(Ml Ml IDHiHMlD NOR III
ciininiimRRomssKTSBii
1
Le
B,
I
No, 69
V IJ F-E N-V E E R T I Q S T E
A R a A N Gr.
BROEDERSCHAP.
1890.
0,
27 A.UOUSTUS,
S
Tot nog toe gevoelen
te
N
per
il)
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
ne
n-
n-
al
u-
n-
en
n.
m
3,
m.
n-
te
it
,n
ld
et
Üs
ie
ts
AFKONDIGING.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK doen te weten, dat door den Raad
dier gemeente ia zijne vergadering van 22 Juli
1890 is vastgesteld de volgende verordening:
VERORDENING, tot wijziging en aan
vulling der algemeens POLITIE
VERORDENING VOOR DEZE GEMEEN
TE, VASTGESTELD DEN 14 JUNI 1887, No. 7,
EN AFGEKONDIGD DEN 6 JULI D.A.V.
geen sympathie. Toch is het niet
tijd tot tijd het kind eens te
Er uit moeten
ADVEBTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7 */a Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den Uitgever.
Na onze ampele bespreking van vrijheid en
gelijkheid, waren we zoo langzamerhand in den
Fransclien revolutietijd verplaatst, waarin de
^broederschap11 der dritte im Bunde was. Li-
berté, égalité, fraternité.
Met een waar genot denken we nog eens
terug aan den toren van Babel op de Parijsche
tentoonstelling, waar menschen van verschillend
ras en tongval bijeen kwamen als ware het om
aas een voorsmaak te geven van wat het grijz’
Europa zou zijn, als zijne verschillende volkeren
sens vereend zullen leven, niet meer verontrust
ioor krijgsmuziek of verdachte vredesuitingen.
Zou het moeielijk zijn zich zulk een vredes-toe-
itand voor te stellen, in een tijd als de onze,
lie op zoo veel en velerlei kan bogen als be
wijzen van meerdere beschaving en vooruitgang
n vergelijking met honderd jaren herwaarts
Voorzeker is er veel verbetering op te merken.
Maar de millioenen op de begrootingen van onzen
Staat, om van de andere niet te spreken, die
rich uitputten om vecht waardig te zijn, zij be
wijzen ons, dat we nog niet zijn, waar we ei-
jealijk reedi lang zijn moesten. Om de primus
e zijn met de werktuigen der vernieling wordt
lo natuur in koortsachtigen haast doorsnuffeld.
Van rookgevend- is men genaderd tot rookvrij
inskruitwanneer zal de tijd komen, dat we
al dat kruit c. a. in rook zullen zien vervliegen?
Maar neenzulk een wensch ware ongepast
waarop zou dan het gezag moeten steunen
doe zou het gaan met al het wild gedierte, met
die hazen en konijnen, dienu reeds in zoo groo-
ten getale hunne strooptochten houden op de
velden der kleenen
Verbetering verwachten we dus van den mensch
self. Maar, gij menschheid, die den vrede wilt,
waarom sluit ge u allen niet aan bij den inter
nationalen vredebond Dan zou het soldaatje-
spelen van zelf uit zijn ten minste als het
stemrecht dan ook algemeen was. Uit dat oog
punt bezien, is er dan ook zeer veel verheffends
in dat optrekken van die duizendtallen als broe-
lers vereend om het vaandel „Algemeen Stem
recht? Het wekt de gedachte, dat de maat
schappij begint te begrijpen, dat de mensch, de
heer der schepping, een te verheven wezen is
om zich door een stom werktuig te laten dood
schieten of doodmartelen.
Ja, de tijd zal komen, de teekenen zijn er
feeds, dat de mensch niet meer zal afhangen
van de luimen der machthebbers, maar, naar
Mgen inzicht bestuurd, van die magistraten
plechts zal vorderen, dat zij alle middelen be-
famen om den vooruitgang op elk gebied te
bevorderen. Dan zal niet meer het gezag de
macht in deze wereld zijn, maar heerscht de
invloed als koning. Voor we zoover zijn, om
daartoe te geraken, moeten we vragen, steeds
luider en dringender, om Algemeen Kies- en
Stemrecht en ons te goed doen tot walgens toe
aan de maatregelen van het gezag. „Fear is the
virtue of slaves? Dat middel dient dus in de
allereerte plaats aangegrepen om revolutie en
bloedstorting te voorkomen. De vijand geeft
zich zoo gemakkelijk niet over. Hij versterkt
zijne legers en ontneemt het volk de wapens.
Wel bouwde Eiffel zijn Babeltoren, maar in
plaats van in vrede leven, in eeuwigen vrede,
gelijkt de woonplaats van Europa’s volkeren
meer op een vulkaantop. Hoe huiveringwekkend
dit denkbeeld ook zjj, er zijn nog altijd veel
menschen, die zulk een toren van Babel bespot
telijk maken.
