MiblS EH MfflMlD KIDI1 i!ï
r a a n a.
n
No. 15.
V IJ F-E N-V EERTIQSTE
1890.
Is.
1. I
Loting voor de Nationale Militie.
o.
.00,
BIOOLAND.
ea
win-
>4,50
23l»
dit
ea
de#
itigdil
a a nd
doofl
had
jeend
laats,
aver-
Lam.
der
ub-
dgo
de
in
stigdl
is.
15%
l3/s
1,1*
Het
Eu
zan
anti-revolutionaire
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden /l.franco per post 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
afgekondigd en aangeplakt.
Leeuwarden den 8 Februari 1890.
De Commissaris des Konings voornoemd,
(get) Van HARINXMA thoe SLOOTEN.
Sneek den 18 Februari 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
UIT DE PERS.
BEKENDMAKING.
De BURGEMEESTER, Hoofd van Politie
der gemeente Sneek,
Overwegende, dat is gebleken, dat sommige
schoorsteenen in deze gemeente niet behoorlijk
gereinigd zijn
Gelet op art. 110 der algemeene Poli tie-Ver
ordening
Noodigt de ingezetenen uit
steeds zorg te dragen dat hunne schoorsteenen
worden gereinigd en in schouwbaren toestand
zijn, zullende hierop streng worden gelet en
tegen de nalatigen procesverbaal opgemaakt.
Sneek den 11 Februari 1890.
De Burgemeester, Hoofd van Politie, voorn.
ALMA.
Door een groot aantal belanghebbenden bij
den graanhandel te Amsterdam en te Zaandam
is aan de Tweede Kamer een adres gericht,
om aan te dringen op de verwerping van het
ontwerp-Bahlmanu als schadelijk voor den han
del, voor den landbouw en voor den werkman.
Door het van de begrooting afnemen van den
torpedojager is f90.000 aan arbeidsloon minder
beschikbaar voor het vak van scheepsbouw aan
’s rijks werf te Amsterdam.
Om niet te moeten ovërgaan tot het bedanken
van werklieden, is bepaald dat voor Amsterdam
beschikbaar zullen worden gesteld de arbeids-
loonen, door de andere rijkswerven aangewend
voor loodswezen, betonning, verlichting, hospi
talen enz., die niet uit artikel 20 der begrooting
worden gekweten. Verhooging van het daggeld
der werklieden mag slechts plaats hebben in
onvermijdelijke gevallende verhooging der
bezoldiging van mindere geëmplooieerden, in
April 1889 daartoe voorgedragen om in Januari
of Februari 1890 in te gaan, wordt dit jaar
niet toegekend.
Volgens ’t Vad. heeft de duitsche regeering
van haar voornemen doen blijken, om ook
Nederland uit te noodigen tot bijwoning van de
voorgenomen internationale conferentie ter be
spreking van het arbeiders-vraagstuk en heeft
de gezant, baron Von Saurmajeltsch, voorloopig
van onze regeering de bereidverklaring ontvan
gen om harerzijds mede te werken tot een
eventueele internationale arbeidsregeling.
Burgemeesters en wethouders in Den Haag
handhaven hun advies tot afwijzing van het
verzoek om een monumentale drinkbron ter
herinnering aan mr. C. Vosmaer in de Scheve-
ningsche boschjes op te richten, van gemeente
wege te onderhouden en van water te voorzien.
De meervermelde Dordrechtsche zoutzieder
is thans definitief tot een boete van f401,863
veroordeeld. Wel waarschijnlijk is het, schrijft
het Weekblad van het Recht, dat hij om in
den fraaien stijl der fiscale wetten te blijven
zich nu maar zal laten „corrigeeren" door de
subsidiaire hechtenis van zes maanden, daar zeer
AM.'
Febr
33/«
7%
Uit den Haag wordt aan het Hbl. bericht,
dat als opvolger van den minister Keuchenius
genoemd wordt jhr. mr. A. F. de Savornin
Lohman, hoogleeraar aan de Vrije Universiteit
op Gereformeerden grondslag en lid der Tweede
Kamer voor Goes. Dat district zal dan we!
den heer Keuchenius den openvallenden zetel in
de Kamer aanbieden.
Ook het Vad. bericht, dat, naar van welin
gelichte zijde wordt verzekerd, de miuisterieele
crisis in dier voege zou zijn opgelost, dat het
kamerlid jhr. mr. de Savornin Lohman in het
kabinet zal plaats nemen.
Ter aanvulling van dit bericht wordt nog uit
Den Haag gemeld, dat wèl jhr. mr. A. F. de
Savornin Lohman als minister zal optreden
maar als minister van binnenlandsche zaken;
de heer Mackay belast zich dan met de porte
feuille van koloniën. (Zie telegram.)
Naar 't Vad. uit goede bron verneemt zijn
door den raad van ministers verschillende per
sonen voorgedragen om bij gelegenheid van
’s konings verjaardag benoemd te worden in de
orde van den Nederlandschen Leeuw. Den heer
Keuchenies is, naar men wil, het kommandeurs-
kruis toegedacht.
