NIEUWS-1’1 ADVERTENTIEBLAD
ÏWR SSM EJ OMSTREKEN.
FKUILLKTOM.
'a
53e Jaargang.
Woensdag 2 Maart 1898.
Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’t Tramstation Sneek.
KENN1SGEVING.
Buitenland.
No. 18.
DE KÜNSTRIJDSTER.
5 ande-
VIII.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f 0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
Toen de graanhandelaar Krause tegen tien uur
’s avonds van zijn reis voor zaken terugkeerde, ont
moette hij in de gang van zijn huis een onbekend
heer met een uitgedrukte militaire houding, die zoo
pas voor de derde maal op dien dag verschenen was
om hem te spreken.
«Daar is hij,« zei de verdrietige huishoudster, terwijl
Spanje-Amerika. Broeder Jonathan is als een
blikken pan, gauw warm en gauw koud,
vooral het eerste. Om de minste nietigheid
windt hij zich op, zoodat de toeschouwer zou
denken, dat er heel wat aan de hand is.
Abonnementen en Advertentiën voor
dit blad worden tevens aangenomen door
JAC. ATSMA, Oude Koemarkt.
T. K. VAN TUINEN,
Nauwe Noorderhorne en
Mej. Wed. C. G. REITSMA,
Oosterdijk,
waar steeds voor belangstellenden exemplaren
ter kennismaking gratis verkrijgbaar zijn.
Roman van A. OSKAR KLAUSZMANN.
18 VII.
(Vervolg.)
»Denk er eerst goed over na, of gij mij zoo’n be
lofte kunt doen. Ik ben bereid u daarvoor tot mor
gen den tijd te laten.<
»Er is geen tijd tot bedenken meer noodig,® zei
Elsbeth kalm. «Mijn besluit is genomen. Als u ’t
met mij probeeren wilt ik ben bereid u te volgen.«
«Zoo had ik ’t gehoopt,® riep mevrouw Deloria
levendig en met onverholen blijdschap uit. »Gij be
looft mij dus, u voortaan noch in persoonlijk noch in
schriftelijk verkeer met dien referendaris of met den
tusschenpersoon in te laten, van wien hij zich mis
schien zou kunnen bedienen?*
Elsbeth stak haar de hand toe, die zoo koud was
als" een levenloos voorwerp. »Ik beloof ’t,« zeide zij
eenvoudig, maar met eene uitdrukking die waarlijk
geen twijfel toeliet aan haar voornemen.
«En gij zult uw best doen, mij een beetje lief te
krijgen?»
«De dankbaarheid, die ik u schuldig ben zal ?t mij
gemakkelijk maken, mevrouw.»
De vreemde boog zich over haar heen, en voor
de eerste maal sloeg zij de voile op, om haar te kus
sen. Elsbeth bemerkte dat zij zich niet vergist had,
toen zij achter de half doorzichtige mazen een op
vallend mooi gezicht meende te bespeuren. Maar
’t was een gezicht dat de bloeitijd reeds achter zich
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Sneek, brengen ter openbare kennis dat het door hen
opgemaakt Primitief Kohier van Belasting op de bin
nen deze gemeente gehouden wordende Honden, dienst
jaar 1898 van den 2den dezer maand, gedurende acht
dagen ter Secretarie alhier voor een ieder ter inzage
zal liggen, binnen welken termijn belanghebbenden
tegen hunne aanslagen op ongezegeld papier bij hun
college bezwaren kunnen inbrengen.
Voorts worden de belastingschuldigen herinnerd aan
artikel 10 der Verordening op de invordering van bo
vengenoemde belasting, luidende als volgt:
«Van de aangifte in eene mindere klasse dan ver
schuldigd is, van het houden van belastbare honden
zonder aangifte en van het gebruik maken van een
hond tot hooger belastbaar einde dan waarop de ten
kohiere gebrachte aanslag of gedane aangifte recht
geeft, zal proces-verbaal worden opgemaakt in voege
als bij art. 275 der gemeentewet is bepaald.®
Sneek den 1 Maart 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
BENNEWITZ, Secretaris.
de zittingen niet weer te zullen bijwonen.
