J JI
IBEEÏÏHW MRMDISSIHNT SRRIL
SiEllIS- R ADÏERTÖTIE SLID IBBIl BE
No. 77.
E E N-E N-V IJFTIG8TE J a
ARG
1896,
Herhalingsonderwijs.
N Q.
.W O D A Gr
23 S E P T E 31 B E 11.
de
>rt
HIT DE PEES.
A
9i
gw
tot
het
er
ks
50
a
896.
niet
1
B
S-
a>
in*
c.
ken, krachtens de wet van 26 Juli 1885
d. - "j" liVUU
de 8em]ce'\te‘huishoilldin»|5 als sub* tenbate der gemeentekassen* wordr voorgesteld
liet behalen
toegelaten,
zoover anders de belastingen toch zouden
ten verhoogd worden. V ,.U_ 1_.
vaatrechterlijke vergoedingen wordt” aan "de
i
worpen, en het voorschrift van art. 254 der
C
wordt beperkt tot die werken
voor welke het naar hunnen aard behoort'
handhaatd te worden oin bij verplichte
ADVERTENT!ÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents;
voor eiken regel meer 7 i/i Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent t& vernemen bij
den uitgever.
1896 als maatstaf te nemen.
Wat de financieele gevolgen voor het Rijk
van den voorgestelden maatregel betreft, wordt
in de mem. v. toel. opgemerkt, dat met vol
doenden graad van nauwkeurigheid is te becij
feren hoeveel zal moeten worden uitgekeerd in
verband met de bevolking der gemeenten en
wegens verhooging ter zake van kosten voor
armenzorg.
Ware de wet op de personeele belasting van
1896 reeds in werking, dan zou ook het ande
re gedeelte der uitkeering met tamelijke juist
heid zijn te begrooten, thans kan dit niet. De
conclusie der becijferingen is dat de vermeer
dering van uitgaven voor het Rijk inderdaad
slechts zal bedragen f2,250,000, welk bedrag
jaarlijks kan gerekend worden met pl.m.
f150,000 toe te nemen.
Met betrekking tot de verruiming van het
belastinggebied der gemeenten wordt door de
Regecring voorgesteld de voorschriften nopens
de bestaande belastingen naar inkomen of ver
teringen zóó te verbeteren dat deze te zamen
met goed geregelde heffing van de onroerende
eigendommen en met matige rechten en loonen,
ook hen, die zonder hun hoofdverblijf in de ge
meente te hebben, regelmatig met haar in aan
raking komen, op behoorlijken voet in de kos
ten doen dragen. Debietrechten en opcenten
op vermogens- en bedrijfsbelasting, acht de
Minister niet geraden.
Daarentegen wordt voorgesteld verlof te ge
ven tot heffing van 20 buitengewone opcenten
zoowel voor de gebouwde als ongebouwde eigen
dommen, met bepaling dat voor het bedrag
daarvan, indien de belastingschuldige in de ge
meente zijn hoofdverblijf hebbende, in den
hoofdelijken omslag is aangeslagen of wel daar
in niet of voor een lager bedrag is aangeslagen
aftrek of restutie wordt verleend. In verband
hiermede omvat het ontwerp hoofdbeginselen,
waarnaar op billijke wijze straatgeld kan wor
den geheven, ter voorziening van’t geval, waar-
Het Atgeh-debat, de vorige week in de Eerste
Kamer gevoerd, heeft niet veel opgeleverd. De
Stand, spreekt van een mislukt debat en schrijft
„In de Eerste Kamer heeft men toch een
Atjeh-debat opgezet, maar dan ook een debat,
dat, onvoorbereid als het was, niet anders dan een stoffelijke huldeblijk, de Regentes de erva-
k0B' ring zal opdoen, dat het Nederlandsche volk
leitelijk kreeg men weinig anders te hooren haar deugden en daden waardeert. En dat zal
dan twee oratwnes pro domo. zijn blJ de kroning vau haar dochter
De eene van den heer I ransen van de Putte, I constitutioneel recht, Emma geheel op den ach-
onder wiens ministerie de oorlog aan Atjeh tergrond treedt. Dan zal de natie, hoezeer ook
verklaard werd, en de ander van den heer Pijn- beseffend, dat het een voldoening voor de Re-
acker Moray k, die het onder hem, alsGouver- gentes moet zijn Wilhelmina tot Koningin ae-
neur-Generaal, met Toekoe Oemar aangegane kroond te zien, haar de hulde niet onthnnH^n
beseffend, dat het een voldoening voor de Re-
- o-
aangegane kroond te zien, haar de hulde niet onthouden,
Sneek brengen
School no. 3 gelegenheid zal worden gegeven
i van K
Uerlialingsonderwijs.
