L No. 18. V IJ F T I G 8 T E J A IN HET KADER. t vorm 1 U I T DE PERS. bracht. .is, a Alle brieven in te zenden. r a J 3 >n- z. de 74 Cents. Bij abonnement is de nriis -te vernemen by Men verwondert zich hoe i en Buisson, na jarenlang onvermoeid van den ouden wijsgeer zijn „men moet zich nog over onze schreden naar de voor- V - Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco j uitspreken weer lijkt, behalve het heerlijke heilige huisje zij en hun vrienden bewonen. Zou dan in ouze dagen niet gelden het woord des wijzen Salomo’s „Er is niets nieuws onder de zon”? Zou het woord niet van kracht niets verwonderen”? De bourgeoisie heeft de wereld van hiërar chie en slavernij, het gebouw van het geloof, ontwricht door middelen der wetenschap ze wil door middel van het geloof of van neutra liteit het waggelend gebouw stutten. Verwon der er u niet over, lezer, evenmin als over de uitspraak van een modern theologisch professor, die aan de boorden des ongeloofs genaderd verklaartongeloof is erger dan zedeloosheid Nog eens verwonder u niet erover, maar let op de tijdsomstandigheden. Wij staan aan den ingang van een nieuw tijdperk; de wetenschap heeft ons snel tot die poort gebracht. Verwonder u niet er over dat velen, die het nog zoo goed hebben, het niet van zich verkrijgen kunnen binnen te gaan met Jan en alleman en maar liefst wat op en neer verkiezen te slenteren voor de poort, of terug willen naar de vorige, om de laatste marsch nog eens over te doen. Is het niet vreemd, dat velen nog het kader van den tegenwoordigen tijd niet in ’t oog vat ten, waar het geldteen goed omlijnde schets te verkrijgen van het jongste maatschappelijk tafreel Heeft de ontwikkelde mensch zich nog van het bovennatuurlijke zoo weinig losgemaakt, dat thans nog geldt de spreuk (met eenig va riant) „Das wunder ist des Menschen liebste Kind 1” Het rapport der Unie-commissie over de on derwijswet werd kort geleden door ons vermeld. De conclusie waartoe de leden kwamen, luidde aldus „De gemeenten worden niet langer belast met de bekostiging van de lagere school. „Door het rijk worde voor elke lagere school een vaste bijdrage uitgekeerd, te berekenen naar regelen bij de wet vast te stellen, waarbij de tegenwoordige wet tot leiddraad kan worden genomen, en naar zoodanigen maatstaf, dat do kosten van een gewone eenvoudig opgerichte lagere school worden gedekt, en rekening gehou- ueu wuruu met uiiureiumg van leerstof en ver- I meerdering van het onderwijzend personeel. toch is het kader een der voornaamste knoopingspanten bij een 1 by elke beweging in onze woning of daarbui- streden te hebben voorde leekenscholen, thans ten richten we onze schreden naar de voor- met hun eigen stichting verlegen zitten en werpen op onzen weg of rondom ons! om hnn ideaal voor illusie te vrijwaren geen’ Het 1S met anders De mensch richt zich ander middel weteD5 dan den onderwijz’r gyet min of meer naar de omstandigheden wat - meer zegtde mensch is het produkt van om- standigheden. Dit te vergeten, is wel de grootste fout, het meest ernstige verzuim waaraan een verstan dig wezen zich kan schuldig maken. Er wordt geklaagd over het dierlijke in den mensch uit de lagere volksklasse. Is het leven dier klasse wel zeer verschillend van een dierenleven Men klaagt over den stilstand in de maat schappij en vergeet,"dat de bourgeoisie satisfaite, die de teugels in handen houdt, in levensom- tandigheden verkeert, die ons herinneren aan den toestand van het leven eener plant, die, in weligen, vochtnjken bodem wortelend, welig tiert wel is waar, maar stilstaat „als een paal.” Men beschuldigt de aristocratie van aanma tiging en heerschzucht, en verliest uit het oog, dat deze categorie van tweevoeters sinds een of meer eeuwen een wapen voert, dat, een of meer velden rijk, het symbool is van een ge bied van heerschappij en despotisme. Nog dezer dagen konden we onze oogen bij na niet gelooven over een democratisch denk beeld in aristocratische hoofden en, door den schijn verblind, bespeurden we niet dat achter deze schijnvertooning een of andere geheime bedoeling stak, bijv, deze om het „christen volk” weer