1 MIEIWS- EJi ADVERTENTIEBLAD VOOR SMEEK EJi OISTREKEI Herijk van maten en êgwcMbï. öw Lano Peter m Sylt en consorten. No. 41. Zaterdag 21 Mei 1898. 53e Jaargang. o F8UILLETO8. o DE KÜNSTRIJDSTER. Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’t Tramstation Sneek. en en le 10—12 25 Mei 1—5 ■Woensdag Wordt vervolgd. was 3 3 3 3 3 3 3 0 5 0 1 Voor de BELANGHEBBEN DEN uit: Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f 0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. 2 Donderdag 4 Vrijdag 6 Zaterdag 8 Donderdag 10-12 10—12 10—12 10-12 10—12 10—12 10—12 10—12 10—12 10—12 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 1—5 n ie ï- g n g g >e le 5 31 n l- g W' schaamte vergaan.* JAC. ATSMA, Oude Koemarkt Mej. Wed. C. G. REITSMA, Oosterdijk, waar steeds voor belangstellenden exemplaren ter kennismaking gratis verkrijgbaar zijn. 26 27 28 2 Juni 3 4 6 9 10 11 mij hier, ’t Zou al vreemd moeten toegaan, als de heele zaak niet binnen eenige minuten was afge daan.» Hij ging vooraf alleen in het kabinet van den directeur en kwam al heel spoedig terug met het bescheid, dat aan de uitvoering der zaak niets meer in den weg stond. Elsbeth zette met bevende hand haar naam onder eene haar voorgelegde kwitantie, en Krause, die in beleefdheid en voorkomendheid zichzelven overtrof, geleidde de dames naar een loket van de kas, waar de uitbetaling zou plaats hebben. Juist toen de be ambte de opgegeven som wilde uitbetalen, zei mevrouw Deloria, zij ’t dan ook blijkbaar na eenigen strijd »De juffrouw wenscht het bedrag niet mee te nemen, maar hier bij de bank te deponeeren, zoodat zij elk oogenblik naar goedvinden daarover beschikken kan. Er zullen in den eersten tijd waarschijnlijk nog meer dere groote betalingen op dit depót volgen.» Zij had dat zoo luid gezegd, dat ook Krause het bepaald hooren moest. Terwijl het voorgeschreven bewijs voor Elsbeth gereed werd gemaakt, wendde mevrouw Deloria zich weder tot Krause, om hem voor zijn bemoeiingen te bedanken, en zij voerden een leven dig, opgewekt gesprek, totdat alle formaliteiten afgeloo- pen waren, zoodat een langer vertoeven in de bank niet meer noodig was. De graanhandelaar was er in zijn overgroote beleefd heid niet af te brengen, de dames tot aan het buiten wachtende rijtuig te begeleiden, en nadat hij mevrouw Deloria bij ’t instappen behulpzaam geweest was, wilde hij ook Elsbeth denzelfden dienst bewijzen. Maar zij deed alsof zij de haar aangeboden hand niet gezien had en kon ’t ook niet over zich verkrijgen zijn’ bijna onderworpen afscheidsgroet te beantwoorden. De her innering aan den smaad, dien hij haar had aangedaan, UREN voor na middag Roman van A. OSKAR KLAUSZMANN. 41 XIV. (Vervolg.) Erg opgewonden wilde zij juist met Elsbeth, die naast haar bijna van angst verging, de vertrekken van de bank weer verlaten, toen haar blik toevallig op een man viel, die voor een der kas-loketten stond, en wiens schraal, geelachtig gezicht met den opval lend smallen neus en de bloedelooze, op elkaar ge knepen lippen, zij met zekerheid meende te herkennen. Plotseling staan blijvende, greep zij Elsbeth’s arm. »Is die mijnheer daar niet de graanhandelaar Krause, met wien gij die onaangename ontmoeting gehad hebt?