KBMWS- El löWmfflHUll IMS 1)8 fflHffl ffl BET IMMIHT ML J JTO® 1 IS I I t, No. 3. 1895 r Aangifte voor de Zeemilitie. i. EEN HEILWENSCH REDDINGSHAKEN Nationale Militie. I lif' uit, UIT DE PEES. k Alle brieven in te zenden. Wij voor 4 December 1872 (Staatsblad degenen, die zich daarvoor er k. >0, I b. I. n. 11 Deze CO UBANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.— franco per post ƒ1.25. en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco ze de niet-vervulling on- 18 der wet van 4 December 1872 (Staatsblad no. 134), de ingezetenen dat steeds aan o1 aanmelden ter Secretarie der gemeente, gele genheid wordt gegeven tot kostelooze inenting en her-inenting. Sneek.den 4 Januari 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. KENNISGE VING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, brengen ter onenbare kennis dat er aanwezig zijn 1°. In den houtmolen van Ter Horst aan de Geeuw 2°. Bij J. T. Bloksma, Pompmakor, Bui ten ’t Hoogënd 3°. Bij de Wed. Folkert Prins aan de Prin sengracht 4°. In de smederij van J. Tjaarda, buiten de voormalige Noorderpoort 5°. Aan het Spoorwegstation 6°. Bij M. Meiners, nabij de Oosterpoorts- brug 7°. Bij G. S. Hofstra, steenhouwer, aan de Leeuwarder trekvaart 8°. Bij Th. Asselman, scheepstimmerman, bij de Oppenhuizerbrug 9°. Bij de Kalkovens van Feenstra, aan den Oppenhuizerweg 10°. Bij den Concierge der Hoogere Bur gerschool 11°. Bij den Concierge der school voor Kos teloos Onderwijs 12°. In den molen van Veen, aan de Fra- nekervaart. Tevens wordt in herinnering gebracht, dat volgens art. 450 van het Wetboek van Straf recht ieder, die, getuige zijnde van het oogen- blikkelijk levensgevaar, waarin een ander ver keert, nalaat dezen die hulp te verleen en, die hij hem, zonder gevaar voor zichzelven, ver- leenen kan, indien de dood van den hulpbehoe vende er op volgt, gestraft wordt met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden. Ten slotte wordt de aandacht gevestigd op art. 168 der Algemeene Politie-Verordening dezer gemeente, luidende als volgt „Niemand mag weigeren een drenkeling in zijn huis op te nemen. Ieder is verplicht, die daar te houden, totdat volgens verklaring van een geneesheer vervoer kan plaats hebben/ Overtreding van dit artikel wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van ten hoogste vijfentwintig gulden. Sneek, den 8 Januari 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. schap aanleiding geeft te passeeren. Groeten, iets goeds toewenschen, is dan een vorm, zinledig als alle vormen, maar verplich tend voor ieder, die weuscht dat anderen hem rekenen onder de welopgevoeden, de fatsoenlijke menschen, dat zij iets goeds van hem denken. Zoodat de wensch eigenlijk niet den voorbij ganger, maar onszelf geldtiets wat niet be hoeft te verwonderen aan wie heeft opgemerkt dat menschen, die elkaar in het economische deel van hun leven ten doode bekampen, toch bij het opgaan van de zon elkaar goeieu mor gen toewenschen, even als vroeger bij het uit trekken te velde tegen den vijand eerst een gebed werd uitgesproken om den God der va deren te verschalken en onkundig te houden van de moordenaarsgedachten die het hart be- zielden. In steden, waar zoovelen der voorbijgangers onze kennissen zijn, is de groet niet zoo ver plichtend als op het platteland, waar men, om te doen uitkomen dat geen verschil wordt ge maakt, stereotiep dag saam zegt, dikwijls ook zonder dat het meenens is. Holle frazen zijn in den regel licht verteer baar en weinigen hebben er hindernis of te wel obstructie van ondervonden. Men is er zoozeer aan gewoon geraakt, dat het hinderlijke gevoel zich eerst openbaart, j wanneer de fraze achterwege blijfthetzelfde wat men af keurt, wanneer een of ander volks vertegenwoordiger uit den parlementairen toon raakt. Uit bovenstaande opmerkingen mag men dan I de gevolgtrekking maken, dat fatsoen dikwijls synoniem is met zinledigheid, oneerlijkheid en valschheid. Bij het gelukwenschen op 1 Januari kan men dikwijls de verzuchting hooren dat het lastig en vervelend wordt. Natuurlijk, zoolang een groet of wensch be- J taald wordt met een wedergroet of wensc/i, kan het alleen wat oplettendheid en inspanning vorderen om zijn fatsoen te bewaren. Maar met de nieuwjaarswenschen is het iet- aan den kring van bekenden, wanneer we den voet over den drempel gezet hebben, behoort tot de vormen, die men niet mag nalatefi, wil men zich vrijwaren van de aantijging, die men bijvoorbeeld ten beste heeft voor hem, die ons zonder groet passeert. Dat is „onbeleefd”, „bokkig”, „lomp” alhoewel iedereen bij zichzelf overtuigd is dat de fraze, waarbij men den voorbijganger iets goeds toewenscht, getuigt van complete zinledig heid dat men er den tijd van den dag bij noemt, is in de meeste gevallen wel het eenige, waaruit blijkt dat de spreker niet geheel ge dachteloos was. Men vrage ’t zichzelf slechts af, in hoeveel gevallen men goeien morgen of avond wenscht, waarbij ons gevoel rustig sluimert. Men weet het, dat alleen gezworen vijand- om iemand zonder groet zijn vaak niet gemeend en juist uitspreken, waarvan middellijk inzien. Heil en zegen heet het in ’t ingetreden jaar. Bestmaar niet door filantropie of protectie, maar door erkenning van ieders recht op een behoorlijk deel van den rijkdom der maatschap pelijke productie. Aan onze broeders in den geestelijken stand zij het overgelaten, deze preek verder uit te werken en den inhoud er van, als God wil, hun parochianen op ’t hart te binden. God, die slechts het goede wil, zal hun arbeid ten zegen der menschheid daarvoor aan hen-zelven loonen. KENNISGE VING. Lichting van het jaar 1895. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, voldoende aan art. 87 der wet op de Nationale Militie van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad no. 72), zooals zij is gewijzigd bij die van 4 April 1892 (Staats blad no. 56), brengen ter openbare kennis, dat de tweede zitting van den Militieraad voor deze gemeente zal worden gehouden in het gemeen tehuis van Schoterland te Heerenveen op Dins dag den 15 Januari e. k. des voormiddags ten 11 ure. Dat in die zitting uitspraak wordt gedaan omtrent alle in de eerste zitting niet afgedane zaken en omtrent hen, die als plaatsvervanger of nummerverwisselaar verlangen op te treden. Sneek den 21 December 1894. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester BENNEWITZ, Secretaris. KENNISGEVING. Lichting 1895. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, gevolg gevende aan art. 150 der wet op de Nationale Militie van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad no. 72), zooals die is gewijzigd bij de wet van 4 April 1892 (Staatsblad no. 56), noodigen bij deze de lote- lingen der Nationale Militie van deze gemeente uit, om, wanneer zij verlangen bij de Zeemi litie te dienen, zich daartoe vóór den Isten Februari a. s. ter Gemeente-Secretarie aan te melden. Sneek den 4 Januari 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. BEKEN DMA KING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de jaarlijksche herijk van maten en ge wichten enz. voor de gemeente Sneek, in 1895 NIET zal plaats hebben, doch dat tot den herijk, gevorderd tengevolge van beschadiging van stempelmerken of om andere redenen, aan het IJkkantoor te Leeuwarden, iederen Dinsdag en Vrijdag, telkens van des voormiddags 9 tot des namiddags 1 uur, steeds gelegenheid is. Sneek, den 4 Januari 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek herinneren, naar aanleiding van In het jongste Gidsnummer komt een artikel voor van prof. Cort van der Linden, getiteld Beginselen of formules. Wij willen trachten van dat stuk de quintessens weer te geven, al ontveinzen wij ons de moeilijkheid niet om dat naar behooren te doen. De stijl toch waarin de hoogleeraar zijn adviezen kleedt, munt meer uit door een zekere kernachtigheid dan door artikel 1 helderheid en gemakkelijkheid. wat anders ze de niet-gemeende kosten geld. Hoe men dan onzen wensch ook beschouwen wil, den heil- en zegenwensch mogen we onzen lezers niet onthouden. Eerstens niet, omdat het onze aanspraak op fatsoenlijkheid niet in gevaar brengten ten tweede, omdat het ons een plicht is, de dankbaarheid voor het welwillend publiek, dat ons een jaarlang volgde en weer hoopt te volgen in onzen gedachtenkring een wensch dus dien we niet onbetaald zien beant woorden. Want hoe weinig we dikwijls kunnen voor zetten in een land, waar men zooveel tijd dood maakt met „praten” en zoo weinig tijd besteedt aan „doen”we durven niet de woorden van een groot blad tot de onze maken, welker re dactie in de afgeloopen week schreefdat haar blad eigenlijk gemeenschappelijk eigendom was van haar en haar lezers. De lezers zijn gewoon gebruik te maken van het hun toekomend recht om critiek uit te oefenen op het geschrevene strookt het met hun zienswijze niet, dan vragen ze schouderop halend hoe men zulke onzinnige denkbeelden nog drukken laat. Het laatste vooral is een hebbelijkheid bij onze flegmatieke landgenooten, en laat ons er bij voegen, een treurige hebbelijkheid immers daardoor wordt de wrijving van gedachten ón mogelijk en uit deze toch moet de waarheid voortkomen. Wanneer we met dezen heilgroet onzen lezers in ’t begin van 1895 tegemoet treden, moet ons nog deze wensch van het hartdat ze in plaats van fatalistisch het heil of onheil af te wachten, zelf de handen uit den mouw steken. Daarop toch komt het allereerst aan. moeten ons heil verwerven, ons best er doen. En indien we onzen medemensch dat heil ook toegewenscht hebben, wat onder humane stervelingen wel wenschelijk is, rust op ons nog den plicht aan dat heil van den broeder niet in den weg te staan. We weten het: de leuze onzer tijdgenooten kan geen andere zijn, helaas, dan deze des eenen dood is des anderen brood. De maatschappelijke rijkdom is de buit, waar om in de maatschappij zonder poozen wordt gevochten. Het spreekt dan van zelf, dat de zwakken er weinig of niet van meekrijgenhun portie wordt bij wijze van filantropie uitgekeerd, om de bezitters der grootere portiën, de sterken, het rustig genot er van te verzekeren. Wij hopen en wenschen dan met den aan vang van dit jaar, dat alle heilwenschen zoo weinig doenlijk in hun vervulling worden te gengegaan door de wenschenden zelven dat zij, die sterk zijn, het hunne er toe mogen bij dragen om dit heil van allen ook en vooral van de zwakken, te bevorderen, door het woord filantropie in hun banier te vervangen door het woord recht. Ze zijn dit verplicht ook aan zichzelf. Hun karakter lijdt er onder, wanneer ze een wensch ADVEBTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents- voor eiken regel meer 7*/j Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den uitgever. SS Sa j’ t i* i i i 6 i 4 6 ,n der kje a te J ■'W

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1895 | | pagina 1