fflffiWE B H fflRIIISSfflVf SIER
MOL
1
ffl wmniE-miii ïiiiiii iie
deI
stem I
:1de J
1 1
Wat deei hebben wij aan David?
Z E VE N-E N-V EERTIQSTE J A A R a A N O.
1892.
a a r.
f892
ZAKBOEKJES
No. 22
»r-
16
t
geen heerschappij
tx
er
n-Xv
si
Jl
I
Doze CO UR J N T verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post 1 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
Brengt ter kennis van belanghebbenden
dat, met wijziging van het besluit van 4 Fe-
a
nul
he|
u
•et
id.
ld
n
te
e
,n«
dl
u I
•n j
f/
h
of
te
D> BURGEMEESTER van 8neek brengt ter
kennis van de Milicien-Verlofgangers, dat hunne
ZAKBOEKJES ter gemeente-Secretarie ter af-
haling gereed liggen.
Sneek, den 15 Maart 1892.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
'ents,
PfJJ»
1 bij
pn moet
ftzien da
I n de
■ch ge-
n al den
■banden
liappij
den
I eu te
i
Wanneer de N. R. Ct. en het Handelsblad der wet op de Nationale Militie van den 19den
ven j
och I
va» I
op
hem
t te I
schil- I
hem I
1 'll-i
/ok a J
it, altE
gepubliceerd wenseht te zien. Wij kunnen het
begrijpen dat hij tegenover sommige onthullin
gen het woord van den apostel toepast: alle
dingen stichten niet. Ofschoon er onder het
publiek op een dankbaar gehoor valt te reke
nen wanneer er chronique scandaleuse wordt
verkondigd, vindt de aftrek, die T’s brief heeft,
niet haar grond in jacht op effect, door het debi-
teeren van hofgeheimen die het particulier leven
aangaan.
De toestanden aan ons hof wekten zijn ver
ontwaardiging omdat zij noodlottigen invloed
oefenen op het landsbestier en daarvoor kunnen
we T. niet genoeg danken.
Reeds in het vorig jaar hebben we het zon
derling spel aanschouwd dat het hof eerst, door
een afwachtende houding aan te nemen in de
crisis, den toeleg verried om de bedoelingen
van den stembusstrijd eenvoudig te negeeren.
Daarop zagen we het zonderling schouwspel van
een minister-formatie, waarin de hoofdpersoon
eenvoudig op den achtergrond werd gedrongen.
En thans weer leert ons het allerzonderlingst
verloop der commandants-quaestie dat het hof
tegenover de ministers zijn wil weet door te
drijven.
Tegenover al deze feiten nu heeft de groote
liberale pers eerbiedig het stilzwijgen bewaard,
en nog na het verschijnen van Tindal’s brief
schijnt zij zich voorgenomen te hebben te zwij
gen. Toch zijn deze feiten o. i. belangrijk
genoeg om vermeld te worden ook voor den
volbloed-royalist. Vanwaar dan deze licht
schuwheid zal men vragen. Het is Tindal
die hierop antwoordt
„Bij deze bladen is gebrek aan moed de
grondslag van hun bestaan."
Zeker moet er een bijzondere reden voor
zijn, wanneer we in aanmerking nemen, dat er
geen diner of receptie ten hove plaats heeft, of
de plechtigheid wordt in de liberale bladen ver
meld. Naar onze meening komt daarbij de
vrees, dat te eeniger tijd de republiek zal wor
den uitgeroepenstellig wordt deze door de
camarilla zelf voorbereid. En vrees kan soms
tot dwaze diugen leiden. Of is het niet zon
derling voor hem, die enkel deze bladen leest,
wanneer hij een interpellatie ziet aangekondigd
over de kolonels-quaestie, waarvan hij nooit iets
geweten heeft?
Zeer gunstig steekt hierin af de houding door
de liberale Duitsche pers tegenover den Keizer
aangenomen. Met trotseering van gevaren, die
in ons land geheel onbekend zijn, beoordeelt
zij de stelling, waarin de keizer zich heeft te
rug getrokken, en durft zij de tolk zijn van de
openbare meening. Ook hierin ligt een bewijs
dat de Duitsche politiek meer politiek te werk
gaat dan de liberale Nederlaudsche.
relde J
mi 1
ete*M
leden
vinfl
laarfl
g
f t,
au
rn-
id-
ert
nd
cr
uet
en,
>uk I
ap- b
nd. r
oeglj
ihJ|
11011 I
.jaar
.ijne I
.irk- I
KENNISGE VING.
