschen
blijft het mogeljjk, dat het tekort niet veel m< er
dan 5 millioen zal bedragen, daar tegenover
deze ietwat lichtvaardige schatting van uitgaven
de raming der middelen nog al bescheiden is.
Voor het loopende jaar wordt de raming der
middelen, die op den gewonen maandelykscheu
staat voorkomen, gesteld op f 112568.0UÜ.
Ofschoon de eerste acht maanden meer dan 2*/a
millioen boven de opbrengst van het vorige jaar
kwamen, wordt voor de overgeblevene 4 maan
den op 2 millioen minder gerekend. De minister
verklaart namelijk, hoe het komt, dat de laatste
maanden de suikeraccijns zoo bijzouder ruim
vloeide: de raffinaderijen, die haar werkzaam
heden beperkten door de buitengewone opvoering
der prijzen van ruwe suiker, waren verplicht
crediettermijnen, die anders door uitvoer of opslag
van geraffineerd gedekt werden, door betaling
aan te zuiveren; dientengevolge zal de laatste
4 maanden van het jaar waarschijnlijk min
der accijns in de schatkist vloeien. Hierop
is bij deze raming gerekend. Voor het aanstaande
jaar nu worden ai deze middelen samen geraamd
op 1 112,680.000, dus slechts ruim een ton hoo
ger dan de vermoedeljjke opbrengst van het
loopende jaar. Deze raming zal licht worden
overschreden, ul vatten wy niet, hoe de minister
de posterijen, die in ’t loopende jaar ondanks
verkiezingen voor de Provinciale Staten en Ge
meenteraden Ue raming niet bereiken, toch voor
1890 weer hooger heeft durven ramen. Met
de overige inkomsten, waarbij die uit de Staats
spoorwegen f340.000 hooger zijn geraamd en
vreemd genoeg op een uitkeering van de Ne-
derlandsche Bank niet is gerekend, is de geheele
raming, zooals wij boven zeiden f 122.209.900
bij een raming der uitgaven ad f 127.075.000.
Veilig mag dus, zondert men de productieve
uitgaven uit, op een overschot worden gerekend.
En in de jaren na 1890 zal het, zegt de Man.,
nog veel beter gaan. Zoo ooit, dan ware dus
thans de tyd aangebroken om door afschaffing
van drukkende heffingen en betere verdeeling
vuu belastingdruk de mindere klassen te ont
lasten en de volkswelvaart te doen toenemen.
Evenmin als verleden jaar echter vermoeit
de minister zich met zulke plannen. Hij verheugt
er zich integendeel in, dat hij nog wel kans zal
zien meerdere ontvangsten aan de schatkist te
verzekeren. Zoo zal de aanneming van het wetje
op de consignatiekas hem nog 2 ton bezorgen,
terwyl de herziening van het tarief, geen ander
doel hebbende dan de heffing van hetgeen het
rijk teekomt beter te verzekeren, een .verre
van onbeteekenend bedrag* dat dus natuurlijk
door de belastingschuldigen opgebracht zal moe
ten worden in zijn kas zal doen vloeien.
Trouwens hij meent een en ander noodig te
hebben om de meerdere uitgaven te bestrijden,
die bij eventueele aanneming der onderwijswet
gevorderd zullen worden. Zeer ter loops slechts
wordt hierover gesproken, als om niet te zeer
te doen uitkomen, dat dit ministerie, wel verre
van te bezuinigen, de uitgaven niet onbelangrijk
opdrijft. Zullen er niettemin overschotten komen,
de regeering weet er niet anders mee te doen
dan ze aan te wenden ,om tegemoet te komen
in den financiëelen druk, waaronder een aantal
gemeenten gebukt geat.®
Ziedaar het gansche finauciëele hervormings
plan der regeering, zooals het in de millioenenrede
wordt ontvouwd. Veel is het niet, en duidelijk
evenmin. Dat het dringend noodig is in den
nood van vele gemeenten tegemoet te komen,
ontkent niemand, maar in de eerste plaats is
daarvoor noodig verruiming van haar belasting
gebied, meerdere gelegenheid om te beffen van
hen, die bezitten en die van de gemeente-uitgaven
profiteeren. Directe hulp van Staatswege moet
slechts in enkele gevallen worden verstrekt.
