J p I j RECLAME 1 I 1 a tr- BUITENLAND. en die in deze Ook in de buitenlandsche pers hebben de Niets als kwaad, zoolang als ik i aar por rk gedurende den winter graag met Berlijn willen gaan! Dat zou zeker gen in Friesland sub-comité’s te vestigen. Bij invloedrijke personen werden bezoeken afgelegd, ge- ver- de thuiskomst van Stefanie te vieren. (Wordt vervolgd.) van De b s sor, oet eidi - ew- oen jen mede te deelen over hetgeen geschied zou zijn De kanselier zou met den vermoedelijken opvolger van Uit Heerenveen werd Woensdag gemeld, dat jhr. L. R. J. A. Roosmalen Nepveu, adjudant in buitengewonen dienst van H. M. de Koningin- Regentes, namens H. M. een onderzoek instelde naar den toestand der Friesehe arbeidersbevol king. Deze mededeeling was in zooverre on juist, dat jhr. Nepveu niet namens H. M. kwam, maar in qualiteit van hoofdbestuurder van het comité ter bevordering van emigratie van arbei ders naar Canada, welke in Friesland in slechte conditie verkeeren en zelf niet over de kosten, aan landverhuizing verbonden, kunnen beschik ken. Dit comité heeft vooral het oog geslagen op Friesland, waar de toestand van vele arbeiders treurig is en jhr. Nepveu stelde zich iu verbin ding met ds. De Hoogh te Nijehaske om te po- bij wie lust tot medewerking werd gevonden, zoodat eerstdaags te Heerenveen een vergade ring zal gehouden worden met jhr. Nepveu en ds. De Hoogh ter verdere bespreking. SNEER, 5 Aug. De heer H. Koetsier alhier heeft voor de benoeming tot onderwijzer te Beuningen be dankt. Benoemd tot onderwijzer te Nunspeet de heer A. Alberda, en tot tijdelijk onderwijzer te Stavoren de heer W. Struikmaus, leerlingen der rijks-normaalschool alhier. Te Leeuwarden zijn er „Als had naai en zich vrij sceptisch heeft het door het overnemen der woorden de toelating van haar nummer in Duitschland onmogelijk gemaakt. i van het in beslag nemen iet ar en 1 in- I ld- I ert lid I er- I det I en, lok ap- nd.l uegl hüj pen .ar iijne ,jrk- - ja; langde. In den herfst van dat jaar bracht Roland zijn pleegkind Hans naar het koninklijk cadet tencorps. Stefanie betrok met haar tante een gezellig winterverblijf in Berlijn en Roland ging op reis. Hij doorreisde Italië, Egypte en Pa lestina en keerde eerst naar huis terug, toen de winter voorbij en in Duitschland de laatste sneeuw uit de dalen verdwenen was. Berlijn had hij bij die gelegenheid niet bezocht. De brieven, welke mevrouw von Herzberg hem geregeld toezond, vertelden wondere din gen van de voordeelige verandering, welke met Stefanie had plaats gehad. Hij verheugde zich reeds in, haar te zullen wederzien, de beuken groen worden, kom ik thuis," zij gezegd, en Roland keek met ongeduld de nog altijd in hun bruin omhulsel gewikkel de boomknoppen. Eindelijk echter lokte de zon het jonge groen te voorschijn, en het beukenbosch ontvouwde al de bekoorlijkheden van zijn Mei-kleed, om !D ,.it- Pi )0- pg at, L- f ken A er- 3 o.'li I R v.m <>P I I I1C1U I 1 1 11 schil-1 I hem I I i hidl JOK :l f I etsei „Hij heeft mij de die ook als ’t ware aan boord van keble A de H '",!l1 rid- JK Uil Wj ete^'uW iedeiofl vin^^ daaijK ’T Van meer gewicht zijn de woorden van News, het lijforgaan van Gladstone, den staanden premier. Het blad wijst er CHOEERA. Deze vreeselijke geesel, die van tijd tot tijd schrik en verwoesting komt spreiden, zelfs in die landen welke het verste van den oorsprong der kwaal verwijderd zijn, schijnt meer bijzon der t’huis te behooren in zekere provinciën van Engelsch-Indië, voornamelijk in de residentie van Madras. Geen jaar gaat er voorbij zonder dat deze kwaadaardige en meestal noodlottige kwaal er duizende menschen ten grave sleept. Beschouwt men nu dat eene specie van cholera