Een katholiek orgaan, hier te lande wel
bekend, heeft zich eens veroorloofd op het
woord Eiffel, een letterspeling te maken, die
ons wel moet overtuigen dat in de allernaaste
toekomst de volkswenschfraternité, égalité,
liberté van zekere zijde op veel tegenkanting
zal stuiten. Ziehier do aardigheid
Exposition Internationale Frangaise, Fourberie,
Effronterie, Libertinago. Zóó denkt Rome over
de vrijheid: libertinage heet het bij haar; zóó
oordeelt Rome over de vraag om gelijkheid
effronterie noemt zij het, en zoo durft datzelfde
Rome zich uitlaten over de broederschap
fourberie, schurkerij, We willen dat orgaan
om dien enkelen misslag echter niet oordeelen.
Wanneer een kunstenaar wordt beoordeeld naar
zijne beste werken, dan mag een mensch niet
worden veroordeeld naar zijne minst goede
oogenblikken. Rome is ook nog niet misdeeld
van liefde, ook al staat het over zijne volgelin
gen als een grootvader, die vergeten is dat ook
hij een jeugd heeft gehad. Rome’s leeken gaan
ook, zij het met horten en stooten, mee voor
waarts. Niemand gelooft precies of kan precies
gelooven, wat zijn grootvader geloofde; door
eigen nadenken en onderzoek verruimt hij een
weinig zijn blik op het heelal.
Wij gaan vooruit, dat is onze overtuiging,
ook al trekken Rome en Dordt in averechtsche
richting. Slechts op die plaatsen, waar de weg
rijst, is de reactie wel eens het sterkst en gaat
de karos een eindweegs terug. In zulk een
beklagenswaardigen toestand verkeeren we tegen
woordig; zou de koetsier ook vergeten hebben
de zweep te gebruiken toen hij de helling
opreed? Het clericale bloempje heeft thans
zijn bloeitijd; helaas, not every flower, that
blossoms diffuses sweets aroundnot every
scene hope gilds with light will fair be found.
Onze hoop is nu op 1891 gevestigdmoge
de tuinier er toe besluiten het clericale bloempje
weg te nemen en op een meer bescheiden
plaatsje op den achtergrond overbrengen. We
zitten tegenwoordig op het doode punt, zou de
mechanicus zeggener af moeten we, want
rust roesten hoeveel is er niet dat ons van
uit de verte reeds toelachtalgemeen kies- en
stemrecht, algemeene dienstplicht en zooveel
algemeenheden meer, waardoor de broederschap
weer voelbaar wordt. Er zijn nog zooveel stief
kinderen en halfbroeders in onze samenleving;
er wordt nog zoo nameloos veel geleden, dat
we met volle overtuiging Dumas mogen na
zeggen Quand on voit la vie, telle quo Dieu
l’a faite quelquefois, il n’y a vraiment plus qu a
I le remercier d’avoir fait la mort De beschrij
ving van dergelijke tooneelen wil ons nog niet
uit de pen. Tot nog toe gevoelen we voor
Zola c. s. l
overbodig van
noemen bij zijn waren naam.
we, uit dien dampkring van realismeidealen
scheppen en najagen maakt den mensch slechts
gelukkig Realisme in de kunst, realisme in
de maatschappij, ja realisme in ons Staatsbe-
bestuur of is het idealistisch, die zucht naar
behoud, naar achteruitgang Heden ten dage
is het alles reëelniets is bestendiger dan de
onbestendigheid. Toch kan het zijn nut hebben,
als wij dat reëele aanvaarden om op dien vasten
grond voort te bouwen; laten we dan het gebouw
zoo hoog eu stevig mogelijk maken in den kortst
mogelijken tijd, opdat we gewaarborgd zijn voor
eene geheele omverwerping van het bestaande,
wanneer het realistisch tijdperk terugkeert.
Wat leert ons nu dat realisme? Dat er nog
veel, zeer veel ontbreekt aan den wensch van
Jezus van Nazeret„en gij zijt allen broeders?
De broederschap laat nog steeds op zich wach.
ten we zijn op ’t doode puntraken we er
niet verder af Zelfzucht is een dar voornaam
ste beheerschers onzer maatschappij, en daarvan
worden de kleeneu dupe. In den strijd om het
bestaan hebben die kleenen geen tijd over om
hun geest te verrijken en idealen te scheppen.
Zij verliezen hun veerkracht en zoeken een
toevlucht bij de predikers van lijdelijkheid en
onmacht. Zoo raken grooten en kleenen steeds
verder van elkaar. Eerlijkheid, meer eerlijk
heid moet er in onze samenleving komen.
