A
L
I
Q
•r
f
1891
Z E S-E N-V E E R TJ Q ST E J AA R G A N G.
No. 10
an
it E Bil< TJ -V It I,
verzet
PERS.
U I T
I) E
als liij
0,
t
de
BINNENLAND.
Het is trouwens ongerijmd, dat
zouden doen.
üawii.ih.aii
overtredingen behandeld en met
genis gestraft.
A
Sneek, 3 Februari 1891.
De Burgemeester roornoemd,
ALMA.
ons
W.
en
in
3,
u
Donderdag jl. is te Bolsward de 28e algcmee-
ne vergadering der schippersvereeniging Schut-
tevaer gehouden. Als voorzitter trad op de heer
U. O. de Jong, van Drachten. IJ ij opende
haar met een woord van weemoedige hulde aan
den voorzitter, den heer W. U. de Jong, die
in het laatst van het vorige jaar aan de ver-
eeniging ontviel en wiens nagedachtenis in niet
minder eere zal blijven, dan die van den op
richter der vereeniging, den heer Schuttevaer.
ven.
In het jaar 1887 werden
gerechten niet 2
Juli 1857.
Het verheugt den heer A.
de Kantor openlijk optreedt, om
ongebouwde eigendommen.
„Salus populi suprema lex' esto 1“ of „Het
heil des volks zij de hoogste wet/ Ieder wet
moet ten doel hebben, het heil des volks te
Slechts het tegendeel kan van
Die „Heer“
en als het
volgend jaar
op staatskosten zijn gevoed,
terwijl honderden ambtenaren rondloopen om
en voor welk staatsbelang?
Men legt er tegen in, dat bij opheffing der
bescherming de wildstand te niet gaat. I'-7
ADVERTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 10 Cent,
voor eiken regel meer 7’/j Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den Uitgever.
gevoel des volks,
1
geheel geen beleid en dus niet eens wanbeleid. 1 die niemand ooit een halven cent te kort
de landbouwers zich de verwoesting moeten
„Wat noodIs het wild soms
voedselis het een belangrijke tak
berij hebben om hazen en
schieten, dat genot ongestoord te laten/
Wij hebben gesproken van eene midden-
r. en inderdaad, deze
getroosten, door schadelijke dieren aangericht,
i om aan enkele personen het voorrecht te
j schenken, om zich aan het vermoorden dezer
dieren te vergasten.
De heer de Kanter getuigt nog omtrent die
overtreders: „Zesduizend gestempeld tot
I overtreders van de wet, grootendeels voortko-
KENNISGEVLN G.
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek
brengt ter openbare kennis, dat ter Secretarie
dezer gemeente, van af heden gedurende der-
tig dagen, voor
zage zal liggeneene opgave van de uitkomsten,
bedoeld bij de artikelen 15, 23 eu 43 der wet j
'r ,c" -- 82) be- i I’S bij het verlaten van
vde en een bewijs van ontslag
KENNISGE VING.
Lcling voor de Nationale Miülie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelet op art. 28 der Wet op de Nationale
Militie van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad
i no. 72) en aPtt. 20 en 21 van Z. M. besluit van
:j' den 8en Mei 1862 (Staatsblad no. 46)
Brengen ter openbare kennis, dat de loting
voor de lichting der Nationale Militie van 1891
dezer gemeente, zal plaats hebben in de Con
certzaal alhier op VRIJDAG den 27 Februa
ri e. k.des voormiddags ten 9'/3 ure;
dat op Maandag den 2 Maart d. a. v. ter ge-
meente-secretarie door of van wege de lotelin-
gen aanvrage kan geschieden voor de getuig-
schriften ter bekoming van vrijstelling van den
dienst wegens broeder dienst of als eenig icettig
zoon
voorts dat om vrijstelling wegens eigen mili
taire dienst of dim ran broeders te verkrijgen,
de paspoorten of andere bewijzen van ontslag,
uittreksels-stamboeken of bewijzen van werke-
lijken dienst, ten mins*, tien dagen vóór den
dag, waarop de eerste zitting van den Militie
raad wordt geopend, ter Secretarie voornoem d
moeten worden inge'everd.
