JI PARTIJ HEERSCHAPPIJ* li No. 21. T W E E -E N-V IJ F T I G 8 T E J A. A Q A. N Q. 1897. its )k. Z AT E JR nA. O 13 M A A JR T. ■tlllli een wa- - 6 51 JO 00 hte sen uei- rne i to a oo ele Jai Fin >ek kel Deze CO UR ANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.—franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco in te zenden. is, .09, 09 •<1: ia 3U, 6'J i voor wezen; de voornaamste fout bij het volk is, dat ze de begaafdheid van spreken verwart met intellectueels ontwikkeling. Politieke cor- cuptio is helaas vaak het gevolg van politieke leiding, die niet zelden haar kracht zoekt in voorspiegeling of influenceeron op de hartstoch ten. De eer, aan den leider bewezen, heeft veelal ten gevolge dat ze hem eerzuchtig en ijdel maaktde hem opgedragen heerschappij geeft hem niet zelden den smaak tot heerschen zijn economische toestand wordt door het lei derschap meestal verbeterd; menigmaal brengt het hem tot welvaart. En onder deze bekoring verliest de politieke leider, die aanvankelijk met ernst de volkstoestanden wilde helpen ver beteren, vaak zijn doel uit het oog. En ter wijl de kudde hem met het volst vertrouwen volgt, in de meening daardoor rechtstreeks te komen in ’t beloofde land, loert hij op zijn privaat voordeel en sluit in het gunstigste ge val een compromis tusschen dit doel en het ideaal. Het terrein waarop de massa kan oordeelen met verstand der zaken en dat waarop het dit niet kan, behooren goed van elkaar te worden ge scheiden, wil men antwoord geven op de ang- dige vraag der gepriviiigeerde klassen de vraag namelijk: of de „dictatuur van het pro letariaat* heil of onheil brengen zal over de cultuur der menschheid. „De menschheid zegt Strodmann heeft behoefte aan frissche, werkzame elementen, zal haar innerlijk orga nisme niet door afmattenden strijd verkwijnen en het proletariaat is de nieuwe faktor wier entree in de geschiedenis nadert. Wie is deze jonge, tot heden ongebruikte kracht, die zoo machtig in do diepten onzer maatschappij gist en den dag afwacht waarop ze ontketent? Heros der toekomstDoopen wij u engel des lichts of van de verwoesting?* Zult gij cultuur en zede doen ineenvallen vragen deze. Zult ge met levenwekkenden adem de menschheid verjongen weer gene. Kies tusschen zegen en vloek 1* Strodmann’s antwoord op deze vraag luidt, dat de proletarische vrijheidsbeweging voor de menschheid heilzaam zijn zal. Vergeten we ech ter niet dat de onderdrukte volksklasse een deel harer geestelijke en zedelijke krachten heeft ingeboet en dat ze dit uit de knechtschap stammende gebrek niet zoo maar op eens, in elk geval niet tegelijk met haar economische vrijmaking, zal afleggen. „In de galerijen breken wij in; alle fraaie schil derijen moeten ons behooren Dat geeft goede hemden bij den nood van het volk; wie zich daartegen verzetten mocht, dien slaan we dood!* Zoo dreigt het lied uit de revolutie van ’48 en dergelijke tooneelen van vandalisme zijn het gen der massa van eenige leiders niet meer democratie; veeleer moet hetheeten oligarchie, verkapte althans, en ten tweede houdt de te genwerping geen steek, omdat ze uitgaat van de onderstelling dat intelligente en welmeenen- de lieden de massa leiden wat bepaald on- oot Ier ffAl 1 derheid, ADVERTENT1EN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7‘/j Cents. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te verneme bij den uitgever. KENNISGEVING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der j aan art. 8 der Hinderwet, ter openbare kennis, dat aan J. E. DE JONG te Akkrum en K. ZAND- HUIZEN te Sneek en hunne rechtverkrijgen den vergunning is verleend tot het plaatsen van een DROOGTROMMEL en een GASMO- ua« vuuv. TOR, in het gebouw staande aan de gedempte staan, werktuigen, die de drijfkracht leveren I Boliverkshaven, wijk 4 no. 16, kadastraal bö- BEKENDMAKIN G. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek brengen ter openbare kennis, de volgende KENNISGEVING. De COMMISSARIS der KONINGIN in de provincie Friesland, Gelet op het besluit van Gedeputeerde Sta ten dier provincie, van den 4 Maart 1897, no. 50, le afdeeling J, en op art. 11 der wet van den 13 Juni 1857 (Staatsblad no. 87) Brengt ter kennis van de belanghebbenden 1 dat het jachtbedrijf, het vangen van eend vogels door middel van eendenkooien of daar mede gelijkstaande toestellen, genoemd onder letter h van art. 15 der voormelde wet, wordt gesloten op Zaterdag 20 Maart 1897, met zons ondergang 2°. dat de kooieenden voor het jaar 1897 moeten worden opgesloten of gehokt van 1 April tot 1 Mei en van 12 Juli tot 14 Augus tus 3°. dat het weispel van kwartelen met steek garen of vliegnet, genoemd onder letter e van art. 15 dier wet, zal vrijstaan vau 15 April tot en met 19 Juni 1897. En zal deze op de gebruikelijke wijze wor den afgekondigd en aangeplakt. Leeuwarden den 5 Maart 1897. (get.) Van HARINXMA thoe SLOOTEN. Sneek den 10 Maart 1897. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. die vrees wekken voor de „dictatuur van het proletariaat.* Zulke uitbarstingen van vernielingswoede ontstaan echter alleen in die momenten waarin do klassenstrijd het beest in den mensch op- ---- -wekt. In dagen van vrede en vrijheid ont- juiat ie. Zeer dikwijls neemt de massa schijn bikkelt zich bij het proletariaat de honger naar geestelijke goederen. Reeds in onze dagen openbaart zich zijn fris sche, levendige belangstelling voor wetenschap en kunst, waar ze wordt opgewekt. BEKENDMAKING. V eiliglieiciswet. De BURGEMEESTER van Sneek, Gelet op eene missive van den heer Com missaris der Koningin in Friesland, d.d. 26 Fe bruari 11. le Afd. A no. 375; Maakt bekend de volgende KENNISGEVING. De MINISTER van Waterstaat, Handel en Nijverheid, brengt ter kennis van belangheb benden 1®. dat overeenkomstig de artikelen 13 en 27 der Veiligheidswet (wet van 20 Juli 1895, (Staatsblad no. 137) het hoofd of de bestuur der van eene fabriek of werkplaats vóór 1 April 1897 aan den Burgemeester van de plaats, waar de fabriek of werkplaats is gelegen, moet zenden eene opgave a. van het bedrijf, dat wordt uitgeoefend b. van de soort van drijfkracht en het aan tal krachtwerktuigen, die worden gebezigd c. van het aantal der personen, die aldaar in den regel zullen verblijven d. voor het geval, dat de fabriek of werk plaats behoort tot de inrichtingen, die gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken en niet mogen worden opgericht zonder vooraf verkre gen vergunning, van het gezag, dat de vergun ning gaf tot het oprichten en van de dagteeke- ning van het besluit, waarbij de vergunning werd verleend. 2°. dat de vorm der sub 1° bedoelde opga ve, vastgesteld bij beschikking van den Minis ter van Waterstaat, Handel en Nijverheid van 5 December 1896, no. 166, Afdeeling Arbeid en Fabriekswezen, is opgenomen in do Staats courant van 16 December 1896 no. 296. 3°. dat op de overtreding van artikel 13, le lid of van art. 27 der Veiligheidswet in art. 19 dier wet eene straf is gesteld van hechtenis van ten hoogste eene maand of geldboete van ten hoogste honderd gulden 4°. dat de Veiligheidswet onder fabrieken en werkplaatsen verstaat: I. alle zoowel open als besloten ruimten waar in of voor eenig bedrijf pleegt gewerkt te worden aan het vervaardigen, veranderen, herstellen, versieren, afwerken of op andere wijze tot verkoop of gebruik geschikt maken van voorwerpen of stoffen of waar in of voor eenig bedrijf voorwerpen of stoffen eene daar toe strekkende bewerking plegen te ondergaan een en ander voor zoover aldaar een kracht- werktuig of een oven wordt gebezigd of tien of meer personen plegen te blijven. Daar, waar de werkzaamheden ten behoeve van eenzelfde bedrijf worden verricht in afzon derlijke, doch