I I
(Wordt vervolgd.)
bier te-
üerechs
Vilhelm
>ver de
nen en
K?izeri
wat de
;en op-
sr den
discus*
ten an-
Keizer
ruiken
te zeggen„Wat verlangt gij anders van zoo’n
sujet? Weest nog maar blij dat zoo’n ploert
zijn eigenlijke kleur bekent! Ik ben belaas
niet in Rusland en geen Czaar, anders liet ik
hem zoolang den knoet proeven, tot bij rijn
edele ziel had uitgeblazen.
Men vergaf ’l hem, zooals men bem ook zijn
Loja vergaf. Ja, wat die beiden toch met el
kaar hadden Omdat Loja gekomen was,
zei hij een picknick afomdat de broer van
Dcmat, van die verhouding niets wetende, op
rmist,
toon,
ver-
daar-'
Ik hij
at in
druk
rken.
ische
eigen
uiers.
;uhn, v
igra-1
was I
nsel- L
3ha^P’.
en de wolken verjaagd heeft. In plaats van
dat was Arthur beminnelijker als ooit en gaf
altijd toe. Meende hij dat de ziekte bij haar
in de zenuwen zat, terwijl zij aan haar hart
knaagde? Het was niet meer die zalige een
zaamheid onder hun beiden. Geen inwendige
gloed meer, geen begeeren! De geblaseerde
ademtocht van een lang huwelijk zweefde er
over, waarin alleen nog de vriendschap bestaat,
de lieflijke gewoonte der liefde. En het park
geurde en bloeide.
Er waren zooveel stille plekjes: onder den
treurwilg, in het groene bosebje waar de vo
gels vlug door de takken huppelden terwijl de
zon spelend haar trillende stralen door het sui
zend gebladerte op het gras wierp, in den
oofttuin aehter de smederij, als de kruisbesboo-
men in den middagzon geurden, als de mus-
schen boos boven de met netten bespannen
kersenboomen schreeuwden, als de roode aard
beziën uit de schaduwrijke bladeren kwamen
kijken en de smid fluitend op ’t ijzer sloeg, dat
de vonken in ’t rond spatten. En avonds op
de witte bank in de lindenlaan; de mijme
rende blik gleed dan over de rijpende koren
velden heen tot aan het bosch in de verte,
welks zwarte stammen zich zoo geheimzinnig
tegen den helderen avondhemel afteekenden; hoe
heerlijk zong eiken avond in het geboomte een
nachtegaal, hoe begeerig op buit de katten er
ook om heen slopen. Het verloofde paar
ging zelfs na ’t avondeten uit, de chaussee over
tot in ’t bosch, voorzichtig, zwijgend, want ginds
bad, kreeg hij zoo’n koude, maar zakelijke te
rechtwijzing, dat de luitenant in de tegenover
gestelde fout verviel, bij de eerstvolgende ge
legenheid zich aan den baron te laten voorstel
len en hem te verzoeken, hem een bezoek te
mogen brengen.
En zoo bestond er dus in den Orschauer
hoek stof genoeg voor levendige, opgewonden
gesprekken. De comtesse was van alles op de
hoogte, maar zij interesseerde zich voor niets.
De bezoekers kwamen en gingen, ook haar ver
loofde ’t bleef ’t zelfde. En Gampesch kwam
toch dagelijks, altijd met een kleine attentie,
een fraai bouquet. Vroeger zou zij ’t pleizierig
gevonden hebben, nu vond ze ’t bijna verve
lend. Zij had op den grooten strijd gehoopt,
den verbitterden, eerlijken strijd, waarin harde
slagen vallen en echte wondenals die geheeld
zijn, wordt de vrede gesloten, en ieder heeft
dan de aangename gewaarwording alsof een
zuiverend onweder over den omtrek ia gegaan
een razende, niet te overbruggen boschstroom
zich tusschen twee wezens plaatsen die elkaar
werkelijk eenmaal hebben bemind. En hier
was hoegenaamd geen ernstige strijd geweest,
slechts kleine schermutselingen, waarop gemak
kelijk de vrede volgde En tochZij
keek hem thans aan zooals men een vijand
aauziet, wiens zwak punt men zoekt. Altijd
weer die ontzenuwende twijfelNu een» was
hij haar te verliefd, dan weer te beredeneerd.
Als hij verstandig sprak, kwam hij haar bere
kenend voor; als hij lachte, vermoedde zij dat er
een beminnelijke onwaarheid achter stak. Daar
bij kwam ’t nooit tot verklaringen. Wat zij
hem zeggen wou, kon zij nietwat zij hem
zeggen kon, wilde ze niet. Maar nog altijd
dacht zij aan een wending ten goede; aan een
breuk dacht zij slechts met afschuw.