« Het jonge meisje keek in de aangeduide richting en verschoot van kleur. »Ja, hij is ’t. Laat ons gauw weggaan, opdat hij mij niet eerst gewaar wordt.» Mevrouw Deloria was echter volstrekt niet van plan aan dat verlangen te voldoen. «Integendeel hij moet ons uit de verlegenheid helpen, want als een bekend man van zaken is hij daartoe zeker in staat. Die fatale aangelegenheid moet van daag bepaald nog in orde, en mij dunkt dat hij zich u nog wel vol doende herinneren zal, om u te legitimeeren.» »O tante, ik bid u,« smeekte Elsbeth met tranen in de oogen, »ik zou tegenover dien man immers van Mevrouw Deloria verwaardigde zich zelfs niet op was gedurende het laatste kwartier weer zoo vreeselijk duidelijk in haar ziel opgerezen, dat zij niet in staat geweest was hem met een vriendelijken of vrij moedigen blik aan te kijken. En op ’t oogenblik toen ’t portier achter haar dicht viel, kon zij haar tranen dan ook niet langer bedwingen, maar begon hartstochteljjk te snikken. Mevrouw Deloria scheen haar houding erg bespot telijk te vinden, want zij trok de wenkbrauwen samen en zei op tamelijk ontevreden toon«Ik kan mij niet begrijpen, kind, wat je nu zoo erg zenuwachtig maken kanWij moesten immers blij zijn, toevallig iemand te vinden, die je legitimeeren kon. En dan zoudt ge mijns inziens veel beter gedaan hebben, den man door koele, afgemeten beleefdheid te toonen dat het verleden geheel voor je heeft afgedaan. Juist om hem te ver nederen en je eene genoegdoening te verschaffen, heb ik het geld in de bank gelaten. Hij is nu bepaald vast overtuigd dat het jou toebehoort en het kwelt hem ongetwijfeld niet weinig, je zoo slecht behandeld te hebben.» Elsbeth echter voelde hoegenaamd niets voor die wijze van genoegdoening, en al deed zij dan ook zooveel mogelijk haar best, haar smartelijke opgewondenheid meester te worden, zoo hadden de gebeurtenissen van dezen voormiddag toch een gevoel van wantrouwen omtrent het goede hart van haar weldoenster bij haar opgewekt een pijnlijk en drukkend gevoel, dat ook door de latere hartelijkheid van mevrouw Deloria niet meer was weg te nemen. ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 2’/e cent. Groote letters naar plaatsruimte. verschenen studie van dr. H. Albers over de Liekendeelers, dat Pier en Peter zeer goed twee personen kunnen zijn geweest. Groote Pier blijft echter een historisch persoon en wij behoe ven hem niet aan de Noord-Friezen af te staan. Het ligt niet op onzen weg ’s mans helden daden te beschrijven. Zijn levensgeschiedenis is immers gesneden koek voor ons. Als er één persoon is, op wien de Sneekers en ’t al gemeen de Friezen trotsch zijn, dan is het ze ker op hem. Beschouw zijn zwaren ijzeren helm maar eens, in de rariteiten-kast op ons stadhuis berustend, en men moet respect krij gen voor een hoofd, dat wel groot en dik van been moet geweest zijn, om zoo’n gevaarte te torschen. Wie kent niet zijn rijmpje: Boeter, Brae en Griene Tchjys, Da dat naat sisse ken, is nen rjugte Vrys, hetwelk hij aan zijn vijanden, de Hollanders, opgaf om na te zeggen en bij welke veelal falende pogingen, de meesten de voeten heb ben moeten spoelen. En toonde hij niet den eenvoud zijns harten toen hij zich noemde: De verwoester der Denen, de wreker der Bremers, de aanhouder van de Hamburgers en het kruis der Hollanders? Of wat te zeggen van zijn nederigheid, toen hij zich in een brief aan zijn aartsvijanden, de Hollanders, noemdelek, Groote Pier, Coninck van Vriesland, Hertog van Sneeck, Graef van Sloten, Vrijheer van Hindeloopen, Capiteyn- Generaal van de Zuiderzee, Een stuyrman ter doodt Acht de Hollanders bloot, Al syn se groot van rade, Sterck van partijen, Cranck in ’t strijen, Hoogh van Glorie, Cranck van victorie, enz. En pleit het niet voor zijn vergevensgezind heid, dat hij op de kleeding van zijn gezellen een galg en een rad zou hebben laten borduren? Hoe het echter ook zij, Kimswerd verheft er zich