t.
MEIWS- ES JIIWTEfflEBEAD
FOOR SJEES ES OJSTREkEJ.
Loting-Schutterij.
De FriBscDe VotaortaM Ie 1815.
„HEKSENGOÜD."
Zaterdag S Juni 1900.
55e Jaargang.
KENNISGEVING.
ITo. 46.
Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’tTramstation Sneek.
Officieele Advertentie.
FEUILLETON.
A
1
4
'AJ A.
rd.
)or
’d,
i
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
en
de
3P-
eds
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Sneek, brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat de alphabetische naamlijst van de personen, die
in dit jaar aan de loting voor de Schutterij moeten
deelnemen, ter visie zal liggen ter Secretarie dezer
gemeente van Zaterdag den 9den tot en met Zaterdag
den 16den Juni a. s., des voormiddags van 9 tot 12
uur en dat de loting over de ingeschrevenen zal plaats
hebben ten Raadhuize op Vrijdag den 29 Juni daaraan
volgende des voormiddags elf uur
dat redenen van vrijstelling bij de loting moeten
worden opgegeven
dat voor hen, die bij de loting niet tegenwoordig
zijn en zich niet door een gemachtigde doen verte
genwoordigen, door een Lid van de Commissie voor
de Loting zal worden getrokken.
Sneek, den 8sten Juni 1900.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
had en nam daarmeê ook de waarheid zijner beschul
digingen aan.
Het vonnis werd met een waren storm van geest
drift begroét. Op de tribunes heerschte een halve
opstand en in de zaal drong alles zich om Raimar
heen, om hem geluk te wenschen. Men juichte hem
toe als een held na een gewonnen slag en sloeg
er nauwelijks acht op, dat zijn tegenpartij en diens
aanhang zich verwijderden. Felix Ronald was ver
oordeeld
Het is juist 85 jaren geleden, dat op den
eersten van lentemaand, de mare Europa door
trilde, dat Napoleon Elba verlaten had en in
Frankrijk was geland. Onze Staatcourant van
13 Maart 1815 vermeldde dit aldus, en’t was
’t eerste bericht over deze belangrijke zaak
»Uit echte bronnen is men onderricht, dat de
onverwachte landing van Napoleon, in ’t Zui
den van Frankrijk, geen nadeelige gevolgen
doet vreezen.® Toch, niettegenstaande deze
geruststellende verklaring, vernamen velen
Roman van E. WERNER,
Schrijfster van »Aan het Altaar®, »Fata Morgana®,
»De Alpenfee® enz.
als een met moeite weerhouden golfslag van toestem
ming en bewondering door de schare toehoorders. Hij
had overwonnen nog vóór de uitspraak der rechtbank
gevallen was, dat voelde menen thans, nu hij niet
meer alles door de betoovering van zjjn woord geboeid
hield, thans wendden aller blikken zich op den man,
die met stalen voorhoofd, als ging de geheele rede
hem niets aan, deze had aangehoord. Felix Ronald
bewaarde zijne zelfbeheersching. Onbeweeglijk, met
over elkaar geslagen armen zat hij daar en geen spier
vertrok in zijn gezicht. Slechts in de oogen brandde
een onheilspellend vuur en zoo nu en dan wendden
die oogen zich van zijn tegenpartij naar de tribune,
waar zij altijd slechts aan een punt bleven hangen.
Voor Ronald bestonden slechts twee menschen onder
deze geheele menigte: de man dien hij haatte met
doodelijken haat, en de vrouw die hij beminde,
en die gloeiende, dreigende blik gold beiden.
Edith Marlow zat naast haar vader; ook zij hield
zich uiterlijk kalm; in de school der groote wereld
leert men zelfbeheersching. Het mooie, oogenschjjn-
lijk zoo koude gezicht verried niets van wat in haar
binnenste omging, maar Marlow, die haar hand in de
zijne hield alsof hij haar wilde beschermen, voelde
het krampachtig beven van de hand. Toen Raimar
achteruittrad, boog hij zich over zijne dochter heen.