En zoo trof ’t maar goed dat Gampesch, die
weder tot de reserve was overgegaan, opgeroe
pen werd voor de oefeningen, ’t Was geen
moeilijke scheiding. De order voor hem luidde:
naar Kaiserberg om als plaatsvervanger op te
treden voor een brigade-adjudant. Hij beloofde
elke week te zullen overkomen, ’t Was een
verstandig afscheid, alleen reeds om de men
seden. Toen hij vertrok nog een laatsten, lan
gen kus; nu hij voor de eerste maal weder in
uniform was overviel haar een tegenstrijdig ge
voel iets ledigs in ’t hart en tegelijk eene ver
ruiming.
Ie, in plat
blijft. J-
’t schijnt
n telegri
ng vaat
s deze v,
ongaarst
’t toch m
emier ai
haar bi
torgen nT’
igehjk do
sn suits
ieur hou
sident vi
Jstigd.
’.egt, dat
mverneu
nieuw
tte, die
gediec
1 is Dim
tides, di
ran 188
aangekt
>mst eeni
vredig^
al waai
de Dui
Sakses
dan we
beurt o
het uil
gen.
aakt zijl
jenoege
larch ii
mede di
den zijn
en Lijd
over d
i Keize
mmaudi
ge afge
heeft A
jen vai
leze op
Schalie:
uit di
„Mijl
gehoon
'uprem j
eze, dii
mblicat
ti zich!
>t zich
len de
reemd
igheid
om ’t
allen
reven
De
:wetst
choiA minachtenden toon over den baron gesproken
aail.“ had krepcr hii zoo’n koude, maar zakeliike te
mden
j, dat
uder-
litaire zaken uit één stuk, en de parlementai
re partijen, die zich hebben verzet tegen de
militaire eischen, zijn altijd gedésavoueerd door
hun committenten, uitgezonderd het katholieke
centrum en de sociaal-democraten. De zee
macht is niet half zoo populair als het leger,
maar een marineleus is beter dan in ’t geheel
geen leus. De gematigde liberalen, ofschoon
geen vrienden van een expansieve marine-po-
litiek, verlangen, dat de verkiezingen in hoofd
zaak zullen worden gemaakt tot een strijd te
gen de reactie en tegen de jonkers, en door
te stemmen voor de aanvragen voor de marine
willen zij den wind uit de zeilen van de re-
geering wegnemen.*
De toekomst zal uitwijzen, of de meening
van het Engelsche blad de juiste is!
Van de in Italië heerschende agitatie ten
gevolge der verzwaring van belastingen hebben
wij in een vorig nummer reeds gewag gemaakt.
Maandag is het dientengevolge te Rome tot
eenige onlusten gekomen. Tegen Maandag
middag was namelijk een groote betooging door
de handelswereld georganiseerdtot dit doel
was Zondag in het beursgebouw een meeting
belegd, waar het onstuimig toeging. Besloten
werd een deputatie onder aanvoering van den
vice-burgemeester naar den president-minister
Rudini te zenden om de intrekking der ver
hoogde aanslagen op het inkomen te vragen.
De Romeinsehe neringdoenden en iudustrieelen
zouden zich in optocht bij de deputatie aanslui
ten, de winkels zouden ten teeken van solida
riteit Maandag tusschen 2 en 4 uur sluiten.
Dit is ook geschied en opschriften „chiuse per
ragioni hcali“ (wegens fiscale redenen gesloten)
waren op de deuren geplakt. Eigenaardig is
dat de fiscus uit deze opschriften nog een voor-
deeltje haalde, want de biljetten moesten een
fiscaal zegel dragen. Toen nu omstreeks 3 uur
de deputatie bij den minister was, liep op bet
Navona-plein en in de naburige straten een on
telbare menigte te hoop. Natuurlijk werd er
geduwd en gedrongen en jouwden eenige kwa
jongens de politie uit. Tot een gevecht kwam ’t
aanvankelijk niet en zelfs trokken velen reeds
af toen een compagnie soldaten kwam aanruk
ken. Volgens het telegram moesten toen eeni
ge jongelieden een kar uit elkaar geslagen en
de stukken daarvan den manschappen naar
’t hoofd geworpen hebben. Deze buitensporig
heid werd door een gewelddadige ontruiming
van ’t plein met geveld geweer gevolgd. Som
migen poogden de straat op te breken en wier
pen met steenen; daarop moeten vier schoten
gelost zijn, waardoor een jongen gedood en ver
sheiden personen gewond werden. Omstreeks
5 uur hebben eenige bataljons verschillende
punten der stad bezet. Een nader telegram
zegt dat niet op het Navona-plein maar in de
Lorenesistraat de eerste botsing voorviel; de
volksmenigte was zeer opgewonden en uit haar
midden werden revolverschoten gelost. De po
litie aldaar was dus gedwongen van haar wa
pens gebruik te maken. Van de beambten
moeten 7 man gekwetst zijn, 7 politiemannen
en 3 karabiniers, een dezer laatsten levensge
vaarlijk. Eon 24tal personen zijn gearresteerd.
