if’ QUITTE. i'il Sneek te zacht medicijnen toegediend, ’t word xï:j diene naars FEUILLETON. heer wees haar met zachten nadruk af: ongelegen tijden blaft. Maar hebben wij allen van een man hm! hmen met ons niet zoo onverstandig gedragen toen wij 1 m:i -n-- 1_ i jong waren? Eu hoewel hij menigmaal de goed weer in order te krijgen. gekleed korte jas ren, die en Herv Purm numn K. vt De waar, Roman van J. W. von Megede. XXVI. {Vervolg.) De heer J. C. II. Matile, te Amsterdam is belast met de organistie der Hollandsche afdee- ling van de Groote brand weer-tentoonstelliug van 1898 te Parijs. Dit diene tot naricht van onze groote fabrikanten. Verscheidene buiten- landsche exposanten zijn reeds toegetreden en ook eenige Nederlandsche hebben zich reeds Vrijdag is de stoomtramtrein (Deventer Zwolle), die 2.10 van Deventer vertrok en 4.20 te Boreulo moest aankomen, nabij het station Borculo aan het kruispunt door onveilig sein en tegen den aldaar juist passeerenden ïocaal- trein gereden, die van Borculo naar Neede ging. Twee reizigers zijn volgens bericht licht gowond. De locaalspoorweg werd versperd, doordien twee rijtuigen derailleerden. In de zaak der gebroeders Hoogerhuis is de instructie begonnen. De hoofdgetuige Haitsma, thans als meineedige aangeklaagd, is reeds ge hoord, evenals do schipper 8. Jansma, welke in den nacht van 5 op 6 Dec. bij H. logeerde en bij de inbraak door een revolverschot ge wond werd. Heden (Maandag) wordt de in structie voortgezet en andere personen gehoord. In het dorp Beetgum heerscht groote belang stelling. koffie stond juist klaar. Maar Je geestelijke lirvrvM rirrsAo linnw n l» 4- „l— Jg nu meer dan tijd, om tot een operatie over ij werk is. De tijdin is 16 Lu bedot schip mijn De zitter haddt verga men bij ’t zijn „H sen, boosa. lig b uitgez beeld eeuw: de lei »Ei ter di een gen ,M lev ent „Ei sche men 'gezon specie genwt l)uiv£ Terra een g ÖP dom lie wei jverk< heeft hond, gen g aangemeld. De Engelsche exposanten zijn reeds ten getale van 200. Ook zal er tegelijk een groot Internationaal Congres betreffende brand- wezen gehouden worden. zijde, maar op ’t zelfde oogenblik stak hij haar in de linkerborst en snelde heen. Op haar hulpgeroep kwamen eenige personen toeschie ten, maar van den aanrander was niets meer te bespeuren. De politie werd gehaald en onder haar ge leide voerde men het verwonde kind per rij tuig naar het Binnengasthuis. De geneesheer kon constateeren, dat de long niet geraakt was en het meisje keerde te voet huiswaarts. Zij is thans te bed, daar de geneesheer rust heeft aanbevolen. De commissaris van het bureau Oudebrug- steeg, de heer Fundter, is Zaterdag avond tot diep in den nacht en ook Zondag voor het grootste deel van den dag in de weer geweest om verschillende personen te hooren, doch zonder eenig resultaat. Vele mannen zijn gehoord, die zich hadden laten scheren, omdat volgens het door de ver wonde opgegeven signalement, de aanrander een glad geschoren kin had, doch alle onder zoek leidde tot niets, aangezien de verhoorden allen een alibi hadden. Nog wordt vermeld dat de verwondieg blijk baar moet geschied zijn zooals trouwens in alle voorgaande aanvallen hebben plaats ge had met een vlijmscherp voorwerp aan twee kanten gescherpt. Daaruit laat zich dan ook verklaren dat de aangevallen meisjes de eerste oogenblikken nadat de steek werd toe gebracht geen noemenswaardige pijn gevoel den. SNEEK, 14 Dec. Blijkens achterstaande annonce zal het be stuur van den Nationalen