met elkander in gemeenschap IV. Wanneer dan de nieuwe waarheid ontspringt in het brein, niet van de massa maar van ’t individu, volgt daaruit immers dat het individu tegenover de massa gelijk hebben kan. Maar de „democratie,* of juister wellicht de magogie, heeft de massa zoozeer bedorven, dat ze vast en stellig meent de waarheid te vinden in het besluit der meerderheid; zij moet de i waarheid vaststellen; zij moet noodzakelijk de minderheid overtreffen in wijsheid. Toeganke- s lijk voor nieuwe waarheden is de massa niet ze staat veelal vijandig er tegen- Onder democratie verstaat ze gewoon- z. zij acht het plichtmatig van de minderheid niet alleen de toepassing van haar meening, maar ook die meening zelve los te laten. De Scyth l" Anacharsis sprak eens in een volksvergadering - in ’t oude Griekenland deze woorden „Bij u doen de verstandelijk ontwikkelden het voor stel, maar geven de onontwikkelden de beslis sing.* Is deze uitspraak, voor de laatste helft ten minste, niet juist toepasselijk op de moderne democratie? Wanneer eenig voorstel geen meerderheid kan behalen beschouwt de verga dering het eenvoudig als verworpen, niet enkel voor de meerderheid, maar ook voor de min- ofschoon deze, na haar stem aan ’t voorstel te hebben geschonken, ook do vrijheid behoorde te hebben het ten uitvoer te leggen en zich in dat opzicht te mogen afscheiden van de meerderheid. Een ander voorbeeld; nemen we aan dat in een vergadering van 500 menschen, geroepen om advies uit te brengen, drie resoluties gesteld worden; dat voor de eerste van de drie 300 stemden, voor de twee andere respectievelijk 190 en 40; volgens het democratisch beginsel is nu de eerste resolutie bestemd te worden gepubliceerd, als zijnde de meening der verga dering; de beide andere resoluties worden on billijk doodgezwegen. Wie de waarheid afhankelijk stelt van nu merieke waarde, doet als de man die, koren moetende meten, met ongedorscht graan de maat vulde. Laurillard drukt het niet onaar dig uit in deze berijmde woordspeling: Bij de meerderheid der menschen Is de onwaarheid wijd verspreid Dat de waarheid is te vinden In den kring der meerderheid. Maar, zal men aanvoeren tegen de door mij gemaakte gevolgtrekking uit Anacharsis woor den de eenvoudigen van verstand geven wel is waar den doorslag; maar aangezien ze troe- pen-dieren zijn en zich als zoodanig richten naar den raad der verstandelijk-ontwikkelden, is de zaak toch in orde en bijgevolg kan men niet zeggen dat de democratie voert tot onver stand.* Met uw verlofgerechtvaardigd wordt hier mee de democratie niet; eerstens is het navol- noodig voor het in beweging brengen van arbeidswerktuig of aan een toestel als.: stoomwerktuigen gas-, petroleum-, benzine-, heete lucht-, ter- en electromontoren wind-, water-, en door dieren gedreven mo lens 6°. dat onder ovens worden verstaan zoo danige besloten ruimten, die verhit worden en dienen om te bakken, te calcineeren, droog te distilleeren, te gloeien, in te branden of de smel ten, als aardewerk- en porceleinovens brood-, koek-, beschuit- en banketbakken ovens emeilleerovens glasovens gloeiovens kalkovens lakovens moffelovens pannen-, steen- en tegelovens retortovens smeltovens; vlamovens. ’s Gravenhage, 19 Februari 1897. De Minister voornoemd, (get.) VAN DER SLEYDEN. Sneek den 2 Maart 1897. De Burgemeester voornoemd, ALMA. gemeente Sneek brengen, ter voldoening Q rUr TTinrtarwnt fpr nnAtiharA Irpnnia staande ruimten, worden de afzonderlijke ruim- ten geacht een onafgescheiden geheel uit te maken II. vlasbraakhokken en zwingelketen. 5°. dat onder krachtwerktuigen worden ver- i integendeel, 4 over. C_2„ wegheerschappij van de meerderheid, d. w. d| n OB l(OIRAV ■ns- o lüinimiii: suil mi de tnmin mumm. 0 ier mi 1 BUI en eh lit- ‘0, :n- I ‘O- I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1897 | | pagina 1