rm
1
1
CHKHM IN HIT ARMNNSSMIIIT SHHL
11
I
•fel
WIE HUILT ER MEE
No 101.
1895,
V IJ FT IQSTE J A A R G A N
r
42
1
IS DFC E M B E R,
N
J
wor-
een
i
om
BINNENLAND.
J
Alle brieven
in te zenden.
nette zaken naast elkaar te
tegenover elkaar te stellen, heb
e
e
i-
voor ’t oogenblik stu-
den modernen predikant,
i ons oog
zijn om ons en dat nog
heden den mensch niet maken, waarom zijn dan
pilo rvmrli Irn n tnn rlr» 2_a.1
te slaan,
zou
van
De verwerping door de Tweede Kamer van
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
-van den prediker, die tast doen, en huilen kan a outrance.
goed als wij het doen; de man belastingbetalende Nederlanders daarom
geroepen ons den weg te wijzen, de ettelijke guldens, waarop het verdriet
Mr. Kerdijk ons I
de vrijheid zijn raadgeving vooraf te on- in stilte den „beruchten” van z
iets ondeugde- minste nog een stokje stak voor dezen parle-
als de omstandig- mentairen treurmarsch nette menschen mogen i
van gasmeters, de
het ijkkaritoor waar
kantoor Leeuwarden bestaat ui’het cijfer 15. art.ïs.
Wethouders voornoemd, i
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Snede brengen ter openbare kennis j
de volgende
KENNISGEVING.
De COMMISSARIS der KONINGIN in de
provincie Friesland,
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Sta- 1
slaan voor nette manieren boven netheid
manieren gaat een verstandige raad. Handsome
is that handsome does. -En wat is net We j
twijfelen tegenwoordig aan alles, en dat is mis- j
schien ongelukkig, misschien wel gelukkig ook.
Tegenwoordig haalt men alles uit de krant
en deze usantie bracht me er toe, eens de krant
in te zien, om te weten te komen, wat eigen
lijk „net* is. Mijn conclusie was, dat alleen
twijfel daarop aanspraak maken mag. Ziehier,
wat ik al zoo als net uit de krant opdiepte:
een dozijn nette dienstboden
twee nette bakers
een net ameublement
een nette inventaris van een koekkraam
een nette voorkamer
een nette familie
een nette huishoudster;
net slaapkamertje en een net koffiehuis.
Door al die
plaatsen en
ik den sleutel van ’t raadsel niet kunnen mach
tig worden, en des zoekens moede gaf ik ’t
eindelijk op want het begon me te hinderen
al dat netteik vond iets ongezelligs in al dien
uiterlijken glans en iets onwaars in heel dien
netten winkel.
Bij ervaring weet men, dat net in ’t maat
schappelijke leven even betrouwbaar is als fijn
in ’t godsdienstige. Het spijt me, dat de ruim
te zich niet leent voor een principieele be
schouwing der incident-aceidenteele netheid van
het tegenwoordige menschdom. Daarom moet,
ik van t onderwerp afstappen in de meening,
dat er nog vele nette bladzijden mee zouden
te vullen zijn, al was het maar enkel en
alleen over de netheid van nette families.
Ik ga dus afbreken, om een bezoek te bren
gen aan een net café met damesbediening, ten
einde daar de stof te vinden voor een brief
over de vrouwen-quaestie.
alle predikanten, de moderne vooral niet over
zoo onuitstaanbaar zedeprekerig?
Huil dan maar!” zegt van Houten, en ik
er wel om huilen, als het voegzaam was
mij dien raad op te volgen en voor minis
ter van Houten om dien raad te geven.
Immers, met donderende verontwaardiging
heeft men van Houten’s saillanten uitval op des
heeren Kerdijks treurscène uitgemaakt voor, ja
waarvoor al niet. Tusschen twee haakjes moet
ik hier even mijn opinie zeggen over deze man-
nen-quaestie, niet omdat die opinie op zichzelf
zooveel waarde moet hebben, maar omdat ’t
een opinie is als ieder andere, en ik geen zelf
verloochening genoeg rijk ben om de mijne te
rug te houden, waar een ander met de zijne
te koop loopt.
