KIEtffS ABÏEKTEÏT1E BL4B TOOR DE
1
bbihmbm
kd M
lat I
ïr’ op
»- ,k-
de
sr-
de
kt
r
J
Middelpuntvliedende kracht
1
le
ad
am I
ld-
rer j
lar I
jen I
eid
9 A OVEM 13 E13
i.
een
U I T DE PERS.
be-
van
het
WOENSDAG
ADVERTENT1ÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent fe vernemen bij
den uitgever.
,b°-
vas, I
in
en
na.
Ks aanl
hoogescholen opgestapeld. Zoo zijn er hoogge
leerden die zich thans opmaken om het debiet
te vergrooten onder de „kleenen" van ons volk
en ook om die kleenen op te heffen uit den
stelsel en dat stelsel verandert Zijn Hoogge
leerde niet, voordat de wereld zich eens om
keert, omwentelt, zoo onderst boven, wel te
verstaande uitzonderingen, en die zijn er,
bevestigen immers den regel
Zoo wordt thans van dien kant een bewe
ging op touw gezet die pronkt met den titel
„University-Extension", een Engelsche uitvin
ding en daarom ook op zijn Engelsch aange
duid, die het „volk" mee deelgenoot wil ma-
Deze CO LEANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post f1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
gen, dat eerst A en dan B eens de baas zal
spelen
Hierop mag ik niet antwoordenm’n idea
lisme verbiedt me o.m ongemotiveerd kwaad te
spreken en daarom mag ik niet zeggen of de
nummering van de genoemde kerken in A en
B zooveel beteekent als verandering van mees
ter; evenmin als ik zeggen kan of „radicalen"
eigenlijk zijn liberalen B, die eens gaarne aan
't roer willen, wanneer de liberalen volgens
letter A te mat worden.
Ik stap er dus overheen, met nog eens, ten
overvloede, te herhalen, dat ik aan scheldna
men een broertje dood heb, en dat ik het dus
verstandig vind, wanneer jonge landgenooten,
natuurgetrouw, de Chineezen van Europa
staart willen aanpassen en aanpraten.
Wanneer onze zwakke stem zoover reikte,
dan zouden wc wel van de tinne des tempels
willen uitroepenBekeert u Nederlanders en
wordt radicaal of liberaal volgens letter B van
het stamboek.
enr.
er-B
in-l
■en,|
ik.l
iet|
ar
W
jd
et
ft
aterB
JJeroe-
Me ge-1
I
weer 1
Rr te I
porden
arende I
m over
En 1
klaar J
X& den I
4geluk j
■co>n»n. I
r‘eelen, 1
3t aarb.j 1
is B
ver- B
zij de
n./z.Aen 1
age M
t'end ier.JI
iB
;'i'H
ver-^B
rertoon-jj
i rechts,
waar-
’4-7erte, B
Chip
:s ging;
en naar
kon WiC^Éj
Verguld- J
waarden I
Sotter- I
luwI
iesdorfll
j zuchtte tj
voorbij,
ie ge-
gemofi»
om-4
dom van gaven, die ze de menschheid aanbiedt, i
en hoe niettegenstaande die steeds
aanzetting tot rijpheid, en dien steeds toenemen
den rijkdom, van vrouw natuur verkregen, het
aantal der mislukte menschen, die reeds op
jeugdigen leeftijd met bleeke gezichten en vroeg
rijpe trekken én hongerige magen rondzwerven,
met den dag toeneemt.
Wij waren beiden „modern" zeg ik.
Of daaruit dan onze zielsverwantschap voort
sproot
Och zonder nu juist het tegenovergestelde
te willen beweren, geloof ik toch niet dat alle
„modernen" waarlijk vrijheidslievend of idea
listisch zijn van nature, evenmin als ik geloof
dat de groote massa onzer orthodoxe broeders
zoo voor de gestrengheid en tegen de vrijheid
gestemd zijn in hun hart.
Er zijn van die vormen, waarvan een mensch
zoo geen afstand wil doen en de Nederlan
der vooral, is groot minnaar van de traditie; hij
zweeft ongaarne naar omhoog. Daar beneden
in de laagte, waar eens zijn voorvaderen neer
streken, daar is zijn vaderland, daar gevoelt hij
zich thuis, op zijn gemak. Waarom mijn vriend
en ik dan zoo merkbaar uit den volksaard
sloegen
Ik zou de beantwoording van deze vraag wel
willen opdragen aan de zorgen van een of an
deren belangstellenden filosoof of Hooggeleerde,
wanneer daartegen geen overwegende bezwaren
golden.
Vooreerst toch zal "zoo’n geleerde mij die
moeilijkheid niet kunnen oplossen op de wijze
waarop een somnambule de raadselen des levens
weet op te sporen. Zoo’n hooggeleerde zou er
dus voor bedanken, wanneer ik hem met een
stuk uit den lappenwinkel kwam aandragen
hij zou zijn neus er voor optrekken, wanneer
ik hem vertelde, dat die lap op mijn borst ge
legen had en dus kennis had gemaakt met mijn
harteklop, met mijn intiem innerlijk leven
dat huist immers in ’t hart Zoo’n hoogge
leerde is voor die hartsgeheimen, voor de zaken
die des harten zijn, koud en ongevoelig; zoo’n
hooggeleerde werkt met het microscoop en met
formules hij heeft zijn stelsels en daarbij zweert
hij, „al ging ook het vaderland er bij ten gronde."
