1IWWWMID TOOR DE
EJIEE m ffl HEI JIIIIOI III SSEIIE SI SfflH.
Li
l
r
1
No. 12
Lotin’’ voor de Nationale Militie.
1891
W O E NS I> A.
Ten tweede klimt de verhooging van draag-
succes-
in de Nederl.
van
U 1 T
BINNENLAND.
Van zijne hand zag o. a. het belangrijke werk
over d 1
licht, en bovendien verliest de
Schaatsennjdersbond” in hem
secretaris.
de geschiedenis van het schaatsenrijden het
„Nederlandsche
een wakkeren
Deze COl'RANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1franco per post f 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
Te Leiden is in den ouderdom van 32 jaar,
na een smartelijk lijden, overleden, mr. J. van
Buttinga Wichers, die zich op het gebied van
„sport” op eervolle wijze had onderscheiden.
De commissie van het Museum van Kunst
nijverheid te Haarlem heeft besloten in de lo
kalen van het museum aan de hier te lande
gevestigde industrieelen gelegenheid te geven,
de producten van kunstnijverheid, op de verschil
lende werkplaatsen vervaardigd, gratis ten toon
te stellen. Daar genoemd museum in het afge-
loopen jaar door 14321 personen werd bezocht,
is dit voorzeker een goede maatregel om het
publiek met de in Nederland vervaardigde
Door den heer mr. de Kanter is een concept-
adres aan de Tweede Kamer in zake de jacht-
- - L aan ge
voerde gronden tot de Kamer komen met het
verzoek, om door een uitspraak bij de regeering
aan te dringen op zoodanige wijziging van de
wet op de jacht en visscherij, dat de kunstma
tige bescherming van den wildstand en daar
mede van ’t jachtvermaak een einde neme, en
het in art. 641 B. W. uitgesproken beginsel
eindelijk tot zijn recht kometerwijl zij tevens
ten dringendste aanbevelen, om, ter inkrimping
van de schade door den land- en tuinbouw van
heerlijke jachtrechten te lijden, de afkoopbaar-
stelling daarvan te vergemakkelijken.
De gemeente Rijswijk belooft een uitgezóch
te plaats te worden voor menschen met een
klein inkomen. In de jongste raadszitting werd
besloten geen hoofdelijke omslag meer te heffen
van personen met een vermoedelijk inkomen
beneden de één duizend gulden, terwijl binnen
een paar jaren, blijft de financieele toestand
der gemeente zoo gunstig, in het geheel geen
hoofdelijke omslag meer behoeft geheven te
worden.
De Iweede Kamer, die vrijdag tot nadere
bijeenroeping is uiteengegaan, zal, volgens het
Dagbl.den 24en dezer maand hare werk
zaamheden weder hervatten en tot den 20en
of 21en Maart bijeen blijven.
den fiscus is het
en rentegevende
schuldvorderingen. De heer Pierson acht deze
belasting niet te rechtvaardigen. Mr. Treub
is van een andere meening; hij wenscht het
overgangsrecht alleen dan af te schaffen, wanneer
een grondige herziening van het belastingstelsel
een inkomstenbelasting naar draagkracht brengt.
De Stand, schrijft in haar nommer van giste
ren de volgende asterisk over de Tien Geboden
„Van roomsche zijde is de formule: „De Sou-
vereiniteit Gods en de Tien Geboden” in
zwang gebracht.
Dit zij voor hun rekening gelaten.
Slechts zij elk goed anti-revolutionair ge
waarschuwd niet onbedachtelijk deze formule
over te nemen.
Zoekt ge toch uw grondslag in de Souverei-
niteit en de Tien Geboden, dan is hiermee het
christelijk karakter van uw optreden geheel op
zij gezet.
Daargelaten nu nog dat noch die Souverei-
niteit noch die Tien Geboden klem hebben,
tenzij ze genomen worden uit de H. Schrift en
op de autoriteit der Schriftuur rusten.”
In het laatste geval wordt het te voldoende achten.
Kon- iron inirnmon j Ten tweede klimt de verhooging van draag
kracht in relatief sterkere verhouding dan het
geërfde bedrag. Mr. Treub staat dan ook pro
gressie bij successierecht voor. Ten derde moet
rekening gehouden worden met den leeftijd van
den erfgenaam en wel in dien zin, dat hoe
jonger men een vermogen verkrijgt hoe meer adres aan de Tweede Kamer in zake d
genot men daarvan trekken kan. De schrijver wet opgesteld, waarbij adressanten op
geeft vervolgens een schets van de regeling
eener successie-belasting zooals hij die wenschen
zou en beantwoordt daarin een tweetal beden
kingen. Vooreerst het bezwaar dat het suc
cessierecht het nationaal vermogen aantast.
Dit bezwaar is niet weg te nemen, maar mr.