In den avond is de rust bewaard, patrouilles
doorkruisten de straten. Dinsdag zou de com
missie met den Prosindaco aan ’c hoofd nog-
rald beveelt nu ook een afwachtende houding
Tegelijkertijd wordt echter een crediet-
aanvrage van 42 miliioen dollars gemeld ten
behoeve der Noord-Amerikaansche marine en
der noodige kustversterkingen, hetgeen dus
niet bijzonder vredelievend klinkt.
bij die open plek waren de reeën gewoon naar
buiten te komen; somwijlen keek hen een sterk
hert aan en graasde kalm door, somwijlen joeg i
eene aanvallige ree met veerkrachtigen sprong
naar ’t beschermende dichte bosch. Uit de
diepte ruischte de woudheek, de maan scheen
op het dwarrelende water. Op zoo’n heerlijken
avond, in zulk een zoet droomend bosch, moet
immers de zoet verborgen liefde opborrelen, als j
zij er nog is. Dan sloeg hij den arm om haar heen
en kuste haar, en het huppelende water verheug
de zich over ’t paar. Zij kuste hem ook terug, en
toch was ’t niet die vroegere kus De graaf
liet hen volle vrijheid, omdat zijn hooghartige
zin de kleingeestige voogdijschap van tante al
tijd tegen de borst gestuoten, ja hatelijk voor
gekomen was. ’t Waren de oude woorden; het
oude, dwaze liefdegefluister, alleen de betoo-
vering was verbroken, de betoovering der jonge
liefde, die nooit terugkeert.
Marie had een eerlijke natuur en zij vroeg
zich-zelve vaak af, hoe die verandering moge
lijk was. Vanwaar kwam toch zoo plotseling
die sceptische trek in haar wezen, die vergif
tigende twijfel aan alles wat zij zag Zij
streed er eerlijk tegen, zij kuste somwijlen
haar verloofde hartstochtelyker als ooitwel
licht misleidde zij voor enkele oogenblikken
haar natuur dwingen kon ze haar niet
meer Wat scheidde haar van dag tot dag
meer van hem Anders scheiden toch slechts
de scherpe botsingen, de leelijke scènes waarop
geen vergeven envergeten volgen kan, die als
van allerlei aard worden door deze nieuwe soort
conflicten in een staat met monarchalen Regee-
ringsvorm in de hand gewerkt.*
De Fbss. Ztg. vreest er ook voor, dat de
wind, die tegenwoordig uit Berlijn waait, het
particularisme in Zuid-Duitschland zal aanwak
keren.
En beide bladen geven de schuld aan de
verantwoordelijke leden der Regeering.
Natuurlijk, de Keizer is niemand verantwoor
ding schuldig.
Een van de wenschen schrijft men
die den Duitschen keizer het naast aan het
hart liggen, is Duitschland een oorlogsvloot te
verschaffen, die het in staat stelt den Imogen
rang, dien het onder de mogendheden inneemt,
ook ter zee te doen gelden. Hij komt telkens
op de noodzakelijkheid daarvan terugin ta
bellen geeft hij een bevattelijke voorstelling
van de minderheid van het anders zoo mach
tige Duitsche rijk ter zee in vergelijking met
de andere mogendhedenin redevoeringen
verkondigt hij de noodzakelijkheid, dat „de
drietand weder door een Duitsche vuist worde
omklemd* of verkondigt den lof van zijn voor
zaat, den Grooten Keurvorst, den eersten Prui-
sneben souverein, wiens vlag op de Oostzee
lueft gewapperd.
Het kost moeite de openbare meening voor
dit denkbeeld te winnen, en het parlement,
dat voor het leger de aangevraagde credieten
in den regel gewillig toestaat, toonde zich tot
dusver veel minder toeschietelijk, waar voor de
marine ruimer middelen werden aangevraagd.
