ttllffl- ffl IMRIBIMM INK DE
ffllllffl ffl B£T MIMET SJE
A
1
f
11
No. 99.
V IJ F T f G S T E
R G A N G.
1895.
I
I
W O I'S W D .A. Cj}-
11 D EC E AI B E
eii
ge-
de neiging heeft voortdu-
voor y gevon-
Alle brieven
in te zenden.
zoo
den
kan men
stellen
Deze CO UBANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25.
en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
i ter invordering is ter hand gesteld en dat
maar i
ADVEIITENT1ÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer 7 */a Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
i t Is gemakkelijker gezegd dan gedaan,
anders zou men van verstandige menschen ver
wachten, dat ze de leegloopende beschaving
wat te doen gaven iedere mensch heeft zijn
dagelijksche bezigheid en wanneer x nu wil
op zich nemen, de wilde loten af te snijden,
mar
handvol rijksdaalders en het
i „bescheiden heidegeluk4
een troepje gedresseerde na- i
heeft volkomen recht te beweren, dat het wei- vrijgevig,
nig verschil geeft, of men gebeten wordt van i
de kat of van den kater mits het volk maar anders zou
pret hebbe en prettig gestemd zij. Prettig den
kende patiënten zijn de charmantste schulde
naars voor den dokterze betalen prompt op
tijd en mopperen niet, als de rekening voor
bloedzuigers of purgeermiddelen wat hoog is
gesteld. Pourvn qulon s'amuse!
Ontevreden menschen zijn, voor wie zich ge
lukkig gevoelen, dubbel onaangename wezens
primo is ’t genot grooter, als alles om u heen
genotvol is, en secundo wordt het gevaar voor
verstoring van de kermisvreugd daardoor afge
wend.
Maar er is meerhet „leger” werft zijn sol
daatjes ook uit andere kringen dan die der
eenvoudige burger-orthodoxie. De tèteretè-
godsdienst is voor hen, die geen „centen” heb
ben, een vergoeding voor de café’s, waar men
musicirtzoo worden zij, wien de middelen
ontbreken om de zinnen te benevelen door bor
rels in ’t café-chantant, in de gelegenheid ge
steld hun pessimisme te verdrinken in den ne
vel van ’t café-concert, waar men „koning
Jezus1’ lofliederen zingt en ’t geloof er militai-
rement ingaat, ’t Is toch om 't evende beet
van kat of van kater en ’t laatste kost niets,
maar maakt de menschen prettiger. Men moet
versteend zijn in zijn kapitalistische dogma’s,
om daarvoor niet iets te gevoelen. Want pret
tige menschen laten zich gemakkelijker africh
ten een gedresseerde aap doet maar zelden
iemand kwaad.
En zooals men dieren dresseeren kan, niet
alleen met de zweepkoord maar ook met klont
jes suiker, zoo dresseert het „leger4 met aan
menschlieveudheid grenzende weldadigheden.
Aan de gewone filantropie mankeert het gezag
te vaak dat is voor de liefhebbers van dres
suur dikwijls een oorzaak van ontevredenheid.
Men moest ook in de filantropie altijd weten
te geven en te nemen dit niet te weten, be
duidt in de taal der 20y-groep zooveel als niet
slagendaarvoor kan men toch zijn geld te
goed anders besteden, dan dat men ’t zou ste
ken in een mislukkende onderneming. En zoo
komt de filantropie al meer ten achter bij ’t
Heilsleger, waar men goed wil zijn en waar
men dresseert. Er zijn menschen, die gaan
twijfelen aan onze beschaving en niet ten on
rechte. Het gaat met de beschaving als met
een jongen die niets te doen heeftze doet
kwaad. De beschaving verwildert, en verstan
dige menschen, als die van de groep-20y toch
ongetwijfeld zijn, hebben dit ook opgemerkt
daarom zagen ze om naar middelen, en daar
viel hun oog op het leger des heilsdat korps
kwam of ’t geroepen was, want het bond, wat
los was, en dresseerde, wat verwilderde zoo
werd de vergelijking
x 4- 20y - 5000
In deze vergelijking heeft x alleen constante
waarde y is veranderlijk en neigt er toe steeds
grooter te worden natuurlijk tot een maxi
mum, want de groep-20y is niet onbegrensd
mag men alweer blij zijn, dat ’t zaakje
cheert met een 1
daarmee te koopen
naast en benevens
tuurgenooten.
Neemt men nu aan, dat y toeneemt,
komt men na verloop van tijd, dank zij
regel der dressuur, tot de vergelijking
x 4- ny oneindig groot.