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek,
brengt ter openbare kennis, dat het 3e Supple-
toir-Kohier no. 5, op het Patentrecht, dezer
gemeente, dienstjaar 1891/92, door den Provin
cialen Inspecteur der Directe Belastingen te
Leeuwarden gearresteerd den 10 Maart 1892,
aan den Ontvanger der Rijksbelastingen te
Sneek ter invordering is ter hand gesteld en dat
een ieder verplicht is zijnen aanslag, op den
bij de wet bepaalden voet, te voldoen.
Sneek den 12 Maart 1892.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
Augustus 1861 (Staatsblad no. 72,) noodigen
bij deze de lotelingen der Nationale Militie van
deze gemeente uit, om, wanneer die verlangen
bij de Zeemilitie te dienen, zich daartoe vóór den
1 en April ter gemeente-secretarie aan te melden.
Sneek, den 4 Maart 1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
ADVEIiTENTlÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
K E N N ISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek brengen ter openbare kennis,
dat het door hen opgemaakt Primitief-Kohier
van Belasting op de binnen deze gemeente ge
houden wordende Honden, dienstjaar 1892, van
den 16en dezer maand, gedurende acht dagen
ter Secretarie alhier voor een ieder ter inzage
zal liggen, binnen welken termijn belangheb
benden tegen hunne aanslagen op ongezegeld
papier bij hun College bezwaren kunnen in
brengen.
Voorts worden de belastingschuldigen herin
nerd aan artikel 10 der Verordening op de in
vordering van bovergenoemde belasting, luiden
de als volgt
„Van de aangifte in eene mindere klasse dan
verschuldigd is, van het houden van belastbare
honden zonder aangifte, en van het gebruik
maken van een hond tot hooger belastbaar ein
de, dan waarop de ten kohiere gebrachte aan
slag of gedane aangifte recht geeft, zal proces
verbaal worden opgemaakt in voege als bij art.
275 der gemeentewet is bepaald."
Sneek den 15 Maart 1892,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester,
BENNEWITZ, Secretaris.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek brengen ter openbare kennis,
de volgende
KENNISGEVING.
De COMMISSARIS der KONINGIN in dè
provincie Friesland,
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten
dier provincie, van den 10 Maart 1892, no. 49,
le afdeeling B, en op art. 11 der wet van den
13 Juni 1857 (Staatsblad no. 87);
Gemeente Sneek, gevolg gevende aan art. 150 I
K E N N I S G E VING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
'11 II
ju i I
Handelsblad zijn we T. dankbaar er voor, dat
bij nog eens den moed had zijne overtuiging beiden de hoftoestanden, van meet af, aan ferme
uit te spreken ook al meenen de bovengenoem- criiiek hadden onderworpen, zouden we allicht
de bladen, dat het beter is van den monarchaal-
gezinde, om alles wat aan het hof voorvalt stel- anders gedurende
i selmatig dood te zwijgen. Voorzeker is het in hebben.
I
K E N N I S G E V I N G.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek, voldoende aan art. 87 der wet
op de Nationale Militie van den 19den Augus
tus 1861 (Staatsblad no. 72), brengen ter open
bare kennis dat de eerste zitting van den Mili
tieraad voor deze gemeente zal worden gehou
den in het Gemeentehuis te BOLSWARD, op
Woensdag den 23 Maart e. k.des namiddags
ten 12,/.2 ure, in welke zitting uitspraak zal
worden gedaan omtrent
1. De verschenen vrijwilligers voor de militie;
2. de lotelingen, die redenen van vrijstelling
hebben ingediend
3. de lotelingen, in de artt. 55 en 56 bedoeld;
4. alle overige lotelingen.
Zullende voor dien Raad alleen behoeven te
verschijnen
1. Zij, die zich als vrijwilliger voor de Mi
litie hebben aangeboden
2. de lotelingen, die vrijstelling verlangen
wegens ziekelijke gesteldheid, of gebreken, of
gemis van de gevorderde lengte.
Sneek den 26 Februari 1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
Wij doorleven een gespannen tijd. Pas nog 1
was het of over gansch Europa een werksta
king onder de ministers was uitgebroken, of
daar lezen we van verschillenden kant dat er
ook vorsten zijn, wier zetel alles behalve vast
staat, liet is de democratie die den Franschen
President het recht ontzegt om het bestuur des
lands naar diens inzichten te regelen zonder
voldoende rekening te houden met den volks
geest. En diezelfde democratie steekt het hoofd
op tegen den praatlustigen Keizer, in wiens
brein het opkwam te decreteerenSic volo, sic
jubes. Dat verzet slaat alle plannen des Kei
zers, hoe grootsch ze ook in zijn oog mogen
zijn, in duigen; daarmee is de populariteit van
den vorst opgelost.
Zoo ook schijnt men in ons land de bordjes
te willen verhangen om terug te keeren tot de
Bataafsche republiek van weleer.
