■wj JB i 1 w A-./’Y S»/ W -ér i IW No. 49. 1895. Brandgevaar door Hooibroeien. Oproeping onder de Wapenen. N, r- i Loting Schutterij. J A A r "v W O E P¥ A*. O- J U p< I. 19 V EI EI <A I< E11> regeering van men UIT DE PERS. Alle brieven in te zenden. I bevonden, en daar onze regeering mag worden de levensvoor- I Seac^f fe beboeren tot die categorie oog in ’t zeil te a H O A. in „Lom- wanneer hen een ongeluk mocht overkomen was deze wet er, raden er de door hem tot nu toe gederfde rust en voorzorg voor den ouden dag, maar ook met het oog op het toenemend gevaar der werke- schen, wier af keer van ling een axioma is, heeft het zijn nut voor heel deze categorie, dat men in ’t openbaar de uit komst der praetijk aanplakke. Daarom gevoelen we ons verplicht publiciteit te geven aan het volgend gesprek, gehouden in een kring van werkmenschen en wat daar- concentrisch samenhangt, over het systeem maatrege- te schrijven ter beveiliging van het ADVERTED TIÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents* voor eiken regel meer 7>;2 Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den uitgever. KENNISGEVING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek brengen ter kennis van de be langhebbenden, dat de alphabetische naamlijst van de personen, die in dit jaar aan de loting voor de Schutterij moeten deelnemen, ter visie zal liggen ter Secretarie dezer gemeente van Woensdag den 12en tot en met Donderdag den 20en Juni a. s.des voormiddags van 9 tot 12 uur dat de loting zal plaats hebben ten Raadhui- ze op Donderdag den 27 Juni daaraanvolgende, des voormiddags elf uur, voor hen die geboren zijn in het jaar 1870, terwijl daarna dadelijk zal worden overgegaan tot de naloting der over eenkomstig art. 4 van het Koninklijk Besluit van 21 Maart 1828 (Staatsblad no. 6) inge schrevenen van de jaren 1861 tot en met 1869. Wordende ieder ingeschrevene opgeroepen, I om bij de loting tegenwoordig te zijn, en, re- denen van vrijstelling hebbende, die alsdan op te geven. Sneek den 11 Juni 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. BEKENDMAKING. De BURGEMEESTER van Sneek, Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco i meer. i Wat echter in theorie zeer aannemelijk is, be- wort^ *n de praetijk niet zelden onaannemelijk en i Eenige dagen geleden gaven wij een over zicht van de geschillen thans nader tusscheu dr. Kuyper en mr. De Savornin Lohman ge rezen. De Nederlander heeft sedert de houding van den heer De Savornin Lohman, wat hetstem- i men op roomsche candidaten betreft, zonder ze vooraf te polsen, nader verdedigd. Een en an- j der wordt aangevoerd ter verdediging en ter verklaring van de beide feiten waarop de Stan- daard doelde, feiten die, in verband beschouwd met de toenmalige omstandigheden, niet aldus verdienen te worden gequalificeerd als door de Standaard is geschied. Het blad komt mede terug op hetgeen het schreef over de houding van de Standaard bij j de Vetter-ovatie, woorden die de Standaard zoo bijzonder ontstemden. Hier gaat de Nederlan der ïq\s verder en betuigt haar leedwezen over ’t geen zij schreef, haar woorden daarbij terug nemende. Van die loyale verklaring neemt de Standaard met voldoening kennis en verheugt zich dat althans dit incident uit de wereld is. zou er Herinnert belanghebbenden aan art. 114 der wet worden gemaakt waarbij allen die het Algemeene Politie-Verordening dezer gemeente waarbij is bepaald, dat wanneer hooi'’begint te’ broeien, de eigenaar daarvan terstond kennis moet geven aan de Politie en de door deze te beveieu maatregelen van veiligheid onverwijld dat overtreding dezer bepa- met hechtenis van ten hoog- ste zes dagen of geldboete van ten hoogste vïjf- en-twintig gulden, Voorts wordt in herinnering gebracht art. 158 i paling, dat hij, aan wiens schuld^ waaronder te verstaan