1
SffiL
Benoemd tot onderwijzeres
BUITENLAND.
!-
wis.
kon hij
aan
van
den Albert Morel, die zeker door den schrijver
0 Cents,
de prijs
nen bij
IS der
tennis,
noemd,
It
r,
ft
k
n
te
Ie
d
k
k
»r
y
•o
)1
I-
;e
1,
it
in
r>-
y
s
Staatsblad,
tiis dut de
voor deze
t Gemeen-
'NVEEN,
des voor-
dt gedaan
afgedane
vervanger
te treden.
Heinz Forster werd den volgenden morgen
’erg ontstemd wakker. Gisteren avond had hij
zijn wrevel over Use’s afwijzing trachten te
smoren door druk te dansen, te coquetteeren
en te drinken. Thans eerst kwam hij er toe,
over het gebeurde na te denken, en hij werd
daaronder niet prettiger gestemd.
Ilse had immers in den grond gelijk gehad
en het beviel hem zelfs in haar, dat zij zich
arnoemdy
fer,
•retaris.
mans alhier tot onderwijzeres te Óudehaske
onze vroegere stadgenoote mej. J. Arema, thans
te Giethoorn, en tot onderwijzer te Oldeboorn
onze vroegere stadgenoot de heer C. B. Velds,
thans te Wijnjeterp, die voor de benoeming te
de Lemmer heeft bedankt.
"Hij stak diep in de schulden en zat buiten
dien niet onder de beste handen. Als Use’s
vader hem nu vroeg, waarop hij zich met zijn
dochter wilde verloven, en hij dan wel gedwon
gen was zijn toestand bloot te leggen, dan kon
hij zich het antwoord wel voorstellen waarmeê
I hij naar huis zou moeten gaan.
„Maar wat raakt haar vader u,“ fluisterde
een stem in zijn binnenste; „ga naar haar toe,
sluit het meisje in uwe armen en troost haar
met de toekomst deze zal u trouw blijven,
Ar niet alles van hem liet welgevallen. Hij had
haar te slecht behandeld, en de houding die
zij daarna had aangenomen, was correct en
goed geweest.
Dat zij hem niettemin beminde, wist hij im
mers had zij zijn kus dan niet beantwoord
en hij zou Diekhof dan ook heel gauw uit
het veld slaan. Maar dan moest hij zich ook
openlijk van Ilse verzekeren en daarbij rees
Spkende woorden van den heer Tijdens in de
yT woede Kamer het socialistisch orgaan aan de
zen afgevaardigde den steun en het vertrouwen
van die partij opgezegd. De man, die kort ge
leden voor een groot deel door de hulp der so
cialisten naar de Staten-Generaal werd gezon
den, wordt thans door hen verguisd. Misschien
zal over een paar jaar den heer T., als hem de
boden worden om in zijue eenzaamheid de wuft
heid der volksgunst te overpeinzen.
met tal van zoetigheden zou zijn overladen, als
hij had gezien, hoe flink die kleine de mooiste
rol in zijn stuk van stapel deed loopen.
Men boude ons echter deze geringe aanmer
kingen ten goede. Als men weet dat den
meesten leden voor repeteeren zeer weinig tijd
rest; dat bij velen met kleine oogenblikjes
moet worden gewoekerd, dan bewonderen we
(thans in de ware beteekenis van ’t woord) de
vrucht van ’t werk, die men ons Zondag avond jl.
voordiende.
Een fleurige muziek, onder directie van den
kapelmeester Zwarts, droeg er veel toe bij, dat
men tusschen de bedrijven niet al te vaak aan
een kouden haard werd herinnerd.
f Gisteren middag is met veel moeite uit
de Modderige Geeuw het lijk opgevischt van
den hier thuis behoorenden jongeling J. D.
de kostwinner zijner ouders.
’t Is licht te denken, dat ’t broze ijs dit treu
rig offer eischte.
en afdoening daarvan verzocht, daar hij dat
geld voor andere ondernemingen noodig had.
Heinz stond daar als versteend van schrik.
De oude man, die hem tot nu toe tegen woe
kerrente geld had geleend, had, nadat hij de
eigenlijke schuldvordering op ’t dubbele der som
had laten schrijven, hem vast beloofd, hem niet
weer te zullen lastig vallen en nu deze
woordbreuk. Hoe was zooiets toch mogelijk?