Ik vind die verontwaardiging onbillijk en van
twijfelachtig gehalte. Wanneer een goed vriend
ons mededeeling doet van zijn droevig lot en er
zich blijkbaar niet aan weet te ontrukken, dan
is huilen een uitstekend redmiddel uit den druk,
het geeft verlichting, en daarom zou mijn raad,
wanneer een vriend me in deze situatie zijn
ongelegenheid kwam bekennen, eenvoudig zijn
als die van Mr. van Houten Huil dan maar!
Och kom niet netjes Wat heilzaam is, is
uiteraard netjes, of het komt van een Gassen-
bube of van een minister. Ik vind dat van
Houten’s uiting een zeer gezonde kern heeft,
en wanneer alle nette menschen zich daarover
gaan ergeren, dan blijft bij mij nog alleen twij
fel bestaan en bij meerderen naar ik hoop
aan de kerngezondheid dier nette menschen.
Het ministerie ad hoe heeft zich op het ten
toonstellingsterrein ongetwijfeld vergaloppeerd;
maar reken eens na, hoeveel geld nog deze
faux pas aan ’t land zou kosten, wanneer de
Tweede Kamer a l’instar van Mr. A. Kerdijk
daarover zoo troosteloos ontstemd is. Men re-
kene ’t maar uit, ieder kan dat op zijn vin
gers wel hoeveel de honderd heeren per dag
samen „in te komen” hebben. Naar mijn
schatting bedraagt dit van 1500 tot 2000 gul
den. Op mijn woord van eer, ik vind het zonde,
zooveel geld te offeren voor treurmuziek, die
niet aandoet als de marche funèbre, omdat er
een knjgstoon door klinkt, en niet ontroert als
krijgsmuziek, omdat er de melancholie van den
doodenmarsch doorheen suistde muziek is een
marteling èn voor den compositeur èn voor ’t
auditorium, omdat het beurtelings langs twee
draden gaat, en dan is het een uitkomst wan
neer iemand als deus ex machina aan den loop
der treurige zaak een andere wending weet te
geven. Zeker is het niet deftig om in het par
lement te gaan huilenmaar er is toch in ’t
gebouw wel een apartementje te vinden, waar
men zich afzonderen, het knipje op de deur
Huilen wij
over
van
te staan komt, en zegenen we
Houten, die ten j
ADVERTENT1EN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer 7>;i Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bü
den uitgever.
De twijfel, die ons aan de boeien der zeker
heid ontrukt, wordt, door wie slaafsch zijn ge
worden in die knellende banden, niet zelden
gediscrediteerd en op onverdiende wijze ten
toongesteld. Het is des twijfels lot de zeker-
I heid te corrigeeren en daarvoor met ondank
te worden beloond. Ieder min of meer voor
uitstrevende weet bij ondervinding, wat het
zeggen wil te moeten twijfelen aan de deug
delijkheid van een of andere stelling, ze zij van
I godsdienstige!!, zedelijken of maatschappelijken
aard. Dan worden de duimschroeven aangezet
en men leeft niet rustig meer onder den druk,
dien de conservatieve medemenschen in de ze
kerheid hunner godsdienstige, zedelijke of maat
schappelijke overtuiging oefenen. Het erger
lijke en meest stuitende daarbij is, dat ze de
leemten hunner „overtuiging" zoeken goed te
(praten met zedelessen of strafpredikaties.
I Wees daar nu eens bestand tegen en houd
dan nog vast aan uw twijfel, waarin ge het
onmisbaar geneesmiddel meent te zien van ha
per Majesteit Zekerheid’s gebreken geen ge
makkelijke taak voorzekerimmers men loopt
vnj zeker gevaar, Majesteit te schennen!
