«EffiYfE ffl IB mH smh.
i
b
o,
I
I
IMIS- ffl MfflfflHUD NR BE
1
's!
SLAAFSCHE MORAAL.
JACHT- EN VISSCHERIL
No 37.
E E N-E N-V IJFTIG8TE J
1896.
I
9 31 IC I.
II.
4.
5.
6.
Alle brieven
in te zenden.
o
3
1
deel
van
God.
i
t.
Id.
IT,
m;
1.
I:
ï-
B»
10
a
a
1.
2.
3.
«deugd”
wangen, terwijl
de „ondeugd” bloeit. Onderdrukte driften kun
nen ook in onnatuur ontaarden.
In dit opzicht heeft de richting der moraal
die men preutschheid noemt, vooral veel „op
het geweten.”
De natuur, die gevaarlijke mededingster der
moraal, moet men dit is de taktiek der preut-
wenschen te visschen, gehouden zijn eene groote
vischakte aan te vragen.
Belanghebbenden worden verzocht hunne
aanvragen vóór den len Juni e. k. ter Secreta
rie dezer gemeente in te leveren.
Sneek den 8 Mei 1896.
De Burgemeester voornoemd.
ALMA.
bekendmaking
SCHUTTERIJ.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek roepen bij deze opalle manspersonen,
binnen deze gemeente woonachtig, die op den
1 Januari 1896 hun 25e jaar zullen zijn inge
treden en mitsdien allen, die geboren zijn in
het jaar 1871, om zich voor den schutterlijken
dienst te doen inschrijven, waartoe ter Secre
tarie dezer gemeente zal worden gevaceerd on
Woensdag 20 Mei 1896.
Verder wordt der kennis van belanghebben
den gebracht
dat diegenen, welke vroeger in andere ge
meenten ingeschreven, sedert de inschrijving
van het vorige jaar, binnen deze gemeente zijn
komen wonen, zich insgelijks op dien dag zul
len moeten laten inschrijven, in het register,
loopende over een der jaren 1862 tot en met
1870, waartoe zij volgens hun ouderdom be
lmoren; dat een ieder, hetzij hij al of niet ver
meent tot de vrijgestelden of uitgesloteuen te
belmoren, tot deze inschrijving verplicht is
dat voor ingezetenen worden gehouden, alle
Nederlanders, alhier hun gewoon verblijf hou
dende, alsmede alle vreemdelingen, binnen deze
gemeente woonachtig, welke hun voornemen,
om zich binnen het Rijk te vestigen, zullen
hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene
uitdrukkelijke verklaring, hetzij door het wer
kelijk overbrengen van den zetel van hun ver
mogen of de hoofdmiddelen van hun bestaan
dat zij, die in meer dan eene gemeente hun
gewoon verblijf houden of den zetel van hun
vermogen hebben gevestigd, tot de inschrijving
verplicht zijn binnen die gemeente, alwaar eene
dienstdoende schutterij aanwezig is;
dat de registers ter inschrijving vanaf 15 Mei
tot 1 Juni e. k. zijn geopend, en dat allen die
bevonden worden, zich alsdan niet te hebben
doen inschrijven, volgens art. 9 der wet op de
schutterijen, door het Gemeentebestuur ambts
halve zullen worden ingeschreven, en door den
schuttersraad tot eene geldboete verwezen, ter
wijl zij bovendien zonder loting bij de schutterij
zullen worden ingelijfd, indien het zal blijken,
dat èr tijdens de verzuimde inschrijving, geene
redenen tot uitsluiting of vrijstelling te hunnen
aanzien bestonden
dat eindelijk een ieder, die binnen deze ge
meente niet geboren is, wordt aangemaand zich
tijdig van een geboorteakte te voorzien, en
zich alzoo van zijnen juisten ouderdom te ver
zekeren, teneinde *de -inschrijving naar belmo
ren geschiede.
Sneek den 24 April 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
UIT DE PERS.
De aanvullings-artikelen, door mr. S. van
Houten bij zijn kieswetsontwerp gevoegd, be
helzen bepalingen van ver strekkenden aard.
De aandacht wordt hierop gevestigd èn door
het Vad. èn door de Am. Ct.