Wel twijfelde hij er niet aan, ofhetzouhem
wel gelukken dien mijnheer Fischer tot uit
stel te bewegen, maar tegen welke offers al
weer, en wel thans, juist thans, nu elke ge
dachte aan die ellendige geldverlegenheid hem
dubbel zwaar viel In elk geval moest hij,
met het oog op den korten termijn in den brief
aangegeven, zich haasten met zijn schuldeischer
in overleg te treden. De eerste termijn stond
voor de deur en elke dag nader moest duurder
gekocht worden. Daarbij was het noodzakelijk,
zich van de discretie van dien man te verzeke
ren; dus, zoo spoedig mogclijk -die onaange
name zaak afgedaan, dadelijk als hij van
Ilse terugkwam, of, beter nog, vóóraf, dan had
hij dat bittere uurtje achter zich en
vrijer met het geliefde meisje praten.
Haastig kleedde hij zich en begaf zich op
weg naar den heer W. Fischer
Wordt vervolgd.)
1
OVERZICHT.
Het Panama-schandaal neemt nog gedurig
grooter verhoudingen aau en houdt de gemoe
deren in Frankrijk voortdurend in de groot
ste spanning, vooral ook met het oog op de
politieke gevolgen welke het na zich kan slepen.
De enquête-commissie heeft Donderdag haar
verhooren voortgezet en belangrijke verklarin
gen ontvangen, die de zaak echter nog lang
niet tot klaarheid brengen. Tegenover de ont-
kentenis van Floquet, dat hij eenig bedrag hoe
klein ook ontvangen heeft of zelfs maar eenig
geld van de Panama-maatschappij zou hebben
doen strekken tot bestrijding van Boulanger’s
verkiezingen te Rijsscl en te Parijs, staat An-
drieux’s verklaring voor de commissie, dat aan
Floquet 20,000 frs. en voor regeeringsdoeleinden
250,000 frs. zou zijn uitbetaald. Hij las aan
de commissie een photografischen afdruk van
een geheele lijst van uitkeeriugeu voor het
origineel der lijst zeide hij te hebben in han
den gehad. Bouvier staat daarop voor 40,000,
Jules Roche, Arène, Dcvès, Renault en Proust
ieder voor 20,000, Albert Grévy en Dugué ieder
voor 25,000, wijlen de minister Barbe voor
550,000 frs. genoteerd. Verder nog vele ande
ren.
Anton, de wegens de dynamietzaak gevluch
te makelaar, zou nog aan verschillende andere
afgevaardigden grootere of kleinere sommen
hebben uitgedeeld. Daar Audrieux’s mededee-
lingen echter voor een deel op ’t gezag van
den onbetrouwbaren Reinach geschieden, zal
men ze slechts met groote omzichtigheid mo
gen aannemen.
Eenige Parijsche bladen beweerden reeds dat
prins Victor Napoleon, de Bonapartistische pre
tendent, zich te Parijs bevond. De Indép.
spreekt dit ten stelligste tegen, de prins heeft
Brussel niet verlaten. Wel heeft hij in de
laatste dagen een groot aantal leden zijner par
tij ontvangen en volgt men in zijn omgeving
met gespannen aandacht het verloop der crisis
wel mag men aannemen dat de kansen van
een openlijk optreden nauwkeurig gewikt en
gewogen worden, maar men laat zich nog in
geenen deele uit over een toekomstigen stap of
over het uitvaardigen eener proclamatie aan het
Fransche volk. Het mag zelfs betwijfeld wor
den, of degenen, die reeds nu openlijk pogen
den weg voor den drager der Bonapartistische
traditie te effenen, zijn zaak door voorbarigen
ijver niet meer schaden dan dienen. Hoe dit
zij, een artikel van Jules Delafosse in Figaro
wordt bijzonder opgemerkt. De jeugdige Victor
wordt er op zeer sympathieken toon in bespro
ken. Zou van hem ’t herstel van den Napole-
ontischen troon te verwachten zijn De schrij
ver gelooft ’t niet, hij acht het keizerrijk voor
bijgegaan, maar in het democratische Frankrijk
van dezen tijd meent hij, dat een consulaire
republiek, waarvan de groote veldheer, die
hij zulks als een goed voorteeken. Hij bleef
een oogenblik staan en voelde eene vreemde
gewaarwording in zijn ziel. Als een vurig gebed sten
rees bij hem de gedachte op„God, schenk
Dit en de koude temperatuur die in de Zaal
heerschte tusschen twee haakjes, moeten we
bekennen dat de vertolking van ’t stuk in de
meeste bedrijven uitnemend tot haar recht kwam.