juist uitgebroken is, helaas! in een groot aantal onzer steden en dorpen, dan zal iedereen wel dringend verplicht zijn om onmiddellijk voorbe hoedende maatregelen te nemen tegen het ijse lijke gevaar dat ous bedreigt. Wij haasten ons het publiek te berichten en onbetwistbare proeven hebben getuigenis daarvan gegeven dat Sequah’s Onmiddellijke Verlichting bo ven al andere bekende geneesmiddelen uitschijnt als het eenig specifiek, onfeilbaar en veilig mid del tegen aanvallen van cholera, wat ook de oorsprong dier besmettelijke ziekte zijn moge. Het spijt ons zeer dat ruimte niet toelaat hier geheel en al op te geven wat een dagblad van Madras, de „Madras Times" onlangs daarom trent bekend gemaakt heeft, maar wij zullen ons tevreden stellen met het voornaamste uit treksel daarvan te geven „Deze verschrik kelijke pest, welke jaarlijks onze stad en de geheele provincie bezoekt, heeft haar tegengift gevonden in een middel hetwelk tegelijkertijd genezend en voorbehoedend is, en bekend is onder den naam van „Sequah’s Onmiddellijke Verlichting." Achttien personen, die in de stad Renigunta door de cholera aangetast waren en hunne toevlucht tot dit waarlijk wonderbaar specifiek middel genomen hadden, zijn nu weder volkomen hersteld, terwijl uit een groot aantal geëxamineerd als hoofdonderwijzeres en toegelaten de dames J. M. U. Brutel de la Rivière en K. Schijfsma, beide alhier. Westergoo, 4 Aug. Eindelijk is men dan begonnen met koolzaadzichten. Het regenach tig weder begunstigt deze werkzaamheid zeer. Ook zwelt de korrel er nog door. Op sommi ge akkers is het opnieuw begonnen te bloeien, zoodat daarvan niet alles terecht zal komen. De garst is reeds gezicht en staat ten deele nog in hokken, hier zegt men stoeken, op het veld. Voor de fennen en het nieuwgras is de geval len regen een oorzaak van vernieuwde vrucht baarheid. Daar waren dan ook veehouders die al geruimen tijd met schaarschte van veevoeder te kampen hadden. Thans staat het er echter weer goed voor en zijn de landbouwers vrij wat ruimer om het hart geworden. Hun aard- appelgewas belooft alles goeds; nog weinig tijds en van een goeden oogst zijn ze verzekerd. ,1. ?n het gebeuren. Ik verzoek u, mijn lief kind, u voortaan met al uwe wensehen tot mij te wen den! Geloof mij, daar komt gij het verst meê!" „Dat kunt gij niet verlangenmompelde zij tusschen de tanden. „Maar Stefanie, wat moet dat beteekenen? Waarom zijt gij zoo onverzoenlijk vijandig te gen mij? Zeg mij dan toch eens, wat heb ik u misdaan „Dat zult gij-zelf het best weten," zeide zij gedrukt. „Niets als kwaad, zoolang als ik u ken Een lachje gleed over zijn gelaat. Of zij niet eenmaal tot de wetenschap zou komen, dat zij alles aan hem te danken had, wat haar jong leven bekoorlijk maakte, ja, veel meer nog als dat? Door hem echter zou zij het nooit vernemen, en niemand kon het haar zeg gen! „Gij velt een hard oordeel over mij, mijn kind! Wilt gij dan althans niet beproeven, aan mijn goede bedoelingen te gelooven?" „Neen, nooit!" „Maar luister eens," riep hij thans lachende ■il tr UCt or I „Ja, ik heb hem reeds aangegeven." Dikke tranen stonden haar in de oogen. „Natuurlijk! Eerst mij en vervolgens hem! ik kan het mij zoo voorstellenDit zeggende ver volgde zij haastig haar weg. „Maar, mijn lief kind hij stond bijna sprakeloos tegenover die opvatting. „En dat juist, als ik thuis kom!" vervolgde zij heftig. „Wat zal dat een verschrikkelijke winter worden! Eu ik had er mij zooveel van voorgesteld! Nu zou ik toch maar het liefst gehoor geven aan tante Hilda’s verlangen „En wat verlangt die?" vroeg hij. „Zij zou mij naar 7 heerlijk voor mij zijn, ik kon daar veel nieuws zien en leerenMaar wij hebben er het geld niet