»Kom, Edith, laat ons gaan!*
Vastberaden schudde zij het hoofd.
»Neen, ik blijf tot het eindeHaar vader zag, dat
hij hier machteloos was en schikte zich.
De beraadslaging der rechters duurde slechts korten
tijdtoen werd onder ademlooze stilte der toehoorders
de uitspraak bekend gemaaktErnst Raimar was vrij
gesproken De rechtbank nam aan, dat hij slechts als
verdediger van het publieke rechtsgevoel gehandeld
41
Ernst Raimar stond op de plaats die zoolang voor
hem gesloten gebleven was en sprak geboren re
denaar door elk woord, door elke beweging! In
zijn volle lengte, met fonkelende oogen stond hij daar
de vroeger zoo matte, doffe stem vulde thans met
vollen, doordringenden klank de geheele groote zaal
en als een storm bruiste zij voort en sleepte alles met
zich mede. De verdediging werd een aanklacht, elk
woord werd een wapen en slag op slag viel neder op
dien andere, die nooit naar de rechten en het levens
lot der menschen gevraagd had. Hij voelde thans
zelf wat het beteekent, nedergeworpen te worden.
En nu besloot Raimar zijn rede:
»Ik houd elk woord staande dat ik in mijn vlug
schrift heb uitgesprokenik heb niets terug te nemen,
niets te verzachten. Heksengoud is ’t, wat men u
vertoond heeft met zijn misleidenden glans! Hek
sengoud, dat degene in ’t verderf stort, die ’t zich
toeeigent, dat in zijne handen tot stof en asch wordt.
Ik heb ’t als waarschuwend woord luide in de wereld
uitgeroepen, alvorens het nogmaals duizenden ten ver-
derve wordt Ik heb gedaan wat recht en plicht mij
voorschreven en nu verwacht ik de uitspraak.®
Hij trad terug en eene geweldige beweging ging
dit nieuws met ontzetting, want men wist hoe
Napoleon niet rusten zou vóór hij weder den
keizerstroon beklommen had, en dat op de
Fransche troepen, die Napoleon nog altijd als
een halfgod vereerden, niet te rekenen viel.
En met reden. Binnen drie weken was hij in
Parijs terug en werd gevaarlijk voor den
vrede en de rust van Europa.
Ook onze Souvereine Vorst door zag het
gevaar en haastte zich de regeering over het
Vereenigd Koninkrijk te aanvaarden. Hij meen
de, dat deze verheffing kon strekken tot een
onderpand van de nauwe en broederlijke ver
bintenis tusschen hem en zijn onderdanen en
hun het ongestoorde genot van den vrede
kon verzekeren. Op 30 Maart hield hij zijn
luisterrijken intocht te Brussel.
Van alle zijden kwamen de bewijzen in, dat
men die verheffing met vreugde had gezien,
en niet het minst te Leeuwarden, waar de
proclamatie, waarbij het Koninkrijk der Ne
derlanden werd gevestigd, met veel plechtig
heid werd afgekondigd. Eerst had dit plaats
ten puie van het stadhuis, en daarna gingen
burgemeesters en de raadsleden, voorafgegaan
door muziek en gevolgd door de militaire
macht, de stad rond om op verschillende plei
nen de afkondiging te doen herhalen.
Willem I, steunende op de gevoelens van
verknochtheid en de bereidwilligheid om groote
offers te brengen, van provinciën en steden,
drong er bij de gemeentebesturen sterk op
aan maatregelen te nemen ter versterking van
het leger en ter weerbaarmaking van de schut
terij, want mogelijk zou ook deze laatste naar
de grenzen moeten gezonden worden. Voor de
militie moesten alle jongemannen van 1923
jaren zich laten inschrijven; dienstdoende
schutterijen zouden in de steden boven de 2500
inwoners worden opgericht, en uit personen
van 19 tot 51 jaren samengesteld zijn, rus
tende op ’t platteland, hoewel daar de pieke-
niers nog voorloopig zouden blijven bestaan.
