rm
.KIBLÏÏS- II umuhud NOU DI
t Hi i.L\Ti: £1 HEÏ 1IUNWISSHE11’ SHIH
33.1
No. 91.
T W E E-E N-V IJ F T I (3 8 T E JAARGANG.
1897.
Oproeping Vrijwilligers voor de
Nationale Militie,
md%
Nationale Militie.
Z A. T K 1< O O
13 O V E M B E 1{.
heer Van Gilse als Kamerlid, welke gisteren
3.
4.
1.
over
cum.
UIT DE PERS.
k words i
M
jven zich
Deze CO UR ANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactis betreffende, franco
in te zenden.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
m f55
f 18 i
40 i
i f 81,
-
ll
JAM.
Nov.
18
9U/U
>6
«V
A'/4
2
013/lt
9%
hebben ingedieud
de lotelingen, in de artt. 55 en 56 be
doeld
alle overige lotelingen.
Zullende voor dien Raad alleen behoeven te
verschijnen
Zij, die zich als vrijwilliger voor de Mi
litie hebben aangeboden
2. de lotelingen, die vrijstelling verlangen
wegens ziekelijke gesteldheid, of gebre
ken, of gemis van de gevorderde lengte.
Sneek den 12 November 1897.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
ers van
ING en
ver hel
daaruit
d, waar--gemeente Sneek,
at schap-
is gewijzigd bij die van 4 April 1892 (Staats-
f blad no. 56), brengen ter openbare kennis, dat
de eerste zitting van den Militieraad voor deze
ADV ERTENTIEN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/, Cents. Bij abonnement is de prijs
belangrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij
den uitgever.
zijne verplichtingen ten aanzien van de Militie,
r»rx/\vrr>« rl i rx 4-zv tt zx »i «7111 1 zi n wnmn mlrlnnn An nnn
84 kilo,
ivoerd:
1 Scha-
liggen.
het onbewezen dat Cnossen bekend was en dus
evenmin bewezen dat hij van de stembus is
geweerd. Intusschen wordt een mechanische
stemmanier noodig. De heer De Ras bestreed
de conclusie, gegrond op verklaringen van per
sonen, die vergaten wat zij deden, en meende j
Bij de algemeens beschouwingen over de
staatsbegrooting is o. a. de meening uitgespro
ken dat een wedergeboorte van het vroegere
kabinet ’t meest in overeenstemming zou ge
weest zijn met den eisch van den toestand. In
het verslag las men het volgende:
„Door sommige leden werd de vraag ge
steld, waarom dit Kabinet was opgetreden.
Huns inziens ware een wedergeboorte van het
vorige Kabinet, zij het ook met eenigszins ge
wijzigde samenstelling, meer in overeenstem
ming geweest met den politieken toestand van
het oogenblik. Bij de verkiezingen was toch
de negatieve leuze van anti-clericalisme en au-
ti-protectionisme zoo zeer op den voorgrond ge-
dat Cnossen met eenige medewerking van het
stembureau wel kon stemmen en het stembu
reau den schijn op zich laadt alsof ’t Cnossen
wilde weren. Hij wenscht herstel van de be
paling van de oude kieswet, dat op de bedoe
ling van den kiezer kan worden gelet of invoe
ring van een tamponstel.
De heer Kuyper is voor de conclusie, maar
critiseert de gronden der commissie in zake
Cnossen, die berustte in ambtelijke verklaring
van den burgemeester, maar wiens identiteit
genoegzaam aan het stembureau is gebleken
omdat hij bij de eerste stemming door hetzelf
de bureau is toegelaten, zoodat Cnossen van
zijn kiesrecht is beroofd. Ware hij toegelaten
dan zou de heer Heemskerk verkozen zijn.
Dr. Kuyper meent dat de meeste bijvoegingen
op de biljetten herkenningsteekens waren die
ze ongeldig maakten en komt dan tot de slot
som dat de heer Van Gilse gekozen is met
2412 tegen 2411 op den heer Heemskerk. Hij
gispte echter de slechte zorgen der administra
tie waardoor in Sneek gewerkt is met dun pa
pier en met te hard potlood, tengevolge waar
van 7 biljetten zijn geperforeerd. De heer Troel-
stra acht in het belang van recht en billijkheid
dat een nieuwe stemming ’t meest gewenscht is.