Viel in den Rijksdag het ministerie-Badenie,
in Praag zal de stadhouder, baron Gautsch,
het veld wel moeten ruimen. Men noemt graaf
Thun, vroeger ook reeds stadhouder van Bo-
hemen, als zijn opvolger. Toen er sprake
van was om 30 afgezanten te zenden, ten einde
den Keizer bij diens aanstaand 50-jarig jubi
leum te huldigen, stonden allen op ten teeken
van goedkeuring. Alleen Wolff en
ren bleven zitten.
Dat belooft dus nog heete dagen in Oos
tenrijk.
De onlusten op het platteland van Honga
rije schijnen ernstiger te zijn dan wij in een
vorig nummer meldden. Werkelijk moet de
armoede en de honger, de oorzaak van den op
stand zijn en vinden daardoor de opruiersge-
schriften en -taal weerklank in de harten
der eenvoudige landlieden. Alle jaren meer
gaat het kleine grondbezit verdwijnen en valt
het vruchtbare land in handen van enkele
groot-grondbezitters.
Oostenrijk-Hongarije. Werden voor enkele
weken woeste tooneelen afgespeeld in den
Oostenrijkschen Rijksdag, tooneelen, die eerst
eindigden met het verdagen van dat lichaam,
daarmee is de strijd echter nog niet uit. In
Praag, de hoofdstad van Bohemen, heeft zich
de strijd tusschen Duitschers en Czechen zoo
verscherpt, dat de eersten gedreigd hebben
zij op haar heerschap wees. «Nu zal er dan toch, naar
ik hoop, aan al dat geloop een einde komen.»
Zij smeet de deur van de keuken achter zich dicht,
zonder zich verder om beiden te bekommeren. Krause
echter, die als bagage slechts een handtaschje van
geringen omvang bij zich had, vroeg op een toon
waaruit duidelijk zijn bevreemding klonk over dit late
bezoek: »U wenscht mij te spreken? Met wien
heb ik dan de eer?*
De man maakte een kleine buiging en antwoordde
heel beleefd: Ik ben de detective Göring en kom in
mijn ambtsbetrekking. Mijnheer de hoofd-commissa-
ris Lindequist laat u beleefd verzoeken, heden avond
bij hem op ’t bureau te willen komen. De naspo-
ringen in zake den moord moeten met allen mogelij-
ken spoed plaats hebben.®
Krause had de gesloten deur van zijn kantoor ge
opend en terwijl hij een doosje lucifers uit zijn zak
haalde om het gas op te steken, zei hij met de twijfelen
de uitdrukking van de hoogste verbazing«Zou hier wel
licht geen vergissing bestaan? Wat zijn dat voor
nasporingen, waarbij u mij noodig hebt? En wat is
dat voor een geval van moord, waar u van spreekt
»Gij weet dus nog van niets? Wel, dan doet het
mij leed, mijnheer Krause, dat ik de overbrenger moet
zijn van een zeer smartelijk nieuws. Uw schoon
zuster, mevrouw de weduwe Wilhelmine Abt is he
den voormiddag vermoord in haar woning gevonden.®
Krause hield de brandende lucifer in de hand;
maar hij vergat den arm op te heffen naar de gas
kroon en staarde den beambte aan, als iemand die
twijfelt, of hij droomt of wakker is. «Vermoord
mijn schoonzuster? Neen, maar dat’s immers onmo
gelijk
«Het feit is helaas buiten allen twijfel. Maar, pas
Aanslag op den Koning van Griekenland.
Toen koning George van Griekenland Za
terdagnamiddag tegen 5 uur met de kroon
prinses Marie in een landauer van Phaleron
terugkeerde naar Athene, gaven twee perso
nen, die in een kuil naast den weg verborgen
waren, met hunne geweren vuur op de ko
ninklijke equipage.
Het eerste schot miste het tweede trof den
pikeur, die naast den koetsier op het rijtuig
zat, in het been.
Op het oogenblik dat de tweede kogel voorbij
snorde, was de koning gaan staan om prinses
Marie te beschutten.
Een nader bericht meldt, dat, toen de ko
ninklijke equipage de plaats naderde, waar de
aanvallers verborgen lagen, een dezer zich
oprichtte en in het Grieksch riep„halt 1”
Zijne Majesteit toonde veel moed en eene
bewonderenswaardige koelbloedigheidhij richt
te zich op in den open landauer om kroon
prinses Marie te beschermen en bleef staan,
met zijn stok de moordenaars dreigende, wien
hij toeriep„Maakt, dat ge weg komt!”
