rm
.9
MEW EI 1DÏMSÏ1HUD WR DE
I ISHII ES IIEÏ 1RR0MHSSEIHE SffiEE.
he
3.
b
Veiligheidswet
Herhaalde Kennisgeving.
T W E E -E M-V IJFT IQ 8T E J A A R Q
1897.
PARTIJ HEERSCHAPPIJ.
Ie
No. 19.
Z T E L> jV O-
6
U I T DE PERS.
IL
IS
i-
KENNISGEVING.
24 veldvuurmondeu. Op aanmaak en onder-
paalden voet te voldoen.
Sneek den 5 Haart 1897.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
0
a
a
’gen
H.;
'am,
1:
meerderheid den doorslag geeft en de minder
heid er zich bij neer moet leggen. Ia dit dan
niet heerschappij Zou Liebknecht zelf niets
gemerkt hebben van strikken die men gespan
nen had wanneer op een congres besluiten wer
den doorgedreven tegen zijn uitdrnkkelijken
zou hij er zich dan getroost bij neer
„Heden mij,
a
Bij deze Courant behoort als Bijblad Feuil-
leton-nu.mm.er 241.
ADVERTENT1EN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te verneme bij
den uitgever.
en se<
r Ha-
aerik.
be-
hefti-
dt, is
er tot
igen.
men;
svan-
Te
een
lideu
■W
'Sv
een gewetenloos vorst
ekt vanzelf, of de souverein den
door zich-zelf, maar van een ieder door een
.ander. Buitendien is de wil van het volk on-
De BURGEMEESTER van SNEEK her
innert Hoofden of Bestuurders van Fabrieken
en Werkplaatsen bedoeld bij art. 1 der Vei
ligheidswet, waarin een Krachtwerktuig of
een Oven wordt gebezigd, of tien of meer
Personen plegen te verblijven, aan hunne ver
plichting, om binnen eene maand na het in
werking brengen dier Fabrieken of Werkplaat
sen, aan hem in te zenden de opgave bedoeld
bij art. 13 van genoemde Wet.
Deze opgave moet volgens art. 27 dier Wet
door Hoofden en Bestuurders van bedoelde
Werkplaatsen, in werking gebracht vóór 1 Ja
nuari 1897, worden verstrekt vóór den 1 April
e. k.
Het model der opgave is ter Secretarie
gratis verkrijgbaar.
Overtreding van genoemde Wetsartikelen is
i bij art. 19 der Veiligheidswet strafbaar gesteld
I met hechtenis van ten hoogste eene maand of
geldboete van ten hoogste honderd gulden.
Sneek, 4 Maart 1897.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
.-r
Wie een vrije maatschappij zich tot ideaal
stelt wier individuen niet door den Staat worden
beheerscht, kan geen aanhanger van de demo-
f critibche partijen zijn met hart en ziel, omdat
•al deze partijen wetten willen maken, de teu
gels der regeering in handen willen hebben en
dus er op uit zijn de macht van den Staat te
b vestigen. De geest der democratie wordt ge
kend uit het laatste woorddeel: „Gratie*, dat -
naam vorst of volk draagt, of men slaafschen
eerbied bewijst aan een kroon of aan een Jaco-
bijnenmuts, het geeft even weinig verschil als
aan den beul overgeleverd of onthoofd te wor
den.
In dien zin ook merkt Raoul Frary het vol
gende op„De revolutie heeft wel het doel
maar niet het wezen van onze vooroordeelen,
neigingen en hartstochten veranderd. Wij gaan
voort met te dwepen voor onbeperkte machts
uitoefening en hebben ons vol vertrouwen be
houden in de regeerende voorzienigheid. Wij
volharden in ’t geloof dat het goede tot stand
komt door middel van verordeningen, wetten,
beschikkingen of door rondschrijven. De ver-
eering voor de eenheid, eenvormigheid en cen
tralisatie hebben we bewaard. Elk afwijken
in vorm of neiging brengt ons in onaangename
stemming en verschrikt ons. Onze tijdelijke
heerseherde koning, de keizer, of het volk, is
onze Godheid en de aan hen verplichte eerbied
gaat steeds gepaard met vroomheid, bijgeloof
en fanatisme.*
convent wordt bedrevenslavernij is het
zoo goed als ’t andere. Het ligt echter
de hand, de valschheid in Rousseau’s
waar i
een
een
zoo voor
volk“, dat de macht uit- I stelling, dat
cefent, is niet altijd hetzelfde volk waarover die zich-zelf gehoorzaamt; veeleer gehoorzaamt hij verplicht is zijn aanslag op den bij de wet be-
macht wordt uitgeoefend; en de zoogenaamde
Deze CO UR A NT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.— franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redaetia betreffende, franco
in te zenden.