op, dat hij, die groot, sterk en onver saagd was, daar geboren werd en onze St. Marti nikerk strekte hem tot op het eind dér vorige eeuw tot praal- tevens grafgebouw. Nu alleen tot het laatste! Toch is het vreemd, dat ook van Lange Peter van Sylt verhaald wordt, dat hij zich noemde kregen. Kwam nu een hunner te laat bij de verdeeling, dan was hij te laat in den Wijn berg gekomen en kreeg dus niets. En, zoo- als wij zagen, is nog heden ten dage deze uit drukking in Holstein in zwang gebleven. Hadden de Liekendeelers nu alleen maar in de Oostzee zeeroovertje gespeeld, dan ware het betrekkelijk nog niet zoo erg geweest. Maar van de Oostzee werd het vrijbuiten overge bracht naar de Noordzee, en ook hadden de steden, aan de Zuiderzee gelegen, veel van deze lastige gasten te lijden. Niet te verwon deren is het dan ook, dat Hamburg, Bre men, Emden, Dordrecht, Amsterdam, Harder wijk en Stavoren, als Hansesteden, met de aan de Zuiderzee gelegen a ndere stadjes een aantal schepen bijeenbrachten om den vijand te be strijden. En gedeeltelijk met goed gevolg. Zoo vinden wij opgeteekend, dat op een goeden dag een kaperschip, met 100 kop pen bemand, werd buit gemaakt. Op kape- rij stond de doodstraf, maar deze moest aan land voltrokken worden. Waar nu zoolang die mannen op te bergen Gelukkig had het kaperschip een groote hoeveelheid leege ton nen aan boord. Men nam den bodem er uit en plaatste in elke ton een zeeroover met het hoofd buiten het vat. Daarop werd de ton weder dicht gemaakt, maar zóó, dat het hoofd er uit bleef steken, en de vaten weder op el kaar gerold. Aan land gekomen, zette men de tonnen op een rij en had de scherprech ter al een heel gemakkelijk werk. De geschiedenis der Liekendeelers heeft voor Friesland veel belang, omdat een hunner hoof den was Lange Peter van Sylt, ook wel Pe ter Lung genoemd. En nu worden op zijn naam daden van grooten moed en kracht ge steld, welke door oude kroniekschrijvers aan onzen «Groote Pier” worden toegeschreven. Ja, er is zulk een verwarring in beider faits et gestes, dat de heer v. Loon in den Frieschen Volksalmanak van 1886 de vraag stelde, of Groote Pier een Noordfries kan geweest zijn, m. a. w. of hij en Lange Peter van Sylt, een eiland op de kust van Sleeswijk-Holstein, een en dezelfde persoon zijn. Op gezag van eenige buitengewone leden van het Friesch Genootschap, in Sleeswijk-Holstein wonende, komt hij tot het besluit, dat Groote Pier een Westfries is geweest. Wij zouden meenen, en hierin worden wij gesterkt door een onlangs zij naar den graanhandelaar toegegaan, en toen deze zich nu naar haar omkeerde, boog zij, alsof zij een oude kennis groette, met een innemend lachje het mooie hoofd. Blijkbaar verrast, maar hoogst beleefd, beantwoord de hij den groet met eene buiging, die tegelijkertijd zeker ook het van schaamte en angst bevende jonge meisje gelden moest. De voormalige kunstrijdster echter ging oogenblikkelijk op haar doel af. »lk heb immers ’t genoegen met den heer Krause te spreken? Toen ik onlangs tegelijkertijd met u in een voorkamer van het politie-bureau wachtte, hoorde ik daar toevallig uw naam. Ik ben mevrouw de we duwe Deloria, de beschermster en moederlijke vriendin dezer jonge dame, die ik u zeker wel niet behoef voor te stellen. En in ’t belang van mejuffrouw Löbener ben ik zoo vrij, u beleefd een dienst te verzoeken.» De aangesprokene boog op nieuw. Alhoewel zij vermeed, hem aan te zien, meende Elsbeth toch zijn konden, spotachtigen blik op haar gelaat te voelen. »Ik ben geheel ter uwer beschikking, mevrouw! ’t Zal mij een genoegen zijn, u