CfflIVfE B W MHR Silffl.
■is- ffl im de
i
No 15.
E E N-E N-V IJFTIQSTE J
A R Gt A N G.
1896.
BIJ DE GRATIE GODS.
W O E JN S I ML O-
19 FEBRUARI.
Met maze-
s
niet gediend
ïelfs de atheïst kan’t niet van zich afzetten
H
Alle brieven
in te «enden.
Cents. Bij abonnement is de prijs
--te vernemen bij
I
j dat Mozes daarmee
ADVERTENT1ËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cenfs;
voor eiken regel meer 71;, C
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent
den uitgever.
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS,
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
deren, bij de voorgestelde regeling wel nie
hooger zal zijn dan onder de tegenwoordige wet
Der Regeering is dan ook geen motief be.
kend tot verdere wijziging in dezen grondslag
Tot verlaging bestaat te minder reden, zegt de
I Min.daar gelijk werd herinnerd de be
ver»
l van gezin niet is uitge
zonderd.
Met betrekking tot den grondslag dienstboden
is een amendement ingezonden door den heer
Bouman, om vrijstelling te verleenen voor een
enkele dienstbode.
Het motief van dit amendement, zegt de Mi
nister, is ontleend aan een sociaal belang. Het
komt daarop neder, dat het voor de dochters
der arbeidende klasse zoo min mogelijk moet
worden bemoeilijkt eene haar passende betrek
king te vinden.
De vraag mag echter worden gedaan, of in
derdaad anders dan bij hooge uitzondering
de belasting afschrikt van het houden van ééne
dienstbode. Het houden eener dienstbode ver
oorzaakt kosten, die in den regel voor ieder
een naar zijne middelen geenszins onaanzien
lijk zijn. Zal het nu dikwijls voorkomen, dat
iemand bereid is voor het gemak, dat eene
dienstbode verschaft, eene zekere, niet onbelang
rijke som te besteden, maar zich zonder dienst
bode behelpt en zich al het ongerief, daardoor
veroorzaakt, getroost, omdat hij boven die som
nog enkele guldens belasting zou hebben te
dragen
Zelfs mag gevraagd worden of aanneming van
dit amendement niet een gevolg zou hebben,
tegenovergesteld aan het beoogde
Volgens het amendement zou iemand, die
ééne vrouwelijke dienstbode houdt, vrij zijn van
belasting zou hij, die een dagmeisje daarbij
neemt, voor die vermeerdering van zijne be
diening moeten betalen f 10 zou hij, die bij
zijne dienstbode eene tweede, niet jonger dan
18 jaar, wil houden, deswege worden aange
slagen voor f 12en zelfs voor f 17, indien bei
de dienstboden 21 jaar zijn.
Als nu werkelijk een bedrag van f 4 f 6
aan rijkzbelasting van het houden van ééne
dienstbode afzchrikt, moet men dan niet onder
stellen, dat een verschil in belasting van f 10,
f 12 of f 17 hem, die reeds in het noodigste
heeft voorzien dóór het houden van ééne dienst
bode, zal afschrikken van vermeerdering van
hun aantal Zullen dan met velen tot besparing
van dat grooter belang zich gaan behelpen zon
der twééde dienstbode en veeleer hunnedoevlucht
nemen tot zchoonmaaksters of andere personen,
wier diensten niet tot belastingheffing aanleiding
geven?
Wat de geldelijke gevolgen van het amende
ment aangaat, neemt men in aanmerking, dat
het aantal gezinnen met meer dan ééne dienst
bode betrekkelijk gering is, dan mag men dat
veilies ongetwijfeld op f350,000 a f400,000
begrooten.
En wilde men om te voorkomen dat het
tegenovergestelde van het doel van het amen
dement worde bereikt eene verlaging van
het tarief, door den heer Bouman niet voorge
steld, dan zou van de opbrengst der belasting
wegens dienstboden zeker al te weinig over
blijven.
Door den heer Donner werd een amendement
ingezonden, beoogende de afschaffing der belas
ting voor vrouwelijke dienstboden, jonger dan
18 jaar.
Het verlies, dat de schatkist zou lijden, zal
in dit geval ongeveer f78,000 bedragen.
Daar het amendement nog niet werd toege-f
licht, en dus ook niet bekend is welk motie
In de toelichting der nadere wijzigingen van
het ontwerp op de Personeele belasting wijst
de Minister aan in welke punten, wat het
mobiliar betreft, het wetsontwerp van de be
staande wet afwijkt.
Het tarief van die wet is gewijzigd, maar
daarentegen zullen verschillende voorwerpen, die
tegenwoordig in de schatting worden begrepen,
naar het ontwerp er buiten blijven, zooals glas-
weik, porselein, aardewerk, zilverwerk, tafel
linnen enz.