bij elkaar te drijven, zooals een boerin de uiteengeloopen, verspreide hoenders en eenden bij elkaar in het hok weet te lok ken door een paar korrels gerst en het tuut- tuut-geroep. En zoo verwonderen we ons dagelijks over een en ander over veel, dat bij nadere ken nismaking eenvoudig zou blijken. Men was verbaasd, korten tijd geleden, hoe een geleerd Fransch schrijver, redacteur van een liberaal tijdschrift, op eens uit de lucht kwam vallen met een artikel over het ban kroet, het faillissement, het tekort, of hoe zul len we ’t noemen, het fiasco der wetenschap en men vergat op dat oogenblik 1°. dat Brunetière terugkwam van een be zoek aan den paus 2°. dat de wetenschap nog zoo weinig ge vorderd is, dat haar ontdekkingen vooralsnog aan de verwachtingen niet beantwoorden 3°. dat neuswijzen en schreeuwers, opper vlakkige halfweters, op gezag der wetenschap „bovennatuurlijke” zaken voor zeepbellen heb ben uitgemaakt, en last not least: 4°. dat de zelfvoldane, welgedane bourgeoi sie begint in te zien dat haar macht ten einde spoedt, nu de wetenschap, door haar invloed in hoofdzaak populair geworden, in de lagere klassen is doorgedrongen en deze tot nieuw le- ven, tot ontwikkeling en meepraten heeft ge- den wordt met uitbreiding van leerstof 3 AI T< T. Een zeer gewone opmerking die gemaakt I wordt bij ’t beoordeelen van personen of za- jken is .- dat men deze of die moet plaatsen in H ’t kader van zijn tijd. I Wat wil men hiermee te kennen geven I Dat men bij de beoordeeling, bij goed- of I afkeuring, mee moet laten gelden de factor der I tijdsomslam igheid. Een persoon wordt bij zijn handelingen door tal van beweeggronden zus of zoo gestuurd B zijn karakter, zijn temperament, de raad van vrienden, ja wat niet al is van invloed op de «.vorming en uitvoering zijner plannen Men kan met al deze factoren onmogelijk re kening houden; zelfs de meest intieme verhou ding geeft niet de volkomen zuivere oplossing van het opzienwekkende optreden waardoor ie mand de critiek tot spreken uitlokt. Het gemoedsleven in zijn innerlijken vorm blijft ook voor de naaste betrekkingen verbor gen, evenals de kiemen en wortelen van boom of plant voor ’t oog onzichtbaar blijven. ^oor de juiste beoordeeling is echter volle dig en helder overzicht der oorzaken onmisbaar. Men zou, wist men alle roerselen, tot die des harten incluis van een beoordeeling, een afkeurend votum, of een woord van lof, komen tot een verklaring, een redelijke, die ons zou versterken in de overtuiging, dat men zich in de wereld der menschen als in de na tuur over niets behoeft te verwonderen of te beklagen; alles heeft een of meerdere oorzaken, e*i het komt er, wil men zooveel mogelijk bil lijk oordeelen, op aan, zoo diep mogelijk met het oog van den geest door te dringen in dat gene, wat aan de te beoordeelen feiten vooraf gaat of verband ermeê houdt. Oppervlakkig oordeelen is daarom het minst te vertrouwen, en daarom zijn de woorden van den timmermanszoon uit Nazareth zoo treffend juist en getuigend van scherp doorzicht, als hij zegtoordeelt niet opdat gij niet geoordeeld iwordt. Want hoe groot ook onze mcnschenkennis, hoe scherp ook ons oog, hoe onbevangen door vooroordeel of hartstocht onze blik ook zij, W1J blijven allen verre van het toppunt der volkomenheid; onze helderziendheid sukkelt nog dikwijls met gezichtsbedrog of kortzichtig heid. Oppervlakkigheid blijft voor jong en oud het gevaarlijkst struikelblok, omdat we niet alles kunnen zien, omdat we nog zoo weinig 'veten en toch zoo nieuwsgierig zijn en vaak meenen alles te weten, tot zelfs de verborgen heden van het „hier namaals” toe. Wat er ger iswe kennen onszelveu niet en zijn vaak niet bij machte om verklaring te geven aan onze eigen daden. Is het dan te verwonderen dat we dikwijls bij oordeelvellingen botsing waarnemen en dat I hetgeen één wijze ons leert, straks door een ■wijzere wordt weggeredeneerd I In het kader van zijn tijd het is schier on- ■geloofelijk, maar toch is het een feit, dat veel «critici deze raadgeving veronachtzamen. En „De uitkeering van die bijdrage worde, even als thans, verbonden aan voorwaarden die