fflWfs a ffl iimjisshw sbl
DE ZONDE IN T ALGEMEEN.
No. 7.
V IJ F T T G s T E
1895
Inschrijving voor de Nationale
Militie.
V
W O K AS JD A. o
om betrèurt dr. K. bet dat er reeds een deel
DE PERS.
voor
van
Win
met
kaar zullen optrekken met de leuze
vóór of tegen de zonde in ’t algemeen.
Zulk een strijd is beslissender, dan dien
in de soldaten her en der verstrooid zijn
een groote oppervlakte. Aan den Delvenaar
komt daarom de eer toe als medium de bedoe
ling des geestes te hebben vertolkt.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek herinneren alle Ingezetenen,
die in 1876 zijn geboren en zich tot dusver
niet voor de Nationale Militie, lichting 1896,
hebben doen inschrijven, aan hunne verplich
ting, om zich daartoe als nog aan te geven
vóór of uiterlijk op 31 Januari e. k. ter Secre
tarie dezer gemeente.
Sneek den 22 Januari 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
UIT
en eerst als die gestreden is, kan de partij-
schikking der toekomst geregeld worden. Daar-
„Wat komt, is niet de „Democratie” als re-
geeringsvorm aldus vervolgt hij want
’;'7' nli„, La
Qranje’s naam bezegeld maar wel de democra
tische ontwikkeling van ons vertegenwoordigend
stelsel, en, door die democratiseering, niet van
den regeeringsvorm maar van het parlement,
de eisch, dat de Overheidsmacht, meer dan dus
ver aan alle deelen van ons volksgeheel, ten
zegen gedije, met name aan het dusver meest
achtergestelde deel der natie, dat, als het qua-
litatief zwakste, in naam van Hem, Wiens die
naresse de Overheid is, bij voorkeur op bescher
ming aanspraak kon doen gelden.
„Het gewijzigd stempel, dat hierdoor de actie
der regeering staat gedrukt te worden, zal een
reeks van eigenaardige gevaren met zich bren
gen, waaronder ik nu alleen deze twee aan wi's:
het dieper inkankeren van het leugenachtig be
grip van Volkssouvereiniteit, en het doen opgaan
van de Overheids-actie in louter stoffelijke zor
gen.
„Evenals onder Groen van Prinsterer in ’57
op schoolgebied, zoo ook nu, in ’t sociaal geding
zich aan den vorm van onzen tijd comformee-
rénd, zal deswege de anti-revolutionaire partij
de roeping hebben om èn tegen die verkanke
ring van het staatsbegrip èn tegen die morali-
seering van de overheidstaak, ook in het van
haar uitgaand program te waken, en alzoo den
klemtoon, die op het CVimAJy/c-democratisch
valt, tot zijn volle recht te doen komen.
„En zoo kan eerst op de deputaten-vergade-
ring, die over dat program het zeggenschap zal
hebben, op ernstige wijze uitgemaakt, niet of
allen nogmaals onder eenzelfden hoed te vangen
zijn, maar of' men, rondborstig zijn gedachte
openbarend, in die uitkomende gedachte slechts
de onzichtbare schakeering van eenerlei stre
ven, of wel een niet te verzoenen tegenstelling
der geesten ontdekt.”
Na daarop te hebben doen uitkomen dat men
in dien tusschentijd niet stil behoeft te zitten
maar de machtige problemen kan bestudeeren,
eindigt hij met de beantwoording van de vraag,
of zijn politieke overtuiging in het nu verloo-
pen tijdperk van rust en nadenken ook is ge
wijzigd. Hij schrijft
„Toen voor nu achttien jaren een minder
ernstige, maar langer sleepende zenuwziekte,
mij een jaar meer en meer tot nietsdoen dwong,
is in die afzondering het inzicht in het zuiver
der licht, dat door de belijdenis der gereformeer
de beginselen op het wezen der dingen valt,
bij mij tot volle klaarheid doorgebroken, en
sinds heeft wetenschappelijke bestudeering van
die beginselen de toen gevestigde overtuiging
slechts versterkt.
Thans nogmaals uit de veelvuldigheid des le
vens naar de eenzaamheid verwezen, overdacht
ik meer de afgeleide vraag, of de algemeen
Protestantsche, dan wel de Calvinistische richting
aan ons volk op staatkundig gebied zijn nobel
heid van streven en op maatschappelijk terrein
iets van zijn oude veerkracht hergeven kon en
als vrucht van dit overdenken vestigde zich
dieper dan ooit bij mij de nu onwrikbaar ge
worden overtuiging, dat het blijven moet bij wat
ons program in artikel Eén beleidt, d. i. bij
„den grondtoon van ons volkskarakter, gelijk
dit, door Oranje geleid, onder invloed der Her
vorming, omstreeks 1572, zijn stempel ontving,”
en immers dit stempel was, omnium consensu,
beslist Calvinistisch.