De overgangsbepaling, door den minister in
art. 160 opgenomen, luidt aldus:
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
sche lieden in haar propaganda daardoor be
lemmeren, dat men ze verbergt en doodzwijgt,
ontveinst en belastert waar ze gevaarlijk zou
kunnen worden, b. v. op het gebied van ’t ge
slachtsleven. Schuw, onwetend, op een dwaal
weg gevoerd of, zooals de zedemeesters met
meesterlijken glimlach zeggen, onschuldig
weet de jongeling met zijn ontwaakte driften
niets aan te vangen en vindt geen anderen raads
man dan kameraden van zijn leeftijd en geslacht,
die in precies denzelfden ongelukkigen toestand
verkeeren. Geen wonder dat de aandrift of
verkommert of ontaardt in een wilde begeerte
en in onnatuur en gevaren geraakt. De ver
woestingen, die uit „morale* onderdrukking
van de geslachtsdriften, zooals deze in onze op
voeding plaats vindt, konsekwent voortkomen,
zijn met dichterskracht voorgesteld in de novelle
„de onschuld* van Polenz en in de satirieke
kindertragedie „voorjaars-ontwaken* van We
dekind.
voor het verkeerde geeft Hermann Bahr
dezen lust een passende verklaring. „Hij is -
aldus deze virtuoos-psycholoog de lust tot
het kwade om het kwade, zonder ander voor-
en genot dan de beleediging en den smart i
God. Zijn geest is haat en oproer tegen
Smaad en schennis van God is zijn be
geerte. Hij stelt het geloof als onvermijdelijke
voorwaarde eischt gevoel voor de kerk om
het te kunnen beschimpen en mishandelenaan
zijn verzet tegen de wet waaraan hij niet twij
felt, zwelgt zijn wellust. Hij gelooft aan de leer
van de kerk, maar buigt zijn hoogmoed niet.
Hij gelooft aan den beloofden hemel, maar hij
versmaadt die geschonken vreugde en kiest
halsstarrig de hel. Hij gelooft aan de eeuwige
straffen, maar zijn eenzame trots vreest ze niet.
Hij verzaakt het geloof niet, hij verzaakt de
gehoorzaamheid en de liefde.
Hij kiest partij voor den satan en verklaart
vijandschap en oorlog aan God. Hij weet dat
dit zijn verderf zal zijn. Hij weet dat de god
delijke toorn hem zal treffen. Maar hij mint
de onwrikbare vrijheid en de onbeteugelde
kracht.”
Brengt men deze zielstoestanden van gods
dienstig op moreel gebied over, met verandering
van het woord God in zedelijke autoriteit, het
innerlijke „Gij zult”,dan heeft men den dui-
velschen lust dien ik bedoel. En, zoo rede
neert de nihilistische satan uit Krapotkines
„Anarchistische moraal” wanneer het mij walgt
onzedelijk te zijn, dan wil ik me daartoe dwin
gen, zoo als ik me zelf, jongeling zijnde, ge
dwongen heb niet bang te zijn voor het duister
der kerkhoven, voor spoken en dooden, waar
voor men mij bang wilde maken. Ik zal het
doen om een door den godsdienst versleten wa
pen te breken, ik zal het doen al ware het
slechts om te protesteeren tegen de huichelarij,
die men ons in naam van een woord dat men
zedelijkheid noemt wil opdringen.”
Inderdaad, de gevolgen der moreele verplich
tingen zijn voor ’t meerendeel opgesloten in
het eene woord: huichelarij, d. w. z. in een
voudig bemantelen, niet in het onderdrukken
der verboden driften. Waar revolutionaire na
turen op satansche wijze reageeren, beginnen
lieden van geringe wilskracht of laffe onder
worpenheid aan verborgen wellust, het verbo-
dene van ter zijde toe te lonken. De gods
dienst van het geloof heeft men beschuldigd
van het kweeken van huichelarijdezelfde
aanklacht kan men inbrengen tegen de moraal.
Godsdienstige en moreele huichelarij zijn
zustershaar vader heet „dwang”haar moe
der „lafheid.” Vooral is de moreele huichela
rij in ‘t oog vallend op sexueel gebied, hier
waar de dwang naar ’t verbodene des te ster
ker optreedt, wijl hij reeds van nature zonder
kunstmatige aansporing sterk genoeg is.
Aangenomen echter dat de zedeleer niet stuit
te op het satanische verzet, maar deze overwon,
zoo beduidt deze overwinning het onderdrukken
van wilsuitingen en die onderdrukking is soms
I zeer noodlottig. Onderdrukte hartstochten kun-
I nen verkommeren en tot inboeting van de ge- 1
VERGADERING
Mededeeling van ingekomen stukken enz.
Rekening van het O. B. Weeshuis, over
1895.
Eervol ontslag aan het onderwijzend per
soneel aan Scholen nos. 1 en 2.
Af- en overschrijving gemeeute-begroo-
ting, dienst 1895.
Regeling jaarwedde van den Secretaris-
Boekhouder bij de Algemeene Arm voogdij.