Dit onderwijs is bestemd voor leerlingen die
de gewone lagere school hebben doorloopen,
en bfevat onder auderen ook het handteekenen
en de nuttige handwerken voor meisjes.
Zij, die leerlingen op den Cursus, die tot 1
April 1897 loopt, wenschen te plaatsen, moe
ten zich, onder overlegging van het vaccine-
bewijs der leerlingen, aanmelden bij het Hoofd
van den Cursus, den heer J. BERGMANS,
vóór den laten October e. k.
Sneek den 22 September 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
KENNISGE VING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
jemëente Sneek brengen, ter voldoening aan
iet bepaalde bij de artt. 17, 18 en 19 der wet
op de Inkwartiering, ter openbare kennis
dat de lijst, bevattende de namen der inwo
ners, die voor het verleenen van inkwartiering
on onderhoud van militairen in aanmerking ko
nen, bij hun besluit van den 19 September
1896 is herzien
dat die herziene Ijjst is aangeplakt en gedu-
•ende 14 dagen, ingaande den 23 September e.k.,
®r Secretarie voor een ieder ter inzage zal
vorden nedergelegd en dat de bezwaren tegen
He lijst, binnen 14 dagen na afloop van den
ijd voor de inzage bestemd, schriftelijk moeten
worden ingediend.
Sneek den 22 September 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
iEGELING DER GEMEENTE-EINANCIËN.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp
ingediend tot regeling der financieele verhou-
ling tusschen het Rijk en de gemeenten en
lerziening der algemeene regelen ten aanzien
Ier plaatselijke belastingen.
In hoofdzaak komt de regeling hierop neer:
De gemeenten ontvangen van het Rijk over
dk jaar ene uitkeering bestaande uit een vast
e stellen bedrag voor iederen inwoner der ge
beente op 1 Januari,
Het bedrag wordt voor iedere gemeente afge-
eid uit twee verschillende sommen. De eerste
o® wordt bepaald naar de bevolking op 1 Jan.
Zij bedraagt, indien deze bestond uit
meer dan 500Ü inwoners, f 0.50 voor
ederen inwoner
meer dan 5000 en niet meer dan 20,000 in
woners, f2500 benevens fl voor iederen in wo-
>er boven 5000
meer dan 20,000 inwoners, f 17,500 benevens
1.50 voor iederen inwoner boven 20,000.
Tot berekening van de tweede som worden
•yeengeteld
de zuivere inkomsten der gemeente als
Joofdelijke omslag of andere plaatselijke directe
blasting, belasting op voorwerpen van verbruik,
'oor zoover afwijking van art. 241 der wet van
■d Juni 1851 laatstelijk gewijzigd bij die
|an 6 November 1887 is toegelaten, en op
centen op de personeele belasting
I o. hetgeen door de gemeente is omgeslagen
natura tot geld herleid naar de daarvoor be-
laaide afkoopsommen of dagloonen
bijdragen van vaste goederen kunnen worden
Het behoud van rechten en loonen
doch onder gewijzigde bepalingen, waardoor
1 van winst door de gemeenten wordt
waar dit noodig mocht zijn, voor
moe-
De bepaling der pri-
goedkeuring van den Raad vau State onder
worpen, en het voorschrift van art. 254 der
Gemeentewet, betrekkelijk uitsluiting van winst,
wordt beperkt tot die werken en inrichtingen,
voor welke het naar hunnen aard behoort ge
handhaafd te worden om bij verplichte aanra
kingen met het gezag onbillijke vexatiën en
winstbejag ten koste van naburige gemeenten
uit te sluiten.
