Klims- ffl IMITOÏIHLI» 111! Ill CESEEKÏE EK HET ARBOilDfSSEIIOT SXEEK. 1 i 8 HOE WIJ VOORUITKOMEN. No. 103. 1896. n. i le is E E N-E N-V IJ F T I Q 8 T E J A A ft Gt A N (4. WOKA^DAQ 23 I> 12 <D E M. 13 JE2 1«. BINNENLAND. 2 UIT DE PERS. te houden, Akkrwm, L hun eigen belang dat ze oog in ’t zeil houden en zelf het roer hanteeren zullen. a Courant alsdan een dag vroeger, dus Don- derdag avond 24 en 31 December worden j i I als minder onschadelijk dan van den godsdienst, zij allen doen hun best om Naar aanleiding van de verschillende program ma’s op staatkundig gebied, geeft de Stand, de volgende opmerking ten beste. wHet is opmerkelijk, hoe het denkbeeld, om bij de stembus niet langer met een blinde kaart te spelen, in steeds breeder kring veld wint. In den eersten tijd stonden wij, anti-revolu- tionairen, met onze stembus-programmata nage noeg alleen. Daarna waagde men van roomsche zijde, nu eenige jaren geleden, een mislukte proeve, om in gelijken geest te handelen. Toen kwam de Liberale Unie met haar eerste program. Straks volgde een radicaal program. En thans zijn we reeds zoover, dat het opmaken van zulk een program aan de orde van den dag is; dat elke partij, en elke groep, en elke fractie met een Bij Kon. besluit zijn met ingang van 1 Jan. a.s. benoemd tot leden van de geneeskundige raden voor Friesland en Groningen dr. Ph. Kooperberg te Leeuwarden dr. II. G. de Zaaij- er, apotheker te Groningen dr. J. Ariëns Kap pers te Leeuwarden voor Overijssel en Dren the dr. S. P. Kros te Zwolle dr. R. J. G. Stoffels te MeppelD. Bakker, arts te Assen W. Postma, apotheker te Steenwijk en zijn met ingang van 1 Januari 1897 benoemd tot plaatsvervangende leden van de geneeskundige raden voor Friesland en GroningenP. H. van Eden, geneesk. te HarlingenG. Haima van der Wal, apotheker te Franeker K. van Ringh, apoth. te Bolsward T. E. van Dijk apoth. te Groningen dr. D. Huisinga. hoogl’ Men weet dat onze regeering besloten heeft zich niet officieel te doen vertegenwoordigen op de wereldtentoonstelling, in het volgend jaar te Brussel te houden gelukkig is voor de Pa- rijsChe van 1900 Zaterdag in de Tweede Kamer een besluit gevallen dat van een juister inzicht in onze belangen blijk geeft maar zij heeft er toch de handen niet geheel van afgetrokken. Met voorkennis en goedvinden van de ministers van buitenl. zaken en van waterstaat is onder voorzitterschap van jhr. mr. Den Tex te Am sterdam een commissie geconstitueerd, om de belangen der Nederlandsche exposanten te Brus sel te behartigen. Deze commissie heeft een circulaire verspreid, waarin zij mededeelt dat zij zich voorstelt de Nederlandsche afdeeling in te richten, te be- kleeden en te versierenoverdag voor bewaking der tentoongestelde voorwerpen zorg te dragen. Zij zal tevens trachten van de Holl. Ijzeren Spoorwegmaatschappij en de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen voor het ver voer op haar lijnen reductie te verkrijgen en de formaliteiten te bezorgen die in acht genomen moeten worden tegenover de Nederlandsche en Belgische douanen, om de tentoongestelde goe deren, die 'onverkocht en onverloot teruggaan, weder vrij van invoerrechten te kunnen terug voeren. Ook deelt de commissie het tarief van plaatshüur mede, zooals dit door bet Belgische comité is vastgesteld en vermeldt zij nog andere voor inzenders belangrijke bijzonderheden. Het bureau der commissie is gevestigd Doe lenstraat 20, Amsterdam. A1)T ERTENT1EN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents; voor eiken regel meer 7'/, Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den uitgever. eigen program voor den dag komtja, dat er reeds een bundelken programma’s op de politieke leestafel ligt, nog eer het jaar, waarin de stem bus zal opengaan, is ingeluid. Maar wat vooral de aandacht trekt is het niet te loochenen feit, dat de rondgedeelde pro gramma’s voor een goed deel, wel verre van een tegenstelling te vormen, bij den- eersten oogopslag wonderwel op elkander gelijken, en vaak niet dan in schakeering en tint verschillen. Dit nu wijst op een schier algemeen gewor den opinie, dat er zeker aantal hervormingen zijn, die hoe eer hoe beter ter hand moeten ge nomen worden. Maar niet minder hierop, dat het verschillend inzicht van de partijen niet zoozeer schuilt in de hervormingen die komen moeten, maar in de wijze waarop de algemeene denkbeelden zullen zijn uit te voeren. En hieruit nu dreigt het gevaar, dat de kiezers er niet in slagen zullen, om dit zwakke ver schil in tint zóó scherp waar te nemen, dat ze tot welbewuste keuze tussehen den candidaat der éene en der andere partij in staat zullen zijn.* kennisgeving. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek brengen, ter voldoening aan art. 8 der wet van 2 Juni 1875 {Staatsblad no. 95), ter openbare kennis, dat aan J. E. de en K. ZANDHUIZEN,’beiden wonende en hunne rechtverkrijgenden, ver gunning is verleend tot het plaatsen van een EEST, in het gebouw, kadastraal bekend ge meente Sneek, Sectie B no. 2843, staande aan de Wijde Burgstraat, Wijk 4 no. 1. Sneek den 21 December 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. BEKENDMAKING. Inschrijving voor de Nationale Militie. Lichting 189S. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. Daar de Kerst-en Nieuwjaarsdagen zorgd worde dat alles marcheert, ditmaal op Vrijdag vallen, zal de Maar onder de omstandigheden die hier hoofd- - - - zakelijk onze aandacht vragen zien we dezelf de figuren weer terug en leeren we deze kennen zooeven. Waar ze hun toevlucht nemen tot middelen om het individu te moraliseeren, is hun werk zaamheid vaak lijnrecht tegen de beschaving in. Vooral geldt dit van de katholieke geeste lijkheid, die niet alleen de moraal een kind Vooruitkomen en vooruitkomen zijn twee, j vaQ ’t geloof noemt en haar pupillen dit geloof i aanleert, maar die er naar streeft om door Deze CO URANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.-— franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco in te zenden. zegt de volksmond. Er is vooruitgang denk baar in welvaart, vooruitgang in ontwikkeling en beschaving. Tussehen deze twee bestaat afhankelijkheid, zooals er afhankelijkheid is tussehen de vrucht baarheid van het land en de opgeleverde vrucht. Maar zoomin er rechte evenredigheid bestaat tussehen de vruchtenmassa en de mest door den boer op het land gebracht, is ook hier een jechte reden van afhankelijkheid, hangt de productie af van den aa rd des bodems, wan de bewerking, van de weersgesteldheid en de bemesting. Dit zijn vier factorenwe zou den er nog eenige bij kunnen nemen alsken nis van chemie om te weten welke meststoffen en in welke hoeveelheid die noodig zijn voor een bepaalde vrucht, kennis verder als richt snoer om te bepalen welke vrucht het geschiktst is voor den akker; verder omstandigheden als afwatering van de landstreek; of er een jacht wet. bestaat; of er van den heer al of niet streng toezicht wordt gehouden op ’t behoud van het vruchtenetende en vernielende wild enz. enz. Men begrijpt dus dat do vruchtenopbrengst niet viervoudig wordt wanneer men b.v. de be mesting verviervoudigt. Zoo is ook beschaving afhankelijk van velerlei factoren, die, de een meer de an der .minder, invloed hebben op deze vrucht van den menschelijken vooruitgang. Al» zoo danige factoren kennen we: de geaardheid Van den mensch en zijn plaats in de sa menleving m. a. w. hij-zelf en zijn hoedanig heden en de omstandigheden die op hem in vloed uitoefenen. Onder die omstandigheden moeten we rondzien om te beoordeelen welke gunstig zijn voor zijn beschaving en welke on- gunstig; hem-zelf te veranderen, is een bezig heid even vruchteloos als die van de dochters van Danaüs, alleen goed voor menschen wier recht van bestaan zou ophouden bij eventueel Slagen van ’t geen ze zich voornamen. Mora- aanleert, maar die er naar streeft om door i tuchtmiddelen dit geloof erin te houden, m.a.w. aan ’t geloof het gezag verbindt. Dit gezag, in de roomsche kerk zoo invloedrijk, benadeelt op droevige wijze den vooruitgang der bescha- j ving. Wat zijn verkrachten der menschelijke I natuur uitwerkt, zien we, om ons tot het heden I te bepalen, in de speciaal katholieke landen i van Zuid-Europa: Geestverstomping en verkom- Bij het land mering van de massa, dierlijkheid, wellust en tirannie van een clubje uitverkorenen. Neem landen als Italië, Spanje, Portugal en vraag wat er van de bevolking dier staten moet wor den wanneer ze blijven op de baan waarlangs ze thans zichtbaar naar beneden glijden. Het zou de lachlust wekken, wanneer ’t niet deer niswaardig was, te zien, hoe de kuitbroeken bij ’t gezicht van den desolaten boedel, door hen beheerd, aan anderen, aan vrijmetselaren, de schuld durven geven en plechtstatig nog wel een concilie, oftewel kerkvergadering er over gehouden hebben, om middelen te beramen tot bestrijding van deze „goddelooze sekte.