wiBWfflw iiiiiOMiissfvr s\i:i:k.
I
MEKffS- H ADVERTENTIEBLAD MDB
1
K,
kalvermarkt
No. 87.
EE N;E N-V IJ F T I G 8T E J A A R Q- A
1896
W O EAS D a G
28 O OTO BEE.
JDK VOOGDEA.
Alle brieven
in te zenden.
,00
a
s
s
k
S
„Gij Galileesche man-
dicalen nog niet over
nenwat staat gij
De quaestiehoe men van twee halven éen
geheel zal maken, is in ons lieve vaderland een
lastige quaestie; het is, ja, vooral niet minder
in gewicht dan de sociale quaestie. De heeren
doen wel veel soep op den lepel en wijd open
gaat de mond, maar het is niet alleen om de
soep, den lepel en den mond dat men zoo exor-
bitantelyk gaapt; men wil de radicalen laten
zien hoe’n grooten mond ze hebben. En toch
helpt het nog niet? De radicale Volksstem lacht
in zijn vuisje terwijl hij roept: nog niet genoeg
Eu onder het gapen loopt heel wat soep
van den lepel. Bij ongeluk, natuurlijk.
Na de gaapkuur komt de eetkuur, en het
was weer goed gezien en praktisch van ’t Be
stuur, om dadelijk erop een program van actie
te laten volgen, alsof ze voor alle liberale men-
schen de geruststellende verklaring wilde af
leggen, dat ook bij de geavanceerden op inspan
ning uitspanning volgen moet.
Elck wat wils! is een oud-vaderlandsche
spreuk. „Maar men moet het éeue willen en
het andere niet afwijzen/ zegt het Bestuur.
Een program dus, geschikt voor handige men-
vschen en advocaten. Alsof het Bestuur dacht:
De bedoeling is niet om dat alles af te doen; advocaten in de Kamer valt beter te rede-
daarvoor is de hap te volumineus. Maar waar
om nemen bestuurderen dan zoo’n kolossale
hap, als ze weten erin te zullen stikken?
Om drieërlei redenen.
1 Is het bestuur van meening dat al deze
wenschen, na de jarenlange periode van niets
doen, om vervulling roepen er óen van te wil
len negeeren, zou beduiden dat men niet op de
hoogte was van den nood der tijden. En een
Bestuur als dit mag toch als minimum den
eisch worden gesteld, dat het geen vreemdeling
is in Jeruzalem.
2°. Wenscht het Bestuur een groote Unie,
eu om daartoe te komen is de meest praktische
weg deze, dat men veel noten op zijn zang
heeft, om van zoovelen als nog niet voor goed
afgedwaald zijn de snaren der harten te tref
fen. Het Bestuur zegt iets, heeft iets te zeg
gen tot iedereen; uitgenomen natuurlijk de anti
revolutionairen, de katholieken en de socialisteh.
Het Bestuur zegt danGij verlangt dit en gij
hebt ddt noodig, en wederomgij kunt dat niet
ontberen; welnu, dat willen wij allemaal zien
*e verlangen en te verkrijgen. Heuschjes
Helpt ons maar, en de sociale vraagstukken zijn
opgelost.
3°. Wil het Bestuur de radicalen overtroeven
en zoodoende de radicale partij doen verster
ven of opnemen. Mr. Kerdijk heeft het reeds
tot vervelens toe herhaald
Gij radicalen en wij geavanceerden behoor-
onze samenleving
- j van geen wetten
sprake is, b.v. het kiezen van vrienden, de band
van genegenheid tusschen man, vrouw, enz.
De theorie van het anarchisme werd het eerst
verkondigd door een Russisch edelman, Bakou-
mn, die in 1873 bij het congres van de Inter
nationale te Geneve, den centralen raad deed
aftreden, daar men zonder gezag bij elkaar zou
blijven. Velen hebben zich toen bij hem aan
gesloten, aan wie het de volle overtuiging gaf
dat dit door ieder moest worden nagestreefd.
Een Fransch schrijver heeft om den geestes
toestand van hen, die het anarchisme hebben
omhelsd, te leeren, aan hen, van wie hij wist
dat ze anarchisten waren, de vraag gesteld:
waardoor zijt gij anarchist geworden. Uit de
170 antwoorden die hij uit alle landen ontving,
heeft hij den geestestoestand kunnen opmaken.’
Vooreerst is bij hen waar te nemen een aange
boren geest van verzet, zich uitende in onder
zoek van dingen, het critiseeren en het beoor-
deelen van zakenverder liefde voor de vrij
heid, groot gevoel van eigenwaarde, liefde voor
den medemensch, fijngevoeligheid, dorst naar
waarheid en naar rechtvaardigheid, omdat de
anarchist zich aantrekt de ongelukkigen in de
maatschappij, omdat hem treft de onrechtvaar
digheid in de samenleving, omdat hij ziet dat
de een gelukkig, de andere ongelukkig is, de
een rijk, de ander arm; verder nog begeerte
naar wetenschap en drang de wetenschap op
anderen over te brengen. Verder heeft dezelf
de schrijver opgemerkt, dat vooral bij hen, die
een zittend ambacht hebben, een denken over
den toestand, een begeerte van te weten is waar
te nemen.