voor!" „Het zal toch wel niet uwe zaak zijn of die van tante Hilda, om dat te beslissen!" riep hij boos uit. „Maar tante Hilda zegt het!" „Tante Hilda vergist zich! Ik zal de zaak met haar overleggenAls zij het goed oor deelt, en gij er pleizier in vindt, dan zal arme diertjes doen het, omdat ze honger heb ben, of uit een aangeboren zucht tot knabbe len. Maar de tweebeenige ratten ’t Wil ons voorkomen, dat pater J. zijn tijd beter had kunnen besteden, dan na ruim dertig jaar en na „gewichtige studie" (sic!) met de boodschap te komen aansloffen, „dat verschei dene toestanden in den Max Havelaar beschre ven, totaal onwaar zijn Zelfs, wat nog erger is, zal een gewezen In disch ambtenaar, R. J. van Sandick, die ter plaatse nasporingen deed, zijn studiën onder den titel lief en leed uit Bantam doen verschijnen, waarin, zooals de Zutfensche Courant zegt, het gedrag der regeering in zake het eervol ontslag aan Eduard Douwes Dekker als adsistent-resi- dent van Lebak volkomen gerechtvaardigd wordt. En dat geschiedt na 30 jaar, nu men de pen van Multatuli niet meer te vreezen heeft. Hoe open en ridderlijk heeft deze indertijd aan ieder den handschoen toegeworpen, die lust ge voelde, om de feiten in den „Max Havelaar" gereleveerd te bestrijden; bij herhaling al zijn tijdgenooten uitdagende, de hoofdstrekking van zijn boek te weerleggen. En men heeft ge zwegen Men heeft dien strijd niet aan gedurfd, niettegenstaande het zeker voor velen een heer lijk genot zou geweest zijn, Multatuli’s invloed rijke stem te smoren, door hem als leugenaar tentoon te stellen in de zaak waarvoor hij ge streden en geleden had. Men heeft niet ge durfd, want de gevreesde leeuw leefde nog, gereed om eiken aanval krachtig af te slaan, dien men op zijn kind van hart en hoofd zou durven wagen. Maar wat men toen niet waagde, durft men nü wel aan: tand en klauw zijn immers niet meer te vreezen! de leeuw is dood de eerste de beste kwajongen, die nü zijn held haftigheid luchten wil, heeft vrij spel. Hij durft hem nu heel wel schoppen, zich daarbij het air gevende alsof hij ’t riddertje was, dat broek over ’t buisje en slijk in ’t vuistje den moed wel heeft den voor ruim dertig jaar neergeworpen handschoen uit het strijdperk on der den verstijfden klauw weg te halen en dap per op te rapen, om te strijden tegen den dooden leeuwAh bah Men heeft Multatuli na zijn dood eerst tot zenuwlijder gemaakt, nu zal men hem tot leu genaar trachten te maken, wellicht. Wat een moed behoort er toe, nu men niet bevreesd meer behoeft te zijn voor den reus, die bij zijn leven met een pennestreek zooveel kleine mensch- jes vermorselde. Multatuli zelf zou gezegd hebben: het is nu de vraag niet meer of ik onrecht en honger geleden heb, maar of de Javaan verdrukt wordt. ’t Was beter dat de heeren daar hun talent aan besteedden, dan wapens te smeden tegen een doode. nieuw in een uitvoerige rede zijn mecningen doen kennen over eenige punten van staatsbe leid en wel in hoofdzaak over het wezen der constitutioneele monarchie. Het klinkt zonderling den staatsman, die zoo dikwijls de volksvertegenwoordiging met min achting behandelde, thans als verdediger van het stelsel te zien optreden. Dit neemt niet weg dat men aan de juistheid zijner woorden hulde kan brengen waar hij de noodzakelijkheid deed uitkomen van het vormen eener krachtige par lementaire meerderheid. En het aanzien van het Parlement is niet verhoogd in den laatston tij 1. Er moet eenheid zijn tusschen den wil des Vorsten en de overtuiging van het gere geerde volk. Beiden moeten elkander verstaan. Is dit het geval niet, dan geraakt men onder de heerschappij der bureaucratie. En het is een zeer gevaarlijke proefheining in dezen