„Slechts in één punt verweet ik mijzelven
verzuim.
ABT EL DEL B1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
vooi eiken regel meer Cents. Bij abonnement is de prijs
be tangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
De Stand, bevat weder een hoofdartikel van
dr. A. Kuyper. Nu hij evenwel nog met ge
broken kracht zijn artsen hebben hem aan
vankelijk bevolen half stoom te varen de
redactie weder aanvaardt, acht hij een persoon
lijk woord niet misplaatst.
Als publicist kwijt hij zich in de eerste plaats
van een schuld door dankzegging aan collega’s
en vrienden, die zijn werk overnamen, en daar
na aan de Nederlandsche pers in ’t algemeen,
die hem door haar ongedwongen belangstelling
in zijn krankheid verrastevoor zooverre ze
anders tegen hem overstond, ijlings, toen on
geval hem buiten gevecht stelde, het zwaard
opstak; en zelfs naar eisch van der journalis
ten gild, het woord van kameraadschappelijke
sympathie niet terughield.
Daarna geeft hij rekenschap aan zijne lezers
van zijn gevoelens tegenover den politieken toe
stand van ’t oogenblik. Zes maanden van stille
overpeinzing gaan niet zonder vrucht aan iemands
geest voorbij. Het militante in zin en neiging
wordt getemperd, de geest der verzoening her
wint zijn bekoring. Zoo is het ook hem gegaan.
En al mag dan „het eerste en hoog gebod”
nooit achter het tweede geschoven, zoodat trouw,
onwrikbre trouw aan beleden waarheid en aan
vaard beginsel, van zelf de grens trekt, die de
opgewelde gemeenschapszin nooit overschrijden
mag, toch leeft op dit oogenblik in hem de
ernstige begeerte om, bij den strijd met de
mannen van tegenovergesteld beginsel zich te
ernstiger te spenen aan wat bitterheid kon
kweeken, en den band, die ons als burgers van
eenzelfde land vereenigt, ook al mocht de strijd
weer hoog gaan, nimmer geheel uit het oog te
verliezen.
Dit geldt in nog sterker mate ten opzichte
van hen, die, in hoofdbeginsel hetzelfde belij
dend, slechts in de afgeleide beginselen en hun
tactische toepassing andere paden bewandelen,
en bij den stembusstrijd van ’94 tegenover hun
broederen positie namen.
Of in de toekomst alle Protestantsche anti
revolutionairen weer als éen korps zullen kun
nen optreden, is thans niet te beslissen; of men
op den duur ter linker- en ter rechterzijde uit-
een zal gaan, zal de toekomst leeren. De kies-
j wet-strijd zal hier de beslissing moeten brengen
legers dan van beide zijden in massa tegen el-
’t adres van vooruitstrevenden het verwijt:
Gijlieden generaliseert te veel.
Op eens echter, spontaan, op ’t onverwachts,
komt ons de Delvenaar verrassen met een uit
spraak die denken doet aan bekeering van de
zen zijnen conservatieven weg.
Ter zake van het door den anti-revolutionai-
ren heer Staalman gesprokene, over het gedrag
van eenige officieren, roept het blad dezen
broeder toe
Gij, broeder Staalman, specialiseert te veel
gij moest liever wijzen op de „zonde in ’t al
gemeen” uw roeping is te generaliseeren.
Men heeft hier klaarblijkelijk te doen
een geval dat tot nadenken stemt.
Het wekt de herinnering aan gevallen, waar
in menschen door geestvervoering of drift op
eens kwamen tot een helder inzicht van wat
hun tot dusver geheel onbekend was gebleven.
Het is inderdaad zeer juistvan welk stand
punt men ook de zaak wil beschouwen, de
zonde- en ziekteverschijnselen zijn ten slotte
terug te brengen tot één oorzaak.
Adam en Eva’s eenige zonde was, dat ze
ongehoorzaam waren geweest, en toch leiden
orthodoxe menschen hieruit naar de leer der
erfelijkheid alle andere zonden af.
Hetzelfde doen de vooruitstrevenden, die al
le kwalen in onze maatschappij ten slotte wjj-
ten aan één grondoorzaak.
Wanneer zij de maatschappelijke quaestie
bespreken, is het eerste wat ze ons zeggen
Verdeelt uw krachten niet aan ’t bestrijden
van den drankduivel, van de prostitutie, van
het anti-semitisme, van de overmaat in arbeids
duur en de ondermaat in arbeidsloon, of van
de inbreuk der heeren patroons op de Zondags
rust hunner knechts het zou zijn verspilling
van krachten.
Daarom, zoo luidt hun vermaan, vereenigt
uw aller krachten tegen den oenen grooten vij
and, die van alles de schuld draagt
„De zonde in ’t algemeen.”
Zulk een sprong voorwaarts van een conser
vatieven Delvenaar zal menigeen verrassen.