Neem nu voor x welke macht ge wilt; mits
het een macht zij, welke bindt en dresseert
neem er voorhet heilsleger, de roomsche kerk,
de protestantscbe kerk desnoods, het democra
tisch koningschap, de „nette4 pers, en wat dies
meer zij dat des gezags is en gezag heeft
x blijft ten allen tijde zaakwaarnemer voor
den commanditairen vennoot nyin het zaakje
telt x mee als vennoot, wijl het een aandeel
tje in de winst krijgtoverigens mag men te
genover het oneindig groot veilig aannemen, dat
x o.
en dit zoo zijnde, althans ver er van af is het
niet, komt men gemakkelijk tot de oplossing
Hoe is ’t mogelijk dat binnen een paar we
ken bijna f 5000 wordt ingezameld voor het
„Leger des Heils”! Andere vereenigingen die
zich op philantropisch terrein bewegen, hebben
juist zooveel te tobben met de geldpomp, en
zoodra het heilsleger spreekt is het pompje niet
droog het vloeit en groeit tot de ontvangers
roepen genoeg genoeg en alle gereedgezette
vaten en tobben gevuld zijn.
’ris voorzeker een interressant vraagstuk,
moeilijk, of beter: onmogelijk op te lossen, wijl
-- een
ieder verplicht is zijnen aanslag, op den bij de
wet bepaalden voet, te voldoen.
Sneek, den 9 December 1895.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
x 5000 20 y.
Neemt men hierbij y 250 aan, dan is
x o, en stelt men y o, dan wordt x 5000.
Alles hangt hier dus af van de waarde, die
men toekent aan ydeze waarde mag echter
hoogstens 250 bedragen.
Daarom komen We terug op de vraag, hoe
’t mogelijk is dat ’t Heilsleger zooveel steun
vindt bij de kapitalisten immers uit hun ver
houding tot x volgt ’t antwoord op de vraag,
hoe hoog y moet worden aangeslagen.
Vooreerst dan dienen we te onderzoeken, of
de klaarblijkelijke sympathie der kapitalisten
voor ’t Heilsleger voortvloeit uit instemming
poet ’t doel, dan- wel uit de middelen, of uit
doel en middelen beide van het „leger”.
Het doel van de Salvation-army is „de wereld
pe veroveren” voor „koning Jezus” en generaal
Booth. De wapenen, bij dezen veroveringstocht
gebezigd, zijn van onschuldigen aard, als daar
2>ju pretgevende voorstellingen, waar pretvoor-
Eevende soldaten-gezichten op prettig klinkende
pvijzen met hun krijgs- en lofliederen, aan hun
prijgsgod gewijd, de pretlievende schare zoeken
po te palmen. Deze prettige godsdienst maakt
pnderdaad vorderingen onder de orthodoxe men-
Mien, de eenvoudige burgerklassede ortho-
Poxekerk,die, vroeger reeds in drukkende levens
omstandigheden levende, over ’t geheel te wei-
Rig geeft, wat de zinnen verzet, lijdt hierbij
khade zoo nu en dan moppert ze dan ook in
lerstaanbare klanken, dat ’t „leger” haar kudde
bedreigt.
De heeren kapitalisten malen daar niet om
Prthodox is voor hen orthodox en hun filosofie
van ’t vraagstuk aldus
X 4- ny oneindig groot
ny oneindig groot
ny oneindig groot
waaruity oneindig groot.
Daar het getal n
rend te dalen, wordt de waarde,
den, ten slotte oneindig groot.
De moraal van dit vraagstuk is in fcorte
woorden deze
Y wil oneindig groot zijn maar de invloed
van Y is aan ’t afnemen en Y ontbreekt het
aan tijd, aan lust, aan kracht of aan moed om
zijn pretentie te doen gelden
daarom neemt Y een maat X, een die er
op uit is zijn zaakje uit te breiden, maar wien
’t aan geld ontbreekt. En nu springt Y bij
voila tout. Honi soit qui mal y pense!
En toch zou vader Oats zeggen, desalniette
min en evenwel, nochtans en toch be
weegt ze zich
E pur se muovo, de gulden vrijheid, die, wars
van alle dressuur, van allen tèteretè-godsdienst,
van alle gezag bij of zonder de gratie Gods'
bestemd is de eenige macht te worden von
Gottes Gnaden, de eenige majesteit, die on
kwetsbaar is, en dus de eenige, onder wier
leiding de beschaving ongestoord weer voor
waarts schrijdt naar hooger, reiner lucht
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER der Gemeente Sneek
brengt ter openbare kennis, dat het le. vol-
jaars 2e kwartaals Kohier der Personeelê be
lasting dezer gemeente, dienstjaar 1895/96 dooi
den Directeur der Directe Belastingen te Leeu
warden gearresteerd den 6 December 1895 aan
den Ontvanger der Rijksbelastingen te Sneek
UIT DE PERS.
