FH1 EEHHfE ffl BET MOMlSSnW SBL MEEKS- El INMfflHU) mu DE J I No. 11. E E N-E N-V IJ F T I G S T E J A R G A N G. 1896. VERKIEZINGE N Kennisgeving en Uitnoodiging. 5 FEBRUARI. J*I O Z E S. II. U I T DE PERS. BINNENLAND. SR r Alle brieven in te zenden. kennisgeving. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der j gemeente Sneek brengen onder de aandacht van degenen, die gedurende het jaar 1895 iets voor 1 de gemeente hebben verricht of aan haar ge Naar aanleiding van wat de Arnh. Ct. dezer dagen schreef over den Radicalen Bond" (wij maakten daarvan in ons vorig nummer reeds melding) heeft het bestuur van dien Bond thans den volgenden Open brief aan de redactie van dat blad gericht: „In het nummer uwer courant van 18 Ja nuari 1.1. hebt U een oordeel uitgesproken over den Radicalen Bond, dat te onzer kennis is gekomen door de overzichten die verschillende liberale bladen daarvan gegeven hebben. Aan het hoofd te staan van een volk dat in zijn geheel wordt geleid naar een nieuwe bestemming is ongetwijfeld een zeer zware taak. Mozes heeft die taak vastberaden aanvaard en (volbracht op een wijze die bewondering af dwingt. De wonderverhalen, die deze gebeur tenis opsieren, zijn minder wonderbaar dan de gebeurtenis zelve, die we hier bedoelden. Hoeveel lichter is daarmee vergeleken de taak van moderne heerschers, wier leiding al- Naar men verzekert, wordt aan het Depar, tement van Financiën in gereedheid gebracht een nota van wijziging op het wetsontwerp tot ADVERTENT1ÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents- voor eiken regel meer 7*/, Cents. Bij abonnement is de prijs’ belangrijk lager. Voorwaard en daaromtrent te vernemen ba den uitgever. dieust vervult de rol van Jan den knecht, die de kwajongens" met zijn ijzeren vuisten om klemt wanneer papa er op los wil ranselen. Wie zou sympathie voor zoo’n dienenden Jan kunnen gevoelen Noch de „kwajongens", noch de brave Hendrikken vinden Jan beminnelijk. En Jan zou zeker spoedig uit alle harten ver dwijnen en als „Privatsache" worden doodver klaard, indien de geloovigen allen stonden op het normale peil van de tegenwoordige ontwik- I kelingshoogte en doorzien konden dat hij een huurling is in dienst van de heerschers, en be reid voor een handvol goud zijn medemenschen, de overheerschte, onderdrukte en geplaagde on derdanen, te binden, om een dracht stokslagen te ontvangen. De godsdienst onzer hedendaagsche maat schappij is de handlanger van de staatsmacht, en minister van Houten zou zich aan ernstige majesteit-schennis bezondigen wanneer op zijn voorstel de eed werd afgeschaft. God en den staat één volk, één God Wilhelm heeft het eerlijk bekend, daarbij moet het blijven. Maar die zoo redeneert over deze alliantie legt aan de vijanden der staatsmacht, zooals deze zich openbaart, de verplichting op om den strijd aan te binden niet tegen éen maar tegen beide bondgenooten. Het zal toch niet zijn aan te nemen, dat Wilhelm ingeval van oorlog met Frankrijk heel zijn legermacht naar dit land laat oprukken wanneer Rusland zich met de republiek verbindt tot den krijg. Maar hieruit volgt ook, dat zij, die tegen den invloed van het altaar zich teweer stellen, daardoor verplicht worden ook de staatsmacht aan te vallen. Dit gevaar had Mozes niet te vreezen voor eerst niet omdat hij geen kroon begeerde en te verdedigen had om zich zelve, en ook niet omdat zijn alliantie van God en volk alleen het volksbelang ten doel had. De triple alliantie van troon, beurs en altaar, gesloten naar Mozes plan, kan zich, al valt inderdaad niets te leiden en al bepaalt zich haar verbintenis tot enkel defensieve machtsontwik keling, minder gerust te slapen leggen. In volle wapenrusting leggen zich twee neer, ter wijl de derde op post staat; want hiervan zijn ze alle drie overtuigd, dat de overrompeling, zoo deze gelukt, eindigt met hun aller verdwijning van ’t wereldtooneel. En dit zoo zijnde, mag men veilig aannemen dat de priesters van den godsdienst hun God onnoodig in gevaar hebben gebrachtde vorst die vervolgd wordt door een hopeloos gevoel