Ml Hl' B .WraTEïTIE-BU» INI Dl k (■WE B IB SBH No. 21. !S93. Stichtelijke Overdenkingen. L) ACH T~E N-V EERTiasTE J A A R Q A N G-. W O K D zk Q 31 .A. Et T. HL H, 0, Deze CO UBANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.franco per post f 1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco in te zenden. bij van t. ling 'N-, alle 10- ADVEBTENT1ÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7j2 Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den uitgever. Naïeve menschen hebben dit voorrecht, dat ze de dingen meer onbevangen, meer objectief en niet zelden meer oppervlakkig waarnemen dan anderen. In zooverre mag men hen benijden, dat ze niet gekweld worden door vrees voor de toe komstige gevaren, omdat, ze met kinderlijk ver trouwen en met maagdelijk reinen blik het he den der dingen bezien, zonder daarbij te gaan j Maar wie te naïef, te vol vertrouwen op de i hemelsche goedheid meent, dat ze met de rei- zenden zou zijn, denkt niet aan een regenscherm. Daar valt de bui en de reiziger, bezorgd voor hoed of muts, slaat het eene kleedingstuk over het ander, van beneden naar boven, en de jon- 1 gens lachen om de onverzorgde kuiten. Arme oudjes Ge zijt gedupeerd en ge voelt u be klemd en misnoegd, wat men ook beproeven mag om u te beduiden, dat die onweersbui na lange droogte weldadig en gewenscht was vertel zoo iemand, die doornat is geregend, dat die regen voor een groot deel der menschheid een zegen was meen echter niet, dat uw woorden ingang vinden. De regen is ook in hun oog weldadigmaar ze kunnen het den Grooten Heer niet verge ven, dat hij het niet geleidelijk liet regenen, op de manier van een filter Chamberland bij voorbeeld. En nu komen de klachten uit revanche Een regen van klachten zal het vormen; maar filtersgewijze, bij droppels een plechtstatigen regen onder het motto „Vruchten die spoedig rijpen, duren en deu gen niet.“ Men wil don zondvloed bezweren edoch zal het baten De zondvloed, waarvan debijbelsehe geschie denis spreekt, en de zoogenaamde zondvloed, waarvan heden ten dage door sommige oudjes wordt gesproken, hebben meer dan éen punt van overeenkomst. Men oordeele slechts naar hetgeen van den eersten vloed wordt verhaald In die dagen waren er reuzen op de aar de deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name. Maar de aarde was verdorven voor Gods aan gezicht en de aarde was vervuld met wrevel. Daarna zei God tot Noach Over nog zeven dagen zal Ik doen regenen op de aarde veertig dagen en veertig nachten „en Ik zal van den aardbodem verdelgen al wat bestaat dat Ik gemaakt heb.“ In Utrecht is door een oud man, in navol ging van hetgeen eenige oude Haagsche heeren deden, een request ter teekening gelegd. Dit request is bestemd voor de liberalen. Om ook andersdenkenden in de gelegenheid te stellen, van hun belangstelling blijk te geven, is men van andere, (neutrale) zijde nog met een lijst begonnen. Dit request, dat we een kalme uiting van vrees zouden willen noe- men, omdat er op bedaarde maatslag den val van Staat, godsdienst en meer nog in voorspeld wordt, draagt de naamteekeningen o. a. van professoren en gemeenteraadsleden. Ook von den we er den naam onder van Van Weede van Dijckveld, iemand, die niet lang geleden nog liberaal heette en nu neutraal Dat spelt geen vooruitgang. Misschien heeft dominéé Bronsveld’s schildering van de aan staande sprinkhanenplaag aangrijpend gewerkt op de zenuwen dier Utrechtenaren. Dominee is althans in Utrecht goed bekend. Zou het niet goed zijn, wanneer deze bekende journalist en kanselredenaar eens de geschiede- nis van Gods toorn over de boosheid der men schen en Zijn straf behandelde. Als tekst zou den we hem dan willen aanbevelen de woorden uit het dertiende vers van Deuteronomium 23, die we dezer dagen ter aanbeveling van het teruggeven aan den bodem, wat men er aan ontnomen heeft, vonden in een dagblad „En gij zult een schopje hebben, benevens uw gereedschap en het zal geschieden, als gij buiten gezeten hebt, dan zult gij daarmede gra ven, en u omkeeren en bedekken, wat van u uitgegaan is.