Hetgeen in de Tweede Kamer is gezegd
over de houding der regeering bij de Amster-
damsche Tentoonstelling werd door de bladen,
wier verslaggevers de zitting bij woonden, be
sproken.
In ’t Hand, werd er het volgende over
schreven
„En wat thans te zeggen van de rede van
den heer Kerdijk, die zoo boos was dat eenige
leden van het ministerie hadden deelgenomen
aan een afscheidsdiner voor de Amsterdamsche
tentoonstelling? De waardigheid der regeering
zou daardoor te grabbelen zijn gegooid. De
heer v. Houten had zich bezondigd door hulde
te brengen aan hen die er voor gezorgd hadden
dat de tentoonstelling meerdere aantrekkelijk
heid had gekregen. En dit was des te erger,
doordat de genoemde minister zich daaraan had
schuldig gemaakt, nadat in het voorloopig ver
slag omtrent hoofdstuk I de Kamer haar onge
noegen over de verleende decoraties had°te
kennen gegeven. Dat was de volksvertegen
woordiging tarten.
De minister Roëll heeft hier op de gewone
kalme wjjze geantwoord en de overdrijving aan
getoond waaraan de afgevaardigde uit Amster
dam zich had schuldig gemaakt. De heer Van
Houten verklaarde meer op den man af, dat
het steeds waardeering verdient wanneer men
schen belangeloos tijd en geld over hebben voor
het verschaffen van gepaste volksvermaken.
Het eenige waardoor de boosheid van den
heer Kerdijk verklaard kan worden, is, dat die
afgevaardigde oyer de tentoonstelling en haar
vermakelijkheden gegevens heeft, die de regee
ring mist. Eu gesteld dat de gegevens van den
heer Kerdijk juist zijn, moest dan der regee
ring van haar onwetendheid een zoo groote grief
gemaakt worden, waar het een onderneming
gold, waarmede zij als zoodanig niets te maken
had, welke hoegenaamd geen officieel karakter
droeg
In de Tel. werd er op gewezen dat den mi
nister Roëll het verwijt van gemis aan ernst
en waardigheid blijkbaar verre van aangenaam
was. Wanneer zijn autwoord niettemin uiterst
zwak was en hij zich haast meer met uitvluch
ten dan met argumenten zocht te redden, is dit
misschien wel eenigszins verwonderlijk na het
vroegere braveeren van de critiek der Kamer
door bijwoning van het sluitingsdiner, waar de
bekende toasten werden gehouden, vlak na het
verschijnen van het voorloopig verslag; maar
weer niet zoo verwonderlijk, indien men er de
conclusie uit zou mogen trekken, dat de heer
Roëll zich maar al te zeer bewust is, dat die
demonstratie, waarschijnlijk in strijd met de
bedoeling waarmede ze ondernomen werd, een
zoodanig verloop heeft gehad, dat de algemee-
ne indruk, daardoor teweeggebracht, meer ko
misch dan imposant is geweest.
Geheel auders dan de heer Roëll hield zich
in dc/e de heer Van Houten, die zich de zaak
weinig aantrok, al had hij in een toast aan de
waardigheid te kort gedaan, en die nog eens
een kort resumé gaf van dien bekenden toast
over het nut der vermakelijkheden. Ja, zoozeer
was hij nog in de stemming, dat toen de heer
Kerdijk bij zijn repliek begon met te zeggen,
dat hij het treurig vond, de minister hem in
het aantal onbekenden dat der betrekkingen
overtreft. Al weet men dat x 4- 20 y 5000
i ie, het helpt ons niet om tot de bepaling der
waarde van x en y te komen we moeten daar
bij nog weten b. v.
x o of y 250
of b. v. x y o
weet men dus niet een dezer betrekkingen of
een andere, welke dan ook, zoo komt men
nooit tot een positieve en juiste uitkomst; het
positieve alleen is dan te bereiken door aan te
nemen, dat x en y geen gebroken grootheden
mogen zijn. Neemt men dus aan dat met x
wordt voorgesteld een geheel, een troep, een
leger, b. v.een heilsleger, en dat met y be
doeld worden goed gevulde portemonnaies, Jan
het vraagstuk als onbepaald voor-
cyji—Miwgg
1
X
i
i
1
L
r
r
I
sbk.
i
•ivi’,