Treub telt het zoo zwaar niet. De tweede be
denking is deze, dat de schenkingen ter zake
des doods zullen toenemen en het doel van een
hoog successierecht dus gemist zal worden.
Dit bezwaar is niet denkbeeldig. De schrijver
wil het ondervangen door voor de heffing van
successierecht de schenkingen onder de levenden
met erfstellingen en legaten op een lijn te
stellen. Immers ook dan ontstaat een buiten
gewone verhooging van draagkracht. De ont
duiking kan door hooge boete zooveel mogelijk
worden tegengegaan, en trouwens, zegt de heer
Treub, elke verbetering van het belastingstelsel
moet het besef van het onzedelijke der belas
tingontduiking aanwakkeren.
Ten slotte behandelt de heer Treub met een
enkel woord de vraag of er naast het
sierecht een equivaleerende belasting van d e
goederen in de doode hand behoort te worden
geheven cn beantwoordt die bevestigend. Zoo
lang, zegt hij, de staat het goederenverkeer
onder de levenden en bij overlijden, op welke
gronden dan ook, belast, genieten de zedelijke
lichamen, wier vermogen van dat verkeer is
uitgesloten, een voorrecht.
In de tweede plaats wijst de schrijver nog
op de beide rechten van overgang die hier te
lande worden geheven. Het recht van overgang
op onroerende goederen binnen het rijk, die
verkregen worden door het overlijden
iemand die geen ingezetene is van het rijk,
is van weinig beteekenis.
Van meer belang voor
overgangsrecht van effecten
Huwelijksverbod. De strijd
Herv. kerk luwt niet! Nu weer onderteekent
dr. Kuyper in de, Heraut een artikel, waarin
het hnwelijk verboden wordt van een doleeren-
de met een Gereformeerde die niet doleert.
Hij schrijft:
„Een Gereformeerde kan alleen een Gerefor
meerd meisje huwen.
„En wat de doleantie aangaat, zoo zeggen
we eveneens: zijt ge doleerende, of heet ge
het slechts?
„In het tweede geval hebt ge geen recht
van spreken.
„En in het eerste geval, wanneer derhalve
uw medegaan met de doleantie metterdaad
steunt op de zielsovertuiging, dat wie onder
de Synodale organisatie blijft, voortleeft in een
toestand van zonde en de Koningskroon van
Jezus hoont, hoe zoudt ge dan een huwelijk
kunnen aangaan met iemand die in deze zonde
staat, en er geen afstand van wil doen?14
K ENNISGEVIN G.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek, brengen ter openbare kennis,
dat een door heeren Gedeputeerde Staten van
Friesland ontworpen Algemeen Reglement voor
de zeewerende waterschappen in deze Provin
cie, bij welke het kadastraal inkomen strekt
als grondslag van de onderhoudplichtigheid en
het stemrecht, met daarbij behoorende Memorie
van toelichting, vanaf heden tot den 11 Maart
e. k. ter inzage is nedergelegd ter gemeente-
t secretarie alhier, en dat bezwaren of opmer
kingen dienaangaande binnen den gemelden
termijn bij het College van Gedeputeerde Sta
ten kunnen worden ingediend.
Sneek, 9 Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BEN NEWITZ, Secretaris.
KENNISGE VING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek,
Gelet op art. 28 der Wet op de Nationale
Militie van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad
no. 72) en artt. 20 en 21 van Z. M. besluit van
den 8en Mei 1862 (Staatsblad no. 46):
Brengen ter openbare kennis, dat de loting
voor de lichting der Nationale Militie van 1891
dezer gemeente, zal plaats hebben in de Con
certzaal alhier op VRIJDAG den 27 Februa
ri e. k.des voormiddags ten 9'/2 ure;
dat op Maandag den 2 Maart d. a. v. ter ge-
meente-secretarie door of van wege de lotelin-
gen aanvrage kan geschieden voor do getuig
schriften ter bekomiiig van vrijstelling van den
dienst wegens broederdienst of als eenig ivettig
zoon
voorts dat om vrijstelling wegens eigen mili
taire dienst of dien van broeders te verkrijgen,
de paspoorten of andere bewijzen van ontslag,
uittreksels-stamboeken of bewijzen van werke-
lijken dienst, ten minste tien dagen vóór den
dag, waarop de eerste zitting van den Militie
raad wordt geopend, ter Secretarie voornoemd
moeten worden ingeleverd.
Sneek den 3en Februari 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester,
BENNEWITZ, Secretaris.
In de Vragen des Tijds dezer maand zet de
heer Treub zijn beschouwing over successie
belasting voort, nadat hij in zijn vorig opstel
tot de conclusie was gekomen, dat het familie-
erfrecht moet beperkt worden tot verwanten
in den 4en graad en de ervende bloedverwanten
moeten concurreeren met den Staat.
In de eerste plaats stelt hij het begrip „suc
cessiebelasting44 vast. De hh. Vissering en mr.