De Arnh. Ct. zet uiteen, dat er geen sprake
van is, dat de Eerste Kamer door haar afstem
ming van Hoofdstuk Koloniën een conflict over
de koloniale politiek tusschen Regeering en ver
tegenwoordiging heeft doen ontstaan. Het is
enkel een „échec" geweest van den Minister
van Koloniën in zijn persoon.
Waarom tracht echter de anti-revolutionaire
pers aan het Ministerie zoodanig conflict op te
dringen
De reden ligt voor de hand. „De rumoer-
makeude anti-revolutionaire partij weet, ondanks
al haar stoffen en snorken over haar voortreffe
lijk Ministerie, maar al te goed, dat eigenlijk
uitsluitend Keuchenius haar man is in
Kabinet. Met de Ministers van Justitie
Oorlog zal zij zich niet van verwantschap bewust
zijn den conservatief, die de portefeuille van
buitenlandsche zaken bezit, moet zij beschouwen
met al den afkeer, dien de oude conservatieven
haar inboezemenmaar zijn de overblijvende
drie of vier naar waarheid de representanten
der anti-revolutionaire partij Zij kent hen
maar al te goed als conservatief van nature, ge
kleurd met het kerkelijk tintje dat in ons the-
ologiseerend land zelfs in de hoogste kringen
voor betamelijk en fatsoenlijk doorgaat, maar
verre van ingenomeu met de woorden en daden
der anti-revolutionairen van den tegen woordigen
tijd, die zich op het gebied van journalistiek en
polemiek allerminst als kinderen der waarheid
doen kennen, en door paneelzagen en dergelijke
den tegenzin opwekken van de deftige en rustige
burgers beiden. Maar de Minister van Koloniën
is een man naar het hart van de leiderszulk
een drijver bevalt aan de drijvers, maar
indien de heer Keuchenius niet voor een man
van groote zaakkennis, werkkracht, doortastend
heid en voortvarendneid had te boek gestaan,
zouden de anti-revolutionairen hem nooit in het
Ministerie hebben gezien, en zij kunnen er op
rekenen, dat zijne plaats niet door eendergelg-
ken drijver en ijveraar zul worden ingenomen.
Voor de uiterste linkerzijde der anti-revoluti-
onaire partij is het thans de vraag of haar man
in de Regeering zal blijven of niet. Vandaar
de opdrijving van de botsing tusschen Eerste
Kamer eu Minister tot een conflict tusschen
- uv. u., Eerste Kamer en Ministerie. Desnoods moet
Brengt ter kennis van de belanghebbenden: I geheele Ministerie maar weg, of de Eerste
io ...tx -Kamer moet weg, of de Tweede Kamer moet
wegduurt de zoogenaamde crisis eeuigen tijd,
dan zullen er misschien nog hoogere organen
der Regeering voor weg moeten. Alles om
Keuchenius te handhaven. „Vive Keuchenius,
périsse le monde
Hiermede is de ijver en woede van de vol
bloed anti-revolutionairen verklaard, doch niet
gerechtvaardigd. Zij stellen onparlementaire,
onpolitieke, onzinnige eischen, waaraan zelfs
deze Regeering, hoe zeer zy hen ook noodig
heeft, onmogelijk kan toegeven.
Intusschen worden wederom een reeks betui
gingen van instemming door de Standaard ver
meld met de motie voor den minister Keuche-
De Wageninger kenschetst dit votum omtrent
de roeping van het Ministerie tegenover den
heer Keuchenius als een zeer onbehoorlijk en
aanmatigend dreigement en een slim kunstmid
del om het Ministerie te iatimideeren. „Waar
zou het heen met de vrijheid der Regeering,
vraagt de Wag., indien niet alleen bij verkie
zingen, maar ook bij een votum over een Mi
nister de kiezers gaan beslissen, wat er gebeuren
moet Daarbij weet de Standaard al dadelijk
te verzekeren, dat schier de geheele anti-revo
lutionaire pers, omtrent voor zij nog heeft kun
nen spreken, de handhaving van den Minister
eischt. Natuurlijk valt nu de geheele pers ais
één koor met den kreet van het hoofdorgaaa
inK. moet gehandhaafd worden. Het Mini
sterie is gewaarschuwdlaat het K. los, dan
is zijn doodvonnis geteekend, want het „gere
formeerde christenvolk" heeft gesproken neen
de alles machtige geest, wiens automaat dut
volk is, heeft gesproken, als de eigenlijke wet
tige souverein van NederlandZal het Mini
sterie voor deze pressie bukken Als het tot
ons leedwezen vallen moet, zagen wij het liever
met eere vallen."
In de anti-revolutionaire pers kwam tijdens
het geheele verloop der crisis slechts éen op
merking voor, die niet strookte met de meening
van de Standaard, ’t was de Deloenaar, die
zich de stoutheid veroorloofde te zeggen, dat
Keuchenius maar moest vertrekken. Sedert is
het blad tot andere gedachten gekomen en het
ontvangt nu een bonne marque. De Standaard
schrijft:
„In Delft zelf heeft de wanklank van de
Delvenaar al even weinig weerklank gevonden
als in het Westland; en wat nog het verblij-
denst is, de Delvenaar zelf gaat niet in dien
toon voort.