Bond van Han dels- en Kantoorbedienden Zaterdag avond 18 dezer, in het café Onder de Linden bij den heer W. Haanstra, een bijeenkomst houden ter bespreking om een afdeeling alhier op te rich ten. De bond ondervindt overal veel sympathie zoowel bij patroons als bedienden, en in de zes maanden dat hij bestaat zijn reeds afdee- lingen opgericht te Leeuwarden, Harlingen, Groningen, Meppel, Kampen, Zwolle, Deventer, Almelo, Oldenzaal, Zutfen, Hengelo, Enschedé, Arnhem, Nijmegen, Utrecht, Helmond, ’s Bosch, Breda, Roozendaal, Bergen-op-Zoom, Goes, Vlis- singen, Middelburg, Rotterdam, Delft, 's Graven- hage, Haarlem en Amsterdam. Het ledental bedraagt reeds 1085. Op de bovenzaal van 't Rood Hert werd Zaterdagavond jl. een algemeene vergadering gehouden van timmerlieden. Ruim 50 personen, onder welke drie patroons en ’t raadslid de heer Visser, waren opgekomen om ’t onderwerp te hooren behandelen Moeten wij op 1 Januari ’t werk staken? Als inleider van dit onderwerp trad op de heer Meen te ’s Hage, lid van ’t Hoofdbestuur van den Bond van NeJ. timmerlieden. Spreker begon met te schetsen de ontwikke ling van ’t menschdom, toonde aan dat naar rato ’t verstand van den mensch zich meer be gon te ontwikkelen, ook ’t jagen naar verkeer de doeleinden grooter werd. ’t Geld riep al spoedig grove misbruiken in ’t leven. ’t Zoeken naar eigenbelang trad allengs op den voorgrond, totdat de machinerieën een al- geheele omkeering in de samenleving brach ten, die wel moest leiden tot een broederlijk samenwerken van hen, die in den strijd om ’t bestaan met ondergang werden bedreigd. Met roem sprak de spreker over de katholieke timmerlieden te Sneek in ’t bijzonder en over alle gezellen hier in ’t algemeen, die, na alle wegen bewandeld te hebben, welke tot loons- verhooging konden voeren, thans ’t besluit heb ben gevormd om op 2 Jan. niet een aan den arbeid te trekken vóór de gewenschte verhoo- ging door de patroons is toegestaan. Spreker wou over de vraag: al dan niet sta ken, liefst zwijgen, hij beschouwde die van te plaatselijken aard. De heer Veen begreep dat velen wel wilden staken, als ze maar geld hadden. Hij kou de vergadering geruststellen met de verzekering, dat als de staking plaats vindt, de Ned. Tim-- merbond hh. stakers niet in verlegenheid zal laten. De toestand van den werkman in Sneek niet alleen, maar in geheel Friesland vindt spre ker, bij Holland vergeleken, verschrikkelijk. Vier jaren lang, zegt hij, heeft de werkman in Nu zijne, ben. ik he! men ’t is a zou d len bi «Ni Maar de r« voor dat w delijk, itnmei so. I Hij i misse! veel t derkei gaat jeugd heel i iu ’t 1 tot er Goddr ,Zo de gn heid i daar z breuk ik - tend heb.“ De ons niet zoo onverstandig gedragen toen wij leggen van ’t werk geen gewenscht resultaat, men den laatsten troef heeft uitgespeeld. ’t Opheffen tijdens de Fransche revolutie van ’t gilde wezen noemt spreker een betreurens- waardig feit. Hoofdzakelijk aan dat opheffen, meent ZEd., dankt Friesland zijn treurigen toe stand onder de arbeidende bevolking. Niets liever zou hij dan ook wenschen, dan dat de tijd eenmaal mocht komen, waarop er weet een gildewezen (altijd passende in den tegen- Bes woordigen tijd) in ’t leven werd geroepen. ’t Baart zeker geen verwondering, dat ’t te rug wenschen der gilden in een der sprekers, en wel den heer Veen, bestrijding vond. De heer Sweizer dient in ’t midden te bren gen, dat staken op 1 Januari juist daarom ge wenscht is, omdat de patroon tegen dien datum zijn boek weer