Klaagtonen over het domme volk, dat zich door
de geestelijkheid laat leiden, zijn onbillijk. De
klagers zelf dragen hiervan de schuld. Wij
moeten toonen dat het ons ernst is met die
kleenendat wij de maatschappij, maar ook en
vooral die kleenen willen vooruithelpeneer
lijkheid en nauwgezetheid in het denken zijn de
eerste zedelijke behoeften van onze maatschappij
en onzen tijd. Het moet ons ernst zijn met
die kleenenEr wordt wel veel gejaagd naar
populariteithoe groot men ook meent te zijn,
hoe ver men zich ook van die kleenen verwij
derd houdt, op bepaalde oogenblikken wordt er
geboeleerd om de volksgunst. Wij keuren ’t niet
af, maar kunnen de vraag toch niet weerhouden:
of die jacht om populair te zijn wel edele drijf-
veeren heeft? Doe wel en zie niet om. Wees
populair omdat gij het verdient, niet omdat hij
het wenscht. Geeft het volk de vrijheid, niet
het gezag. „Een populair man is zoo brutaal
alledaagsch, dat de beschroomd alledaagschen
hem wel moeten bewonderen? Zouden er zoo
zijn
Artikel 22. Het laatste lid van dit artikel
te doen vervallen.
Artikel 34. De laatste alinea ie lezen als
volgt
Buiten de stads-werklieden is het aan ieder
verboden de alzoo uitgezette potten, bakken of
dergelijke voorwerpen te ledigen, asch of vuilnis
van de straten te verzamelen, of stroo dat op de
veemarkt gebruikt is, van, daar weg te voeren.
Artikel 46 te lezen als volgt:
De invoerder van vleesch of van dood vee en
de ontvanger, ieder afzonderlijk, zijn verplicht
minstens één uur vóór den invoer, aangifte te
doen op het politie-bureau, mot opgave van wien
en van waar het vleesch afkomstig, benevens de
plaats waar het op dat oogenblik aanwezig is.
Geschiedt de invoer door publieke middelen
van vervoer, dan is alleen de ontvanger min
stens één uur vóór de ontvangst, tot aangifte
verplicht.
Artikel 95, eerste alinea, te lezen:
Op de kleine steenen, uitsluitend voor voet
gangers bestemd, mag niet met paarden of rij
tuigen, met wielers, kruiwagens of andere voer
tuigen gereden, noch vee of paarden geleid wor
den, behalve daar, waar geene voldoende ruimte
is om zulks te kunnen vermijden.
Artikel 98. Hieraan toe te voegen als alinea 2
Wanneer wagens, karren, sleden of andere
voertuigen zoo hoog worden opgeladen dat de
bestuurder niet over de lading kan heenzien, is
deze verplicht te zorgen dat het voertuig door
een ander persoon worde getrokken.
Art 102, eerste alinea, te lezen:
Met honden, voor wagens of karren gespan
nen, mag niet gereden worden; onder karren of
andere voertuigen gespannen, moeten ze zoo
kort zijn gebonden, dat zij niet onder de kar
of het voertuig kunnen uitkomen.
Als derde alinea hieraan toe te voegen:
Kreupele, verwonde, of kennelijk zieke hon
den, mogen niet als trekdieren worden gebruikt.
Artikel 108, eerste alinea, te lezen:
Schoorsteenen en rookkanalen mogen niet
worden gemaakt dan na kennisgeving aan den
Gemeente-architect en niet in gebruik worden
gesteld dan na bekomen toestemming van Bur
gemeester en Wethouders.
Artikel 141, eerste lid, te lezen:
Het is verboden, aan bierhuishouders, tappers,
herbergiers, koffiehuishouders en in het algemeen
aan alle houders van inrichtingen waar het pu-
publiek tegen betaling, eet- of drinkwaren ge
bruikt, des avonds na 11 uren hunne lokalen
geopend te hebben en aan het publiek daarin
na dat uur te vertoeven.
Artikel 143, eerste alinea, te lezen:
Het is aan de in artikel 141 genoemde
souen verboden, tenzij met vergunning van deu
Burgemeester, van den Isten April tot den 30
September vóór ’s morgens 6 en van 1 October
tot 31 Maart vóór ’s morgens 7 uur, gasten of
gezelschappen bij zich aan huis te laten vertoe
ven of te ontvangen.
Artikel 172. Uit sub 2 te royeeren art. 148
en dit te brengen onder sub 3.
Aldus vastgesteld door den Gemeenteraad van
Sneek, den 22sten Juli 1890, no. 7.
(Get.) ALMA, Voorzitter.
BENNEWITZ, Secretaris.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde
Staten van Friesland, volgens hun bericht van
den 14 Augustus 1890, no. 18, 2e Afdeeling,
in afschrift medegedeeld.
Er is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 27 Augustus 1890.
Burgemeester en Wethouders van Sneek»
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
OOKER tOlRiV
f
i
ia
i
iig.
t0
te
te
te
te
ot,
ile
tg»
lit,
:in.
llof
tze
ird
'■>>>-
I