MEEW8- ES ADWTENTBLil) r i J 1 HET WONING-VRAAGSTUK. VWR S.WK ES 01SMEI FKUILIiKTOH. I I 53e Jaargang. Zaterdag 2 Juli 1898. STo/53. Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’t Tramstation Sneek. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. i DE KUNSTRIJDSTER. i k- Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f 0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. e BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, brengen ter openbare kennis, dat de Commissie uit het plaatselijk bestuur, bedoeld bij art. 15 der wet op de Schutterijen, dit jaar hare tweede zitting zal houden ten Raadhuize alhier, op Woensdag den 13den SCHUTTERIJ. Juli e. k. des voormiddags ten elf ure, tot onderzoek van alle reclames, door de ingeschrevene en geloot hebbende personen van dit jaar, en door de reeds vroeger ingelijfden, ingebracht, alsmede tot onderzoek van hen, die bij nummerverwisseling voor anderen verlangen op te treden. Belanghebbenden worden gewaarschuwd om alsdan op te komen, vermits zij anders zullen gehouden wor den, geene redenen van vrijstelling te hebben en, voor zooverre zij dienstplichtige nummers getrokken hebben, bij de Schutterij zullen worden ingelijfd, blijvende het hun evenwel vrij, om hunne redenen tot vrijstelling in een volgend jaar te doen gelden. Sneek, den 2 Juli 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. JAC. van der LAAN, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeen te Sneek, brengen ter openbare kennis, dat de LOTING, bedoeld in art. 27bis van het Koninklijk Besluit van 10 November 1892 (Staatsblad no. 253) zooals dit is vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 5 Augustus 1895 (Staatsblad no. 147), voor de Volgorde waarin de PAARDEN, die blijkens de laatst voor deze Gemeente opgemaakte Verzamellijst voor den militairen dienst geschikt zijn bevonden, eventueel ter levering zullen moeten worden aangeboden, zal plaats hebben op Dinsdag, den 5 Juli e. k. te elf uur voormiddag. De eigenaar van het voor den krijgsdienst geschikt bevonden paard is gerechtigd in persoon voor dat paard te lotenis hij eigenaar van meer dan een goedgekeurd paard, dan loot hij voor elk paard af zonderlijk. Is de eigenaar niet bij de loting tegenwoordig, dan loot de Burgemeester of de aangewezen Ambtenaar voor hem. Sneek, den 30 Juni 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. J. van AKKEREN, Loco-Secretaris. n t I r 2 den beschermd tegen de ongevallen in hun bedrijf; een dwangverzekering tegen ziekten en ongevallen kent men, maar het woning vraagstuk liet reeds te lang velen koud. Het is dan ook niet b.v. van de werkgevers te eischen behalve loonsbetaling, verzekering te gen ongelukken, enz. dat ook de toestanden, waarin de werklieden thuis verkeeren, hun fi- nancieele belangstelling zullen gaande maken. Gelukkig zijn er velen bij wie dit echter uit medegevoel, uit solidariteit met hun arbeiders wel geschiedt. En toch waar zij zich soms zoo ijverig bemoeiden om misstanden te ver beteren, ondank was meermalen hun loon. Men ziet het bij het woning-vraagstuk, dat ons bezighoudt. Het is een feit, dat de ar beider dikwijls een goede woning niet weet te waardeeren, en liever in eene slechtere blijft, omdat hij daar nu eenmaal aan gewoon is en een zekere gemakzucht hem stijft. Een frap pant voorbeeld had men voor enkele jaren te Utrecht, waar den bewoners uit een in-arme buurt, lucht- en lichtloos, werd aangeboden een zindelijke nette woning, buiten de stad, doch men eenvoudig voor ’t aanbod, dat zoo goed bedoeld was, bedankte. Waar nu alle t'noeite gedaan wordt om den medemensch, wiens leven niet rooskleurig is, in beteren toestand te brengen, en waar hardnekkig óf uit gemakzucht óf uit een zeer misplaatst «laissez aller* weerstand wordt