van zwakheid kan men ’t niet kwalijk nemen wanneer de kerk zijn troonhemel wil bouwen de plutocratie, welke van deze drie het felst gehaat wordt, heeft gelijk als ze a la Mozes door de kerkdienaren het onmondige, uitgeplun derde volk de wetten laat lezen en op de knieën laat vallen voor dien hemelsch-goddelijken troon. „Geheel voor onszelven sprekende," zegt uw artikel, „hebben wij het hoofdbezwaar tegen den „Radicalen Bond," dat ons alle toenadering en samenwerking bedenkelijk en onraadzaam deed achten, niet uitsluitend, zelfs niet hoofdzakelijk gevonden in zijn programma, maar in het be ginselloos heulen van deze gemanqueerde partij met allerlei partijen en groepen, welker pro gramma lijnrecht tegenover het hare stond." Even later zegt u er nog van: „Het is echter een even verfoeilijk als verderfelijk beginsel, als uitgangspunt voor eene nieuwe partij, die zich in den boezem der natie zelf vormen wil." En verder: „Eene partij daarentegen die, nadat ze haar programma met de meeste be slistheid en duidelijkheid laat ons zeggen met groote opzettelijke onhandelbaarheid heeft geredigeerd, al dadelijk begint met zoet sappig en overdreven handelbaar de hand te reiken aan principieele tegenstanders" en U concludeertDoor zoodanige handeling heeft de „Radicale Bond" alle aanspraak op achting en sympathie verbeurd." Een beschuldiging, in bewoordingen als door U gebezigd, wordt gelukkig zelden in de Ne- derlandsche pers aangetroffen en zeker hebben zü> tegen wie een dergelijke beschuldiging wordt uitgesproken, het recht te verlangen dat zij met bewijzen wordt gestaafd. Waar nu een daartoe strekkende uitnoodiging van den heer C. V. Ger ritsen, opgenomen in De Telegraaf van 27 Ja nuari 1.1. zonder gevolg is gebleven, achten wij het onze taak ons rechtstreeks tot U te wenden met de vraag, of het strookt met Uwe opvat ting der plichten van de pers om eene zóó kren kende beschuldiging onbewezen te laten en on herroepen. Wij meenen te mogen verwachten dat U zult inzien, de feiten waarop uwe beschuldi ging steunt alsnog te moeten mededeelen, en achten het daarom niet overbodig er U opmerk zaam op te maken, dat te uwer rechtvaardiging niet dienen kan, hetgeen van liberale zijde wel eens is aangevoerd tegen de radicale kiesver- eeniging Amsterdam: dat zij bij de gemeente raadsverkiezingen wel met andere politieke par tijen heeft samengewerkt. Allereerst toch geldt dit uitsluitend de kies- vereeniging Amsterdam en niet den „Radicalen Bond", waartegen uwe beschuldiging is gericht. Maar ten andere geldt dit ook niet de ver kiezingen voor de Tweede Kamer, waartoe de Bond zijne werkzaamhedentot heden heeft be paald en welke toch alleen bedoeld worden, wanneer er sprake is van politieke verkiezin gen. ’t Is U trouwens bekend, dat de liberale kiesvereeniging Burgerplicht te Amsterdam nog kort geleden haar reglement heeft gewijzigd met het doel, om voor den gemeenteraad can- didaten te kunnen stellen behoorende tot hare principieele tegenstanders op politiek gebied. En zeker is U evenzeer bekend dat deze li berale kiesvereeniging sedert herhaaldelijk b.v. katholieken met succes en volstrekt niet ten nadeele van gelijktijdig door haar gestelde libe rale candidaten, heeft gecandideerd. Zult U nu op dien grond de „Liberale Unie* beschuldigen van het beginselloos heulen met principieele tegenstanders? Doet U dat niet, met welk recht, mogen wij vragen, richt U dan een dergelijke beschuldi ging tegen onzen Bond?" Deze CO I RAN T verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco leverd, dat hunne pretentiën, voor zoover ze niet vóór of op 30 Juni e. k. zijn ingeleverd, moeten worden gehouden voor verjaard en ver nietigd, volgens art. 228 der gemeentewet, in verband met de wet van 8 November 1815 {Staatsblad no. 51). Sneek den 30 Januari 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester BENNEWITZ, Secretaris. kennisgeving. De BURGEMEESTER der gemeente Sneek brengt ter openbare kennis, dat ter Secretarie dezer gemeente vanaf heden gedurende dertig dagen voor de belanghebbenden ter -inzage zal