KENNISGE VING.
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek
brengt ter openbare kennis, dat het Kohier
no. 5 der Bediijfsbelasting, dezer gemeente,
dienstjaar 1895/96, door den Directeur der Di
recte Belastingen te Leeuwarden goedgekeurd
en executoir verklaard den 5 Mei 1896, aan
den Ontvanger der Rijksbelastingen te Sneek
ter invordering is ter hand gesteld en dat een
ieder verplicht is zijnen aanslag, op den bij de
wet bepaalden voet, te voldoen.
Sneek den 7 Mei 1896.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek,
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat ter
Secretarie dier gemeente, kosteloos verkrijgbaar
zijn, aanvragen tot het bekomen van Jacht-en
Viscnakten, voor het seizoen 1896/97.
Tevens wordt in herinnering gebracht, dat
aan een en denzelfden persoon niet meer dan
eene kleine vischakte voor ééTvischtuig wordt
verleend, zoodat zij, die met meer vischtuigen
van j zondheid leiden. Daarom heeft de
I niet zelden bleeke, bloedarme
Ui I
ADVERTENT1ÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever. J
Zelfs een criticus, Ehrenfels, die in ’t alge
meen de autoritaire moraal verdedigt, moet het
erkennen
Het begrip der moraliteit oefent zijn sugges
tieve kracht uit ter ontwikkeling van eigen
schappen welke voor den algemeenen gezonden
groei niet bevorderlijk zijn en ter belemmering
van andere, die zeker in ’t algemeen belang
dienden gesteund te worden. De moreele be
grippen toch blijven vooral in tijden van ont-
wikkelings-overgang of crisis steeds een stap
ten achter bij de maatschappelijke ontwikkeling
en zijn, daar zij niet zoozeer door de werkzaam-
heid van het verstand ontstaan als wel uit het
instinct zijn voortgekomen of ook uit gewoonte
en associatie van denkbeelden, een product niet
I van de tegenwoordige levensverhoudingen en
maatschappelijke betrekkingen, maar van de
daaraan voorafgegane. Blijven deze betrekkin
gen en verhoudingen langen tijd dezelfde, zoo
heeft het nahinken der begrippen natuurlijk
geen nadeelige gevolgen; erger wordt het ia
tijden van snelle verandering.
We zien dat nu het duidelijkst in de moreele
toestanden van den tegen woordigen tijd bewaar
heid. De fatsoens-moraal van den burgerman,
I welke nog voortleeft in de breede lagen des
volks, is een spruit van verouderde betrekkin
gen, ongeschikt ter voldoening aan de eischen
van den nieuwen tijd, De vorderingen derin-
j dustrie en van het verkeer b. v. hebben in bijna
alle economische verhoudingen verbazende ver
schuivingen ten gevolge gehad, maar deze ver
schuivingen kunnen wij met ons verstand en
met getallen berekenen. Op het maatschappe
lijk gebied der menschekjke karaktereigenschap
pen echter kunnen we de verschuivingen, ont
staan door de moderne natuurwetenschap met
al haar technische, maatschappelijke en filoso-
fische gevolgen, met ons verstand slechts zeer
[onvolkomen omvatten, meestal door middel
van ons gevoel alleen waarnemen en nooit
nauwkeurig in cijfers vaststellen. Daarom zijn
ze ons heden nog voor het grootste deel onze
ker en onbekend en meestal blijven we dus nog
|in deze oude begrippen steken, hetgeen ons door
veel kwaad en ellende kenbaar wordt gemaakt.*
Omdat de individueele wil zich door de mo
raal van „gij zult* min of meer beleedigd ge
voelt, reageert hij daartegen door tegen te stre
ven. Dikwijls bestaat dit slechts in een onder
drukte klacht of zucht over de gestrengheid
van den plicht, soms echter ook in een knarse
tandend verzet.
De trek naar het verbodene prikkelt, de ver
standelijke slang van den argwaan spiegelteen
[zeldzaam geluk voor en wat in de zedewet na
ijverige afgunst heet verricht de Evadaad. Bij
zulk een loop van zaken dwangmaatregelen toe
te passen om de menschen te regeeren, is een
onrein middel gebruiken. Men heeft de drijf
veer van den hartstocht naar het verbodene een
duivehche lust genoemd. Met zijn fijnen reuk I
O t B A1
15
16
6
AN
I
:i
OEEKER
VAN DEN GeMEENTEEAAD VAN SNEEK,
op Zaterdag den 9 Mei IS96,
des namiddags ten 6‘/2 uur.
PUNTEN VAN BEHANDELING:
Resumtie der Notulen.