geboden, daar moet de Staat tusschenbeide treden en dwin gen tot schijnbare opoffering voor toekomstig genot, een grondbeginsel, dat ook voorgeze ten heeft b.v. bij dwangverzekering. En dan aanvaarde de Staat een strijd met de huis jesmelkers, opdat, waar nu eigenbelang op den voorgrond staat en ’t belang van den be woner zoo heel weinig, zoo goed als niet weegt, een toestand intreedt, waarbij de arbeider ge baat wordt en de Staat de vruchten plukt van zijn wijze zorg. Maar ook nu reeds, waar geen algemeene wet, geen Rijkswet, bepalingen bevat op de inrichting der woningen, is den gemeenten in haar politie-verordeningen de macht gege ven om woningen, welke voor de gezond heid nadeelig zijn, te doen verdwijnen. Een goede politie-verordening zal dan ook dien- gename verrassingen. Behoedzaam elk gedruisch ver mijdende, trok hij de eene schuiflade na de andere uit de commode, om vervolgens het aldus verlichtte meubelstuk van den wand weg te trekken en op den voorkant neer te leggen. Hoe voorzichtig hij ook bij dezen tamelijk inspan- nenden arbeid te werk gegaan was, zoo had hij toch niet kunnen verhinderen, dat de zware commode hem op ’t laatste oogenblik uit de handen gleed, en met een doffen slag op den vloer neerkwam. Verblee- kende richtte hij zich op, om te luisteren. Maar ook nu bleef ’t doodstil om hem heen. «Goddank dat het oude spook daar beneden half doof is,« mompelde hij, wischte zich de zweetdroppels van ’t voorhoofd en ging voort met zijn vreemdsoor- tigen arbeid, door zoolang aan den achterkant der commode te scharrelen, tot deze zich er liet uitnemen. Een holle ruimte, die zich over de geheele hoogte en breedte van het meubelstuk uitstrekte, werd daar achter zichtbaar. Zij vormde een vrij ruim geheim vak, welks bestaan slechts had kunnen geraden wor den door iemand die op den inval gekomen was, dat de diepte der schuiflade niet overeenkwam met de diepte der commode. Krause lichtte er met de lamp in, en nu bleek ’t dat de geheele holte volgepropt zat met allerlei klee - ding stukken. Ongeduldig haalde hij er een gedeelte uittot hij gevonden had, wat hij zocht een heel klein pakje, waarmee hij zich naar de tafel voor de canapé begaf. Hij maakte het pakje los en hield den inhoud in de hand: een tamelijk groot, met paarlen omzet medaillon, zooals de dames vroeger gewoon waren aan gouden kettinkjes om den hals te dragen. Hij drukte op de kleine springveer en beschouwde een paar minuten de zich binnenin bevindende beel tenis, het portret van een jong meisje met mooie, zachte gelaatstrekken. Met een pennemes nam hij ’t er vervolgens uitmaar ging daarbij blijkbaar opzettelijk Een half uur later deed de graanhandelaar de gas vlam boven zijn lessenaar uit en ging naar boven naar zijn slaapkamer. Het ameublement was daar even eenvoudig en ouderwetsch als in de overige ver trekken van het huis. Het meest in ’t oogvallend meubelstuk was een ouderwetsche commode, die naar den vorm en naar de soort koperbeslag te oordeelen, waarmee ze versierd was, bepaald wel een eeuw oud moest zijn. Een poosje bleef Krause luisterend bij de half geopende deur staan, om zich te overtuigen dat het geheel stil was in huistoen deed hij de deur dicht en draaide den sleutel tweemaal om, zoodat hij zich voldoende beveiligd kon rekenen tegen onaan aangaande bepalingen bevatten. En ’t is m. i. niet voldoende, zooals ik ergens las, slechts straf te bepalen op ’t weder in gebruik nemen van een woning, waaraan de verbete ringen, door het Dagelijksch Bestuur bevo len, niet zijn aangebracht. Het is halfwerk, want er kunnen zich gevallen voordoen, dat een perceel absoluut onbewoonbaar verklaard, en de eigenaars, vruchtgebruikers of beheer ders verboden moet worden het te bewonen of te gebruiken, te verhuren of aan anderen ter bewoning