.9
ÈEKÜÏHS HMRWIMMIW 'll.ES.
MS- E MUffllIHUD TOOK DE
r
i
No. 14.
1896,
i
HET CENTRUM.
E E N-E N-V IJ FTIQSTE JAARGANG.
15 FEBRUARI.
BINNENLAND.
UIT DE PERK
I
Misg$
Het artikel
Vragen des Tijds
i>
1
ren laat een trap maken om uit de diepte van
haar liefderijke toewijding een stapje te rijzen
haar liefdewerk tot de dieren te beperken,
deze opsomming afzien. Want de
- --o an-
j dere krachten is haar bijstand onmisbaar, mits
Ihet bestand blijve. Vooreerst verhoogt ze ’t
W rehef der uiterste partijen. De menschen leeren
i bedoeld.
I doen zal, wat andere door wederzijdsche samen
ha en tegenwerking slechts mogelijk zou zijn, sa-
■W'men te werken.
Ge begrijpt wel, opmerkzame lezer, dat
ik het oog heb op de middenrichting, die
steunt öp de proefhoudend gebleken leuze,
i dat de deugd in ’t midden ligt. Het zou me
I niet moeilijk vallen van deze modereerende
I richting tal van goede eigenschappen op te noe-
mm,, men uit vrees echter, dat ze daardoor van haar
pad zou afwijken, en, in ijdelheid gestreeld, tot
j de uiterste partijen .mocht willlen overgaan,
1 moet ik van
j middenrichting is noodigevenzeer als de
Ihet bijstand blijve. Vooreerst verhoogt
geloof ik, meer van de ondeugden of tekortko-
w -Jan van ’t goede
^oorbeeld leeren wordt hier in gunstigen zin
De ontwikkeling gaat onmerkbaar
aar gang in den mensch, tot deze op eens op-
schrikt, en, naar zijn gezelschap zoekend, de
ymethode der vergelijking in toepassing brengt.
Hoe meer schakeering van gezelschap dan, hoe
1 gemakkelijker de vergelijking, en des te spoe-
Naar aanleiding van het antwoord van den
Minister van Waterstaat op het adres van de
Kamer van Koophandel te Gorredijk, wordt de
opmerking gemaakt, dat, al mogen de betrok
ken Staten niet verantwoordelijk zijn voor ver
loren gaan, verminken of vertragen van tele
grammen, daarmede niet is uitgesloten de aan
sprakelijkheid van den telegraaf-ambtenaar, door
wiens schuld of nalatigheid schade is ontstaan.
Voor zoover bekend, werd dit vraagpunt hier
te lande nooit voor den rechter gebracht, maar
bij vonnis van het „Berliner Landgericht I”
van 7 Januari 1884 is op vordering van een
koopman, die door verminking van een telegram
schade geleden had, de betrokken telegrafist
de meer of minder strenge uitvoering, aan de
wet op het personeel te geven. De minister
van financiën zal, wordt het ontwerp wet, di
rect invloed kunnen uitoefenen op het kiesrecht,
een bevoegdheid die hem in geen geval kan
worden toegestaan.
Men zoekt onwillekeurigaldus besluit mr.
Veegens zijn beschouwing naar een uitweg
uit de verwarring, door het verkeerd beleid der
regeering geschapen. Om daaraan te ontkomen,
zou allereerst het wetsontwerp op de personeele
belasting dienen te worden ingetrokken of ver
worpen. Een betere regeling dezer belasting,
sedert lang hoog noodig en na de financieele
maatregelen der vorige regeering urgent, is al
leen te verkrijgen door haar in een plaatselijke
belasting om te zetten in elk geval is de aan
hangige, tegenover de lagere en middelklassen
zeer fiscale regeling, ondanks de verdiensten
haar in sommige opzichten eigen, in haar ge-
h< el volstrekt niet beter dan de bestaande. Is
dtze voordracht van de baan, dan krijgt
men de handen vrij voor een voorloopige uit
breiding van het kiesrecht tot hen, die in de
bestaande personeele belasting zijn aangeslagen,
zij het ook met remissie van of 2/s der be
lasting naar de eerste drie grondslagen. Een
zoodanige regeling van het kiesrecht, die zich
aan de bestaande zou aansluiten en technisch
geenerlei moeilijkheden zou opleveren, zou uit
den aard der zaak zeer gebrekkig blijvenmaar
zij zou toch verreweg de voorkeur verdienen
boven de voorgedragene, omdat de voor alles te
weren invloed der administratie daarbij zou zijn
uitgesloten. Bovendien zou zij het groote voor
deel oploveren, dat zij op ondubbelzinnige wijze
den stempel droeg van een zuiver voorloopigen
maatregel.