Maar geen teleurstellingen kunnen den keizer
ontmoedigen om voor zijn denkbeeld op te
komen.
Hij kent de kracht, die ligt in de leuze de
aanhouder wint. Het nieuwe hoofd van het
departement van marine, schout-bij-nacht Tir-
pitz, heeft zich, zoodra hij uit het verre Oos
ten van Azië in het vaderland was terugge
keerd, aan den arbeid gezet om de plannen
tot versterking van de marine, -die hij vroeger
reeds had uitgewerkt, om te werken in een
vorm, waarin zij aan den Rijksdag smakelijker
konden worden gemaakt. In groote trekken
kent men den iuhoud van die omgewcikte
plannen reedsmen weet althans, welke finan-
cieele offers zij van de natie zullen vergen
over zeven jaren verdeeld 60 miliioen mark
per jaar, behalve in het eerste jaar, wanneer
men met 50 miliioen mark meent te kunnen
volstaan. Maar binnenkort zal het plan volle
dig openbaar gemaakt worden, zoodat men vol
op den tijd zal hebben het te bestudeeren, voor
dat in de tweede helft van November de rijks
dag samen komt.
De oppositie-pers verzet zich wel tegen de
marine-plannen, maar desniettemin gelooft men,
dat de keizer zijn doel zal bereiken. Men
meent nl., dat de liberalen zich niet tegen
keizers wenschen zullen verzetten. Zij vree-
zen toch, dat een ontbinding van den rijksdag
tengevolge zou kunnen hebben, dat de regee
ring in den nieuwen rijksdag een meerderheid
kreeg, die door dik en dun met haar meeging
in haar plannen om inbreuk te maken op de
politieke vrijheid. „Het Duitsche volk*
schrijft de Daily News „is, zooals de ge
schiedenis van de legerwetten aantoont, in mi-
den arbeid ook nedorlëggen, terwijl men ern
stig vreest voor een groote spoorweg-werksta-
king, daar de eischen der beambten wel niet
ingewilligd zullen worden. De voornaamste
eisch is de achtuurswerkdag voor een aantal
groepen, en de negenuurswerkdag voor de ove
rigen, terwijl slechts bij uitzondering als ma
ximum een werktijd van 10 uren wordt toege
laten. Zondags-arbeid en overwerk zullen voorts
extra-bctaling moeten genieten. Een termijn
is aan de directies gesteld om haar antwoord,
waarover dan een nieuwe beraadslaging zal ge
houden worden, te doen kennen.
In verband hiermede trekt het de aan lacht, dat
tegen morgen, Zaterdag, een kabinetsraad belegd
is, d. i. eenige weken vroeger dan gewoonlijk
in den herfst de Britsche kabinetsraden weder
hervat worden. Er zijn echter zooveel zaken
behalve de werkstakingen aan de orde als
de opstand in Britsch-Indië, de West-Afrikaan-
sche strubbelingen met Frankrijk, de Oostersche
quaestio vooral wat Cuba betreft dat men
onmogelijk bepalen kan welke zaak het dit
maal geldt.
Het kan ook nog wezen, dat de quaestie met
Noord-Amerika over de robbenvangst in de
noordelijke zeeën ter sprake komt. Na Enge
land’» weigering om een conferentie te houden,
waarbij ook Rusland en Japan zouden verte
genwoordigd zijn, heeft de Amerikaansche mi
nister Sherman voorgesteld tweo conferenties
samen te roepen, waarvan de eene naar Salis
bury’s wensch uit deskundigen van Engeland,
Canada en Vereenigde Staten zal zijn samen
gesteld, terwijl in de andere de Russische en
Japansche vertegenwoordigers met die van
Noord-Amerika zullen zitting nemen.
De terugroeping van generaal Weyler en
zijn vervanging door maarschalk Blanco is in
de Spaansche hoofdstad ’t hoofdonderwerp
der gesprekken. Natuurlijk loopen de oordeel
vellingen uiteen. De liberalen en zgn. onaf-
hankelijken juichen, de meeste conservatieven
en de Carlisten zijn lang niet tevreden. Uit
Palma op Majorca, Weylers geboorteplaats,
wordt geseind dat zijn medeburgers hem bij
zijn terugkomst een ovatie willen brengen; hij
zal op 20 dezer zich naar Spanje inschepen.