Zoo’n hooggeleerde, zoo’n wereldwijze, sluit
f *we hadden geen eerbied hoegenaamd voor men-
sehelijke stelsels, overtuigd als we waren, dat"
al die stelsels slechts een aanslag zijn op de de geheele wereld op in zijn voorafberaamd
vrijheid, en omdat we vrouw natuur, als de
meest betrouwbare gids hadden leeren beschou
wen, waar deze leert dat slechts vrijheid de
ontwikkeling waarborgt, en vrije ontwikkeling
alleen den mensch behoedt voor excentriciteit
(uitmiddelpuntigheid)omdat we in vrouw na
tuur de verstandigste raadgeefster hadden lee
ren zien, waar zij ons leerde, dat een broeikas
achtige opvoeding te spoedig de levenskrachten
uitput en een vroegtijdigen dood ten gevolge
heeft na een leven van overvloedige voeding
en indigestie zonder ophouden.
En dan konden wij, mijn vriend en ik, soms
zoo droevig worden aangedaan wanneer we het
aanzagen, hoe de jonge mensch steeds jonger
Mijn vriend was idealist en ik was vurig be
wonderaar van de vrijheid we voelden ons tot
elkander aangetrokken, ja we waren van el
kanders wederzijdsche onmisbaarheid niet af te
brengen.
Er was in ons beider manier van opmerken
en waardeeren groote overeenkomstdit was
niet te miskennen.
Vanwaar die overeenstemming kwam, durf
ik niet beslissen.
Mijn vriend had een vrijzinnige opvoeding
gehad en ik had een rechtzinnige genoten
twee opvoedende stelsels, die enkel verschillen
in het getal der artikelen, in het meer of min
der veelvuldig voorkomen van „gij zult niet"
of „gij moogt niet," kortom, twee systemen,
die beide de lijnen aangeven, waarbinnen onze
vrijheid was opgesloten. Het punt van verschil
was, dat mijn vriend meer speelruimte had dan
ik, en dus meer kromme sprongen en kuite-
flikkers maken kon dan ik.
- Die educatie verklaart dus niet onze overeen
stemming van begrijpen en denken 1 Zelfs
waren we, in den aanvang onzer kennismaking,
in den tijd dat onze educatie juist „voltooid"
heette, niet één van zin omtrent de quaestie
van het gezag. Hij, de vrij-opgevoede, kon
veel meer toegevend oordeelen dan ik, wannee
het gezag streng was, of wanneer het geweld
1 pleegde.
BL Later begon hij meer mijn wijze van oor-
Ti "oeelen te volgen en was voor ons beiden de
I vrijheid het hoogste ideaal, en het gezag een
r noodzakelijk kwaad geworden.
We waren beiden „modern" dat wil zeggen
J ik was mijn educatie vooruitgeloopen of wel
uit vrijheidszucht had ik een innigen af keer
van wat mijn opvoeders voor heilig hielden
te- zoo gaat het, naar ik later opmerkte, meer
onder jeugdige menschen of ookuit zucht
naar losbandigheid kwam mijn gemoed in op
stand zoodra men mij aan boord kwam met
strenge begrippen van geloof of godsvereering.
Hoe het ook zij, wij waren beideu vrijzinnig
niet loszinnig asjeblieft! Dat wil zeggen:
In de „kroniek" voor de Stemmen bespreekt
dr. A. W. Bronsveld de kiesrechtontwerpen.
Zij kunnen zijn goedkeuring niet geheel wèg-
dragen; de uitbreiding is hem te sterk.
„Meermalen schrijft hij hebben wij het
als onze meening uitgesproken dat de stroom
der democratie, dien ook wij wel degelijk waar
nemen, moet worden geleid. Maar dit wil niet
zeggen, dat wij beginnen moeten met door dien
stroom alles onder water te laten zetten. Ver
breed, verdiep zijn bedding, maar zorg dat hij
binnen de oevers blijft. Dat is leiden en
heerschen. En daarom willen wij ons op den
duur niet verzetten tegen de uitbreiding
het kiesrecht. Integendeel wij willen haar
ook. Maar hiertegen komen wij op, dat men
op één dag, en met één slag een half millioen
menschen een recht toekent, dat gebruikt zal
worden door partij-hoofden, kerkelijke en niet
kerkelijke, om er hun macht en invloed door
te verhoogen. Wie de meeste duizenden zal
weten te winnen is ons onbekend, en niemand
kan het zeggen; maar het is onverantwoorde
lijk aan zulk een onbekende macht de toekomst
van ons land prijs te geven.