Eindelijk wat betreft opcenten op de Perso
neele Belasting en Hoofdelijken Omslag wordt
door de nieuwe redactie van artt. 240 en 245
der Gemeentewet, aan de Gemeentebesturen
volkomen vrijheid gegeven om met geheelelos-
lating van begrip en maatstaf van inkomen,
den hoofdelijken omslag vast te knoopen aan
de vertering. Art. 245 beperkt de aanslag van
elders hoofdverbhjfhoudenden tot 4 maanden,
zonder te vragen of het verblijf nog ietwat
langer duurt, ot m een maand eens hervat wordt
en of de woning beschikbaar blijft.
De aanslag zal ook gelden wanneer men in
een gemeente buiten het hoofdverblijf een kan
toor of andere inrichting voor de uitoefening
van eenig bedrijf heeft en ten dien einde die
gemeente veelvuldig en regelmatig bezoekt. Ter
plaatse van het hoofdverblijf zal dus ten volle
moeten worden betaald en in de gemeente van
verblijf, hetzij dit strekte voor zomer of voor
winter, hetzij voor de uitoefening van zaken,
zal eene matige, vast voor een derde of 4 maan
den gerekende belasting moeten worden bijge
dragen.
De Regeering beschouwt de onderscheidene
middelen om de zuivere inkomsten aan een
andere dan voor alle bronnen van inkomen ge
lijke en proportioneele heffing te onderwerpen
als onbillijk, behoudens ééne uitzondering. De
belastingheffing kan eerst aanvangen Waar aan
de eischen van het levensonderhoud is voldaan.
Een vöor alle aanslagen gelijke aftrek voor het
levensonderhoud is de eenige oorzaak van on
evenredigheid der heffing, welke zij als juist en
doeltreffend kan erkennen. De voordeelen van
eene goed ingerichte gemeentehuishouding ko
men aan den middelstand althans in niet min
dere mate ten goede dan aan de rijken. Te
genover het bijzondere voordeel, hetwelk dezen
genieten voor zoover zij hun bezit in vast goed
hebben belegd, behoort eene bijzondere heffing
van dit vast goed te staan, geen hoogere heffing
van alle inkomsten.
bondgenootschap verdedigde.
Nu legde de laatste zeker een scherpen eu
wondenden pijl op zijn boog, toen hij den mi
nister deed opmerken, hoe deze zelf als lid vau
deu Raad van Indië voor het aangaan van dat
bondgenootschap gestemd had; en trok de eerste,
handig als altijd, vau het gebeurde met dr.
Jameson partij, om het gevaar, dat Engeland
zich in 1873 op Atjeh had kunnen nestelen,
zoo al niet tot zekerheid te verheffen dan toch
als waarschijnlijk voor te stellen.
Maar wat de hoofdzaak aanging, vorderde
men geen stap.
Ook nu weer sloot de minister zich op in zijn
gouvernementeel mysterie. Vooraf mag de Sta-
ten-Generaai niets weten. Ze heeft alleen ken
nis te nemen van de feiten, als die feiten faits
accomplis zijn geworden.
En de Eerste Kamer boog en zweeg.
Of ze, indien een man als Keuchenius ge
staan had, waar nu Bergsma stond, even tam zou
geweest zijn, mag betwijfeld worden.
Maar dit staat vasteen gouvernementeel
man, als de heer Bergsma, zal, zoolang hg
merkt, dat er van het aanleggen van de duim
schroeven geen sprake is, beide Kamers der
Staten-Generaal met nietszeggende woorden blij
ven afschepen.