Zij die zich geavanceerd noemen, mogen zich
gelukkig rekenen weer een bondgenoot te heb
ben onttrokken aan het conservatisme on op-
genomen in eigen gelederen het is een koers
verandering die aan Umsturz doet denken en
de verwachting herleven doet, dat de orthodoxe
baronnen, waaraan het werkende en zweetende
orthodoxe kiezersvolk zijn belangen zoo gaarne
opdraagt, ook ter rechter tijd zullen omstorten.
Dezen wensch uit te spreken, voegt ons uit
I welbegrepen eigenbelang. Immers, wordt een-
i maal de anti-revolutionaire geest vaardig, dan
kan het niet anders of al wat Staalman, Ijzer
man, of Dobbelman heet, moet de Kamer uit,
om plaats te maken voor de aristocraten, die
voor de revolutie aan ’t roer stonden.
Ze zullen dan wellicht, in navolging van
j Wilhelm, Umsturz-Vorlage indienen tegen de
zonde in ’t algemeeneen radicaal denkbeeld,
dat als zoodanig lof verdient, wijl het den af
loop bespoedigen zal van den strijd, omdat de
Sinds de ontwikkelde menschen zich zijn
gaan bezig houden met hypnose en suggestie,
zien de ongeloovigen zich geplaatst voor tal
van mysteriën, die elk voor zich zelf het on
geloof van den twijfelaar op zware proef stel
len.
Onder die verschijnselen van mysterieusen
aard zijn er ook in ’t gewone alledaagsche le
ven, die ons treffen door het onverwachte en
spontanedingen waarvan men moet getuigen,
dat ze op zich zelf staan, in geenerlei zicht
baar verband met het verleden en daarom den
indruk makende door een onbekende macht of
kracht in ’t leven te zijn geroepen.
En zoo komt men, al doordenkende, onwil
lekeurig het wondergeloof tegen, het geloof na
melijk dat iets is ontstaan, geboren werd, bui
ten eenige natuurlijke oorzaak om, door duive
len of engelen.
Het is daarom niet vreemd, uit den mond
van zeer vrijzinnige menschen op eens bijzon
der orthodoxe denkbeelden op te vangen.
Geen wonder, dat in dagen van crisis of
overgang op eenmaal in ongeloovige kringen
de lust voor het monnikenleven zich openbaart,
zich kenmerkende door onthouding van alles
wat de mensch niet strikt noodig heeft
zijn onderhoud.
Zeer verklaarbaar ook, uit den mond
een behoudsman onverwacht bij uitstek radica
le of socialistische denkbeelden te hooren ver
kondigen.
De Delvenaar is een anti-revolutionair blad,
met conservatieve neigingen als zoodanig be
hoort het tot de vrienden die in terugkeer tot
het geloof, heil voor de maatschappij verwach
ten, reden waarom ze aan sociale correctie en
sociale critiek liefst niet meedoen.
Niet waar Het een sluit zich waardiglijk
aan bij ’t ander.
De partij waartoe dat blad behoort, onthoudt
zich wel niet van het meedoen aan maatschap
pelijke verbeteringen, maar ze doet dit in ’t bij
zonder praktisch, zooals ze zelf zegt. We we
ten dit en daarom is het niet noodig er
verder over uit te weiden uit de redevoe
ringen barer voorsten in parlement of volks
vergadering de Savornin Lohman c. s. ver
wachten geen heil van kiesrechtuitbreiding enz.
hun leus is zoekt eerst het koninkrijk Gods,
enz.
Hun assistentie in staat en maatschappij be
perkt zich dan ook tot het verheffen van het
gezag tot goddelijke hoogte en verder in het
uitoefenen van liefdadigheid of het bestrijden
van een of ander kwaad alsprostitutie, Zon-
dagsontheiliging, enz.
Dat is ongeveer hetgeen men zou kunnen
noemen: de rooster of agenda dier partij, en vol
ledigheidshalve dient hieraan toegevoegd, dat
ook in ongeloovig-conservatieve kringen dezelf
de lust zich openbaart voor het behandelen van
ieder ziekteverschijnsel op zichzelf. Van deze
heeren hoort men daarom van tijd tot tijd aan
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
om betreurt dr. K. bet dat er reeds een deel
der broeders zich tegenover de partij organi-
waar- seei^e.
over »Wat komt, is niet de „Democratie” als re
geeringsvorm aldus vervolgt hij want
onzer blijft de constitutioneele Monarchie, in
Qranje’s naam bezegeld maar wel de democra
tische ontwikkeling van ons vertegenwoordigend
stelsel, en, door die democratiseering, niet van
den regeeringsvorm maar van het parlement,
ver aan alle deelen
1
MwiiiiHmiiiiiiiHaiiiiiffliiiW
1
S3
t
i
2
9
9
3
'I
e
1
J
5
a
a
i.
J
OEEKER COURANT
Mi l ns w tiimmmmill took os