Wanneer men verneemt hoe non-chalant het
huidige Kabinet wordt behandeld aan ons hof;
wanneer men leest hoe de regentes bij recep
ties door een schaar van hofjonkers en hofjuf
fers .vooraf gegaan, de ministers voorbijgaat om
de hand te reiken aan minder hooggeplaatste
personenwanneer men hoort dat de plaats
van commandant van het keurkorps 6 maan
den openstond, omdat de regentes niet wilde
benoemen, wien de minister van oorlog daarvoor
.aan weeswanneer men dat alles samenvat, dan
vi aagt men zich af: wat er van zoo’n warboel
worden moet en waarom de ministers niet op
L*.. staanden voet hun congé nemen. Wanneer ze
zien dat ons land niet meer wordt geregeerd
door een vorst, maar dat een clubje van jonk-
heeren en baronnen feitelijk den baas spelen;
wanneer ze bemerken hoe groot de belangstel
ling van ons volk is wanneer het iets vernemen
kan van de toestanden aan ons hof; dan ver
klaren we niet te begrijpen, hoe een kabinet
zich aldus tussehen twee vuren wil blijven
plaatsen.
De brief van Tindal, die in acht dagen tijds
ongeveer 20 herdrukken beleefde, en dien we
i ieder aanraden te lezen (op aanvraag wordt hij
franco toegezonden door de firma Heldert Co.
te Amsterdam) kan daarin wellicht verandering
brengen.' Wij kunnen het in den schrijver niet
genoeg prijzen, dat hij de stoute schoenen nog
eens aantrok om ons een kijkje te geven op de
door en door bedorven toestanden aan ons
Koninklijk hof.
Het is toch alles behalve aangenaam, wan
neer plichtsgevoel ons drijft om zakeu te open-
baren, die door de zoogenaamde voorlichters
de N. R. Ct. en het Handelsblad een
voudig worden doodgezwegen of verdraaid. Van
welk standpunt we de zaak ook bezien, hetzij
we ons vóór- of tegenstanders van de koninklij
ke waardigheid noemen, moet T. de hulde
worden gebracht, dat hij den stoot heeft gege-
ven aan een hervorming, welker uitstel niet
anders dan nadeelig kan zijn voor het volk.
Na de vernederende behandeling hem inder
tijd aangedaan o. a. door de redactie van het
van Jhr.de Rmitz of iemand
zoo langen termijn gehad
Ba3.... Voorzeker is het in hebben. Alleen de vrees dat ze daarmee de
den royalist te verdedigen, dat hij niet alles wat "liberale ministers~in benarden toestand zouden
het particuliere leven van den vorst aangaat, brengen, deed haar vergeten dat zij vóór alles
de liberale beginselen hebben te verdedigen en
dat op hen daarom de dure verplichting rustte
den Augias-stal te helpen reinigen. Thans
hebben ze zoo lang gezwegen, dat de hofkliek
fier den schepter zwaait, en straks, als minister
Tak met zijn voorstellen tot kiesrechtuitbreiding
komt en de camarilla besluit zich er tegen te
verzetten, dan zullen ze de wrange vruchten
er van plukken dat ze alles wilden verdonke-
renmnen en ook dan zullen ze moeten zwijgen.
Het eenige, wat deze liberale pers den mond
zal openbreken wellicht, is de in het oog loo-
pende wijze waarop de regentes in ’t publiek
zich verklaart voor mannen als Lohman of
Mackay. Dan komt het anti-clericale bloed
weer in gisting.
Zooals de zaken thans staan, kan de regentes
en haar omgeving van deze pers met volle over
tuiging verklaren wat Wilhelm II van zijn
Brandenburgers verwachtdat zij meegaan door
dik en dun.
Maar genoeg over deze visschennaturen. Dat
zij zelf hun nalatigheid verantwoorden. Aan
Tindal komt de eer toe, dat hij het Nederland-
sche volk heeft gewaarschuwd voor deze ge
vaarlijke coterie, die intrigeert, tot het vrijheids
lievend volk van Nederland zal uitspreken wat
het volk van Israël tot Rehabeam zeide Wat
deel hebben wij aan David?
1
SYEEkEIl COURANT
or
etsei
I
'I
fall
ofl
I
I
I
I
t
II
id» i
Ue-
en
;e-
JO
•it
IB
b
311
ar
kt
>P
n.
511
fc ZO11-
ja te
rond-
f.ma-
'bied
niet
vrij-
^ig,
aat-
niet
fat-
rer-
eid,
loc-
’.i hare
■fatsoen
l'rdt na-
iet
ar
en
AANGIFTE VOOB DE ZEEMILITIE.
u/t
I