voor een vol jaar opent. Hij raadt voorts allen, op 2 Januari niet te wer ken voor en aleer men niet de verzekering ontvangt, dat een loon van 16 ct. zal worden uitbetaald. De heer Blok is overtuigd van ’t goede recht van loonsverhooging. Ook hij wil gaarne met Januari 16 ct. in voeren, maar ziet bezwaar in die invoering, omdat z. i. een minimum gedeelte der burgerij er genoegen in zal nemen. En wat betreft staken op 1 Januari Voor onderscheiden pa troons noemt hij die staking een uitkomst om zijn part staakt men tot Maart, daar hij in den tegenwoordigen tijd enkel en alleen uit mede lijden een deel van zijn personeel in functie houdt. Aan onverschilligen wil de heer B, liefst geen 16 ct. uitkeeren. Hij heeft men- schen in dienst gehad, wien ’t niet kon schel en welk werk ze leverdenvoor de zulken vindt hij een loon van 16 ct. veel te hoog. De heer Visser moet nogmaals in herinnering brengen, dat een werkstaking ’t uiterste mid del moet zijn en wijst er op, dat de burgerij De heer Hekkema, boekhouder bij ’t armbe stuur te Groningen, is, naar de N. Gron. Ct. meldt, Zaterdag door B. en W. dn zijn betrek king geschorst. beter zóo, Klaartje.® In de studeerkamer zweefde de blauwaehtige rook nog langs de bonte gordijnen, ’t Viel do bleeke herstzon moeilijk, door die kunstmatige schemering heen te dringen tot aan de hooge planken met boeken op den achtergrond, waarin het wapentuig van ’t geloof, der strijdvoerende theologie, in stevige folianten geborgen lag, en waarnaast de heidensehe classiekon in verbleekt verguldsel schemerden waaronder ook het wereldkind Ovidius. Maar over de kachel en de reusachtige mahonie-schrijftafel speelden hare stralen heel vergenoegd, klauterden over een ouden zakdoek, keken nieuwsgierig in het ta bakskistje en onderzochten de zwarte diepte van de snuifdoos. Maar nog ’t lustigst spiegelden zij zich in een bril met stalen montuur en in een gebuikte koffiepot, die achter een opgesla gen handbijbel op de schrijftafel te pronk stond. „Wees welkom ten mijnent, comtesse,® groet te de geestelijke heer. Vervolgens liefkoosde hij met zijn beverige hand een leelijken hond, die kwispelstaartend om hem heensprong, maar de gravin erg wantrouwde. „Hij is nog heel jong,*4 zei de predikant verontschuldigend „Wil ik hem er uit sturen Hij doet anders volstrekt geen kwaad. Alleen als ik Vrijdags mijn preek maak, wil hij partout met mij spe len, en dat gaat toch niet! Men moet toch iets jeugdigs om zich heen hebben. Al is ’t dan ook maar een hond; ’t bewaart ous voor knorrig worden. Fik is mijn vrouw een doorn in ’t oog, omdat hij aan de stoelen bijt en op mak. 62. „Vijf minuten geleden is mijnheer de ritmees ter hier voorbij gekomen, wil ik iemand naar hem toe sturen De spitse neus bewoog zich dienstvaardig. „Neen, neenzei de comtesse met een le vendig afwijzende beweging. En de in wereldsche zaken ervaren vrouw trok daaruit en uit het vermoeide trekje op het gezicht der comtesse een zeer verstandige con clusie, welke zij echter dadelijk in een mislei denden woordenvloed hulde. „Mag ik u ook nog mondeling feliciteeren op uw verjaardag, gravin? Twee-en-twintig jaar is toch de mooi ste leeftijd!® En zich op haar zachtst verwij tenden toon tot haar echtgenoot wendende, die nog altijd op de warande stond „Maar, Karei, vergeet gij dan geheel den verjaardag? Kom toch dadelijk naar beneden om te feliciteeren!