tijd, voegde hij er bij in het hartje van Europa voor den dag te komen met absolutistische nei gingen, zelfs al worden zij door de geestelijk heid ondersteund. Deze laatste opmerking is meer bijzonder te gen het centrum gericht. Bismarck erkende, dat het centrum vele nobele mannen in zijn ge lederen vindt, maar de leiding was niet zooals zij behoorde te zijn. Hij trouwens heeft inder tijd den eed afgelegd op het „Evangelische kei zerschap". Voor het geval er mochten zijn die aan zijn woorden een beteekenis gaven onaan genaam voor den Keizer, voegde hij er bij, dat blijkens de grondwet niet de keizer, maar de rijkskanselier verantwoordelijk is. Hij was steeds een trouw aanhanger van zijn Koning en Kei zer geweest zonder dat hij daarom de wijsheid i van de commissarissen des Keizers voor onaan- I tastbaar hield. De opmerking wordt in een der vrijzinnige wanneer andere zieken er geen een is die niet een slacht offer dezer vreeselijke ziektegevallen is. Dok ters en apothekers hebben ook alle andere ge neesmiddelen en behandelingen tegen de cho lera ter zijde gelegd ten gunste van Sequah’s onfeilbaar Onmiddellijke Verlichting. Het is bovenal als een voorbehoedend middel dat dit toebereidsel eene rechtvaardige beroemdheid verkregen heeft." Tot deze woorden van het officiëele dagblad van Madras moeten wij nog voegen de getuigenis van Mijnheer Briggs, Hoofdambtenaar van den Spoorweg te Renigunta, die het volgende schrijft: „De geheele be volking dezer stad staat nog verbaasd over de bijna wonderdadige genezing van twee vrouwen die beide zwanger, de eene zes en de andere acht maanden, door de cholera aangetast waren. Na drie dagen scheen haren dood volkomen zeker te zijn en de dokters hadden haar opge geven om andere zieken hulp te verleenen. In dit laatste oogenblik was mij het geluk geschon ken deze twee vrouwen eenige dosis van Se quah’s Onmiddellijke Verlichting te geven met den wonderbaarsten uitslag De inwoners van Renigunta zien heden deze vrouwen vol komen hersteld en hare genezing was in vier uren tot stand gebracht!" (Sequah’s Onmid dellijke Verlichting wordt overal verkocht.) Indien deze geneesmiddelen bij uwen Apo theker niet verkrijgbaar zijn, schrijft aan Den heer T. M. POLAK, Nieuwe Hoog straat 28, Amsterdam, Hoofddepóthouder. C. T. W. SNABILIE, Steiger, Rotterdam. f 1,25 per flacon. uit, „dat’s immers een openlijke oorlogsverkla ring Wilt gij soms een strijd met mij aan vangen Stefanie’s wangen begonnen te gloeien en haar oogen schitterden. „Ja, met genoegenIk weet wel, het is een bespottelijk ongelijke strijd, maar de tijd zal toch ook eenmaal komen dat ik sterker ben als nu!" „En sterker als ik," voegde hij er bij. „Ik twijfel er niet aan Zij knikte hem een vluchtigen groet toe en sloeg met flinke luchtige stappen een zijpad in, dat door de zonnige koornveldeu naar het slot voerde. Roland vervolgde zijn weg. Dienzelfden avond nog besprak hij met me vrouw von Herzberg het plan voor een win terverblijf te Berlijn. Daarbij gaf hij haar te kennen, dat zij het vermogen der kinderen te ge ring schatte, en vergde haar de belofte af, zich nooit tegenover Stefanie of Hansje daarover uit te laten, maar hen integendeel, als zij iets te vragen hadden, naar hem te verwijzen. Zij begreep hem daarin beter, als hem wenscht voorkwam, en beloofde wat hij OVERZICHT. Voor de vierde maal sedert zijn troonsbestij- een bezoek aan Engeland. Zijn bezoek geldt «v. koningin Victoria, en zijn bloedverwanten, maar in de tweede plaats het Engelsche volk. Dat zijn be- I hij jaren geleden de woorden had gesproken fhana Tnna rlnn»i I>at» n-Ault „-..d.i: in de eerste plaats zijn grootmoeder, Victoria, en zijn bloedverwanten, maar in de lijk niet door Koning Wilhelm I tot zijn ini- tweede plaats het Engelsche volk. Dat zijn be- i.