Sommigen zelfs trachtten onwillekeurig de
grens van uitnemendheid te overschrijden met
een tè sterke spanning der gevoelszenuwen,
waardoor de voordracht soms een gemaakt ka
rakter verkreegterwijl een enkele soms meer
—-den grappenmaker dan den ernstigen humorist
deed uithangen.
Een allerliefste verschijning noemen we Ju
liette, ’t zevenjarig kind van den blind gewor-
no. 7, gemeente Haarlemmermeer, mej. J. Berg- I hief, ’t onvergeetlijk type geleverd beeft, de
„m;„„an...i..i,„„u„ meest passende regeeringsvorm zijn zou. Een
hoofd van den staat, een Consul alzoo, recht
streeks door ’t volk gekozen en met voldoende
macht bekleed, zoodat het parlement wel een
onverkort recht van controle, maar geen belem
merenden invloed oefenen zou (hoe de heer
Delafosse zich deze combinatie in de werkelijk
heid voorstelt, zegt hij niet) en nevens dieiï
Consul een staatsraad ter voorbereiding der
wetgeving ziedaar al wat noodig zou wezen
om een goede regeering te verkrijgen en de
overgroote meerderheid der natie te bevredigen.
Wie over zijn artikel tevreden zal zijn, de
graaf van Parijs zeker niet. Hij wordt impo
pulair genoemd en zijn zaak wordt als nog
minder populair voorgesteld dan hijzelf. De
graaf heeft veel deugden, maar het Orleanisme
heeft nooit in Frankrijk gebloeid en het koning
schap is reeds voor een eeuw ten grave ge
bracht, al zijn de erfgenamen van Lode wijk XVT
nog eenmaal onder de hoede van den overwm-
nenden vreemdeling teruggekeerd.
Wij laten het opstel verder in ’t midden, maar
het is zeker dat, behalve de nog altijd voort
durende beschuldigingen van nieuwe personen,
er kuiperijen tegen den president Carnot zelven
gesmeed worden. Niet dat iemand hem van
oneerlijkheid durft aanklagen, maar men ver
wijt hem en het zou de oud-minister Con
stans zijn, die dezen veldtocht heimelijk leidt
dat hij sinds lang de lijst der omgekochte par
lementsleden zou gekend hebben en desniette
min tai van omkoopbaren tot minister benoemd
of als zoodanig geduld heeft. Gelijk men Gré
vy door zijn schoonzoon Wilson ten val heeft
gebracht, zoo zou men Carnot, die persoonlijk
ieders hoogachting verdient, door zijn raadslie
den willen doen vallen. Het was daarom, dat
de enquête-commissie den oud-minister Yves
Guyot wilde verhooren, want deze moet gezegd
hebben, dat hij Constans de lijst der omgekoch-
ten aan Carnot heeft zien overhandigen. Guyot
heeft geweigerd te verschijnen, schrijvende
„dat hij niet gemeend had bij een privaat ge
sprek in tegenwoordigheid van een spion te
zijn, die zijn woorden op min juiste wijze aan
de enquête-commissie brengen zou, teneinde den
President der Republiek in het Panama-schan
daal te mengen/
Die spion, de heer Caffarelli, houdt in een
zeer scherpen brief aan Guyot de juistheid zij
ner mededeeling vol. Men ziet hieruit dat de
toeleg, ook Carnot te treffen, reeds tot een
openbaar debat, waarbij zijn naam wordt ge
noemd, heeft gevoerd. En dit laatste verhoogt
ongetwijfeld de kansen voor een nieuw Cesaris-
me en dus in het bijzonder voor den erfgenaam
der Napoleons.
Inmiddels heeft de Senaat de aanvrage tot
vervolging van vijf zijner leden behandeld. De
hh. Grévy, Devés en Renault verklaarden, dat
hun niets te verwijten was waardoor zij de ach
ting hunner medeleden zouden verbeurd hebben.
De heer Dupuy deelde mede, dat de tegen Thé-
venet gerichte aanklacht, dat hij een chéque
van 25,000 frs. ontvangen had, ongegrond was.
Dupuy was in 1888 de eigenaar van de Siècle
en ook hij had persoonlijk niets met de Pana-
ma-manneu uitstaande. De som van 25,000
frs., door de Panama-maatschappij voor publi
citeit aan ’t blad betaald, was door den kassier
et /steun der socialisten ontbreekt, gelegenheid ge-
>P
a-
te
,n
is
u
m
zulke sterren liegen niet/
„Ga er niet heen,“ fluisterde een andere
stem. „Zij verdient iemand die beter is als gij
zijt en zij heeft hem gevonden/
Maar daartegen kwamen allerlei overwegingen
in opstand.