Voor een volgende Kamer, met medewerking
der nieuwe kiezers gekozen, zou dan de taak
zijn weggelegd om het kiesrecht definitief te
regelen en de financiën der gemeenten op be
teren voet te brengen, hetgeen dan wel zou ge
schieden op dezen grondslag, dat het personeel
een plaatselijke belasting werd. Werd deze
weg ingeslagen, dan zouden de uitkomsten der
stembus van 1894 wel tot langdurig uitstel ge
leid hebben, maar althans niet tot een zoodanig
bederf in ons belastingstelsel en in onze staats^
instelligen, als bij verwezenlijking van de plan
nen der tegenwoordige regeering te vreezen is.“
Het denkbeeld van den heer Veegens wordt
van ganscher harte gesteund door de Nieuwe
Amsterdammer, terwijl ook de Haagsche cor
respondent van de Zaand. Ct. het een hoogst
gelukkige vondst noemt. De Standaard bepaalt
zich tot een eenvoudige vermelding der be
schouwingen, maar meent dat de regeering een
voudig „neen* zal zeggen en de meerderheid
der Kamer, die boven alles ministerieel is tegen
woordig, eveneens.
van mr. J. D. Veegens in de
over het personeel, blijft de
aandacht trekken, vooral wegens ’t geen de
schrijver er aan toevoegt over de kieswet in
overband met de z. i. onmogelijk in te willigen
eenigen tijd doode- ^nister^zaf toekennen ^Hoev T^l^l aan den
van arbeiderswoningen in het kiesrecht zullen
zijn aangeslagen, zal afhankelijk worden van
Mijn diabolische natuur, wanneer ze uitgeput
is, zoekt de rust bij deze goede moeder, om
nieuwe kracht te putten.
Benijdenswaardig is het lot van zoo’n moeder:
alle vermoeide hoofden in haar schoot te zien
rusten alle heethoofden af te koelen, en allen,
die geen hoofd hebben, tot hoofd te mogen die
nen „Komt allen tot mij, die vermoeid en be
last zijt, en ik zal u rust geven.* Niet waar
Wie zoo spreekt, heeft in onzen tijd het recht
benijd te worden.
En zoo gebeurt dan ook; de middenrichting
telt haar benijders en mededingers tegenwoordig
bij massa’s; ja waai lijk, er komt te veel van
die deugdzame richting, en dat vind ik niet
prettig. Schikken en plooien is in de wereld
misschien onvermijdelijk; maar schikken om aan
hang, en plooien om succes, ik gruw er van en ik
zou niets meer kunnen wenschen, dan dat al
mjjn medemenschen desgelijks gruwden.
Maar, ’t zal zoo moeten zijn Schikken we
ons dan zoo goed mogelijk in ’t noodlot. Moe
ten de schippers zich niet schikken, als de mist
op ben neer valt en ze dobberen, niet wetende
waarheen Hoe verrassend moet het dan zijn
wanneer ’t zonlicht door het mistgordijn breekt,
en hoeveel moed wordt dan niet geput, om met
inspanning van alle kracht het einddoel te be
reiken, vóór de akelige mist weer invalt en ’t
leven in gevaar brengt!
Tegen de natuur gaat men niet vechtenmen
waagt zijn zwakke krachten niet aan de humo
ristische streken van moeder natuur.
Een plant, die in den wintertijd den moed
had te ontwaken en knoppen te vormen, zou
doodvriezen bij het eerste ontwaken van den win
tervorst. Daarom voegt het, met berusting
waar te nemen, als de middenrichting zich ster
ker en sterker vermenigvuldigt. Uit de fusie
koorts volgt door uatuurlijke oorzaken, confusie
en daarna diflusie. We leven in een tijdperk
van rust, waarin het ons gegeven is, op ons
gemak te overdenken, welken kant we zullen
uitgaan zoodra we den wandelstaf weer ter
hand moeten nemen.
Eeuige verpoozing, want de stilte der rust is
op den langen duur ook vermoeiend, schenkt
ons de beweging in de rechterlijke machter
schijnt in dien achtbaren kring een beklemmen
de angst rond te waren, wat alleen voor hen,
die de rust liefhebben, angstwekkend moet zijn.
Angst werkt aanstekelijk; maar als er geen ge
vaar is, en men heeft zich
lijk verveeld, zoodat men zich ietwat gedemo
raliseerd gevoelt, dan is het als een stortbad
diger de keus. In deze functie van kiesplicht
vindt men ’t dus prettig, wanneer ook de mid
denrichting vertegenwoordigd is; do partij van
de deugd. Wie zou haar kennis niet willen
maken bij gelegenheid Ik heb het altijd een
ongeluk geacht, wanneer in een familie van
karaktermenschen niet één werd gevonden die,
j van de anderen, den vrede zag te be
en de dreigend opgeheven handen weer
Dagbladen, die bij den dag leven, zijn bij
ons geen zeldzaamheid. Ja, wat leeft bij ons
niet bij den dag De Maatschappij tot Nut van
t Algemeen en de vereeniging tot Werkver
schaffing, verrichten beide haar werk der men-
schenliefde, ofschoon het beiden even zwaar dienares
valtde maatschappij tot Bescherming van Die- i waren
in elkaar wist te leggen dat is ’t karakteristieke
-Y1Jru.s.ucu..o.l“PJU teryzea’ i van een familie zoo’n vrede stichtende moeder,
ueze maatschappij had zich stellig voorgenomen
haar liefdewerk tot de dieren te beperken, maar
heeft tot haar niet geringe verbazing op moeten
merken dat de dieren, waarover haar zorg zich
uitstrekken zou, niet beneden de menschen-
I maatschappij staan, maar daartussehen. De ver-
kindervoeding en kleeding
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.'