„4. ui.j u.-: zoek althans beschouwd wordt als meer dan een zeilsport het bij wonen van blijkt uit het artikel van de Norddeutsche uit de begroeting van de Engelsche pers. de kabinetswijziging hebben zal op de betrek kingen tusschen Duitschland en F bestendiging van den drievoudigen bond. En Daily News voegt er de verzekering aan toe, in de goede betrekkingen tusschen beide staten. Andere bladen wijden hun aandacht aan de staatkunde door den Keizer gevoerd, zij noemen - nl. doen uitkomen dat ook daarom zijn persoon- boos over het optreden van den jongen keizer - woorden hebben gebezigd: nnuuu UbLL I UUHUUIIJ AU UUUL UllgCgWIU, UW UUMdt/KV. 1LWVYU1 tic Li'IKpS woorden den Keizer aangenamer zijn dan die zelf heel weinig waarde hecht aan hetgeen het nogmaals heeft doen hooren. Bismarck is bij zijn terugkeer van Kissingen Erfurt feestelijk begroet. Te Jena was het De Köln. Zeil, die gewag maakt, voegt er dan ook bij dat de uit trokken en blijft het heftige optreden van Bis- Ikom onderwerp. De Temps heeft er zelfs aan te danken, dat haar jongste nomtner over de Duitsche grenzen in beslag is genomen dat de verandering geen wijziging zal brengen Het blad had nl. zijn /earfftiy-artrkel ditmaal in <L> ramto hntrnb-lrinoran i-noonRon tnjrio aan Bismarck gewijd en aan hetgeen ecu Zwit- sersch blad, het Journal de Genève, had gelieven hem een der zuilen waarop de wereldvrede rust bij Bismarck’s aftreden. Pil (fnQ” lllflmmon rlcift AaI’ rlnavxttvt rfl'in Laao nr, An La4- 4-a. ,1 lijkheid bij het nijvere Engelsche volk, dat steeds en het hem gegeven ontslag de volgende den vrede wil, zoo hoog in aanzien staat. woorden hebben gebezigd: „ILj 2. Hoogstwaarschijnlijk zullen deze vriendelijke i deur uitgegooid, die LausbubC Hoewel de Temps WOOrdfin dpn KfiizfiP afLnP*AnamPr >ziin dan dia 1 aalf haal woinicr waaivlo honhi- aan h /vPrmrvii Ivnl- welke zijn vroegere raadsman, de ex-kanselier, Zwitsersch blad schrijft i nogmaals heeft doen hooren. over het verhaal uitlaat, Bismarck is bij zijn terugkeer van Kissingen op verschillende plaatsten Eisenach, Weimar, I een ware triumftocht. En daar heeft hij op ging brengt de Duitsche keizer Wilhelm II Duitsche bladen gemaakt, dat Bismarck, thans te Jena door hemgeuit, hoogstwaarschijn- liily nmf IT" «-»»-• -»-* WT Z 1 II T J A 2 1 nister zou zijn gekozen, terwijl het bladder bij- l voegt, dat het na deze redevoeringen geneigd is formaliteit of wel een uitstapje in verband met i te spreken van „onzen" Bismarck. den zeilwedstrijd Dat de nationaal-liberalen, de oude Bismarck- en partij, ingenomen zijn met de rede, waarin op pers. De samenwerking der middenpartijen en een krachtig vergelijking, die de Daily Chronicle maakt tus- parlement wordt aangedrongen, is te begrijpen, schen den keizer en czaar Peter den Grooten, I maar eveneens dat de Germania, het orgaan van die ook als ’t ware aan boord van zijn schip het centrum, er weinig gesticht over is. De woonde, vermelden wij slechts pro memorie. 1 politieke beteekenis van het gesprokene is in- Daily tusschen moeilijk te miskennen en er zijn er aan- die in deze en in de vorige redevoering een eer- op dat de ste stap zien tot herstel van de oude Kartel- keizer blijkbaar persoonlijk kennis wil maken meerderheid. met den vermoedelijken opvolger van Salisbury, Ook in de buitenlandsche pers hebben de om zich te vergewissen van den invloed dien jongste redevoeringen algemeen de aandacht ge- trokken en blijft het heftige optreden van Bis- Engeland en de marek een welkom onderwerp. De Temps heeft 1 t

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1892 | | pagina 3