Hij ontkent de bijvoegingen die de biljetten on
geldig zouden maken en keurt de houding van
den burgemeester en van het bureau in zake
Cnossen af. De stemuitslag reproduceert niet
de kiezerswil.
Daarop wordt aangenomen een motie tot
sluiting van het debat van den heer Schaep-
man, waarna, gelijk we reeds per bulletin aan
onze abouné’s in de stad hebben meegedeeld,
de conclusie tot toelating van den heer Van
Gilse wordt aangenomen met 71 tegen 17 st.
De verschenen vrijwilligers voor de militie;
de lotelingen, die redenen van vrijstelling
Gelet op art. 9 van het Koninklijk besluit
van den 17den December 1861 (Staatsblad
no. 127), zooals dit is gewijzigd bij besluit van
22 Juli 1892 (Staatsblad no. 179)
Roepen op zoodanige ingezetenen, die ver
langen als vrijwilligers bij de Militie op te
treden, om zich daartoe aan te geven ter Ge-
meente-Secretarie, in de gewone bureau-uren.
Om als vrijwilliger bij de Militie te kunnen
worden aangenomen, moet men ongehuwd of
kinderloos-weduwuaar en ingezeten wezen, voorts
lichamelijk voor den dienst geschikt, ten min
ste 1.56 M. lang, op den Isten Januari van het
jaar der toelating als vrijwilliger het 19de jaar
ingetreden zijn en het 35ste jaar niet volbracht
hebben, tot op het tijdstip der toelating aan
zoover die te vervullen waren, voldaan en een
goed zedelijk gedrag hebben geleid.
Het bezit van die vereischten, met uitzon
dering van de lichamelijke geschiktheid en van
de gevorderde lengte, wordt bewezen door een
getuigschrift van den Burgemeester, verkrijg
baar op plaats en tijd boven vermeld.
Hij, die voor de Militie is ingeschreven, wordt
-slechts als vrijwilliger toegelaten voor de Ge
meente, in welke hij ingeschreven is, tenzij hij
geene verplichtingen ten aanzien van de Mili
tie meer te vervullen heeft
Hij, die bij de Zedmacht, bij het Leger hier
te Lande, of bij het Krijgsvolk in’s Rijks Over-
zeesche bezittingen heeft gediend, wordt niet
als vrijwilliger bij de Militie toegelaten, tenzij
hij bij het verlaten van den dienst, behalve een
bewijs van ontslag van den bevelhebber, onder
wien hij laatstelijk heeft gediend, een getuig
schrift heeft ontvangen, inhoudende, dat hij zich
Bij deze Courant behoort als Bijblad Feuil-
leton-nummer 259.
KENNISGE VING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
dorpen i< gemeente Sneek, voldoende aan art. 87 der
i wet op de Nationale Militie van den 19den
LAugustus 1861 (Staatsblad no. 72), zooals die
ie qef
gste voor
bate ds
premiebe
emiën bi
staan, aï
schoven, dat van een eigelijken strijd van be- dit deel van het protest, dat ik de grenzen van
ginselen tegen beginselen geen sprake is ge- bedoelde staatszorg in Uitere jaren minder ruim
weest, hetgeen naar het gevoelen van deze le- zou hebben willen trekken, of ook haar voortaan
den van grooten invloed is geweest op de sa- minder ruim zou willen trekken dan in eenige
menstelling der Kamer. In elk geval heeft
1 deze negatieve leuze in vele districten tot de
overwinning geleid. Daarom waren zij van
1 meening, dat de vorige minister van binnen- I
landsche zaken, die bij de behandeling der
kieswet in de Eerste Kamer, deze leuze had I
aanbevolen, de aangewezen persoon ware ge- I
weest öm oen reconstructie van het vorige Ka
binet tot stand te brengen.