Na op deze wijze een begrip van de leer te
hebben gegeven het verslag is ontleend aan
het Volksdagblad kwam hij tot de propa
ganda van de daad en ging de verschillende
aanslagen na, die van 1887 tot 1894 zijn ge
ploegd en de drijfveeren der daders. Niet altijd
zijn die daden ingegeven door het anarchisme,
al werd dat ook voorgegeven. Ravachol o. a.
was een gemeene dief en moordenaar en zoo
zijn er meer geweest die het anarchisme ge
bruikten om hun misdadige doeleinden te be
reiken, terwijl zij voorgaven de maatschappij te
zullen redden. Vele daden waren ook het ge
volg van zielsziekte, erfelijkheid, enz., terwijl
andere door dweperij zijn ingegeven. Hij achtte
het overigens niet noodig tegen de anarchisti
sche daden bijzondere wetten uit te vaardigen.
De bestaande wetten zijn alleszins voldoende
om ook misdadige handelingen, door zulke per
sonen begaan, te straffen. Dat de maatschappij
het recht heeft tegen dergelijke daden, waarbij
tal van onschuldigen vallen, op te komen, dat
zij zich niet vierkant wil laten terroriseeren, is
alleszins begrijpelijk.
Hij eindigde met de opmerking dat door ge
weld de wereld niet vooruit zal komen, maar
slechts door den vrede, door verbetering van
den geest der menschen. Het zal wel iets lan
ger duren, maar eindelijk zal men er komen.
Over het debat, dat volgde, valt weinig te
melden. Alleen zij de opmerking van den heer
Domela Nieuwenhuis hier weergegeven. Hij
dankte den hoogleeraar dat hij over het anar
chisme had gesproken en het had verheerlijkt,
maar wees er op dat de spreker in het eerste
deel als mensch, in het tweede als jurist had
gesproken. Van daar zijn verschillende opvat
ting. Hij, D. N., achtte het verklaarbaar dat
iemand, tegen wien de geheele maatschappij
daad dus niet' kon worden afgekeurd.. Prof
Van Hamel diende natuurlijk hierop nog korte’
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden L—franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
ADVERTENTIÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents*
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
deze reserve alleen, dat Reclus c. s. slechts doch, meent spr., er zijn in
een doel voor oogen hebben en de geavanceer- ook wel toestanden, waarbij
den minstens drie doeleinden beoogen snr^lro i» 1>
En terwijl de eersten het „Help u-zelf!“ tot
lijfspreuk kozen, geldt bij de laatsten bet „Een
dracht maakt macht!"
Maakt macht! ook recht? Men wil
de werkmansstand opheffenmen wil tenminste
beproeven dit te doen, zonder den werkmans
stand daarbij in massa te hulp te roepen. Het
blijft dus weer t oude liedje: de eene stand
helpt den anderen, dien men intusschen in staat
van onmondigheid laat; het kiesrecht is geen
natuurrecht, maar een recht waarmee de een
zich wapent om het den andere to onthouden
terwijl men hem goed wil doen. Wel hu
maan, maar wel al te bezorgd ook. Overdre
ven humaniteit. In plaats van den verdrukte
toe te roepen Span u in, en kunt ge ’t alleen
niet, dan zullen wij uhelpen het juk af te wer
pen wordt hem beduid dat hij zijn gemak
er van nemen en dat de heeren ’t wel goed
met hem maken zullen.
BEK ENDMA K ING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Snoek maken bekend, dat de tweede
dit jaar invalt op Maandag den 2 November e.k.
Sneek den 20 October 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
UIT DE PERS.
Begint het groote publiek allengs iets te be
grijpen van de bedoelingen der aanhangers van
de leer der sociaal-democratie, nu hunnerzijds
betoog en onderrichting de plaats innemen van
geschetter en rumoer, van hetgeen het anar
chisme eigenlijk wil, weet men nog zoo goed
als niets. Trouwens de wijze waarop de aan
hangers dier leer tot dusver te werk zijn ge
gaan, is weinig geschikt om den lust op te
wekken er meer van te weten. Prof. Van Ha
mel te Amsterdam heeft intusschen terecht ge- i
meend, dat ook hier wat meer onderricht niet
overtollig zou zijn en in een toespraak, Don
derdag aldaar gehouden, het anarchisme be
handeld.