Tevens werden vrijwilligers voor het leger
opgeroepen en hun een handgeld van f 40 be
loofd. Deze zouden in de voornaamste ste
den een afzonderlijke compagnie voetvolk uit
maken; in Friesland waren dit Leeuwarden,
Harlingen en Sneek.
Had de Koning gedacht, dat zulk een alge-
meene volkswapening naar het hart der Ne
derlanders zou zijn, hoe deerlijk vergiste hij
zichEr kwamen zich maar zeer weinig vrij-
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
die zich met 1 JULI a. s. op dit
blad abonneeren, ontvangen de
nog vóór dien tijd verschijnende
nummers gratis.
DE UITGEVERS.
bijdragen een fonds wilden verzamelen om
personen tot den krijgsdienst aan te moedi
gen en hun weduwen en weezen een onder
steuning te verzekeren als zij mochten komen
te sneuvelen. Zij besloten zich niet bij de
Amsterdamsche heeren aan te sluiten en zich
te noemen de Commissie in Friesland tot
aanmoediging van ’s lands militairen dienst.
Zij deed op ruime schaal circulaires versprei
den en riep de hulp van de 91 gemeentebe
sturen in. Uit alle kringen kwamen de gif
ten inschooljongens, dienstboden, werklieden,
allen offerden hun penningske, zoodat na
verloop van eenige maanden f 35000 bijeen
was. Daar toen, zeker wel verlokt door de
premie van f 40 en van het Amsterdamsche
fonds, velen dienst hadden genomen, besloot
de Commissie een gedeelte dezer som te be
stemmen tot ondersteuning van zijn minver
mogende jongelieden, die, als leden van de
Compagnie Vrijwillige Jagers (waarover later
meer) voor hun eigen uitrusting en onder
houd hadden te zorgen.
Later heeft zich een ruimer veld van ar
beidzaamheid voor de Commissie geopend,
toen na den veldslag van Waterloo, duizen
den gekwetsten te verzorgen waren. Niet al
leen zond zij toen een groote som maar riep
aller medewerking in om pluksel, compressen
enz. te maken. Moeders en kinderen hebben
zich toen om ’t zeerst beijverd. De scholen
werden voor het onderwijs gesloten en men
kwam daar bijeen om pluksel te maken. Te
Drachten, zoo meldt de heer Eekhoff in zijn
Friesland in 1815,« lieten eenige burger
vrouwen een ieder bij trommelslag uitnoodi-
gen om zich den volgenden morgen te 4 uur
met het noodige linnen naar de Hervormde
Kerk te begeven. Honderd vrouwen en veertig
kinderen waren daar tot 9 uur ’s avonds
werkzaam, en ook de volgende dagen, en ver
zonden spoedig daarop 116 pond pluksel,
140 pond compressen en 1712 el windsel naar
Leeuwarden. Dat Frieslands hoofdstad niet
achterbleef, spreekt vanzelf. Niet slechts werd
daar f 12000 gecollecteerd, maar van daar
ook duizenden ponden pluksel enz. naar ’s Gra-
venhage verzonden.
In Juli 1815 werd op aansporing van den
Minister van Binnenlandsche Zaken ook op
gericht een fonds voor verminkte krijgslieden
en voor weduwen en weezen van gesneuvel
den, een Rijksfonds dat het Friesche fonds
gekomen. Toen hielp geen afweren en geen terug
trekken meer, hij had de algemeene bewondering
moeten doorstaan, en thans, nu de opgewondenheid van
den strijd voorbij was, kwam natuurlijk ook de ont
spanning. Er lag echter niets van de vreugde der
overwinning in de gelaatstrekken van den man, die
zich daar in een stoel had laten neervallen en som
ber voor zich neêrkeek. De overwinning was wel is
waar bevochten, maar ten koste van het levens
geluk
Daar werd de deur van de voorkamer open gedaan
Ernst richtte zich op in de meening dat de ’er-
wacht wordenden terug keerden, maar hij hoorde een
vreemde stem.