® De geestelijke heer echter zwaaide maar hu moristisch met zijn ealotje. „Mag ik ’t hier van boven af doen, comtesse? Naar beneden komen zouden de wankelende treden nog wel toelaten, maar om er dan weer bij op te ko men, daar zien de oude beonen tegen aan Ik weet uw verjaardag heel nauwkeurig. Ik Er is Zaterdag alweer een aanranding ge pleegd te Amsterdam. Clara Jeannette de Vries, een flink opgegroeid kind van nauwelijks 14 jaar, wonende in den Zandhoek, werd door haar moeder met een paar gestreken japonnen uitgezonden naar een klant in de Westerdok- straat. Op* haar schellen stak de dienstmeid het hoofd uit een der bovenvensters en riep haar toe dat zij even wachten zou. Terwijl nu de dienstmeid de trap afliep, kwam een lan ge man met smal en bleek gelaat, lang haar en baard, met een bonte muts op het hoofd en 11 -f in blauw boezeroen, waarover een en pilaubroek, van achter twee kar- voor het huis stonden, te voorschijn kwam op de deur toe. Het meisje dacht dat hij er ook wezen moest en ging iets ter gaan. De 2e spreker, de heer Wolfswinkel van Au sterdam, vond eveneens dat, nu alle middel® om loonsverhooging te krijgen, waren uitgepm de toevlucht tot staken moest worden genomen Met ’t schrijven van den heer R. 8. H. Visse in de Nieuwe Sneeker van Zaterdag jl. kon epre ker zich niet vereenigen. In een Kamer van Arbeid hier zag de heei W. geen heil. Waar de Raad van Sneek reeds had uitgemaakt, dat 16 ct. loon en 11 uren arbeid den werkman toekwam, daar vond hij ’t niet meer noodig, dat een Kamer van Arbeii over dat loon en dien arbeid haar beslissende, stem nog eens zou laten hooren. De heer V., ’t woord bekomen hebbende, blijft bij zijn beweren, dat staken op 1 Jan. gelik staat met slaan op een geborsten trommelvel, om de eenvoudige redenen, dat er dan haas waai, geen werk is. Wil men staken, zegt hij, doe'i ting dan in ’t voorjaar, als er overal handen gevraag! worden, ’t Stuken op zich-zelf blijft hij be schouwen als een toevlucht in den hoogstel nood en wijders een financieele .ramp. Mei bedenke, vervolgt de heer V., dat, levert *t neer-*- miseb Galbi letter, rens heb u immers gedoopt, aangenomen en hoop u met Gods hulp ook te trouwen Maar op zijn ouden dag wordt men egoïstisch cn ver geet zoo graag de verjaardagen. Men denkt dan gewoonlijk nog maar alleen aan zijn eigen. En of deze nogmaals voor mij zal terugkeeren, dat’s toch een twijfelaehtige zaak.® De comtesse zei lachend: „Waar denkt u aan, u zal ons allen nog overleven!® en wilde de trap opgaan, toen de vicaris juist een stijve buiging maakte: „Moge de genadige Voorzienigheid U, comtesse, nog lang voor ons land behouden! Dat’s het gebed der armen en noodlijdenden en ook het mijne.® Vroeger zou Marie die vol zalving uitgespro ken vleierij niet zonder voldoening aangehoord hebben, maar nü gleed haar blik snel en wel wat scherp over den jongen man met zijn sterk ontwikkelden pnesterneus en het kleine zelotsn-voorhoofd, en zij dacht: gij doet uw best, u te verzekeren van het Gampeschkeimer pa tronaat. Als gij eens wist, hoe weinig mijn protectie heden nog waard is-! Zij knikte hem dan ook heel koel haar dank toe en liep naar boven naar den predikant. „Ik zou u graag even alleen willen spreken, eerwaarde heer,® zeide zij zachtjes tot hem. Hij keek haar met zijn oude, zwakke oogen vriéndelijk aan. „Laten wij dan naar mijn studeerkamer gaan, waarde comtesse.