Sneek den 3en Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders roornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
Deze CO KRANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post f 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
had
zou
o een
slede, welke hjj zelf met twee prikken voort
dreef. Nooit had het jongske zoo’n pret gehad.
De heer mr. H. Ph. de Kanter te Haarlem mende uit standen, die de boeten niet betalen,
I heeft onlangs in de N. RotU Crt. een krachtig dus gaan zitten, kennis maken met de gevan-
jaar niet te
5 aan-
kweeking van fazanten en ander roofgedierte
meente, in welke hij ingeschreven is, tenzij hij
geene verplichtingen ten aanzien van de Militie
meer te vervullen heeft.
Hij, die bij de Zeemacht, bij het Leger hier
Z2., C L. 2LT’"':sOver-
zeesche bezittingen heeft gediend, wordt niet j
als vrijwilliger bij de Militie toegelaten, tenzij i
-L" 1 jen jjgngf, behalve
van den bevelhebber, j
onder wien hij laatstelijk heeft gediend, een
getuigschrift hoeft ontvangen, inhoudende, dat
hij zich gedurende zijn diensttijd goed hOeft
gedragen.
Hij kan, heeft hjj dit ontvangen, tot dat zijn
veertigste jaar volbracht is, als vrijwilliger bjj
de Militie worden toegelaten.
Sneek den 3 Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders roornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
wij met mr. de Kanter vurig wenschen, dat
zij zoo spoedig mogelijk uit de rij der Neder-
landsche staatswetten verdwijne.
recht,kan verkrijgen, om op zijn
te schieten, maar dit is met het oog op
heerlijke jachtrechten onwaar. T‘
zegt„Laat de eigenaar, wiens gronden binnen 1
zoodanige heerlijkheid liggen, eens p~ 1-
voor f21 het. recht te krijgen, het wild
schieten, dat op zijn grond loopt. IN.11
niet verleend worden, Uj
dat al zijn gewas wordt opgegeten of vernield
door het gespuis, dat „de Heer“ of zij, aan
wie deze de jacht verhuurt, verlangen te komen
doodschieten als zij het goedvinden,
betaalt aan den boer geen cent,
hem goeddunkt, ten einde een
het genot van den doodschieter met grooter
teugen te kunnen inzwelgen, een
komen en daarentegen door kunstmatige
heeft onlangs in de N. Rott> Crt. een krachtig dus gaan zitten, kennis maken met de
vc.ri.ct aangeteekend tegen de wet tot regeling j genis, nagewezen worden als menschen, die
dor jacht en visscherij, vastgesteld den 13den hebben gezeten, c; 1 1
W. P. dat mr. hen daar te brengen,
aan de mid- 1 Geen ander, dan dat aan enkelen, die liefheb-
deneeuwsche jachtverordening een duw te ge- berij hebben om hazen en patrijzen dood te
1,37 voor de kanton-
minder dan zesduizend jacht- eeuwsche jachtverordening, en inderdaad, deze
geld of gevan- 1 verplaatst ons in een lang vervloden tijdperk
nis gestrair. van duisternis en ellende, toen de adellijke
Men zegt wel, dat ieder voor 21 gulden het heeren het gezag in handen hadden over hunne
cht.kan verkrijgen, om op zijn grond wild lijfeigenen en zich ten koste van dezen de
de genietingen des levens wisten te
Mr. de Kan ter j Aanvankelijk
probeeren
l te I
„„2 1Het zal hem I
Hij mag het aankijken j
en ellende, toen de adellijke
BEKENDM AKI N G.
Vrijwilligers voor de Nationaie Militie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelet op art 9 van het Koninklijk besluit
van den 17den December 1861 (Staatsblad
no. 127);
Roepen op zoodanige ingezetenen, die verlan
gen als vrijwilligers bij de Militie op te treden,
om zich daartoe aan te geven ter gemeente
secretarie in de gewone bureau-uren.