Zelfs tot het leveren van een kaart, waarop
de huidige bezitstoestand duidelijk was aange
geven, verklaarde deze bewindsman zich, heusch
buiten staat."
Over de samenstelling der commissie voor een
huldeblijk aan de Koningin-Regentes zijn reeds
dadelijk eenige niet ongegronde opmerkingen
gemaakt. Thans geeft het weekblad de Am
sterdammer over deze taak een artikel ten bes
te, waarin de commissie zelf als geheel over
bodig wordt gekenschetst, terwijl er tevens op
wordt gewezen, dat het prijzen van een hande
lingde voltooide opvoeding der Koningin
moeilijk kan geschieden twee jaar voor deze’
handeling haar beslag heeft gekregen. Nog doet
het blad uitkomen, dat de gelden voor natio
nale huldeblijken in Nederland steeds zeer spaar-1
zaam vloeien en geen tijdstip ongunstiger kan
zijn om voor'de Regentes bijdragen te vragen
dan een, waarop de gemoederen vol zijn van de
feesten ter eere van de Koningin en de beurzen
bovendien zullen moeien worden aangesproken
voor een nationaal geschenk bij de kroning.
Het blad eindigt zijn beschouwing aldus
„Zeker zou het eeu goede oplossing van de
moeilijkheid zijn, indien de Regentes zelve in
hoffelijke bewoordingen verklaarde, dat zij vap
elk openbaar huldeblijk afzag. Doch het kan,
meenen wij, van H. M. niet gevergd worden’
dat zij rechtstreeks zich op eenigerlei wijs in
laat met de onbekookte daad van eenige heeren
wier goede bedoelingen nu reeds volkomen
schipbreuk hebben geleden op hunne voorbeel-
delooze onbezonnenheid. Het eenige wat over
schiet is, dat de commissie, zoo wonderlijk ont
staan, zoo plotseling in het daglicht verscher
nen, als eene misgeboorte op sterk water gezet
en ergens weggeborgen worde. Dat zij zich
zelf verduistere. Men hoore niet meer van
haar. f
Daar zal een tijd komen waarop^ ook zonder
Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek brengen ter openbare kennis, dat op
School
Q.vW het ontvangen
1
de som waarover zij heeft kunnen beschik- in door heffing van opcenten niet voldoende
de uit ’s Rijks kas verleende onderstand geheven.
sidie in de getyone kosten van haar lager on
derwijs, volgens de wettelijke bepaling, een en
ander over het jaar 1896.
Van het totaal, wordt afgetrokken de som be
rekend naar de sterkte der bevolking, hiervoren
medegedeeld. Het verschil wordt gedeeld door
het totaal der huurwaarde van alle tot woning
dienende perceelen in de gemeente, welke op
15 Januari 1897 in gebruik zijn, en de uitkomst
vermenigvuldigd met het totaal der huurwaar
de alleen van die, welke buiten de perso
neele belasting vallen.
Het totaal van de beide sommen hierboven
aangegeven wordt gedeeld door het getal der
inwoners op 1 Januari 1896. De uitkomst is
dan het voor iederen inwoner uit te keeren
bedrag.
Voor gemeenten, waar de armenzorg buiten
gewoon zware lasten oplegt, wordt eene bijzon
dere voorziening voorgesteld.
Die voorziening kan bestaan in verhooging
der som welke over de bevolking op 1 Januari
1896 wordt omgeslagen ter berekening van het
bedrag dat telken jare per inwoner zal worden
uitgekeerd.
De noodzakelijkheid van zulk eene verhoo
ging wordt door het ontwerp aangenomen waar
de gewone kosten voor armenzorg meer dan
15 pet. bedragen van de overige gewone uitgaven
der gemeente of ten naastenbij 13 pct. van alle
gewone uitgaven. Voorgesteld wordt den toe
stand gemiddeld over de jaren 1894, 1895 en
'1
M
1
i
IS
lnr
le
ske
w
Q
o
o
r*»
ex*
s
ex.
liER (OIRAA
ie-
- M