In de taxatie blijven begrepen de voorwerpen,
wier verkoopwaarde in den regel niet hoog kan
geschat worden, omdat velen ze in gebruikten
staat niet begeeren en zij, die ze wèl koopen,
dat alleen doen als de prijs laag is, zooals bed
den, tafels, stoelen enz. Bovendien tapijten,
gordijnen enz. die in gebruikten staat weinig
gezocht zijn, maar tevens in andere vertrekken,
dan waarvoor zij gemaakt zijn, zelden passen.’
Buiten de schatting vallen de voorwerpen,
die een ruimer kring van koopers vinden en
waarvoor betere prijzen worden besteed, omdat
zij hunne herkomst van eene verkooping of uit
een ,venduhuis niet gemakkelijk verraden, en
het voorafgaand gebruik door anderen ook niet
bijzonder afschrikt van aanschaffing.
Zijn deze voorwerpen in kleine inboedels be
trekkelijk weinig te vinden, daartegenover staat
dat het tarief voor die inboedels lager is.
Al zullen vele schattingen met meer zorg
geschieden dan tot heden het geval was, zoo
zullen zij om de aangevoerde redenen toch al
tijd matig moeten zijn en is te verwachten, dat
de bruto-opbrengst van den grondslag, n.l. de
vaak de verderfelijkste gevolgen na zich sleept.
Bekeud is, dat besmetting ’t meest voorkomt
wanneer de infectieziekte genezende is de bac
teriën laten dan los bij massa’s en de lucht
wordt er mee bezwangerd, terwijl de zorgelooze
mensch er minder bang voor is geworden. Wie
aan verkoudheid lijdt, steekt licht zijn huisge- opbrengst ongerekend de reductie wegen^kin-
nooten aan in de overgangsperiode,
len en kinkhoest is ’t evenzoo.
Het is dus niet ongerijmd, wanneer rondom
ons feiten voorvallen die er op wijzen, dat het
monotheisme meer adepten maakt dan ’t veel-
godendom, dat als fabelleer weinigen onder ons lasting wegens mobilair voor de reductie iu v
meer aantrekt, tenzij uit lust tot tijdverdrijt of band met talrijkheid
om er een beeld of rijmwoord aau te ontleenen
voor de poezie.
K E N N 1 S G E VING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek brengen ter openbare kennis,
dat het door hen opgemaakt Primitief Kohier
van Belasting op de binnen deze gemeente ge
houden wordende Honden, dienstjaar 1896, van
den 19en dezer maand, gedurende acht dagen
ter Secretarie alhier voor een ieder ter inzage
zal liggen, binnen welken termijn belangheb
benden tegen hunne aanslagen op ongezegeld
papier bij hun College bezwaren kunnen in
brengen.
Voorts worden de belastingschuldigen herin
nerd aan artikel 10 der Verordening op de in
vordering van bovengenoemde belasting, lui
dende als volgt
,Van de aangifte in eene mindere klasse dan
verschuldigd is,iwan het houden van belastbare
honden zonder aangifte en van het gebruik
maken van een hond tot hooger belastbaar ein
de dan waarop de ten kohiere gebrachte aan
slag of gedane aangifte recht geeft, zal proces
verbaal worden opgemaakt in voege als bij art.
275 der gemeentewet is bepaald.”
Sneek den 18 Februari 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
B I N N E N L A N D.
Prins Boris is ten tweeden male gedoopt.
Had zijn moeder bij haar huwelijk de voor
waarde gesteld, dat kinderen uit dezen echtver
bintenis roomsch-katholiek zouden worden op
gevoed, prins Ferdinand heeft zijn gelofte niet
i-lng gestand kunnen doende Bulgaren zijn
niet gediend van ’t rooinsch geloof en, trouw
aan de leus dat de wereld bedrogen wil zijn, heeft
dit volk gejuicht toen zijn toekomstige vorst
werd herdoopt in de grieksch-katholieke kerk;
het heeft gejubeld omdat het zich geen vorste-
Ljk gezag kon voorstellen dat niet wortelt in
*t geloof der landskinderen, ’t oud-vaderlijk ge
loof in den god der slaven.
Zouden de volken van west Europa milder
denkbeelden koesteren in een geval als het
Bulgaarsche
Zouden de Engelschen, de Nederlanders hun
vorsten, thans hun vorsten, die zich vermeten
een ander geloof aan te hangen dan het alge
meen volksgeloof, met beter oogen aanzien dan in
de XVII eeuw
bolken, die hun koning niet kunnen missen,
gevoelen behoefte aan autoritaire voogdijen
waaraan zou een vorst dit gezag anders en be
ter ontleenen dan aan ’t landsvaderlijk geloof,
dat God de beschermer is van het volk dat
zijn geboden bewaart en onderhoudt
Mozes boeken influenceeren nog op onze sa
menleving ’t boek van de oorlogen van Jahveh
is een weefsel van wetten en geboden waarop
allen nog zich beroepen die ’t wapen van ’t ge
zag hanteeren en waarbij alle gekroonde heer-
sobers bescherming zoeken wanneer hun heer
schappij betwist wordt, zooals Mozes tijdens
zijn leiderschap meermalen heeft ondervonden.