„De stemvork is voor den dag gehaald,
oor heeft weer den juisten toon getroffen,
er bestaat alle uitzicht, dat de Delvenaar
goeden naam als blad van
richting met eere zal handhaven.
„Het hing slechts aan een formeele quaes tie.
„Gelijk bij meer kleinore organen kon de
commissie van redactie geen wezenlijken invloed
op den toon van het blad oefenen; en zoo was
ook het stukje „Wanklank" buiten haar mede
werking geplaatst.
„Thans schijnt een betere regeling gemaakt
en kan ook dit scheepke, dat met averij bin
nen liep, straks weer zee waardig en wel getuigd
de haven uitstoomen."
In haar laatste nummer heeft de Delvenaar
thans op zoo treffende wijze Keuchenius gehul
digd, dat het hoofdorgaau geheel verteederd is.
Het neemt de hulde, den minister K. gebracht,
over en voegt er aan toe:
„Door deze rondborstige retraite zal de Del
venaar op eens al de verloren sympathie her
winnen.
„De poging, om ons volk in het conservatieve
slootje te verdrinken, helpt toch niet.
„We kruipen toch weer naar den kant, eu
staan weer spring levend op onze eigen boenen."
De N. R, Ct. heeft een drietal artikelen aan
den minister gewijd. Het blad komt, tegenover
de beschouwing dat Keuchenius gevallen is als
het offer van den haat tegen den Christus, tot
de volgende conclusie
„Keuchenius is gevallen omdat hij als regent,
als bestuurder in alles tekort schoot. Niet om
dat hij den Christus beleed, maar omdat hij
alleen belijden maar niet regeerengetuigen,
maarniet redden; bidden, maar niet handelen kon.
Omdat deze evangelie-belijder geen staatsman is
en in zijn handen het lot van Indie niet veilig
was."
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelet op art. 28 der Wet op de Nationale
Militie van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad
no 72) en artt. 20 en 21 van Z. M. besluit van
den Sen Mei 1862 (Staatsblad no. 46)
Brengen ter openbare kennis, dat de loting
voor de lichting dor Nationale Militie van 1890
dezer gemeente, zal plaats hebben in de Con
certzaal alhier op Vrijdag, den 28sten Februari
e.k., des voormiddags ten 91/2 ure;
dat op den 3en Maart d. a. v. ter gemeente
secretarie door ot vanwege de lotelingen aanvrage
kan geschieden voor de getuigschriften ter
tekoming van vrijstelling van den dienst wegens
broederdienst of als eenig wettig zoon’,
voorts dat om vrijstelling wegens eigen mili
tairen dienst of dien van broeders te verkrijgen,
de paspoorten of andere bewijzen van ontslag,
uittreksels-stamboeken of bewijzen van werke-
1 ij ken dienst, ten minste tien dagen vóór den
dag, waarop de eerste zitting van den Militie
raad wordt geopend, ter Secretarie voornoemd
moeten worden ingeleverd.
Sneek, den 15en Februari 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
ALMA, Burgemeester,
BEN NE WITZ, Secretaris.
BEKEND MA K ING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek brengen ter openbare kennis,
de volgende
KENNISGEVING.
De COMMISSARIS dis KONINGS in de
[Provincie f riesland,
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten
dier provincie, van den 6 Februari 1890, no. 1,
le afdeeling B, en op art. 11 der wet van den
[ló^Juni 1857 (Staatsblad no. 87)
I 1°. dat de jacht op waterwild met slagnetten
r” op eendvogels door middel van eendenkioien
R daarmede gelijk staande toestellen, bedoeld
pnder letters f en h van art. 15 der wet op de
hcht en visscherij, wordt gesloten op Zaterdag
Feü 15 Maart 1890, met zonsondergang
I 2°- dat het weispel van kwartelen met steek
garen of vliegnet zal vrijstaan van Maandag den
r1 April 1890, met zonsopgang, tot en met
Katerdag den 28 Juni daaraanvolgende, met
Wns onder gang
I d°. dat de kooieenden voor het jaar 1890
Roeten worden opgesloten of gehokt van Dins-
ra= den 1 April tot Donderdag den 1 Mei en
E,la Dinsdag den 15 Juli tot Vrijdag den 15
“^’tus. Uu rnuuu voor ueu unnisier i\.ei
zal deze op de gebruikelijke wijze worden niv,s. ’t Cijfer is nu tot ruim 100 gestegen.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
▼oor eiken regel meer 7*/a Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bjj
den Uitgever.
OEEKERi
veil-
ar te
[NO
lig’
ini
da
cich
iy’a
mr-
sha-
HRANT.
«■mtiiimmoBissniwsnK
EeU«|
z —I
d -
d. -|
Arts!
73 jr.l
br. -I
Antje!
Feeiyl
Jantje I
Jellie
beertje I
Es en
ia eu
aa on
ina ea|
merW.
eeg. -
and -I
Uitweb
L‘s/u
5‘i
6‘3li8
k>-