Wij zijn niet blind voor de moeilijkheid, die
het oplevert, op het gebied, waarover wij hier
spreken, grenzen te trekken. Altijd zal men
buitengeslotenen kunnen aanwijzen, die meer
bevoegd zijn dan menigeen, die werd toegela
ten, en omgekeerd. Doch dat geeft geen recht
tot het uitwisschen van alle grenzen. De cen
sus, de capaciteit, het huismanskiesrecht, het
„gezetenburger“-zijnhet een en het ander lijdt
aan gebreken. Heeft men ook wel eens ern
stig gedacht aan den leeftijd?
De grondwet schrijft slechts een minimum
voor; men moet minstens 23 jaar oud zijn om
kiezer te wezen. Kan men, bij wijze van over-
gang, niet bepalen, dat zij, aan wie volgens een
nieuwen maatstaf het kiesrecht wordt toege
kend, b.v. 30 jaar oud moet wezen? Menzon
na verloop van 10 jaar kunnen afdalen en daar
door althans verhoeden dat duizenden jongelie
den, pas den kinderschoenen ontwassen, op één
gegeven oogenblik mee begonnen te stemmen
en dus invloed uit te oefenen op ’s lands regee-
ring. In den dertigjarigen leeftijd had men al
thans een waarborg, dat de eerste drift is be
koeld en dat men aan menschen, die zich ge-
9 I
iras I
liet
en I
le."n|
eid I
,st- J
or- d
d°?d
11’ H
J 1-
wordt afgericht op allerlei kennis, terwijl de poel waarin ze steeds verder neerzinkenOch,
natuur steeds overvloediger wordt in haar rijk- die verheffende poging is niet af te keuren,
-’-’—id aanbiedt, dat ben ik volkomen met mijn vriend eens, ik
vervroegde wil haar zelfs toejuichen, mits het anders wor-
-r-aangaat, mits eerst do stoffelijke nooden
ophouden, mits eerst andere wetten gemaakt
’-orden op productie en verdeeling -dier pro
ductie betrekking hebbende, mits de hoogge-
leerde staathuishoudkundigen hun stelsel eerst
wijzigen, nu ze toch zien dat de wereld zich
aan hun stelsel niet stoort en al maar door
blijft zinken. Zie, zeg ik tegen mijn vriend,
ga jij nu die zinkende massa eens aanvatten
om ze op te tillenwel, dan zink je immers
zelf meê in 't drijfzand? Als de hooggeleerden
eerst eens zorgden dat de massa niet gestadig
verder op het drijfzand werd gedrongen en dat
nog wel door hun stelsel liefst, dan zou ik. zoo
zeggen dat University-Extension een prachtig
idee is, neen, dan neem ik mijn pet af voor
den eersten den besten professor die met zijn
wetenschap gaat commis-voyageeren.
Zooals de zaken nu staan, zien we er geen
heil in wat heeft een hongerige maag aan al
die geleerdheid
Daar schiet m’n idealistische vriend ook weer
in de sloffen en maakt me de opmerking, dat
onze maatschappij vóór alles hervorming noo-
dig heeftdat die hervorming van den Staat
moet uitgaan dat de regeering dus beter moet
worden ingelicht door de hooggeleerden, dat
onze wereld als eersten eisch stelt:
dat de hooggeleerden in. de staathuishoud
kunde beginnen met zich zelven te herzien.
En ik ben het met mijn vriend volmaakt
eens natuurlijk. Ik stel hem voor, en dat is
hij weer met mij eens, dat we dit kort pro
gram moeten inzenden bij den radicalen bond,
waar ze toch zoo zitten te zuchten onder al
die vrome wenschen. Op zoo’n manier was er
van dien bond nog wel iets goeds te verwach
ten ook.
Dé radicalen, zbgt mijn vriend, hebben één
deugd Tot dusver noemde men de Hollanders
de Chineezen van Europamaar ’t is mijn
vriend, die ’t zegt alle Chineezen hebben
lange staarten aan het achterhoofd bungelen
zie zegt m’n vriend dat is nu het radi
cale idee .door de radicalen zoo bedacht, dat ze
een lange staart hebben gevlochten, die ze zoo
zielsgaarne alle Hollanders willen aanpassen
is dat een radicale verbetering
En ik moet alweer toestemmen, voor zoover
ik tot oordeelen bevoegd ben, dat het zeer ra
tioneel is om de Hollanders te willen vervor
men tot echte Chineezen, wanneer ze toch een
maal zoo genoemd worden. Dan is het toch
ook geen scheldnaam meeren dat achten wij
beiden, in onze idealistische opvatting, een
groote aanwinst. Van scheldnamen hebben we
innigen af keer; zelfs zouden we bereid zijn het
woord radicaal, als het een scheldnaam is, ten
ken van den rijken schat van kennis, aan de minste te veranderen in liberaal B, zooals dat
op ’t oogenblik gebeurt ter onderscheiding der
Ned. Ger. Kerken, waar ook twee categorieën
I worden aangeduid met de letters A. en B.
1 Dat wil dan, zegt m’n vriend, zooveel zeg-
SVEEIiER COURANT
L
7
>n vid I
,e .l^sph Eg
d.i
i'n’1
ar- I
.LH I
ur 'P
^•■s
,urar|
ar-
D-
11-
1