Kohier van
meente gehouden wordende Honden,
1897, aan den Gemeente-Ontvanger ter invor-
allen gelijk zijn, ieder aan dering is ter hand gesteld en alzoo een ieder
I verlies van 12 vuurmonden der rijdende artil-
lerie in rekening gebracht, een aanwinst van
O A e n I <1 I, m fl A I In O r» n r, Ir- nn An.l/A.i
uitmaakt van het woord democratie,
is het totaal der tot een Staat behoorenden en
een totaal kan niet heerscheu, wijl daarbuiten
niets bestaat dat beheerscht wordt. Een heer-
scher doet noodzakelijk denken aan een be-
heerschtewaar niemand beheerscht wordt,
omdat allen aan de regeering deelnemen, is na
tuurlijk van heerschappij geen sprake.*
Nu, met Liebknecht kan deze zienswijze
slechts natuurlijk zijn voor dezulken die mee
nen dat democratie de hoogste vorm van staat
kundige vrijheid is. De uitspraak „waar allen
aan de regeering deelnemen wordt niemand be-
heerseht*, is een valsch syllogisme. Men be
hoeft slechts een weinig na te denken om in
te zien, dat overeenstemming in verschillende
Staats-aangelegenheden illusionair is ware dit
in alle gevallen te constateeren, zoo zou re
geering niet noodig zijn. Democratie beteekent
nietzooals Liebknecht wil doen gelooven
door gelijkstelling in beteekenis van de begrip
pen Volksregeering en regeering der gemeen
schap de heerschappij van een op zich zelf
staand wezen (de gemeenschap) over zichzelf,
maar de heerschappij van de meerderheid des
votks over de minderheid, of, juister nog: de
heerschappij van die leiders welke de meerder
heid achter zich hebben.
Wanneer Liebknecht er op wijst dat het
totaal niet heerschen kan „omdat buiten haar
j niemand bestaat die beheerscht wordt*, zoo is
*phet antwoord hierop „Buiten haar* natuur
lijk niet; maar
heerscht wordtdat is de minderheid.
Dat zelfregeering van het
wezen en karakter is van
door Stuart Mill aanschouwelijk gemaakt met
deze woorden: Het „v„lk du.v .lc Ulai;ul Ull.
aan de meerderheid; en wat is er tegen te
zelfregeering is niet de regeering van een ieder doen wanneer deze meerderheid even tiranniek
I optreedt als
geveer hetzelfde als de wil van het meest tal-
rijke of roerige deel van het volkmet de
j meerderheid of de partij wie ’t gelukt zich als
meerderheid op te werpen. Het volk kan dien
tengevolge in elk geval de onderdrukking van
een deel der gemeenschap gelaten dragen
toch rekené de „tirannie der meerderheid nu
1 algemeen onder de misstanden waartegen de
maatschappij te waken heeft.*
Zop „algemeen* wordt nu wel is waar in
dezen zin de volksheerschappij niet opgevat
zooals het millioenental van fanatieke democra
ten en sociaal-democraten reeds aanwijst. Daar-
om zij hier nog eens opgemerkt, dat overal
I waar het „democratisch beginsel* leeft in volks
heerschappij beteekent. Waarheerschappij bë- i vergaderingen en bonden^ bij afstemmingen e
staat is geen volkomen vrijheid men vindt daar
1 eerschers en beheerschten en ieder is er aan
bepaalde voorschriften gebonden.
Liebknecht voert hiertegen aan, dat de ver-
taling van democratie door volksheerschappij
niet correct is. In ieder geval, zegt L., is het
niet de kernachtige opvatting die het begrip j WU’
Het volk I hebben gelegd met de gedachte
i morgen u, ook ik neem aan ’t regeeren deel?