Niemand kan haar zóo liefhebben als ik, en
zij kan van niemand zooveel houden. Ach,
mijn innig geliefde, dat er nu maar een eiland
van gelukkigen ware waar ik u zou kunnen
heen brengen, zonder dat dat ellendige, vuile
geld in aanmerking behoefde te komen.
En dan rezen er weder allerlei avontuurlijke
plannen bij hem op, hoe hij binnen korten tijd
tot grooten rijkdom zou kunnen komen. Hij
stelde zich de hooge cijfers voor, welke hij door
de een of andere onderneming zou kunnen
winnen, en waar tegenover de niet onaanzien
lijke som zijner schulden geheel in ’t niet zou
verzinken.
Dat beurde hem weer voor eenige oogenblik-
ken op, en toen hij vervolgens op weg naar
zijn bureau omhoog keek naar den grauwen
hemel en voor zijn oogen de wolken doorbra
ken en een gouden zonnestraal daaruit tevoor
schijn kwam en een stukje aarde voor hem
«>de ernstige vraag weer bij hem op, hoe hij zich
I zijn toekomst zou kunnen scheppen.
met zachten glans overgoot, toen beschouwde kende W. Fischer hem, dat hij de ten zijnen
naam staande schuldvorderingen tot een bedrag
van 7000 mark, en eveneens een op den eer-
van de volgende maand vervallen wissel
4000 mark van H. Neumann gekocht had
mij nog voor ditmaal geluk, en ik zal zoo
goed worden als ik maar kan zoo goed
als zij ’t verdient/
Nadat hij, toen zijn bureau-tijd verstreken
was, een poosje onrustig had rondgeloopen, zocht
hij zijn woning op. Hij wenschte zijn kennis
sen aan tafel niet te ontmoeten, al was hij dan
ook zijn sombere stemming van dien morgen
gelukkig te boven gekomen.
De kamers, die hij bewoonde, waren fraai,
smaakvol en gezellig ingericht. Met voldoe
ning keek hij om zich heen en bekeek daarna
met gelijke voldoening zich-zelf in den spiegel.
Vervolgens liep hij naar de tafel, waarop een
groot, geelaehtig couvert lag. Een onbehagelijk
gevoel maakte zich van hem meester. Hij had
in den laatstee tijd meermalen zulke couverts
in handen gehad en kende de hand wel van
de adressen hij stond dan ook op het punt,
den brief ongelezen te verscheuren, zooals reeds
met vele zijner voorgangers gebeurd was, toen
hij bemerkte dat zijn naam anders geschreven
was als gewoonlijk.
Hij maakte den brief open en las dien, en
dadelijk werd zijn blozend gelaat erg bleek.
In weinige regels berichtte een hem oube-
was door den comptabelen beheerder gevoerd.
Ofschoon de heer Leuoël voorstelde een beslis
sing over de aangevraagde vervolging wegens
Dupuy’s verklaringen te verdagen, besloot de
meerderheid echter de machtiging tot vervolging
te verleenen.
In de Kamer interpelleerde Millevoye Vrijdag
over de mate vau verantwoordelijkheid, die
tengevolge der bekentenissen van twee voorma
lige president-ministers, de hh. Rouvier en Flo
quet, over de aanwending van Panama-gelden
zoowel op de regeering als op de Kamer rustte.
Deze uitdrukking doelde op Floquet’s verkla
ring bij zijn verhoor van Donderdag voor do
enquête-commissie, dat hij toezicht gehouden
bad op de subsidien, die de Panama-maatschap
pij aan de dagbladen uitkeerde. Hieruit leidt
men af dat Floquet, ondanks zijn vroeger ont
kennen, inderdaad het Panama-geld tot bestrij
ding der Boulangisten heeft besteed of doen be
steden, en daarom eisciit nu de enquête-com
missie overlegging van de verantwoording der
geheime fondsen, die destijds gebruikt zijn. Op
Millevcye’s woorden verliet Floquet den voor-
zittersstoel en verzocht Peytral verder te pre-
sideeren.