Zijn boeken hebben hun invloed onder ons
nog niet verloren. Zo leeren dat er slechts één
God is, die, afgescheiden van de „Schepping”,
boven deze verheven is. Ze bevatten dus de
voorstelling van een buiten de wereld geplaat
sten God, die met de willekeur van den Oos-
terschen monarch alle dingen bestuurt en on
ophoudelijk ingrijpt in den loop dez gebeurte
nissen.
Daarom, tal het een volk goed gaan, zoo
zeggen de royalisten, dan moet de vorst
regeeren bij de Gratie Gods, en om ’t zoover te
krijgen is Borisje in de Grieksch orthodoxe
kerk opgenomen.
Om deze onnoozele renegatie goed te begrij
pen, is ’t noodig na I
ontstond en aan ons
aan de menschheid een
grooten dienst heeft bewezen.
Een stap voorwaarts in de goede richting,
wordt beweerd.
Misschien wel bevreesd voor nog verderen
„vooruitgang* begrepen de geloovigen van late-
ren tijd dat het beter ware zij ’t ook ten
halve terug te keeren tot „les premiers
amours.*
Ze maakten van dien éénen God een drietal;
maar om hun invloed onder de natuürgenooten
niet te verspelen wist men geen ander middel
dan dit, dat men van de drie dadelijk weer
één maakte, den drie-éénling, het symbool van
oud en nieuw, een wezen dat de menschelijke
bevatting te boven gaat en dus met recht het
onbegrepen opperwezen wordt genoemd. Het
zal zeker altijd een raadsel blijven, hoe deze
geloovigen er toe kwamen ons arm menschen-
hoofd te willen kwellen met zulk een voorstel
ling, die erger is dan de fabelleer der ouden
zelve en daarom als daad van geloovige bezorgd
heid voor ons verstand een misdaad schijnt en
in de praktijk van ’t leven overbodig is buiten
dien.
Immers het overbrengen van ’t geloof aan
meerdere tot dat aan één God, is proefonder
vindelijk gebleken geen blijk van vooruitgang
te zijn, maar veeleer omgekeerd, omdat ze den
geest des menschen niet vrij maakte van de
knellende gezagsbanden, maar hen des te ster
ker knelde en bond.
Het is logisch juist dat óen monarch, één
God, beter in staat is den schepter te zwaaien
dan tien of meer van zijns gelijken, die, zoowel
in hemel als op aarde gedetermineerd zijnde, el
kaar van tijd tot tijd in de haren te vliegen,
tot groot nadeel van ’t onvolprezen gezag.
Onze tijd geeft hiervan doorslaande bewijzen
bij de vorsten in ’t beschaafde werelddeel, die
elkander nauwlettend op de vingers zien en
den oorlog verklaren onder de vermeende of
voorgewende bescherming van den God hunner
beschermelingen. Hoe zou dan ooit Boris, de
vorst der Bulgaren, zijn getrouwen te velde
kunnen roepen tegen andere volken, wanneer
hij, Boris, aan een anderen God geloofde dan
zijn getrouwe onderdanen
Wijs dus waren de geloovigen toen ze, na
hun God te hebben ontleed, hem weer in el
kaar zetten en aan het drietal één hoofd gaven
om, éen van denken en willen, elkaar te steu
nen in de beheersching van het menschdom.
T Een stap voorwaarts zien we niet in den
e gaan, hoe deze opvatting sprong van Mozes’ geloof, ook omdat het in deze
s werd overgeleverd. 1'. U1VU„C
eer dezer vinding komt aau Mozes toe de eer komen.
we zullen
werd overgeleverd.
der overlevering aan de kerk, zooals
trachten nader uiteen te zetten.
Van ’t geloof aan i
zes over tot 't geloof aan één God. De inpren
ting van dit nieuwe geloof valt ook in onze
De nieuwe phase moeilijker valt op vasten grond te
-- Ook in ’t godsdienstig gelooven volgt
de natuur ’t beginsel, dat ’t kwade, wanneer
het afnemend is, juist in deze laatste periode
meerdere góden ging Mo- de grootste besmettingskracht heeft en daardoor
ting van dit nieuwe geloof valt ook in
eeuw van vooruitgang tamelijk licht, sinds de
meening heeft post gevat, dat Mozes’ idéé be
schouwt wordt als een stap voorwaarts.
Van ’t véelgodendom naar ’t éengodendom
b
I
te
te
of
■k
aa
ia
;je
ar
a-
WEKKER