Men heeft zeer veel kans te worden uitge-
kiï ten voor een ketteren daarbij draagt men
t gevoel in zich om, de zekerheid, de meest
ptellige positieve zekerheid, dat zonder uw twij
fel de zekerheid niet zekerheid zou zijn en dat
zekerheid zonder twijfel gelijk staat met gees-
plijken achteruitgang en dood laten we het
maar vrij nasprekenom te twijfelen, openlijk
en zonder terughouding, moet men den moed
bezitten zichzelf te kunnen verloochenen.
Ik weet niet of zelfverloochening een deugd
pmaar wel weet ik, dat hij, die zich bij per-
kudijhe aanvallen zoogenaamd waardig weet
p- gedragen, dat wil zeggen voor ’t uiterlijk in
paluie stemming blijft en nooit warm wordt of
pokend, dat zoo’n excellent man alle kans beeft
F!) ’t einde van ’t spel met den pot te gaan
btrijken dank zij ’t gezag, dat uit de zeker-
peid spruit.
I Ik twijfel aan de waarde der zelfvor-
loochening als deugd en ik laat dat blijken
pi gelegenheid. Good gracious me Daar komt
Po moderne predikant linea recta op me af en
pest me de les over de aanranding van zijn
geliefd dogma, dat men
pfait staat over -
Pie als de gepersonifieerde twijfel in
p allerlaatste zou j
pel zoo autoritair aan te vallen.
We sukkelen en tobben met z’n allen
Pok maar een greintje zekerheid te vinden in
Pe richting naar ons levensdoel; en te midden
pn dat tobben en tasten, raakt onze hand den i
peek of het kleed van den prediker, die tast 1
Pn tobt zoo
pelt zich
kat we zeer nobel van hem vinden. Maar we
Pemen
Berzoeken en eilacie! vinden er
ijba in; ’t is vreemd, maar
er over uitvaren, er een propaganda-middel uit- ten dier provincie van den 5 December 1895,
I van no. 75, le afdeeling J, alsmede op art. 11 der
wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad, no. 87);
I Brengt ter kennis van de belanghebbenden
1°. dat, behoudens de sub 2° en 3° van dit
besluit vermelde uitzonderingen, de visseberij
in de provincie Friesland van 1 Januari 1896
af tot nadere aankondiging zal zijn gesloten
2 dat de visseberij in de rivier de Linde
zal zijn gesloten gedurende de maanden Maart,
April en Mei 1896
3°. dat met de palingvisscherij, door middel
van aalfuiken, voorshands op den bestaanden
voet kan worden voortgegaan.
En zal deze op de gebruikelijke wijze
den afgekondigd en aangeplakt.
Leeuwarden den 11 December 1895.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
(get.) Van HARINXMA thoe SLOOTEN.
Sneek den 16 December 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
ALMA, Burgemeester.
BENNE WITZ, Secretaris.
BEKEND MAKING.
Inschrijving voor de Nationale Militie,
Lichting 1S97.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
BEKENDMAKI N G.
BURGEMEESTER eu WETHOUDERS der
gemeente Sneek, brengen ter kennis van de be
langhebbenden, dat door den Minister van Wa
terstaat, Handel en Nijverheid is bepaald:
lo. dat het goedkeuringsmerk bij den ijk en
den herijk der maten en gewichten, gedurende
het jaar 1896 zal zijn de letter g in den gewo
nen schrijfvorm;
bij den ijk en den herijk
Koninklijke Kroon;
2o. dat het merk van I
de eerste stempeling heeft plaatsgehad, voor het
Sneek, den 17 December 1895.