De interpellant hervatte nu, zeggende dat
Floquet’s bekentenis deed zien, dat de regeering
willekeurig ingreep bij gelduitdeelingen van een
particuliere handelsonderneming. Hij wilde we
ten of het tegenwoordige ministerie dezelfde
leer huldigde, of het de beruchte leus „zaken
doen, dat is het geld van anderen bemachtigen11
tot de zijne maakte. Floquet betreurde ’t in
zijn antwoord diep, dat hij na een eerlijk open
baar leven van 40 jareu, aan een onteerende
beschuldiging bloot stond. Z. i. kon geen re-
geering het zonder in te grijpen toelaten, dat
groote sommen grooter dan haar eigen ge
heime fondsen voor sommige doeleinden aan
de pers werden uitgedeeld. De heer Bernis
van de rechterzijde kwam scherp tegen Flo
quet’s beschouwing op, want de regeering moest,
als haar bleek dat diefstal gepleegd werd, dit
beletten, maar niet een deel daarvan voor haar
eigen gebruik in beslag nemen. Hij begreep
de onbeschaamdheid niet van pas gevallen mi
nisters, om nog in de Kamer ’t woord te voeren.
Door deze toespelling op Rouvier en Roche, die
de vorige dagen aan ’t debat deelnamen, haal
de hij zich een tot de orde roepen op don hals.
Hierop verdedigde Rouvier op zijne beurt de
hulp, die hij bij gebrek aan fondsen, van Vlas
te en Reinach had aangenomen, waarna Mille
voye nogmaals vroeg of de premier, de heer
Ribot, met de leer van Floquet en Rouvier
instemde. Ook hij werd tot de orde geroepen
toen hij zeide, dat de Kamer, die op ’t punt
staat ontbonden te worden, door het publiek
wantrouwen geschandvlekt is. Do heer Ribot
bepaalde zich tot de opmerking, dat Millevoye
bet geheele parlement door schandalen in ver
denking wilde brengen, maar dat de regeering
zich geen vrees zou doen aanjagen. De justi
tie moest haar loop hebben en de regeering
zou haar plicht van waakzaamheid ten opzichte
van het vaderland betrachten. Ten slotte wer
den vijf moties voorgesteld; éen die vertrou
wen in de mededeelingen der regeering uitsprak
werd met groote meerderheid, 353 tegen 91
stemmen, aangenomen. Ribot kan dus daar
mede tevreden zijn. Natuurlijk was de zitting
In de zaak van den geschorsten commissa
ris van politie, den heer Vunderink, tegen
wien 3 maanden gevangenisstraf is gevraagd,
werden de vorige week voor het hof te Leeu
warden als getuigen gehoord de hh. mr. B.
5, >van Rooijen, jhr. mr. J. E. A. van Panhuijs
Y^en mr. J. N. A. Bucaille. Het O. M. vroeg
dezelfden straf, de verdediger pleitte vrijspraak.
SNEEK, 27 Dec.
De Sneeker Dilettantenclub „Nut en Genoe
gen11 vergastte ’t talrijk publiek den eersten
Kerstdag op De Blinde en zijn Geneesheer, too-
neelspel in 5 bedrijven.
’t Stuk zelf is o. i. een samenweefsel vau on
natuurlijkheden zeer weinig vonden w’ er in
■V.,dat eenigszins op ’t terrein van ’t werkelijk
■T leven kan worden teruggebracht.
Wilden we den schrijver er van, die zich
wijzelijk achter den pseudoniem „Paul“ bergt,
een huldebetoon voor zijn werk brengen,
dan zouden we ’t doen in den vorm van een
„bewondering*omdat we ons moeielijk een
denkbeeld kunnen vormen van een brein, dat
een
ons moeielijk
zoo’n allerzonderlingste groepeering om
„Blinde en zijn Geneesheer11 vormde.
aan
J
1
3
1
3
t
1
gemeeu-
i uur,
8
n
ii
r-
ic
I.
1
r
8
t
8
II
n
n
•8
gr
U
0
Ü-
I
1.
r-
?r
m een in-
'looze zoon
tn ’s Lands
fn woont,
rden inge-
en Wet-
Januari,
sijn vader,
iverleden,
19de jaar,
i wordt, is
ng aan te
0, waar de
snede van
aar, waai
en Burge-
JBAG den
uidere zit-
elyke in-
jaar zijn
voor
moeder, of
jens de wet
durende de
el vermelde
and verbluf
>ten was. al
Uk verblijf
dug. behoo-
in den ver-
anzien der
1 is aange-
I
Gr.
Militie.
ome s neek
i van 19 Au-
Ijzigd bij de
loofdstuk III
de mlllUtt,
breven ille
vau het jaar
vader, of,
jrleden, de
e gemeente
|eft of door
ids geves-
ien Neder-
temd laud
t laatst in
n. I i
<r