„Andere leden konden zich met dit gevoe-
Het vorige kabinet had
I zelf herhaaldelijk verklaard zich slechts geroe-
pen te achten tot volvoering van een beperk- i
te taak en deze was volbracht. Wel had de
vorige minister van binnenlandsche zaken zich
in den laatsten tijd in anderen zin uitgelaten,
maar men meende, dat juist die staatsman be
zwaarlijk aan het bewind had kunnen blijven.
Immers bij de verkiezingen had zich een ster
ke strooming geopenbaard ten gunste van een
meer uitgebreide staatszorg ter verbetering van
toestanden. De vorige minister van binnen-
landsche zaken was in latere jaren daarente
gen een sterk tegenstander van zoodanige uit
breiding. Hij had daarenboven door het aan
nemen eener candidatuur voor het lidmaat
schap der Kamer het oordeel van een deel der
kiezers over zijn denkbeelden gevraagd, doch
geen zetel in de Kamer kunnen verwerven.
Deze leden waren van oordeel, dat het optre
den van een nieuw kabinet dus wel gerecht
vaardigd was. Overigens werd opgemerkt, dat
de leuze van anti-protectionisme bij den ver
kiezingsstrijd wel op den voorgrond moest
komen, toen van de zijde van meer dan één
politieke richting met klem op protectionisti
sche maatregelen werd aangedrongen.“
De heer Van Houten is niet tevreden
deze bespreking. Hij doet in de eerste plaats
uitkomen dat de bescheiden verdienste, gelegen
in 't feit dat hij in de Eerste Kamer gewezen
heeft op den in aantocht zijnden elericaal-pro-
tectionistischen aanval op de hoofdbeginselen
van het liberaal staatsbeleid, al een magere
titel zou zijn voor de opdracht van een kabi
netsformatie. Trouwens als het kabinet uit
handen van den heer Röell in de zijnen was
overgegaan, zou dat geen gereconstrueerd, maar
een nieuw kabinet geweest zijn. De opmer
king had gerust kunnen vervallen, maar dan
had tevens de hatelijkheid achterwege moeten
blijven aan zijn adres en dat zou zeker sommi
gen gespeten hebben.
De heer Van Houten voegt hier nog eenige
min aangename opmerkingen toe aan de pers
der vooruitstrevende groep. Zij heeft, naar zijn
oordeel, getracht de meening bij het publiek
ingang te doen vinden, dat hij in latere jaren
zijn politieke stelling en gedragslijn zou hebben
gewijzigd. Bepaaldelijk gold tot dusver dit be
weren zijn stelling tegenover het kiesrecht, maar
het streven was duidelijk zijn geheele politieke
positie door het verwijt van beginselverzaking
te ondermijnen. Terwijl dit streven mag onder
steld worden in de Kamer bekend te zijn, be
hoorde de op verandering van richting wijzende
uitdrukking, dat hij in latere jaren getoond zou
hebben een sterk tegenstander te zijn van een
meer uitgebreide staatszorg ter verbetering van
maatschappelijke toestanden, in de afdeelingen,
waar zij gebruikt werd, aanleiding te hebben
gegeven tot het vragen van bewijs. Zonder be
wijs had, naar zijn opvatting, de uitdrukking j
door de rapporteurs niet mogen zijn gegeven.
„De bewering, aldus eindigt mi. v. Houten
veertigste jaar volbracht is, als vrijwilliger bij I
i de Militie worden toegolaten.
Sneek den 12 November 1897.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris,
TWEEDE KAMER.
De conclusie ^lopens dé toelating van den
gemeente zal worden gehouden in het Gemeen- in behandeling kwam, werd namens de com-
tehuis te BOLS WARD, op Woensdag den 22 missie door den heer Lobman gehandhaafd on-
December 1897, des voormiddags ten 10!/4 ure, danks het beweren van den kiezer Cnossen bij len niet vereenigen.
in welke zitting uitspraak zal worden gedaan adres ingekomen, dat hij wel aan het stem-
omtrentbureau bekend was. De heer Lohmann achtte
2.
vroegere periode van mijn leven, is volstrekt
onwaar. Ik moet op openlijke herroeping dier
bewering aandringen. De Kamer heeft al het
materiaal voor onderzoek op haar bibliotheek
ter harer beschikking.