is verzuim, nalatigheid, onvoorzich- tigheid, gebrek aan voorzorg, achteloosheid enz.brand te wijten is, wordt gestraft met gevangenisstraf of hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden, indien daardoor gemeen ge vaar voor goederen ontstaatmet gevangenis straf of hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden, indien daardoor levensgevaar voor een ander ontstaat, en met gevangenisstraf of hechtenis van ten hoogste een jaar, indien het feit iemands dood tengevolge heeft. Snoek, 14 Juni 1895. De Burgemeester voornoemd, ALMA. De BURGEMEESTER der gemeente Sneek, Gezien de missive van den Commissaris der Koningin in Friesland, dd. 17 Juni 1.1. Ie Afd. M/S. no. 701 ROEPT BIJ DEZE OP den in deze gemeen te gevestigden milicien-verlofganger HIDDE WIERDSMA, loteling dezer gemeente, lichting 1893 no. 53, behoorende bij het Regiment Gre nadiers en Jagers, 2e Bataljon, 2e Compagnie, om zich, voorzien van al de voorwerpen van kleeding en uitrusting, bij vertrek met groot verlof medegenomen, op Dinsdag 9 Juli a. s. des namiddags vóór vier uur, bij zijn korps te ’s Gravenhage in werkelijken dienst te begeven. Tevens wordt herinnerd, dat hij zijn verlof pas een of twee dagen vóór het vertrek naar zijn korps ter Secretarie ter afteekening moet aanbieden. Sneek den 18 Juni 1895. De Burgemeester voornoemd, ALMA. en en en •eekjes, Aa lootjes. J Wie.eens zulk een spelevaart vast in zijn art prentte, kan niet welwillend zijn tegen en matroos die bombardeert op het luik van e roef om den schipper te waarschuwen dat e schuit de zee nadert. Niemand vindt het aangenaam te worden estoord in zijn dommeling maar te minder rottig is zulk een stoornis wanneer deze bo endien een waarschuwing inhoudt om van ihuit te verwisselen immers het ranke ding i op zee niet te gebruiken Op zijn allergoedkoopst berekend zal men het iheepje kunnen versterken en repareeren, maar at kalefateren kost ook geld Edoch het er op wagen is wel wat veel ewaagd; de schipper brengt er ook zichzelf toe in de waagschaal. Mit des Géschiekes Machten 1st keia ew’ge Bund zu hechten. Kalefateren dan maar Zoo wordt door heel Europa tegenwoordig et merkwaardig schouwspel waargenomen, at conservatieve regeeringen hun tijd schier V beslag genomen zien door voorzorg tegen V-geluk ken. I Ook onze regeering levert periodiek een proe- fe van haar waakzaamheid tegen gevaren. og onlangs bleek haar praktische blik uit de [geleverde veiligheidswet. De regeering begon te begrijpen dat het le en van den „oppassenden” werkman moet orden beschermd tegen de gevaren welke drei- pn uit de toename van stoomwerktuigen. Men begrijpt ook met de regeering dat het ■‘boden was te toonen, hoe men de „oppassend heid” waardeert, door zelve in navolging ervan i»oppassend” te worden. I Er zouden anders agitators komen als debo- j ■onvermelde matroos, die den oppassenden werk- ■an voor goed ongelukkig zoude maken door l m wakker te schrikken; zit toch de schrik mee der hedendaagsche regeeringen van len voor leven der werkmenschen. De eerste die het woord voerde was een „Lombokker”. Wat hij vertelde deed ons de haren ten berge rijzen het kwam in ’t kort hierop neer, dat de soldaten in ludië de geva ren van den oorlog lief haddenmaar niet was deze voorliefde een gevolg van „heerlijke on versaagdheid”, zooals we eerst wilden conclu- deeren. De man vertelde, dat de krijgslieden op ge varen belust waren om verminkt te worden; er waren er die den arm uitstaken om een kle- wanghouw te krijgen of die de hand omhoog hieven om er den naderenden kogel doorheen te laten vliegen. Foei I Fi done Om der wille van een pen sioentje zich te laten verminken. De „Lombokker” had zijn been verloren en zijn pensioen van f 400 wekte bij ons ’t ver moeden dat deze onversaagde patriot, die blijk had gegeven zoogoed het