I Aangenomen het democratisch ideaalrecht-
I streeksche wetgeving door het volk, misschien
zelfs met verplichting om van het kiesrecht ge
bruik te maken, ware overal ingevoerd zou
dan door het „onverstand van de massa,* waar-
op van sociaal-democratische zijde zoo dikwijls
gewezen wordt, niet menige wet in ’t leven
worden geroepen die Liebknecht even tiranniek
zou vinden als de orthodoxe joden in Zwitser
land het besluit van de volksstemming vonden
waarbij ze in hun vrijheid van slachten werden
belemmerd
Hoe twijfelachtig de „vrijheid* is welks de
democratie aan het individu brengt, is genoeg-
I zaam af te leiden uit al de vormen waarin ze
in de geschiedenis voorkomt. Het souvereine
volk van Athene pleegde de gemeenste daden
van geweld, het liet b. v. een Socrates den
gifbeker drinken. En welke waren de vruch
ten der politieke vrijheid welke het Fransche
volk voor honderd jaar behaalde Niet ten
onrechte noemt de historicus von Treitschke
het „’t afschuwelijkst despotisme dat Europa
ooit gezien heeft. De afgodische vereering van
onze radicalen van de gruwelen van het con
vent begint eindelijk te verstommen en plaats
te maken voor de nuchtere overwegingwan
neer de almachtige Staat mij het spreken ver
biedt, mij dwingt mijn geloof te verloochenen -
en mij guillotineert zoodra ik mij tegen deze
in haar bestaat iemand die be- willekeur verzet, is het vrijwel hetzelfde of deze
I machtsuitoefening door een erfelijk vorst of door
„volk* niet het 1
de democratie, wordt
De oud-Minister A. L. W. Seyffardt geeft,
zooals we in ons korig nummer reeds aanstip
ten, in de Gids van Maart een opstel over
„De Nederlandsche oorlcgsbegrooting, voorheen,
thans en in de toekomst*. De schrijver komt
daarin tot de conclusie, dat behalve wellicht
mettertijd op de oude weermiddelen, al zeer
weinig bezuinigd zal kunnen worden op onze
oorlogsbegrooting, ja, dat ten opzichte der le
vende strijdkrachten eerder vermeerdering van
uitgaven is te verwachten, zelfs indien men al
le vermeerdering van leger of legerreserve laat
varen. Maar onze verdediging kan niet steeds
blijven steunen op een betrekkelijk niet groot
leger en eene onbruikbare schutterij. Er moet
gebruik gemaakt worden van alle krachten, in
de weerbare bevolking voorhanden, eu dan een
leger, zeker niet grooter dan het tegenwoordi
ge, en verder een zoo goed mogelijk geoefende
en georganisoerde legerreserve, bestaande uit
hen, die niet of niet meer tot het leger behoo-
ren. Het eigenlijke leger moet georganiseerd
worden op den meest eenvoudigen voet, slechts
met dit hoofddoel, naast de bestemming om een
bron te zijn voor onze strijdkrachten in onze
koloniën, voor oogen: verdediging van den va-
derlandsche bodem met alle beschikbare krach
ten. Er moet bezuinigd worden op de inrich
ting van dat leger om gelden beschikbaar te
krijgen voor de legerreserve. Wil men bezui
nigen, men zie de kaderquaestie onder de oogen
in verband met het Militie- en Reservekader
en de toekomstige reserve. Hebben die instel
lingen een goede toekomst, dan vermindere men
het zoo dure beroepskader. Schaft men éen
adjudant-onderofficier af van de 45 bataljons
infanterie, dan bespaart dat minstens f 45,000
brengt men nu er bij elke compagnie infan
terie een sergeant (sergeant-majoor-titulair) is,
bestemd om te velde officiersdienst te doen, als
er tevens in de toekomst een behoorlijk aantal
reserve-officieren beschikbaar komt het aan
tal luitenants per comp. infanterie, en wellicht
ook per comp. vestingartillerie, van drie tot
twee terug, dan bezuinigt men f 246,000. Groeit
bet militie- en reservekader steeds aan het
geen slechts bij algemeenen dienstplicht is te
verwachten dan moet ook het groote aan
tal beroepsofficieren per compagnie, in hoofd
zaak bij de infanterie en de vestingartillerie,
worden verminderd. Zoo moeten ook do wiel
rijders voor den ordonnancedienst genomen
worden, evenals vroeger, uit de burgermaat
schappij. Men mag daartoe aan den eigenlij
ken soldatendienst geen kader en manschappen
onttrekken en voor rekening van den Staat vele
rijwielen koopen. Het zou verder ernstig on
derzoek verdienen of men, vooral daar hier
zooveel goede wegen zijn, niet een korps bere
den infanterie op rijwielen zou oprichten ter
vervanging van een deel der dure cavalerie.
Dat zou aanzienlijk besparen. Dan zou men,
inziende dat de oefeningen in de wintermaan-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der den nieï veel Seven, winters gerust gemid-
gemeente Sneek maken aan de ingezetenen be- de^d 5000 man minder onder de wapenen
kend, dat het door hen vastgesteld Primitief- 1 kunnen houden. En als de nood dringt, zou
1 Tr Belasting op de binnen deze ge- ook het korps rijd, artill. kunnen worden af-
dienst gesehaft. Als men dan tevens zonder de vre-
desformatie der batterijen veldartillerie te ver-
anderen, die 18 batterijen van 6 op 8 vuurmon
den elk bracht, dan kreeg men zoodoende, het
BENNEWITZ, Secretaris.
nen bezuinigd worden, en zoo is er meer.
13
J
l
fthjfltZk. r jA>T.*:rfeAgul?aft'
5]
l»
A.?-
i-
a»