Het eerste schot werd afgevuurd op een
afstand van twintig pas.
Ook het paard werd getroffen, doch slechts
licht, zoodat het rijtuig zich in galop kon ver
wijderen.
op, mijnheer Krause, gij zult u branden.®
De waarschuwing kwam juist bijtijds, want op dit
oogenblik moest Krause het houtje wegwerpen, dat
hem reeds de vingertoppen brandde. De beide man
nen waren in donker, en de geweldige aandoening,
welke een zoo onverwacht en verschrikkelijk bericht
noodzakelijk bij hem moest veroorzaken, maakte het
heel begrijpelijk, dat de graanhandelaar bijna een
paar minuten te vergeefs naar het doosje zocht, dat
hij zoo pas op tafel had neergelegd.
«Ik kan ’t niet helpen ik kan ’t maar niet vat
ten,® klonk zijn stem uit de duisternis. »Wie kan
in ’s hemels naam die arme oude vrouw zooiets
hebben aangedaan? Zij had immers geen vijanden!
Spreek, mijnheer, door wien werd die afschuwelijke
misdaad gepleegd?®
»’t Betreft naar alle waarschijnlijkheid diefstal met
moord. Tot nu toe ontbreekt echter elk spoor van
de daders. En omdat de commissaris van politie
hoopt, van u misschien belangrijke mededeelingen te
kunnen ontvangen, laat hij u dringend verzoeken
dadelijk bij hem te komen.®
«Ik ben natuurlijk geheel ter zijner beschikking
Als gij ’t goedvindt, ga ik dadelijk met u. Wan
neer werd die schandelijke daad bedreven?®
»ln elk geval in de morgenuren van dezen dag.
Alle omstandigheden wijzen er op. Kan ik u wel
licht met mijn lucifers van dienst zijn, mijnheer
Krause
«Dank u daar heb ik ’t doosje al. U moet ’t mij
ten goede houden dat ik een beetje in de war ben;
maar zulk nieuws zulk nieuws!®
Wordt vervolgd.
op men bovendien kan zien, dat de Maine
zich in de onmiddellijke nabijheid van twee
mijnen bevond.
Gelukkig- is nog niets zekers bekend. De
bladen in de groote republiek draven door op
vermoedens, doch zoo sterk gelooven de meeste
aan boos opzet, dat zij reeds hunne oorlogs
correspondenten naar Key West hebben gezon
den, teneinde in geval van oorlog zoo spoe
dig mogelijk op het terrein van den strijd te
zijn. De Amerikaansche regeering moet maat
regelen getroffen hebben, om binnen 24 uren
100.000 manschappen naar de havens, dicht
bij Cuba, te kunnen transporteeren. Het de
partement van Marine heeft bevelen gegeven
tot het onmiddellijk aanwerven van manschap
pen en in de laatste dagen zijn reeds tal van
zeelieden en machinisten aangenomen.
Nog altijd volgens diezelfde bladen is de
President Mc. Kinley voornemens dadelijk
krachtig op te treden, wanneer uit het rapport
der Commissie van onderzoek mocht blijken,
dat er verraad in het spel is geweest.
Wanneer de waarheid officieel bekend ge
maakt is, zal alles wel weer humbug, Ameri
kaansche bombast blijken te zijn geweest.
Duitschland. Prins Heinrich is verleden
week met zijne beide oorlogsbodems te Sin
gapore aangekomen, heeft er zijne opwachting
gemaakt bij den Engelschen gouverneur-gene-
raal en bij den admiraal en geluncht bij den
Duitschen consul. Vrijdag zou de prins deel
nemen aan een tijgerjacht. We merkten het
al lang, de gepantserde vuist wordt niet heel
haastig uitgestoken. Immers, terwijl de reis
al buitengewoon lang duurt (twee maanden)
gaat Heinrich eerst prijzen winnen op het rij
wiel te Colombo en nu in Singapore jagen.
Eene goede mailboot zou de reis in 40 dagen
doen.