Om als vrijwilliger bij de Militie te kunnen
worden aangenomen, moet men ongehuwd of
kinderloos-weduwnaar en ingezeten wezen,
voorts lichameljjk voor den dienst geschikt,
ten minste 1.56 M. lang, op den Isten Januari
ivan het jaar der optreding als vrijwilliger het
20ste jaar ingetreden zijn en het 35ste jaar
niet volbracht hebben, tot op het tijdstip der
optreding aan zijne verplichtingen ten aanzien
van de Militie, zoover die te vervullen waren,
voldaan en een goed zedelijk gedrag hebben
geleid.
Het bezit van die vereischten, met uitzonde
ring van de lichamelijke geschiktheid en van
de gevorderde lengte, wordt bewezen door een
r "getuigschrift van den Burgemeester, verkrijg-
J baar op plaats en tijd boven vermeld.
Hij, die voor de Militie is ingeschreven, wordt
slechts als' vrijwilliger toegelaten voor de Ge-
1
In het Venl. Weekblad geeft de heer Haff-
mans op de volgende pikante wijze zijn oordeel
over den staatkundigen toestand van het oogen-
blik.
In het .dagelijksch leven spreekt men van
dollemanswerk.Daar heeft het wel iets van.
Maar deze familiaire uitdrukking komt natuur
lijk in de politiek niet te pas.
Het slotwoord luidt„Wij hebben een juweel
van een ministeriedat moet gezegd zijn.
Voortreffelijker kon er nooit gevonden worden.
Altijd Voor de liberalen/
verschaffen.
in den eigenlijken riddertijd
voerden die aanzienlijke personen vaak
onderling een feilen strijd. De ridderlijke
oefeningen dieuden alleen om hun handigheid
te leeren tot het bekampen en overwinnen
Van hunne tegenstanders. Was er geen gele
genheid om te vochten tegen menschen, dan
werden de wapens gekeerd tegen do wilde
dieren, en de adellijke heeren waren van oordeel,
dat zij alleen het recht hadden om daartegen
te velde te trekken.
Het ontstaan van steden en staten, waar
de wet alle geweldenarij verbande, heeft aan
de particuliere veeten, aan den voorheen ge-
oorloofden strijd van ingezetenen tegen inge
zetenen een einde gemaakt. Maar de jacht
is uit de middeneeuwen overgebleven, wel
niet tegen beren en wolven, maar tegen
schuwe, weerlooze hazen en patrijzen.
Onzes inziens is het den beschaafden mensch
onwaardig, er vermaak in te vinden, die vreed
zame dieren te dooden, terwijl zij, die ze als
schadelijke dieren moeten beschouwen, zonder
jachtacte geen verlof hebben om ze te dooden.
Zulk eene wet, w’elke schadelijke dieren in
hare hoede neemt, om enkelen genoegen te
doen, die in een verraderlijk beulswerk genot
vinden, past niet in het kader van onzen tijd
van beschaving, humaniteit en dierenbe
scherming.
Men geeft hoog op van het bevorderen der
belangen van den landbouw door afschaffing
of verlaging der mutatierechten of zelfs door
het invoeren van beschermende rechten, en
men bestendigt eene ellendige jachtwet, die
het graan van den landbouwer ter prooi laat
aan schadelijk gedierte
De regeering moge bedenken, of zij daardoor
de ontevredenheid niet aanstookt bij hen, die
zich terecht of ten onrechte volksvrienden
noemen, eene ontevredenheid, die niet
een volks-
van indu
strie, is het den jagers soms te doen, omdat
het voor hen een voordeelig zaakje is, en
de poelier hun terugbrengt wat hun het jagen
kost
„Niets van dat alles. Wat de staat hier
met zooveel ombarmhartigheid, gestrengheid, i
met opoffering van duizenden schats aan kod- zonder gevaar is voor den staat,
debeiers en voeding van gevangenen, met ««in» ««mih B>!nrrima Uv- o
opoffering van menschenlevens eu demorali
satie van het geheele platte land in stand
.houdt, dat is de hartstocht van enkelen bevorderen.
om wild dood te schieten. Je bestaande jachtwet worden verzekerd, zoodat
De heer A. W. P. is het volkomen met mr.
de Kanter eens.