Het heeft echter al den schijn, dat de minister,
die tot dat doel eventueele overschotten wil
gebruiken, een stelsel van bedeeling ten behoeve
der gemeenten wil organiseeren. Naar dit stelsel
wordt van ’t algemeen meer belasting gevorderd
dan noodig is voor de rijksuitgaven, ten einde
de gemeenten te kunnen verlichten. Als dit de
antirevolutionaire wijsheid op belastinggebied ie,
dan ziet het er treurig uit. Van vermindering
van den druk der accijnzen, verneemt men niets
meer, en de hervorming van het personeel is uit
het oog verloren, om van een belasting op het
roerend kapitaal, door de Standaard noodig
geacht, te zwijgen. Armenzorg treedt daarvoor
in de plaats.
En dan vindt De Standaard nog, dat vooral
de minister van Financiën zoo flink voor den
dag komtl
Zal de natie dat oordeel onderschrijven
Naar aanleiding der toezegging in de openings
rede, dat een ontwerp tot toekenning van tege
moetkoming aan werklieden wegens verminking
in dienst van het rijk of van aannemeis van
rijkswerken wordt voorbereid, schrijft het Sociaal
Weekblad:
Alreeds te vorigen jare, bij de schriftelijke
gedachteawisseling over hoofdstuk IX der staats-
begrooting, was deze aangelegenheid ter sprake
gekomen. En wel in verband met de vry wat
ingewikkelder quaestie der pensioneenng en ver
zekering van werklieden in ’t algemeen, te regelen
by de wet.
In de afdeelingen der Tweede Kamer was er
op gewezen, „dat een principieele oplossing
dezer zoo moeilijke vraagstukken niet spoedig
kon worden tegemoet gezien®, daar „bevorens
de resultaten der enquête omtrent sommige pun
ten der arbeidersquaestie in hun vollen om vang
behoorden bekend te zijn.® Doch juist daarom
was de wensch geuit, „dat inmiddels de staat
een goed voorbeeld zou geven aan andere werk-
verschaffers door het opnemen, in zijn bestekk en
voor openbare werken, van de verplichting des
aannemers, om zijn volk tegen de gevolgen van
onheilen onder het werk te verzekeren.*
En de regeering harerzijds had zich hiervan
geenszins afkeerig betoond. Integendeel had de
minister van waterstaat, handel en nijverheid
verklaard, „dat een regeling van dit onderwerp
ook naar zyn meening hoogst wenschelyk was.*
Hij had er bijgevoegd, dat hij „omtrent de
verzekering tegen ongelukken van tijdelijk voor
den staat werkzame personen (reeds) in overleg
- BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der echter de minister, dat de uitgaven wel 8 mil-
gemeente Sneek herinneren de ingezetenen Hoen minder zullen bedragen.
aan hunne verplichting tot het doen van j van 5 dier 8 millioen is dit z(
aangifte voor de Bevolkingsregisters, in zake I
verhuizing, nummering van huizen, stichting
Ml1! vau nieuwe woningen, woonplaats verandering,
verandering of vermeerdering van het aantal
leden des huisgezin» en vestiging in de gemeen
te, alles omschreven in de artt. 2, 3 en 4 al.
I der Algemeene Politie-Verordening dezer
gemeente en in artt. 18 van het Koninklijk
besluit van 27 Juli 1887 (Staatsblad no 141).
Wordende overtreding van gemelde artikelen
d r Politie- Verordening met geldboete van ten
hoogste tien gulden en die van genoemd Konink
lijk besluit gestraft met hechtenis van ten hoogste
veertien dagen of geldboete van ten hoogste hon
derd gulden.
Sneek, 24 September 1889.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
.11 do j
11 do 1
1 deal
llillO 1
Zij, die zich met 1 October op legging van de Maasmond f231.000 en voor de
ij IJmuiden f353.000 meer vraagt,
de reeds verschenen feuilleton-nummers van Verder zijn voor de kosten der tienjarige volks-
stelling f200,000 noodig.
De aanvragen voor Oorlog zijn een ton minder,
i die voor Marine ongeveer gelijk; de overige
verschillen zijn van geen beteekeeis. De uit-
gaven worden nu geraamd op f 135.075.000,
de inkomsten op f 122.210.000, het verraoedelijk
tekort dus op f 12 865.000 Terstond verzekert
Het Vad. bevat over de in de vorige week
door den minister van Financiën uitgesproken
„millioenenrede® de volgende beschouwingen:
De minister van Financiën is een gelukkig
man. Terwijl zyn voorgangers óf genoodzaakt
waren óm te zien naar allerlei kleine middeltjes
tot versterking der rijksinkomsten óf moesten
zoeken de uitgaven te beperken door allerlei
bezuinigingetjes, óf hun toevlucht vonden in
’t behendig weggoochelen der tekorten door de
geniale vinding der buitengewone uitgaven, ziet
hjj zich door ’t ruimer vloeien der bronnen van
inkomst van alle zorg ontheven en kan hij de
veel dankbaarder taak aanvaarden als hervormer
1 vau ons belastingstelsel op te treden.