liggeneene opgave van de Uitkomsten, be doeld in de artikelen 6, 9, 10, 11 tot 13, 23 en 42 der wet van den 26 Mei 1870 {Staats blad no. 82), betreffende de grondbelasting van gebouwde en ongebouwde eigendommen. Sneek, 4 Februari 1896. De Burgemeester voornoemd, ALMA. De Voorzitter van den Raad der gemeente Sneek, Gelet op artikel 7 der Kieswet van 4 Juli 1850 {Staatsblad no. 37) zoeals dat artikel is gewijzigd bij art. VII der Additioneele bepa lingen der Grondwet Noodigt de mannelijke inwoners dezer ge meente uit 1°. die in eene andere gemeente over het laatstverloopen dienstjaar in de personeele be lasting naar eene hoogere huurwaarde, dan die welke volgens art. 1, litt. A en B, van de wet van 24 April 1843 {Staatsblad no. 15) aan spraak geeft op vermindering tot een derde of twee derde gedeelten dier belasting naar de drie eerste grondslagen, of in de grondbelasting, tot een bedrag van ten minste tien gulden, zijn aangeslagen, daarvan door overlegging der voor voldaan geteekende aanslagbiljetten vóór den 15 Februari e. k. aan hem te doen blijken 2°. die op grond van art. 1, sub O, of krach tens het 4de lid van art. 7 der Kieswet, aan spraak meenen te kunnen maken om geplaatst te worden op de kiezerslijsten, daarvan mede vóór den 15 Februari e. k. aangifte te doen, volgens het daarvoor vastgesteld, ter Secreta rie verkrijgbaar, model, met overlegging der bewijsstukken, waartoe in het geval van het 4de lid van bovengenoemd artikel 7 moeten behooren het aanslagbiljet of authentiek af schrift daarvan, eene opgaaf van het bedrag van het aandeel in den aanslag en de beschei den betrekkelijk het gemeenschappelijk bezit. Sneek den 3 Januari 1896. De Voorzitter voornoemd, ALMA. dan hulde brengen aan „den man Mozes." Het middel door hem toegepast is nog de leiddraad voor ’t heden. Mozes wist bij zijn volk de overtuiging ingang te doen vinden, dat hij door God zelf was geroepen en nog heden ten dage regeert men bij de „Gratie Gods." Muar wat bij Mozes een zaak van ’t geloof was, is bij ons een vorm geworden die den lachlust is bij wekt. Mozes strafte wie afvallig of ongehoorzaam werd aan wat hem heilig was, maar de vor sten vervolgen allen die den spot drijven met hun lachwekkende aanstellerij. Bij hem was het de kracht van ’t geloof die eerbied afdwong en ,t bewustzijn dat zijn geloof, gegrond of onge grond, gemeend of gehuicheld, strekte tot heil van t volk; bij hen dc hartstocht der heersch* of eerzucht, die eerbied voorschrijft op straffen, bij de wet bepaald, en daarbij ’t besef van een groot deel des volk, dat hun leiding alleen be oogt onderwerping aan den heerscherswil en bevoorrechting van de kringen wier macht in staat is den vorst, desgewenscht, van richting te doen veranderen. Wat men bij Mozes vergeeflijke dwaling acht, omdat het algemeen belang daarmee werd be vorderd, is bij deze caezars onvergeeflijke hui chelarij en onuitputtelijke bron van ergernis, wijl het eigenbelang, zijn belang en dat van een miniem klein kringetje erbij, op den voor grond staat. Gemeenlijk wordt socialisten verweten dat de godsdienst door hen wordt ondermijnd zou een godsdienst die aldus misbruikt wordt nog ondermijud moeten worden om in de diepte te ploffen Godsdienst is een zaak van het hart, is dus een private zaak, die elk voor zich zelf mag (Uitmaken. Maar wordt deze waarheid, die nie mand kan loochenen omdat het eenvoudig een feit is, wordt ze door de autoriteiten, de vorsten en do priesters, in deze nuchtere vorm aange nomen Immers, neen P Men heerscht, men voert oorlog, vervolgt, en bij al deze minder fraaie handelingen wordt de godsdienst te hulp I geroepen om de betrokkenen onderworpen te doen zijn bij de toe te dienen slagen. De gods-I leen hierin bestaat, dat ze hebben te trachten aan ’t hoofd te blijven 1 Met hen vergeleken had Mozes een dubbele 'taak tot zijn verantwoording en we kunnen, wanneer we het getob en de vervolgingen dier moderne „grootheden* aanschouwen, nietauders I,.; 1 r 0 UR A A ill IS A -■

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1896 | | pagina 1