“ Op poesjesmanier dus, dominus Bronsveld 1 Filosofen hebben van de menschen gezegd, dat ze veerkracht bezitten, en ze hebben die veerkracht geroemd. Neergedrukt veeren ze opwaarts vooruitge drongen, duwen ze terug. Wanneer die veerkracht werkelijk een deugd is, zijn de Nederlanders een deugdzame men- schensoort. BEKEND M AKIN G. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek, Gelet op de wet van 'den 4den Juli 1850 (Staatsblad no. 37), zooals die is gewijzigd bij het Vilde Additioneele artikel der Grondwet Brengen ter openbare kennis, dat de lijsten, aanwijzende de personen, die in deze gemeente tot het kiezen van leden van de Tweede Ka mer der Staten Generaal, de Provinciale Staten van Friesland en van den Raad dezer gemeente bevoegd zijn, zijn herzien, en gedurende veer tien dagen van af den 15en dezer maand ter Secretarie dezer gemeente voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd en aan het Gemeente huis aangeplakt Dat bij die herziening van genoemde lijsten zijn geschrapt Jelle Bakkerus, Johannes J. Bast, dr. Jo hannes Berlage, Douwe Bisschop, Hiddo Boer, Anne de Boer, Dominions de Boer, Feike de Boer, Yke de Boer, Pieter G. Boermans, Tam me Bootsma, Jan van Dijk, Ulbe A. Evertsz, Hendrik L. Faber, Titus Staak Feenstra, The odoras van der Feer, Tjipke Ferwerda, Reinder Fokkema, Samuel Gal, Jacob Gasau, Rindert Gilhuis, Gorrit van der Goot, Hendrik van Gorkum, Hendrik van Griethuijsen, Herrius Halbertsma, Petrus Hammersma, Jannes van der Heij, Pieter P. van der Heij, Eelke Horn- stra, Klaas van der Horst, Klaas ter Horst, Meine M. Hijlkema, Sjouke Hijlkema, Douwe de Jager, IJme F. de Jong, Sjerk J. Jousma, Bouke Kolk, Jan Kooij, Hinne Koopmans, Gerrit J. Krol, Arjen de Leeuw, Klaas van Leeuwen, Eitje van der Meer, Klaas E. Mein- dersma, Thomas K. van der Meulen, Wijger van der Meulen, Willem T. van der Molen, Eise Molenaar, Klaas Molenaar, Willem Mole naar, Jan Nieuwhof, Folquines Obbema, Isaac Ouwenbroek, Jouke Pierik, Eise Rinsma, Peter W. G. Romijn, Klaas de Ruiter, Adriaan C. Schrauwers, Theodoras F. Sikkens, Abraham Slier, Pieter W. Spoelstra, Arend W. Stam, Jan O. Tiddens, Jacob M. Tienstra, Jhr. Scato Trip, Antoni Veen Hz., Gerrit Veen, Pieter Veen Hz., Willem T. Verwer, Jan Visser, Dooitze Volbeda, Johannes G. de Vries,-Wietse J. de Vries, Klaas van der Wal, Gerrit van der Weij Sz., Jan van der Weij, Jan B. Wielinga, Anton T. Wolters, Douwe Yntema en Haaije S. Zwart, die de voor kiezers gevorderde ver- eischten verloren hebben of overleden zijn. En dat naar aanleiding van art. 15 van het Koninklijk besluit van 28 November 1887, (Staatsblad no. 211) bij bovengenoemde lijsten is gevoegd, de vastgestelde schattingstaat, be doeld in het voorlaatste lid van artikel 6 en de verslagen der ambtenaren bedoeld in artikel 13 van voornoemd besluit. Sneek, den 11 Maart 1893. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester, BENNEWITZ, Secretaris. KENNISGE VING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek brengen ter openbare kennis, dat het door hen opgemaakt Primitief Kohier van Belasting op de binnen deze gemeente gehouden wordende Honden, dienstjaar 1893, van den 15en dezer maand, gedurende acht dagen ter Secretarie alhier voor een ieder ter inzage zal liggen, binnen welken termijn belanghebbenden tegen hunne aanslagen op on gezegeld papier bij hun College bezwaren kun nen inbrengen. Voorts worden de belastingschuldigen her innerd aan artikel 10 der Verordening op de invordering van bovengenoemde belasting, lui dende als volgt „Van de aangifte in eene mindere klassedan verschuldigd is, van het houden van belastbare honden zonder aangifte, en van het gebruik maken van een hond tot hoog er belastbaar ein de, dan waarop de ten kohiere gebrachte aan slag of gedane aangifte recht geeft, zal proces verbaal worden opgemaakt in voege als bij art. 275 der gemeentewet is bepaald. Sneek den 14 Maart 1893. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. UIT DE PERS. Nagenoeg algemeen is de verwondering en verbazing over het feit, dat de heer Donner zijn ontwerp tot wijziging der schutterij wet heeft ingetrokken, alleen omdat het amendement van den heer Kielstra is aangenomen, welk amen dement eenvoudig een uitbreiding was van het zijne, in zooverre dat men niet alleen gemoeds- bezwaarden van de richting Donner, maar ook R. Katholieken en Israëlieten e. a. zou trach ten te helpen. De schrijver der overzichten van het Vad., de N. B. C., het Hand, en de Telegraaf zijn alleen eenstemmig in hun afkeuring over den onverdraagzamen geest, die uit de houding van den anti-revolutionairen afgevaardigde voor den dag springt. Het Hand, maakt intusschen de opmerking, dat de heer Donner den bestaanden feitelijken toestand blijkbaar zoo erg niet vindt, anders zou hij zijn voorstel niet hebben terug genomen. Intusschen meent het Dagblad, dat de terug neming verklaarbaar was ter wille van de toe lichting, door sommigen bij het amendement- Kielstra gevoegd. Ook dit blad gelooft, dat de heer Donner beter zou hebben gedaan als hij het voorstel had gehandhaafd. De Standaard bepaalt zich tot het geven van een bloemlezing uit de overzichten van de ge noemde bladen, maar deelde voorloopig zelf geen oordeel mede. Ten slotte laten wij volgen wat Gelria onder het opschrift Christelijke verdraagzaamheid over ’tgebeurde schrijft: „De heer Donner heeft zijn voorstel, om de schutterplichtigheid op Zondag af te schaffen, zoo mijmeren en peinzen over den loop, welke die dingen zullen nemen. Kinderen in het verstand en in de boosheid zijn beminnelijk ook, hetzij die kinderen jong zijn, of wel gerekend moeten worden tot de ouderen onder hun geslachtde indrukken, welke de ervaring vaak zoo pijnlijk en diep graveert met haar naald in het menschenhart, zijn hun vreemd gebleven en hun gelaat mist dan ook alle sporen van zorg of zieleleed. Maar ze zijn ook te beklagen, die onervaren kinde ren, omdat ze, aan geen zorgen gewend en door geen teleurstelling beproefd, niet beschikken kunnen over de noodige kracht van ziel en geest, wanneer ook van hen gevorderd wordt in ’s levens storm op de brug te staan. Naarmate de tijd der indiening van de kies wetten zich verder van ons verwijdert in de ruimte van tijd, ziet men de naïeven in den lande meer on meer op den voorgrond treden. Ze zaten zoo rustig, en zoo kalm, zoo genoe- gchjk en tevreden in hun slofjes en onder hun pruikjes om den haard, vertellende on lachende van den „goeien ouwen tijd,“ toen er maar één veldwachter was in de gansche gemeente waarvoor alle menschen ontzag hadden, en toen dominee een steek droeg, die op alle gemeente naren den indruk van iets goddelijks maakte, en, alsof hij uit den hemel was neergedaald, met diepen eerbied, met schichtige schuwheid, van ter zijde werd gadegeslagen en met een groet van onvervalschte neerslachtig heid werd gepasseerd. Daar komt de kieswet-Tak Neen, we mogen er niet om lachen, om die verbaasde gezichten, die zoo totaal zonder in druk waren, zoo gevoelloos, als iemand, die op een vroolijke bruiloftspartij de boodschap krijgt dat de Pruisen in ons land zijn gedrongen en voor de poort staan. Niet waar, het is als las men in vlammend schrift nog eens hetMene, Tekel Het volk, altegader, aan de stembus De groote massa, de klompenpatrouille, die in aan tal verre, verre gaan boven ons klein kuddeke van ontwikkelden en ervarenen op het staats rechterlijk tournooiveld Ónmogelijk 1 Ziedaar de eerste aandoening van het hart wanneer het na de duizeling weer tot bezinning komt. Neen, we lachen er niet om het is zoo echt natuurlijk, zoo kinderlijk naïef, dat too- necltje. Wie op reis gaat en regen voorziet, neemt een paraplu mee. OMKER (OIIIH s te :ke itje ike ma an nl- an iko ike 211- c. H.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1893 | | pagina 1