van dienst te mogen wezen.» Met de handigheid welke haar in dergelijke geval len eigen was, zette mevrouw Deloria hem met wei nige woorden uiteen, wat ’t hier betrof. Krause lui sterde opmerkzaam toe, en ofschoon hij zich er over verbaasde, dat de voormalige beschermeling van me vrouw Nitschke op eens over zulke aanzienlijke in komsten beschikte, zoo vertoonde zich van die verba zing toch niets op zijn gezicht. »U wenscht dus dat ik de juffrouw zal legitimeeren Met ’t grootste genoegen. Niets is eenvoudiger, als dat. Ik ben met een der directeuren persoonlijk bevriend, en buitendien kennen de meeste beambten BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek, brengen ter kennis van de belanghebbenden dat in dit jaar voor den herijk der maten en gewichten, in deze gemeente zal worden gevaceerd in het voorma lig Telegraafkantoor, in orde als volgt: dat alle maten en gewichten aan den herijk zijn onderworpen dat de voorwerpen behoorlijk schoon en droog moe ten worden aangeboden dat de onjuiste gewichten kunnen worden gejusteerd tegen dadelijke betaling, volgens bij Koninklijk besluit van 16 October 1869 (Staatsblad no. 160), vastgesteld tarief; Als men een vreemdeling in Sneek 's avonds toevoegt: «Haast je wat, anders komt ge te laat in den Wijnberg,” dan weten beide par tijen, dat bedoeld is het bekende hotel op de Marktstraat. Maar als men b.v. in Slees wijk-Holstein tot iemand zegt: «Ge komt te laat in den Wijnberg,” dan meent men: haast je maar niet, want de verdeeling van de erfenis, of van den schat enz., heeft al plaats gehad. Nu is dit gezegde aldaar: ge komt te laat in den Wijnberg, niet van vandaag of gisteren. In ’t midden der 14e eeuw toch, toen Koningin Margaretha, bekend onder den naam van «Zwarte Griet,” Noord- en Oostzee beheerschte, werden de wegen van Noord- Duitschland zeer onveilig gemaakt door de z.g.n. Snaphanen, straatroovers van beroep. Door de vereenigde pogingen der machtige Hanse-steden gelukte het echter de wegen schoon te vegen, maar het kwaad werd daar door slechts verplaatst. Want de straatroo vers gingen nu scheep en werden vrijbuiters. Wat de Oost- en Noordzee bevoer, moest hun cijns betalen. Wel gelukte het na geruimen tijd aan de steden Lübeck en Stralsond om een wapenstilstand te sluiten, maar het lieve leven tje begon daarna van voren af aan. Alles wat deze zeeroovers buit maakten sleepten zij naar hun kasteel, dat dicht bij de stad Oldenburg lag en met de Oostzee door onderaardsche gangen in verbinding stond. Deze gangen ein digden in een bosch aan het strand, «Win- barg” geheeten. Hier nu werd de buit ver deeld en wel in gelijke deelen, en van daar dat die zeeroovers den naam «Liekendeelers” Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden tevens aangenomen door DAGEN DATUMS Verkoopers van maten en ge wichten Wijk 1 en 3 en 5 en 7 en 9 en 10 Vrijdag 11 en 12 Zaterdag 13 en 14 Maandag 15 en 16 Donderdag 17 en 18 Vrijdag 19 en 20 Zaterdag dat de verificatie van gewichten beneden het gram uitsluitend aan het ijkkantoor te Leeuwarden plaats heeft dat belanghebbenden behooren toe te zien, dat hunne maten en gewichten na den herijk van de vereischte merken voorzien zijn en dat blijven tot aan den eerst- volgenden herijk, en dat het ijkkantoor te Leeuwarden, aan de Ooster- kade, voor het publiek geopend is eiken Dinsdag Vrijdag van negen tot één uur. Sneek, den 19 April 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester, J. van AKKEREN, Loco-Secretaris. COURANT. 11 t- li 1. t» u

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1898 | | pagina 1