Burgemeester en 1”
ALMA, Burgemeester.
s vd
OIRiV
urns-1:1 wiwwihud rm w
i-
6
30
50
7
20
35
14
29
13
55
8
15
■1-
er
ia
1-
je
1
i
r
15
35
45
I
1 T TA- 1 -t l Zyue lUBVltllJ V Ills gcacuivui ilA UOV
-toe hy voigeng ziju leeftijd behoort.
i 8en JANUARI 1896, ten Gemeentehuize alhier eenebijzondere zit-
K RN 1V WITZ Sc JTfst *inor 7fll worden srehonden tot inse.hriivincr der manneliilre in*
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek
Gelet op art 19 der Wet op de Nationale Militie van 19 Au
gustus 1861 (Staatsblad ao. 72) zooals die is gewiiziud bü de
wet van 4 April 1892 (^taatsblad no. 56); J
Brengen ter kennis 'der ingezetenen, dat b;j hoofdstuk III
dier wet, handelende over de inschrijving voor de militie
onder anderen voorkomt het navolgende
Art. 15. Jaarlijks worden voor de Militie ingeschreven alle
mannelijke ingezetenen, die op den laten Januari van het jaar
hun 19de jaar waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden:
1. hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of
zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens de wet
van den 28sten Juli 1850 (Staatsblad no. 44)
2 hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedurende do
laatste, aan het in de eerste zinsnede van dit artikel vermelde
tijdsiip voorafgaande, achttien maanden in Nederland verblrf
hield
8. hif, van wiens ouders de langstlevende ingezeten was, al
is zijn voogd geen ingezeten, mits h(j binnen het rijk verblilf
houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling, behoo-
rende tot eenen Staat, waar de Nederlander niet aan den ver
plichten krijgsdienst is onderworpen of waar ten aanzien der
dienstplichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is aange
nomen.
Art. 16 De inschrijving geschiedt:
1 van een ongehuwde in de gemeente, waar de vader, of
is deze overleden, de moeder, of, zijn beiden overleden, de
voogd woont,
2. van een gehuwde en van een weduwnaar indegemeenta
waar hü woont:
3. van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft of door
dezen is achtergelaten, of wiens voogd buiten ’s lands geves
tigd is, in de gemeente waar hij woont;
4. van den buiten’s lands wonenden zoon van een Neder
lander, die ter zake van ’s lands dienst in een vreemd land
woont, in de gemeente waar zijn vader of voogd het laatst in
Nederland gewoond heeft.
Art. 17. Voor de militie wordt niet Ingeschreven:
1. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van een in
gezeten, die geen Nederlander is;
2. de in een vreemd Rjjk verblijf houdende ouderlooze zoon
van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten
3. de zoon van den Nederlander, die, ter zake van ’s Lands
dienst in ’s Rijks Overzeesche bezittingen of Koloniën woont.
Art, 18. Elk, die volgens art. 15 behoort te worden inge
schreven is verplicht, zich daartoe bij Burgemeester en Wet
houders aan te geven tussehen den ïsten en Sisten Januari.
Bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis is zijn valer,
of is deze overleden, zijne moeder, ot ziju beiden overleden,
zijn voogd tot het doen van die aangifte verplicht.
Art. 20. Hij, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar,
doch vóór het volbrengen van zijn 20ste ingezeten wordt, is
verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te
geven bij Burgemeester en Wethouders der Gemeente .waar da
1 inschrijving, volgens art. 16 moet geschieden.
Daarbij gelden de bepalingen der 2de en 3d zinsneden vau
art. 18.
Zijne inschrijving geschiedt in het register van het jaar, waar-
Naar aanleiding van bovenstaande bepalingen maken Burge
meester en Wethouders verder bekend, dat op WOENSDAG den
ting zal worden gehouden tot inschrijving der mannelijke in
gezetenen, die op den len Januari 1896 hun 19de jaar waren
iagetreden, en die alzoo geboren zijn in 1877,
Terwijl overigens ue inschrijving ter Secretarie dezer gemeen
te kan geschieden van ’s morgéns 9 tot ’s namiddags 1 uur.
Ssbek den 17 December 1895.