De begrootingscommissie uit den Duitschen
Rijksdag is meerendeels voor het toestaan der
vlootuitbreiding. Keizer Wilhelm, die daar
jaren naar gestreefd heeft, krijgt dus zijn zin.
Thans echter heeft hij misschien reden om
zich te weren.
Er is een nieuw Amerikaansch oorlogsschip
in de lucht gesprongen, de Maine. Dat ge
beurde in de haven van Havana, de hoofd
stad van Cuba. Cuba is in opstand tegen het
moederland, tegen Spanje en Amerika zou
gaarne het schoone eiland bezitten.
Geen wonder dus, dat de Amerikaan vooral
tegen Spanje zoo erg prikkelbaar is en aller
eerst aan verraad van die zijde dacht.
De duikers, die het schip onderzoeken, la
ten niets uit, zoodat er officiéél nog niets be
kend is. De Amerikaansche bladen bevatten
echter telkens artikelen, die boos opzet van
Spanje willen bewijzen. Zelfs heeft de New-
York-Herald, zoodra het ongeval bekend werd,
50,000 dollars uitgeloofd om de zaak te on
derzoeken. Aan de beurs te New- York heerschte,
zooals Reuter meldt, eene halve paniek, waar
van denkelijk sommige financieële specialitei
ten zullen gebruik maken, om groote zaken
te doen. «Niemand,® zegt de Herald, «gelooft
meer aan een ongeluk.®
Algemeen is men van oordeel, dat er eene
onderzeesche mijn of torpedo onder de kiel
der Maine gedreven is en daar ontplofte, bui
ten weten van de Spaansche autoriteiten. Ge
neraal Weyler, de vorige Spaansche bevelheb
ber op Cuba, had de haven versperd met on
derzeesche mijnen, doch daar hij zijne plan
nen meegenomen had naar Spanje, is zijn op
volger, generaal Blanco onbekend gebleven met
de juiste ligging der mijnen. Mocht de commis
sie van onderzoek rapporteeren, dat het vergaan
der Maine aan deze mijnen te wijten is, dan
zal eene schadevergoeding worden gevraagd
van 20 millioen dollars. Bij niet voldoen zal
niet onmiddellijk de oorlog worden verklaard,
doch begonnen worden met het bezetten van
de tolkantoren op Cuba. En eerst als Spanje
zich daartegen verzet, begint de oorlog.”
Nu beweert ook dezelfde New- York-Herald,
dat het voorste deel van de kiel van het
oorlogsschip, spanten zoowel als platen, naar
boven is ingedrukt, zelfs zoo sterk, dat som
mige deelen van den dubbelen bodem boven
water uitsteken.
De Spaansche regeering ontkent, dat er mij
nen gelegd zijn, schrijft een ander blad, maar
daar staat tegenover de bewering, dat men te
Washington eene kaart bezit, waarop duidelijk
de ligging dir mijnen is aangegeven en waar-
had, het gelaat eener vrouw van omstreeks dertig
jaren, dat de hulpmiddelen der kunst niet meer kon
ontberen om de verraderlijke sporen van het begin
nend verwelken te verbergen. Alleen de donkere
oogen glinsterden nog van een werkelijk jeugdig vuur,
en ’t was ook jeugdige onstuimigheid, waarmee me
vrouw Deloria haar beschermeling thans in de armen
sloot.
Elsbeth zou graag nog tot den volgenden dag in
het ziekenhuis gebleven zijn, maar haar weldoenster
wilde daar niets van hooren.
«Binnen een paar uur zal ik met mijn rijtuig hier
zijn, om u af te halen,® verklaarde zij, «want de rust
en verzorging, welke gij nu nog voor uw geheele ge
nezing noodig hebt, zult gij in mijn gezellig huis hon
derdmaal beter vinden als in dit ziekenhuis, welks
lucht alleen voldoende zou zijn, mij ziek te maken.®
Aan verdere tegenstand viel niet te denken, en zoo
geschiedde ’t volgens den wensch van mevrouw De
loria.
Toen Georg Wendrich zich in den namiddag weder
aan het ziekenhuis vervoegde, moest hij tot zijn ver
rassing vernemen, dat Elsbeth Löbener reeds ontsla
gen en opgenomen was in het huis van een voorname
en menschlievende dame.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1OOO regels 2'/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.