klappen van de zweep te kennen, uit voorliefde ook voor gevaren deze verminking had opgeloopen. Zoo waren er ook die zichzelf verminkten volgens dezen gepensioneerde die zich door de hand schoten of door den voet enz. enz., te akelig om er meer van na te vertellen, willen we niet de heerlijke stemming bederven waarin ons vaderlandslievend hart is gebracht door de ontboezemingen van publiek en publicisten bij generaal Vetter’s glorievolle inkomste binnen onze landpalen. Een werkman, ’t was een stoker op een loco motief, vatte hierop vuur en zei dat hij onzen lieven Heer zou danken wanneer hij door een ongeluk zoo gelukkig mocht worden als de „Lombokker” zijn buurman. Hij wilde liever met een been en f 400 pensioen door ’t leven huppelen, dan, dag in dag uit voor iets meer, 12 a 14 uren op de machine te staan. We kregen er kippevel van. Indien alle stokers en machinisten er zoo over gaan denken zijn wij, reizigers op spoor of boot, ons leven niet meer veilig men stelle zich voor De man zoekt een ongeluk om daardoor ge lukkig te worden, maar ook ons brengt hij er door in ’t ongeluk hij waagt er ons aan De derde, die sprak, was arbeider in een fa briek, koninklijk en wel gebreveteerd. Deze man was al van ’t zelfde gevoelenhij eens in, dan slaapt een mensch niet rustig j verlangde er nota bene naar dat de regeerin lot de moeilijke taak eener regeering hoort, dat zij verplicht is bij de rustelooze 'ike afwisseling in het leven en «aarden van het volk een louden. Deze regeeringstaak wordt te zwaarder, wan- leer de wind krachtiger de zeilen zwelt en het vaartuig uit de binnenwateren gedreven wordt >p den grooten plas, die wel ruim is en het icheepje waarborgt tegen stooten op den wal kant, maar daartegen een grooter gevaar in de ilaate stelthet gevaar van vergaan in den mogen golfslag of in de branding. Vooral moet die taak, van altijd wakker en vaakzaam te zijn, zwaar drukken op regeerin- 'en als de onze, welke, oud in opvatting, wijl e zich niet kan losmaken van de voorstellin- in haar jeugd opgedaan, meent, wil blij- meenen, dat wij polderlandbewoners kon- blijven varen in polderboezems en dooi en Ee, door wetering en kikker- I in democratische handen overging dan een 1 land gediend hadden onder die allen rekende yaarbij hij alle werkmenschen en niet enkel i bokkers” gepensioneerd werden theoretische bespiege- 1 Herinnertjielanghebbenden aan art. 114 der uubuuk mocni overKomen was deze moet opvolgen, en dan zouden hij en velen zijner kame- ling wordt gestraft ernstig over denken om ter wille van uit van het wetboek van Strafrecht, houdende bZ loosheid, zich een of ander lichaamsdeel te laten verbrijzelen. K og verschillende sprekers lieten zich hooren allen in dezelfden geest. We maken nog slechts melding van wat óen hunner, een schippertje, in zijn eenvoudige beeldspraak over de veilig heidswet te hooren gaf. Hij vergeleek den veiligheidsmaatregel der regeering bij ’t opruimen der ondiepten in een rivier. De vele wrakke en lekke schuitjes, die er nu doorvaren, worden, als de nood aan den man komt, op zoo n ondiepte gezet. Maar als de regeering blijft doorgaan en de rivier over de geheele lengteen breedte op gelijke diepte brengt, is het voor die wrakke vaartuigjes niet meer te doen. Ze zullen bij de sterkere strooming zin ken. De regeering zal zoodoende velen aan den dijk zetten, tenzij ze voor die allen nieuwe schuitjes laat timmeren. Nadat nog meerderen iu dien geest hadden ge sproken ging bet gezelschap uiteen, blijkbaar ja- loersch op den verminkten „Lombokker”. Zoo denkt de werkman neen, zoo den ken zeer velen onder de werklieden over de veiligheidsmaatregelen der regeering. Fiatjus- titia ruat coelum. ®ijh sa 1 t te as, iri. ike iet tje ir is- ia o- Q- ii-

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1895 | | pagina 1