of in gebruik af te staan. Dit is dan indertijd ook geschied te Utrecht, waar bovengenoemde woningen, volstrekt onbewoon baar voor menschen, gedeeltelijk afgebroken en een straat vol licht en lucht aangelegd is. Sneek neme hieraan een voorbeeld, want wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht. Maar onbewoonbaar-verklaring is wel het uiterste. Gesteld, dat een geheele wijk ont volkt werd en de bewoners naar elders over gebracht, dan komt de vraag te berde, welk systeem van woningbouw de voorkeur ver dient: dat ieder huisgezin een woning met tuintje heeft, als b.v. bij «Selfhelp,of het ka- zernesysteem, vele huisgezinnen in een groot gebouw, moet worden toegepast. In kleine steden, waar voor betrekkelijk weinig geld altijd wel bouwgrond te krijgen is, zal zich deze vraag niet voordoen, omdat van huis- uit het zoogenaamde cottage-systeem, het wo nen van elke familie op zichzelf, zeer zeker de voorkeur verdient. Maar hoe kleinsteedsch men ook zij, toch kan men zich altijd wel met zijn gedachte in groote steden verplaat sen, en daar maakt wel degelijk cottage- of kazernesysteem een voornaam punt van over weging uit. De voordeelen van een eigen woning op te sommen, waar men baas is, de Engelsch- man zegt »my house is my castle”: ik ben koning in mijn woning, ligt niet in mijn bedoeling; ieder die het voorrecht heeft een eigen woning te bezitten, kan ze mij opnoe men. De fatale noodzakelijkheid bestaat echter, daar, waar de grond duur en bijgevolg de huur hoog is, vele menschen in een groot ge bouw opeen te hoopen. En nu heeft het ka zernesysteem deze nadeelen, dat er een weder- 1 I Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden tevens aangenomen door JAC. ATSMA, Oude Koemarkt en Mej. Wed. C. G. BEITSMA, Oosterdijk, waar steeds voor belangstellenden exemplaren ter kennismaking gratis verkrijgbaar zijn. Wat wordt er reeds jaren van zekere zijde gewerkt voor een acht-urigen arbeidsdag 1 Af gescheiden nu daarvan, of juist die acht uur ’t heilserum is, dat de menschen van vele kwalen zal genezen, moet men, doordenkende, zich afvragen, waar de tijd, welken men dan meer zal vrij hebben, doorgebracht wordt. Het is een gelukkig teeken des tijds, dat er in de laatste vijftien jaren vele coöpe ratieve bouwvereenigingen werden opgericht, welke den werkman een betrekkelijk goedkoop en in allen geval gezond huis waarborgen. In de woning toch is de zetel van het fami lieleven een goed huis heeft invloed op den lichamelijken en geestelijken welstand der menschen. Moet de arbeider, na afloop van zijn dagtaak naar een woning, van alle ge riefelijkheden ontbloot, dan is het te begrijpen, dat hij ze zoo laat mogelijk binnentreedt of ze zoo spoedig mogelijk weder ontvlucht. Een goede woning is een levensvoorwaarde. Het is dan ook zeer goed te begrijpen, dat in verschillende landen het besef levendig is geworden, dat in de trits van wetten tot be scherming der arbeiders niet gemist mag wor den een wet op de huisvesting van arbeiders. Verbetering van hun toestand is reeds jaren het doel van vele wetgevers geweester wer den bepalingen gemaakt op den arbeidsduur van vrouwen en kinderen; de werklieden wer- zoodanig te werk, dat een gedeelte van het portret, en wel juist het karakteristieke benedengedeelte van het gezicht, in het medaillon zitten bleef. Nadat hij vervolgens het sieraad weer had ingepakt, en wel in een vel wit schrijfpapier, welks beide kanten hij vooraf nauwkeurig onderzocht had, bracht hij de kamer weer in orde, terwijl hij de uitgehaalde kleedingstuk- ken weer in hun veilige schuilplaats en de commode in haar vroegeren, onverdachten toestand bracht. Daarmee echter waren zijn wonderlijke bezigheden nog niet afgeloopen; integendeel begon hij nu pas met een heel eigenaardig, moeielijk en uiterst