Groote haast echter maakt hy daarmede niet.
Het is waar, er zijn nog tekorten: de minister
becyfert ze in ’t geheel, het jaar 1890 medegere-
kend, op bijna 20 millioen. Doch daartegenover
staan productieve uitgaven. Zoo wordt voor
1887 het tekort geraamd op 3 ’/a millioenen, doch
toen werden voor ’t Merwedekanaal 3‘/4 milli
oenen en voor de spoorwegen 13 ton besteed.
"Voer 1888 zal het tekort wederom 3’/, millioen
beloopen, doch weid voor het Merwedekanaal
2S|, en voor de spoorwegen 1 millioen uitge
geven. Voor het thans loopende jaar zal, als
<e aanhangige suppletoire begroetingen zyn aan-
genom m, liet tekort ruim 3 */4 millioen bedragen,
by een uitgaaf van byna 5 millioenen voor
I productieve werken. Eindelijk wordt voor 1890
het tekort geraamd op 5 millioen, terwyl even
zeer ruim 5 millioen voor ’t Merwedekanaal
(f 2.919.500) en de spoorwegen (f2.145.000)
w’12 Wordt uitgetrokken.
De toestand der schatkist is inderdaad zeer
bevredigend, en voor ’t aanbrengen van bezuini
gingen schijnt deregeering niet langer aanleiding
of reden te hebben gevonden. Er wordt voor
lb90 f 842.000 meer aangevraagd dan de voor
1889 toegestane en aangevraagde eredieten bedra-
voor 5V aterstaat, dat voor de spoor wegen f 80.000,
voor ’t Merwedekanaal f 45.000, voor de ver-
U 1 T DE P E R 3.
was getreden met zijn arobtgenooten*, zoodat
dit onderwerp „een punt van overleg uitmaakte
tusschen de betrokken departementen.®
Uit de nu gedane aankondiging blijkt thans
tweeërlei. Van den eenen kant, dat de spanno
tijds van een jaar niet voldoende is geweest om
de zaak voor te bereiden' wat bevreemding
I wekt. Van denAaoderon kant echter, dat de
regeering haar werkelijk wil aanpakken wat
wij met groot genoegen zullen zien geschieden.
„Jammer aldus besluit het blad dat te
dien einde de langere en moeilijker weg eoner
afzonderlijke wetteiyke voorziening is betreden,
terwijl toch, naar ’t ons voorkomt, de kortere en
gemakkelijkere eener beslissing bij begrootings-
post kon zijn ingeslagen.®
De Maasbode werpt onder het opschrift „de
kankerplek en hare genezing® een terugblik
op het verloop van den oorlog met Atjeh en
en de wisselingen van stelsel, die daarbij in
toepassing zijn gebrachthet blad meent, dat
men langs anderen weg reeds voor jaren klaar
had kunnen zijn. Een paar jaren voor het
optreden van generaal Van der Heijden had zich
bij onzen consul-geueraal te Singapore Habib
Abdoelrachman aangemeld, met de begeerte om
den vrede met Atjeh te bewerken, op voorwaarde
dat do Sultan zou worden hersteld, met erken
ning der souvereiniteit van Nederland, De
Sultan zou zijn kraton en inkomsten terug ont
vangen, en Nederland zou een resident of gou
verneur met troepen vestigen buiten den kraton.
De slotsom, waartoe de Maasbode door hare
beschouwingen komt, is, dit wij met de laatste
moordtooneelen van Juni jl. op onze troepen
gepleegd voor oogen, noodwendig een uitweg
moeten zoeken. „Het best ware, nog spoedig
de conditiën van Habib Abdoelrachman opnieuw
in te zien en die nu zelf den Adjehnees aan te
bieden, en anders onze stelling als een kanke
rend lidmaat prijs te geven, ’t Is gemakkelijk
te zeggen dit laat de eer niet toe; wij zeggen
daar tegenover: het geld wegwerpen,’t nutteloos
vermoorden van onze officieren en soldaten laat
het gezond verstand niet langer toe. Wij kun
nen Atjeh nu eenmaal niet aanal werd het
Indische leger compleet, dan nog is onze stelling
nu zoo geworden, dat men Atjeh slechts zou
kunnen uitmoorden. Maar niemand verovert
een land, dat nooit de oorlogskosten zal kunnen
vergoeden ergo is opgeven, de zaak.*
kleu*
had
bursl
!t dej
stisefi
ienda