de inrichting van het onderwijs vrij laten en alleen strekken om de besteding der rijksgelden voor het beoogde doel te verzekeren. „Voor zoover de ingezetenen niet zelven in hun onderwijs voorzien, treden in hunne plaats de gemeentebesturen op. Hun worde de vrij heid verleend het beheer hunner seholen over te dragen aan plaatselijke schoolcommissies en voorts die scholen zoo in te richten, als het meest strookt met den geest van de ouders der schoolgaande kinderen.” Onderscheidene bladen hebben zich met deze conclusie onledig gehouden. Dat de schoolstrijd er door werd heropend, was de meening die vooral in de organen der liberate partij uiting vond. Sommigen zagen daarin een noodlottig gevolg van de zwakheid der meerderheid van 1889 tegenover de bijzondere school betoonden wezen er op dat, nu eenmaal de vinger is ge geven, de hand wordt genomen. Anderen acht ten de voorgestelde regeling in strijd met de Grondwet. Het Hand, achtte zulk een stelsel bepaald in strijd met art. 192, ’t welk luidt „Er wordt overal in het rijk van overheidswege voldoend openbaar lager onderwijs gegeven/’ Een regeling, gelijk in het ünie-rapport wordt gewenscht, zal het openbaar onderwijs tot uit zondering maken en dus met de Grondwet stryden. Maar gesteld dat de Grondwet het toeliet dan moet het Hand, zich tegen het voorstel ver zetten en wel in het belang van goed onder wijs. Dat kan niet gebaat worden, als men de mogelijkheid opent voor het oprichten van aller lei schooltjes en die uitlokt door rijkssubsidie uit te loven. Zulk een vrijheid van onderwijs, die hier te lande al zoo hoog staat, zou te duur zyn gekocht door slecht onderwijs, nog wel met staatshulp 1 Reeds nu komt de bijzondere school onderwijskrachten te kort en behelpt zij zich met overvolle klassen! Hoe zal het zijn wan neer de bijzondere school regel is en de waar borgen, die het openbaar onderwijs nu den on derwijzers verschaft, zullen ontbreken? Een der onderwijsbladen, de Wekker, steeds vol ijver over ons openbaar onderwijs en die het nog steeds betreurt dat de regeling in 1889 tot stand kwam, ziet in het voorstel eenvoudig een plan om de openbare school er geheel onder te brengen. Het blad hoopt dat het vele halve en lauwe vrienden der openbare school de oogen zal openen voor de gevaren die van clericale zijde steeds blijven dreigen. De meening dat zij aan wie in 1889 den vinger werd gegeven nu de hand trachten te nemen, vindt de Volksstem het nieuwe radi cale weekblad alleszins begrijpelijk en het begrypt niet hoe men daarvan den ontwerper van ’t plan een verwijt kan maken. Men heeft hen jaren lang achtergesteld en nu hun einde lijk iets isgegeven, kan men toch niet verwach ten dat zij zich daarmede voor goed tevreden toonen. Het voorstel vindt in de verschillende orga nen der anti-revolutionaire- en der R. K. partij een goed onthaal. Zij juichen het beginsel toe terwijl zij er tevens voordeel van verwachten voor de zwaar beproefde gemeenten. De Stan daard geeft intusschen toe dat het plan zonder grondwetsherziening niet te verwezenlijken is en stemt dus in dit opzicht in met het Han- delsblad. Naar aanleiding van een gissing dat het ünie- rapport een politiek doel heeft, nl. verzoening van de beide fracties der anti-revolutionaire partij, heeft zich een nieuwe polemiek ontwik* keld. Deze opvatting treffen wij aan bij da ADI ER IER URN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents- voor eiken regel meer ïjj C belangrijk lager. Voorwaard en daaromtrent den uitgever. -- aan- beoordeelingimmers quet i streden te hebben voor de leekenscholen, thans mannen als Na- om hun ideaal voor illusie te vrijwaren, ander middel weten, dan den onderwijzer ’i zijner overtuiging te verbieden, of het geloof oogluikend de schooldeur bin nen te laten. Men verwondert zich daarover, omdat S32 I n H'. ia, i 8 r 1 jo- :U- 11 r vviwvuuüit 4icii daarover, omdat men over t hoofd ziet het kader waarin die hoeren geplaatst zijn, die alles willen afgebroken zien wat onnatuurlijk is of op wanverhouding ge- J dat I mus- ij inbhhhiu im w

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1895 | | pagina 1