De wetten moeten uitgaan van het rechts
gevoel des volks, en omdat de bestaande jacht-
wet dien grondslag mist, geeft zij aanleiding
brengt ter openbare kennis, dat ter Secretarie
de belanghebbenden ter in- I te Lande, of bij het Krijgsvolk in s Rijk!
Dat gaal de bijt in.
Een knaap, dien moeder steeds thuis
gehouden, uit vrees dat hij een ongeluk
krjjgen, vermaakte zich op het ijs met
Nooit had het jongske zoo’n pret gehad.
Plotseling ziet hij een bijt voor zich recht
voor zich een gapende bjjt. Dit jaagt hem
zoo’n schrik aan, dat hij zijn hoofd verliest In
plaats van links of rechts af te draaien, of
eenvoudig te stoppen, gaat hij door met prikken
in dezelfde richting, luidkeels roepende „Dat
gaat de bijt in Dat gaat de bijt in
En hij ging de bijt in.
Ziedaar het regeeringsbeleid Van het tegen
woordig kabinet. Evengoed als de kleine jongen
wist dat hij in de bijt ging verdrinken, wist
het ministerie dat het met een militaristische
legerwet voor te stellen, zichzelf een strop om
den hals legde. En toch deden beide wat het
meest alledaagsch gezond verstand en de inge- bescherming de wildstand te niet ga
boren zucht tot zelfbehoud ten sterkste ontried. geeft^mr. de ^Kanter ten antwoord
Den jongen is dit nog te vergeven, als zijnde
zoo van angst bevangen, dat hij niet meer
wist wat hij deed. Maar het kabinet, bestaande
uit acht vroede mannen, ,die op hun doode
gemak gezamenlijk konden overwegen wat
raadzaam was en wat niet daar staat je
verstand bij stil. Niet een van de acht minis
ters, niet een die uitriep: „Laat ons dat toch
niet doen, want daarmee gaan wij naar den
kelder/
Het ergst is dat daarmee niet alleen het
ministerie, maar ook de meerderheid en de
heele anti-liberale partij naar den kelder gaan.
Hoe zal men nu zoo’n regeeringsbeleid noe
men
Daar bestaat geen naam voor, om de een
voudige reden dat iets dergelijks nog nooit is
vertoond. Wanneer men zoo sterk mogelijk
zijn afkeuring wil te kennen geven, dan spreekt
men van „wanbeleid/ Maar hier is in het
den boer nog harder te benadeelen dan
moet de boer dat toelaten, en als hij er een
hand naar uitsteekt, vervalt hij in de boete.
„Doch al ligt hij nu niet in eene heerlijk
heid, in wat land leven wij dan toch, dat men
f21 betalen moet om het ongedierte te mogen
doodschieten, dat op onzen eigen grond
eigen gewas opeet? Art. 626 en 641 B.
kennen aan den eigenaar toe alles, wat op
in den grond is. Waarom mag men aan wild
gedurende acht maanden van het jaar niet
raken en vier maanden alleen tegen betaling
van f 21 aan het rijk, mits men niet ligt binnen
de grenzen van een heerlijk jachtreeht?“
Daarop
zage
eu 43 der wet
van den 26 Mei 1870 (Staatsblad no. 1
treffende de grondbelasting van gebouw7de
sim- a wmmiiHui) imr m
ESI
j»
e
r.
te
ft.
O.
SWEEKER
I- o - -- -- o
muil V till YY llliuniviu. XLLWUI1 H1VX J.W 1 tot gedurige overtredingen, zelfs door personen,
- 1 -I I' -"'I -w n n n rrriMi/ili f-
OPROEPING
Lil ill J1VUV11 vxv x t n 1 1 tv 11 7 1V1