® Zijn vrouw, die alles gehoord had en nog méér ver moedde, deed een stoute poging, het terrein van de biecht naar haar blauwe kamer over te brengen, 't Was daar wat gezelliger en de naars open en nam uit de brandkast een pak j met eenige effecten, obligatiën „Vennootschap - Amand®, loten stad Milaan en „Paleis voor Volksvlijt®, eenige polissen en andere papieren en eenige diamanten. Waarschijnlijk om de sporen van inbraak te doen verdwijnen, stichtte de dief hierna brand in ’t magazijn en verdween. De brand werd spoedig gebluscht en van den diefstal werd aangifte gedaan. Men is er thans in geslaagd, den dief in handen te krijgen. Iu de Pieter Jacobdwars straat is een logement, door een vrouw gehou den. De dief logeerde daar, maar betaalde niet, waarop hij tot betaling werd aangemaand. Hij gaf toen aan de logementhoudster de obli gatiën „Amand® en vier loten „Paleis voor Volksvlijt®. Deze logementhoudster moest nu eveneens haar schuld afdoen en wel aan haar huisheer, wien zij op haar beurt de effecten in pand gaf. Deze gaf de stukken aan zijn ma kelaar, om te onderzoeken of zij goed waren. De makelaar ging naar Amand, doch werd verzocht terug te komen, hetwelk hij deed. De politie was intusschen gewaarschuwd cn nam den makelaar mede. Op het bureau kon deze natuurlijk zijn onschuld bewijzen en nu kwam men via den huisheer aan het adres van het logement. De logementhoudster was thuis en werd medegenomen en tijdelijk in be waring gehouden. De inbreker werd Vrijdag morgen van zijn bed gelicht. Gedurende eenige dagen zijn te Amsterdam de getuigenverhooren gehouden, gevoerd over de zaak van den brand in do Staalstraat te Amsterdam. Men zal zich herinneren dat de brand ontstond tengevolge van een ontploffing, dat men een paar afgerukte vingers vond op straat bij de deur en dat later de verwonde van Exter in het ziekenhuis bezweek. Hij werd beschouwd als de dader der ontploffing die den brand veroorzaakte. Er is echter ver moedelijk overleg door hem gepleegd met ten Boekhorst en van der Dool en de huishoud ster Sjitske Bijker, zooals blijkt uit het weg halen der meubelen den dag te voren enz. Wegens medeplichtigheid aan den brand die hoogst ernstige gevolgen had kunnen hebben eischte het O. M. acht jaar gevangenis. kwasten van mijn kamerjapon stuk scheurt hij mag ’t wel doen! Daarvoor is hij immers jong Ziet u, zoo krimpt de heele horizont in met den ouderdom. Vroeger was mijn ker spel mij veel te klein en nu is deze kamer mijn wereld. Van de schrijftafel tot aan ’t ta bakskistje of tot aan de kachelpijp, waarop ik mijn koffie altijd staan heb, soms eens een uit stapje naar de boekenplank dat zijn nu zoo wat mijn wandelingen Ja, lief kind, ik ben heel oud 1 En als gij iets op ’t hart hebt, wat u drukt, dan weet ik niet eens of ’t wel de rechte is, tot wien gij u wéndt. Kom aan, ga nu op mijn werkstoel zitten, hij is erg gemakkelijk, en zet niet zoo’n treurig gezicht alsof gij bij den tandarts, of een chirurg waart Slechts eon beetje vertrouwen. Zoo’n crimineele zaak zal ’t wel niet wezen.® De comtesse lachte weemoedig. „Crimineel? Neen.® Zij wist niet recht, hoe ze beginnen zou. Hij was een goede oude man en zij hield van hem, maar zou hij de zonden van bet jeugdig-vurige hart nog kunnen begrijpen Nu ging hij vlak naast haar zitten en nam haar jonge, slanke hand in zijn gerimpelde oude. „Heeft u iets met uw verloofde, com tesse Zij haalde diep adem. „Iets dat heel slim is?® „Het slimste, dominé! Ik ben niet meer ver- loofd.® I De oude heer voelde zich niet op zijn ge- „Wel, wel! Hij is toch zoo’n pracht i wat goeden wil beiderzijds is alles ook heel ’t Is --

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1897 | | pagina 2