Pierson verwarden twee begrippen de belasting
van den erflater -het bedrag zou dan een
soort van gekapitaliseerde rente zijn en de
belasting van den erfgenaam, als belasting op
liet inkomen door toevallige bate verkregen.
Onze wet, zegt mr. Treub, kent de successie
belasting niet anders dan als een belasting van
den erfgenaam of legataris, gegrond op den
aanwas van vermogen, welke aan dezen ten
deel valt.
daarvan,
heffen bedrag van het toekomstige inkomen
gekapitaliseerd en bij voorbaat geheven.
Mr. Cort van der Linden en mr. Pierson
huldigen deze laatste opvatting, doch mr. Treub
bestrijdt haar. Immers, zegt hij, om de hoogere
jaarlijksche belasting bij voorbaat juist te kun
nen kapitaliseeren moet men kennen het aantal
jaren, dat die belasting geheven zou worden,
d. i. de levensduur van deu erfgenaam. Dat
hiermede groote fouten zouden worden begaan
ligt voor de baud en daar zij door een inkom
stenbelasting te vermijden zijn (dan zou het
inkomen uit erfenis gekregen van zelf behoorlijk
getroffen worden) verdient een dergelijke op
vatting geen aanbeveling. Doch zij is boven
dien in strijd met ons successierecht. Immers
wordt er bij een jaarlijks hoogere heffing der
inkomstenbelasting niet op gelet of het vermc-
geërfd is van een verren neef of van een nade
ren bloedverwant, dan mag er ook bij een
heffing in eens en bij voorbaat niet op gelet
worden. Mr. Pierson alleen geeft deze conse
quentie toe. Doch daarmee zou ons geheel
successierecht vervallen. Er blijft dus niet
anders over dan het successierecht te beschou
wen als een belasting van de buitengewone,
voorbijgaande verhooging van draagkracht, wel
ke de erfgenaam uit deu hem te beurt val
lenden aanwas van vermogen put.
De heer Treub behandelt vervolgens de vraag
wanneer den staat reeds een deel der nalaten
schap krachtens erfrecht is toegevallen, bestaat
er dan nog grond om bovendien het deel van
den erfgenaam te belasten. In theorie zegt
hij sluit de wettelijke erkenning van het
staatserfrecht de heffing van successierecht niet
uit. Doch zou het in de praktijk niet eenvou
diger zijn die heffingen ineen te doen vloeien
Uit een viertal punten blijkt dat deze vraag
ontkennend moet beantwoord worden.
De staat erft van den erflater en belast den
erfgenaam. Sterft dus een ingezetene die slechts
buitenlandsche erfgenamen nalaat, dan krijgt
de staat alleen door zijn erfrecht; sterft een
buitenlander, die zijn vermogen aan ingezetenen
nalaat, dan int de staat door het successierecht.
Ten tweede als erfgenaam put de staat alleen
uit de nalatenschap van den erflaterals belas-
tingheffer zou hij, van al wat de erfgenamen
krijgen, b. v. ook gelden die door een gesloten
levensverzekering toevloeien, trekken (volgens
onze wet niet). In de derde plaats ontvangt
de staat krachtens erfrecht een deel van de
géheele nalatenschap en als belastingheffer een
bijdrage uit het aandeel van iederen erf genaam
of legataris.
En eindelijk, liet erfdeel van den staat houdt
met de draagkracht barer medeërfgenamen in
het minst geen rekeningde successiebelasting
berust juist op niets anders dan op verhooging
van draagkracht.
Is er plaats voor de heffing eener successie
belasting, dan behoort zij dus, concludeert mr.
Treub, van het staatserfrecht afgezonderd te
worden. En dat er plaats is voor een succes
siebelasting, is voor den heer Treub aan geen
twijfel onderhevig. Waar belasting geheven
wordt naar draagkracht, moet de fiscus in de
allereerste plaats er bij zijn als de erfgenaam
uit een toevallige bate een buitengewone ver
hooging van draagkracht put. Die verhooging
van draagkracht hangt samen met de meer of
minder verwijderde bloedverwantschap tusschen
erfgenaam en erflater. Immers kinderen reke-
D E P E R S.
De Eerste Kamer is opgeroepen tegen aan
staanden Maandag avond.
Nog een andere dubbelzinnigheid dient opge-
helderd. Wil men door het successierecht de
lijdelijke buitengewone verhooging van draag
kracht belasten of wel de blijvende verhooging
kunstnyverheids-producten bekend te maken.
Nadere inlichtingen worden verstrekt door den
conservator van het museum, den heer E. von
Saher.
nen reeds eenigszins op de erfenis en richten
er hun levenswijze naar in. Intusschen meent
de heer Treub, dat onze wet op dit punt te
ver gaat; een viertal belastingschalen zou hij
ADV ER TEN TIÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cent,
voor eiken regel meer 7‘/2 Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den Uitgever.
SLEEKER
I
4