Welke beteekenis moet gehecht worden aan
den tusschenzin, dat hij bovendien niet geslaagd
is in zijn candidatuur voor het lidmaatschap
der Tweede Kamer, kan mr. v. H. evenmin
begrijpen. Een disqualificatie ligt in de niet-
verkiezing niet. Zijn niet-herkiezing te Gro
ningen in 1884 heeft de Kroon evenmin ver
hinderd hem de taak op te dragen als minister
op te treden.
„In elk geval aldus besluit mr. v. H.
zou het een door mij nooit verdedigde overdrij
ving zijn van het in mijn oog juiste beginsel,
alleen Kamerleden of gekozen Kamerleden als
kabinetsformateurs of ook als minister toe te
laten. Het is mij te doen om voor politieke
leiders de voortdnrende aanwezigheid in het
parlement te verzekeren en om hen eeniger-
mate a l'abri te stellen van intriges in en bui
ten het parlement. Van het gewicht hiervan
zijn niet alle partijen doordrongen. Bij den
tegenwoordigen stand der openbare meening
zou disqualificatie op grond van niet-verkiezing
slechts de ministers huiverig moeten maken
een candidatuur te aanvaarden en aan de kie
zers van een bepaald district een te grooten
invloed toekennen.
Had men in de afdeelingen bijzondere om
standigheden der Groninger verkiezing op het
oog, dan moet ik daaromtrent het volgende op
merken
De beslissing over de candidatuur in vijf tot
een centrale kiesvereeniging verbonden vereeui-
gingen viel ten voordeele van den heer Druc
ker uit, omdat hij zich gunstiger uitliet dan ik
voor de staatspensioenen van werklieden. De
gelegenheid zal mij wel niet ontbreken later
omtrent dit vraagstuk mijn meening te verde
digen. Voor de nu ter sprake komende zaak
is alleen van gewicht, dat de formateur van
het tegenwoordig kabinet met mij van meening
is, dat het vraagstuk nog in de periode der
wetenschappelijke voorbereiding verkeert.
Het zal m. i. reeds daarom moeten achter
staan b.v. bij de uitbreiding van het outeige-
ningsrecht in den geest van mijn wetsvoorstel
(zitting 1892-93 no. 119) en de inrichting eener
lijfrentebank, waaromtrent het ministerie-Röell
buiten mijn schuld zijn belofte niet is nageko
men, welke beide onderwerpen wel zijn voor
bereid.
Toen men, tegen mijn uitgedrukten wenscb,
bij de herstemming te Groningen den strijd
voortzette, kreeg ik, zoover men uit candidatu-
ren en cijfers een conclusie kan trokken, een
vrij belangrijke meerderheid der liberale stem
men. Welke invloeden de verplaatsing van
een aantal liberale stemmen bewerkten, doet
hier niet ter zake, behalve alleen, dat tijdens
de herstemming mijn aftreding als minister
waarschijnlijk of zeker werd geacht en alzoo
ook alle bezwaar uit de vereeniging der be
trekkingen verviel. De beslissing viel ten gun
ste van den heer Drucker uit, enkel omdat de
clericalen van alle schakeeringen aan dezen de
voorkeur gaven.
Beschouwde men in de afdeelingen deze laat
ste omstandigheid als voldoenden grond voor
mijn disqualificatie als kabinetsformateur Mis
schien wel, en bij het evenwicht der partijen
en den invloed der christelijk-historischen mis-
gedurende zijn diensttijd goed heeft gedragen.
Hij kan, heeft hij dit ontvangen, tot dat zijn
Artini'tn xzxrxwt tt I aha am L. M - r— .11. .a. m l. f
de Militie worden toegelaten.
OEEKER (H im
A THOE
den.
9
I .0ü|
1. -