Anarchisme aldus begon hij zijn toespraak
beteekentgeen gezag. Het wil daarom
echter niet zeggen bandeloos, ordeloos, maar een
orde zonder gezag, waar ieder mensch zich kan
bewegen waarheen hij wil, dat hij zijn geest
kan ontwikkelen hoe hij wil, waarin ieder op
zich zelf kan staan, zich kan vereenigen met
wie hij wil, maar waartoe hij niet gedwongen
is, een wereld waarin het huwelijk een vrij
verbond, een verheerlijking der vrije liefde is,
een wereld waarin ieder heeft de vrije keuze
van den arbeid, die hem het beste aanstaat of
hem beter past, waarin ieder zeker is zijn brood
te vinden, waarin het kind wordt opgevoed door
hen die zich daarmede willen belasten, enz.
enz. Met dit ideaal voor oogen, stelt men een
groot vertrouwen in den mensch. De geest der
menschen moet hiervoor worden voorbereid
zich Ontwikkelen. In dit alles, zegt spreker,
ligt een kiem van een groote gedachte verbor-
raw 1 °°S m i.e* houden. In j zich keert, tot verzet komt en meende dat deze
onze maatschappij kan men bijna geen stap „w
doen of men komt met wetten in aanraking,
neeren dan met burger- of werkmenschendie
zijn zoo héél, weet je!
Onder de gegeven omstandigheden we
meenen met de kieswet-van Houten, zal men
’t vooreerst maar eens probeeren. Natuurlijk
want anders zou er nog meer te wenschen over
blijven en zouden de geavanceerden gevaar
loopen in ’t gapen te moeten concurreeren met
de socialisten. En daarvan willen de heeren
niets niemendal weten. Hoe ’t over een jaar
of vier zal zijn, wie dan leeft die dan zorgt
Zoo dobbert de partij tusschen Scylla en
Charibdisy hier het katholicisme en aan den
overkant het socialisme. Men wenscht in de
vertegenwoordiging een groepëering, die ’trao-
lijk maakt om aan de twee partijen der toe
komst het hoofd te bieden. Men zoekt ver-
eenigiug tegen ’t clericale spook en wil kies-
rechtuitbreiding uitstellen om ’t roode spook
tegen te gaan. Zoo zoekt men naar macht,
naar overmacht in naam van het rechtinder
daad een gevaarlijk spelletje. Men vraagt, wil
véél en loopt de risico niets te krijgen, voor
al omdat men zich blind tuurt op het radica
lisme, alsof van een Liberale Unie waarin de
radicale partij zich absorbeert de vervulling van
al deze schoone wenschen te wachten ware.
Waarom bouwen de geavanceerden niet liever
hun verwachting op de stem van de massa die
’t meest bij haar humane bedoelingen geïnte
resseerd is en die alevel niet kan assisteeren.
Men heeft mannen als Reclus en Krapotkine,
wanneer ze hun idealen openbaarden, toegeroe
pen „waren alle menschen als gij, dan zou
men mogen geloof hechten aan de verwezen-
Ij;king van uwen heilstaat!
Met een kleine wijziging zou men dit ook
den eigenlijk éen te zijn.
En wat de geavanceerden thans uithalen is,
2oo niet een coup de maitre, dan toch een
coup d’essai. Men wil de radicalen naderen,
2e op zij komen, ze con amore beduiden dat er
eigenlijk geen verschil meer is, „geen differentie
van onderscheid" meer; en toch komen de ra. de bestuursleden der L. U. toeroepen. Onder
De Liberale Unie blaast reveil. Of het getal
dergenen die aan de roepstem zullen gevolg
geven groot zal zijn?
De bestuurderen noemen zich geavanceerd
liberalen, maar het zou meevallen wanneer alle
liberalen geavanceerd waren gelijk deze geavan
ceerd te zijn. Met deze ijdele hoop voedt zich
het Uniebestuur intusschen niet, want het kan
zijn tijd wel beter gebruiken; voort! voort! li
beralen! Ze zijn van nature zoo geneigd om
rust te nemen, dat ze aan de rust de vrijheid
zouden opofferen, als ’t niet do vrijheid was
waarmee hun rust wordt gewaarborgd.
Waakt op! gij Galileesche mannenwrat staat
gij en ziet op naar den hemel!
Inderdaad zijn veel liberalen verbluft door
de hooge vlucht van hun voorgangers.
Na de belijdenis te hebben opgesteld die
voortaan in confessie zal zijn, volgt een reeks
van opgaven, van wenschen en verlangens om
tedoen uitkomen dat men in de naaste toe
komst zich in wil spannen, zoodat de nuchtere
Galileesche mannen opzien met ontzag, met
eerbied en verbazing. Wat staat gij en ziet
op naar den hemelDe apostelen zullen weder-
keeren gelijkerwijs gij ze hebt zien henenvaren.
l
If
'11
'•y
f
1«
MEEKER (OIRAY
urd
jge-
tum
te
let*
pke
j da
Dip.
V.,