voor de zenuwen, wanneer zoo’n hooggeklom-
men aap van angst de takken van den boom
breekt, waardoor hem de terugkeer naar bene
den ónmogelijk wordt. Het schijnt of dit
angst-interval uit Duitschland naar ons overkomt
om de middenrichting te verschrikken. Mis
schien wel zijn we de grenzen van Confusia
genaderd en och ja, waar majesteiten al niet
nuttig bij kunnen zijnEn dan zijn er nog
menschen van de linkerpartijen, die deze ma
jesteiten een majestueuzen dood toewenschen 1
Ik vind juist dat er behoefte is aan majesteiten,
wanneer ze drijfveer willen zijn tot vervolging.
Mist wijkt niet dan voor wind, en hoe meer
wind dan hoe beter, en komt die wind dan
van die zijde, dan zeg ik maar dat er gebrek
is aan majesteiteiten. Al de beweging der
uiterste partijen, om die middenrichting met
haar mist en misselijkheden op te ruimen, lijkt
me vechten tegen de bierkaai’t is slaan met
stokken in de lucht; een ontspanning voorzeker,
maar zonder eenige verlichting.
Maar beginnen de heeren van den gerechte
over heel de beschaafde wereld te waaien met
hun wijdloopige toga’s, dan bestaat er vooruit
zicht dat t optrekt. Hoop doet leven daarom
ga ik al vast hopen dat onder al wat optrekt
in den mist, ook begrepen zijn al die vereeni-
gingen en maatschappijen tot filantropische doel
einden, die in onze dagen van vooruitgang ge
mist kunnen worden, wanneer de middenrich
ting haar verkeerde hartstochten stilzwijgen wil
opleggen.
Onder die verkeerde vind ik wel deze de
verkeerdste, dat de vredestichtster heerschappij
wil voeren, ’t Gaat haar als de dominee de
man is bij zijn parochianen gewild, gezien, ge
flatteerd over ’t paard gebeurd en. wordt
heerschzuchtig. Daarom zou ’t voor den psy
chologist een onderwerp van studie kunnen
uitmaken, of het niet nadeelig is voor de sa
menleving, een dominee te benoemen in corpo-
ratiën van wetgevenden aard, of aan ’t hoofd
van dagbladen.
Bouwstof voor deze studie is er te over, want
bij ons heeft dit element in den toongevenden
kring het hoogste woord ze willen allen lei
ders zijn, tot nut van ’t algemeen natuurlijk,—
maar, hoe pnjzenswaardig deze offervaardigheid
ook zij, we krijgen er slechts middenrichting
mee, en worden daarmee als nette menschen
in den mist geleid, waaruit majesteitsschennis
verlossing moet brengen. In naam der „zede
lijke wereldorde” kan mijn wensch slechts deze
zijn, dat de moderne dominees afzien van het
politieke leiderschap.
eenigingen voor kindervoeding en Kleeding en
voor kostelooze spijs, gaarkeukens ook al, kort-
om al wat leniging van stoffelijken nood ten
I doel heeft, wordt onmisbaar als ’t niet voor
dien tijd bij gebrek aan steun verdwenen is.
Ook dagbladen rekenen daaronder. Er zijn er
a onder ons, die zonder steun hun liefdadigen ar-
beid zouden moeten staken. Dat ze gesteund
I worden, pleit voor deze bladen ’t bewijst dat
U. er kraeht van uitgaat en kracht heeft waarde, ook
Pr wanneer ze ten kwade werkt het komt er
I slechts op aan, aan de uitwerking tegenoverge-
I stelde richting te geven. Ik beken dat daartoe
veel kunst wordt geëischt, vooral bij die krach
ten, welke zeer bescheiden in de meaning ver-
keeren, dat ze zoowat de resultante zijn van de
coinposeerende krachten ze gaan langs den
diagonaal om, zeer edelmoedig, des te vlugger
r op de plaats van bestemming te brengen. Ze
zijn beminnelijk, in zoover ze instemming be-
I tuigen met de elkaar tegenwerkende compo-
eanten, en. op geen van beide reageeren kame.
raadschappelijk noodigen ze alle kracht uit met
haar, de kracht der krachten, haar, die alleen
ADVERTERT1ÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cent»;
voor eiken regel meer 7^ Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
ra
OEEKER COERAlï
9
<YZ\1 V -*
C -Y* WWf ¥ttU Uü uuuvugui
dingen hunner medemenschen, d;
voorbeel
--1