Blanco heeft in een samenkomst met geestver
wanten verklaard, dat hij trachten wil zoowel
energisch als verzoenend op te treden. Zijn
vurigste wensch is de gruwelen van den oor
log te doon ophouden, terwijl hij hoopt door
soortgelijke middelen, als hij reeds in ’79 aan
wendde, tot bevrediging van Cuba te zullen ge
raken. Er was echter destijds niet zt^k een
hardnekkige en bloedige oorlog voorafgegaan
als nu, de verbittering was niet zoo algemeen
en zoo fel. Enfin, ’t moet blijken wat Blanco
vermag. Eigenaardig is dat Weyler nu ter elf
der uur een amnestie onderteekend heeft, die
aan vele Cubaansche uitgewekenen den terug
keer veroorlooft.
Te Washington heeft Weyler’s terugroeping
een goeden indruk gemaakt. Spanje wil een
te gemoet, of het te Man- andere politiek gaan volgen en de N.-Y. He*
kfrciliiitt Hnr nalrnAna van do 1 Ivovoolf nn zmlr nnn a fwrinlGnnrln kmirlinn-
katoenspinnerijen om een loonsverlaging van 5 aan.
pet. in te voeren tot een nieuwe uitbreiding der
werkstaking leiden zal. Inmiddels zouden de
ketelmakers der scheepswerven van de Theems
maals met de ministers beraadslagen. Jammer
is ’t, dat een volkomen wettige betooging door
eenige raddraaiers tot een klein oproertje is
vervormd. De prefect heeft wegens het ge
beurde de ontbinding der Romeinsehe socialis
tische vereeniging gelast; veel consideratie schijnt
men in Italië niet te gebruiken. Daar de be
lastingdruk overal vrij wat agitatie verwekt
heeft, is men ook elders voor uitbarstingen be
zorgd.
De rust in de hoofdstad is tot nu toe niet ver
der gestoord, maar de gisting is daar en in
vele provinciën nog groot. De Tribuna richt
hevige verwijten tegen de regeering en be
schuldigt de overheid van onbekwaamheid en
schuldige zorgeloosheid; zij zou beter doen haar
verwijten aan haar medestander Crispi te adres-
seeren. Het aantal arrestaties, aanvankelijk 24,
is in den nacht met nog 35 vermeerderd. De
Secolo brengt verontrustende tijdingen uit Mes
sina, waar het misnoegen wegens afpersingen
van den fiscus met den dag grooter wordt. Te
Fiumedenisi is de gewapende macht moeten
optreden om de oproerige menigte te verstrooi
en.
Reeds vóór de onlusten van Maandag waren
geruchten van een gedeeltelijke kabinetscrisis
in omloop, deze duren nu natuurlijk nog ster
ker voort. Men beweert dat Rudini een klei
ne zwenking naar links wil doen en den oud-
minister Zanardelli in het kabinet opnemen.
Van meer practische waarde zou het wezen, als
hij den belastingdruk, waaronder het uitgemer
gelde Italië zucht, wist te verlichten.
Een voorloopig Ausgleich-ontwerp is eergis
teren aan de beide Parlementen van Oosten-
rijk en Hongarije ingediend. Van Hon-
gaarsche zijde is als conditio sine qua non ge
steld, dat het gelijktijdig in beide rij kshelften
kracht van wet moet erlangen; een vrij natuur
lijke eisch naar het schijnt. Dat in het gun
stigste geval slechts een voorloopige in plaats
van een blijvende schikking tusschen beide sta
ten tot stand komt, is het noodzakelijk gevolg
van Hongarije’» halsstarrigheid om zich een
duurzaam hooger aandeel dan de tot nu toe
betaalde 30 pet in de gemeenschappelijke uit
gaven te laten welgevallen.
De naderende winter laat zich voor zeer ve
len in het Vereenigde Koninkrijk don
ker aanzien. In een groot deel van Ierland,
voornamelijk in het westen, is de aardappel
oogst mislukt, aldaar dreigt een buitengewone
ellende. Ter voorziening in den nood hebben
een 60tal lersche Parlementsleden den minister
Gerald Balfour verzocht een buitengewone zit
ting te doen bijeenroepen, maar deze heeft ge
antwoord dat de regeering daartoe niet zou
overgaan. Want wel betreurt zij den ongun-
stigen toestand diep, maar zij acht dien toch
niet zoo bedenkelijk dat men tot zulk een bui
tengewonen maatregel moet besluiten.
De andere, misschien nog donkerder wolk
die den Engelschen hemel verduistert, is de
werkstaking op allerlei gebied. Met belang
stelling ziet men t
Chester genomen besluit der patroons van de
de
r ten-