lang durig werkje, dat hem twee volle uren ingespannen bezig hield. Uit een op tafel liggend nummer der «Schlesische Zeitung* sneed hij hier en daar zorgvuldig uitgezóchte stukjes weg, meest slechts uit korte woorden of ook zelfs uit enkele letters bestaande, om deze vervolgens in bepaalde volgorde voorzichtig op een tweede vel wit papier te plakken. Het werk vorderde slechts heel langzaam, maar Krause gunde zich nog geen oogenblik rust en zoo kon hij ’t dan ook eindelijk met verruimde ademhaling als volbracht beschouwen. Hij vouwde het papier in den vorm van een brief en stak ’t met het ingepakte medaillon in een cou vert, dat na verloop van nog een kwartier het even eens uit uitgesneden woorden en letters samengestelde adres vertoonde: »Aan het Hoofdbureau van Politie te Breslau.« De voltooide brief lei hij onder het hoofdkussen van zijn bed; vervolgens ontkleedde hij zich haastig en lei zich neder op de kussens. Maar toen eenige uren later de morgen door het venster keek, zag men daar op de legerstede een slapeloozen man met bran dende roode oogen en slappe, vermoeide gelaatstrekken. Wordt vervolgd. ongeduldige beweging van zijn bezoeker zeide hij: «Hoeveel tijd geeft gij mij voor het bijeenbrengen van ’t geld?« «Omdat ’t ons eerste zaakje is, wil ik grootmoedig wezen. Ik sta je vier en twintig uren toe.« «Dat’s ónmogelijk. Ik heb minstens drie dagen noodig.» «Nu, ik zal je halverwege tegemoet komen. Wij zijn ’t dus ééns, dat ik overmorgen op ’t zelfde uur terug zal komen, om de zevenduizend vijfhonderd mark te halen. Maar denk er omgeen uur later en geen penning minder.* «Ik zal alles doen wat in mijn vermogen is om aan uw verlangen te voldoen.* «Dat zou ik je ook aanraden. Want bij mijn vol gend bezoek zult gij mij niet bereid vinden voor zulke lange onderhandelingen. En nogmaals: geen uit vluchten of arglistige schurkerijen. Ik heb te lang in de wereld rondgekeken dan dat men mij zoo ge makkelijk zou kunnen bedriegen. En ik heb te lang als acrobaat gewerkt, dan dat mij niet nog de noodige spierkracht zou zijn overgebleven, om jou, als ’t wezen moet, éen voor éen alle beenderen in je lijf te breken. Goeden avond!* Roman van A. OSKAR KLAUSZMANN. 53 XVIII. (Vervolg.) «Als vijftienduizend mark voor jou een gering bedrag is, voor mij is ’t dat niet. En overigens verkeert gij in een dwaling. Mevrouw Deloria moet voorzichtig wezen, en die gedurige remises zouden ten slotte toch eens verdenking kunnen opwekken. Buitendien stuit het mij tegen de borst, voortdurend op haar kosten te leven. Dat benadeelt onze goede verstandhouding, waaraan mij zeer veel gelegen is. En zij moet toch niet alleen zelf leven, maar er ook op bedacht zijn voor onvoorziene gevallen een klein kapitaal in han den te hebben. Maar ik weet niet, waarom ik er mij mee inlaat, je dat alles uiteen te zetten. Ik heb je mijn eisch genoemd, en ik laat mij niet afdingen.* «En als ik ook met den besten wil aan dien eisch niet kan voldoen Ziehierdezen wissel van tienduizend mark heb ik heden morgen van het geld betaald, en het overige heb ik eveneens reeds uitge geven om een lastigen schuldeischer tevreden te stel len, want ik bevind mij zelf in de pijnlijkste verlegen heid. Ik heb op ’t oogenblik geen driehonderd mark aan contanten in mijn bezit.* «Dat alles raakt mij niets. Gij hebt de som ont vangen, en ik verlang mijn deel. Gij hebt een schran dere kop, ’t zal je wel gelukken, het noodige geld te krijgen.* De graanhandelaar zat eenige oogenblikken na te denken. Hij moest zeker het vruchtelooze van ver dere onderhandelingen hebben ingezien, want na eene ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 2’/, cent. Groote letters naar plaatsruimte. i- i, IIIIIU I1IIR

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1898 | | pagina 1