* Inderdaad onbeschaamdbeter ware het van die volks- en beschavingsvijanden, wanneer ze samen emigreerden naar een afgelegen, eenzaam oord en daar in een klooster onder boetedoe ning en berouw hun levensdagen eindigden, zonder ooit iets meer van zich te laten hooren. Gelukkig blijft de natuur onwankelbaar voort schrijden op de baan en vallen staten als Spanje onder de energie en de beschaving van de min der begoochelde, meer vrijheidslievende volke ren van Noord-Europa ten slotte in elkaar. De natuur komt en rolt het lapje op, waar de paterkens alle glans van haar afgesloft hebben als van een vloerkleedje aan de deur. Moge het Nederlandsche volk, vooral het werkende deel, dat ’t meest er onder te lijden heeft, ervoor waken bij tijds, dat niet in de naaste toekomst ook hier toestanden als in Zuid- Europa schreeuwen om verbetering en wraak --- tegen de onheilstichters. Nu de kieswet aan listen, kerkedienaars, geestelijken, bedienaren zoovelen onder de werklieden het recht heeft gegeven om in de belangen van land en volk den mensch in zich-zelf te verbeteren, met den mee hun stem te laten hooren, hopen we in stillen wensch en de geheime overtuiging dat K 3 i hun arbeid vruchteloos is; hun medewerking aan de beschaving staat in dezen beneden de Validiteit van den invaliden, afgeleefden knecht, I die door den patroon aan zijn eind wordt ge- i bracht en daarvoor niet anders heeft te doen dan te luisteren en over te brengen wat de I andere knechten van den patroon vertellen, op de deur te letten, de kachel aan t 8nx. enz. Kortom er op letten dat er voor ge- i as uitgegeven. is it- n- k- ■Js' a- >r» m up v.ijuug vuiiüu, aai ue 4- BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek Gelet op art 19 der Wet op de Nationale Militie van 19 Au gustus 1861 (Staatsblad uo. 72) zooals die is gewijzigd bij de wet tan 4 April 1892 (Staatsblad no. 56) Brengen ter kennis der ingezetenen, dat bij hoofdstuk III dier wet, handelende over de inschrijving voor de militie onder anderen voorkomt het navolgende Art. 15. Jaarlijks worden voor de Militie ingeschreven alle mannelijke ingezetenen, die op den laten Januari van het jaar hun 19de jaar waren ingetreden. Voor ingezeten wordt gehouden: 1. hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens de wet van den 28sten Juli 1850 (Staatsblad no. 44) 2. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedurende de laatste, aan bet In de eerste zinsnede van dit artikel vermelde tijdstip voorafgaande, achttien maanden in Nederland verblijf hield 3. hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij binnen het rijk verbluf houdt. Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling, behoo- rende tot eenen Staat, waar de Nederlander niet aan den ver plichten krijgsdienst is onderworpen of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is aange nomen. Art. 16. De inschrijving geschiedt: 1. van een ongehuwde in de gemeente, waar de vaderof is deze overleden, de moeder, of, zijn belden overleden, de voogd woont; 2. van een gehuwde en van een weduwnaar in de gemeente waar hij woont; 8. van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd buiten ’s lands geves tigd is, in de gemeente waar hy woont; 4. van den buiten’s lands wonenden zoon van een Neder lander, die ter zake van ’s lands dienst In èén vreemd land woont, in de gemeente waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland gewoond heeft. Art. 17. Voor de militie wordt niet ingeschreven: 1. de in een vreemd Ryk achtergebleven zoon van een in gezeten, die geen Nederlander is; 2. de in een vreemd Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten 3. de zoon van den Nederlander, die, ter zake van ’s Lands dienst in ’s Rijks Overzeesclie bezittingen of Koloniën woont. Art. 18. Elk, die volgens art. 15 behoort te worden inge- schreven is verplicht, zich daartoe bij Burgemeester en Wet houders aan te geven tussehen den isten en den Sisten Januari. By ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis is zijn vader, of is deze overleden, zijne moeder, of zijn beiden overleden, zijn voogd tot het doen van die aangifte verplicht. Art. 20. Hy, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar, doch v66r het volbrengen van zijn 20ste ingezeten wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te geven by Burgemeester en Wethouders der Gemeente waar de inschrijving, volgens art. 16 moet geschieden. Daarbij gelden de bepalingen der 2de en 3de zinsneden van art. 18. Zijne iuschrijving geschiedt in het register van het jaar, waar toe hy volgens zijuen leeftijd behoort. Naar aanleiding van bovenstaande bepalingen maken Burge meester én Wethouders verder bekend, dat op WOENSDAG den 6en JANUARI 1897, ten Gemeentehuize alhier, eene bijzondere zit ting zal worden gehouden tot inschrijving der mannelijke in gezetenen, die op den len Januari 1897 hun 19de jaar waren iogetreden, en die alzoo geboren zijn in 1878, Terwyl overigens de inschrijving ter Secretarie dezer gemeen te kan geschieden van ’a morgens 9 tot ’s namiddags 1 uur. Snbkk den 15 December 1896. A^VAMK/M VAA VV4 S H V V,

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1896 | | pagina 1