»Wees zoo goed binnen te gaan 1 Mevrouw zal
wel spoedig komen, zij zou om vier uur terug zijn.®
Daarop werd de deur weer gesloten en eene dame
in pels en donkere zijden japon trad het salon bin
nen. Raimar was opgesprongen, hij herkende Edith
Marlow.
Ook zij zag hem bij ’t binnenkomen en week snel
achteruit, om vervolgens als vastgenageld staan te
blijven. Ernst boog zwijgend; hij had die vluchtende
beweging opgemerkt en dit benam hem den moed
tot aanspreken. Gedurende eenige oogenblikken
heerschte eene diepe stilte.
»Ik wilde Wilma een bezoek brengen,® begon de
jonge dame eindelijk. »Ik kon niet vermoeden
»Dat ik hier zou zijnvulde Ernst aan, toen zij
steken bleef. »Ik ben onschuldig aan deze ontmoeting,
juffrouwik wacht op mijn vriend, majoor Hart
mut.®
Wordt vervolgd.
willigers aanmelden. Zelfs de Commissie, die
zich te Amsterdam gevormd had om een fonds
op te richten tot aanmoediging en ondersteu
ning van den gewapenden dienst in de Ne
derlanden met sub-commissies in de andere
steden, mocht zich voorshands niet in sym
pathie die zich ook financieel uitte, verheugen.
En hoe was het in Friesland Ook hier was
eerst lauwheid. Wel bood de heer Westen
berg, die Harsta-State te Hoogebeintum be
woonde, lid der Staten en It.-kolonel bij den
landstorm was, aan, een compagnie vrijwilli
ge cavalerie te formeeren, die hij zelf wilde I
aanvoeren, maar de Regeering bedankte voor
zijn aanbod, omdat men meende, dat een nieu
we werving niet slagen zou, waar de heer
van Sytzama voor een jaar zulk een com
pagnie te Leeuwarden had opgericht. Ook
de heer T. Tjallingii te Harlingen bood zich
aan om als It.-kolonel bij het eerste bataillon
schutterij, dat naar de grenzen zou moeten,
geplaatst te worden.
Gelukkig kwam er spoedig meer actie, ge
deeltelijk zeker door een oproep van een
Vrije Vries* in de Leeuwarder Courant,
van 10 April, die de Nederlanders *in ’t alge
meen, maar de Friezen in ’t bijzonder aan
spoorde, ter verdediging van het Vaderland
<ie wapenen op te vatten.
Maar ook van andere zijde kwam hulp. De
Commandant van de schutterij te Leeuwarden
toch, Suffridus Salver da, deed zijn manschap
pen op 11 April op ’t Tournooiveld aantreden
en wekte hen dringend op, zoo noodig,
naar de grenzen op te trekken. De Koning,
hiervan spoedig verwittigd, deed door middel
van den Secretaris van Staat voor de Bin
nenlandsche Zaken de schutterij vriendelijk
voor haar onvoorwaardelijk aanbod bedanken
en wees Nijmegen aan, waarheen men, zoo de
gevaren ’t eischten, moest optrekken. Er is van
een optrekken naar Nijmegen echter niets
gekomen, omdat Napoleon vrij spoedig daarop
bij Waterloo verslagen werd. Wel bleven de
schutterijen, die zich voor den velddienst aan
geboden hadden, nog mobiel en werd 200 man
der Leeuwarder schutterij aangewezen om
desvereischt naar de vesting Grave op te
trekken, maar later trok de Koning zijn be
sluit tot mobilisatie in.
Op 12 April kwamen te Leeuwarden onder
voorzitterschap van Burgemeester Buma een
tiental heeren te zamen, die uit vrijwillige
’t Was den dag na de terechtzitting, in de namid
daguren, dat Ernst Raimar het hotel binnentrad waar
mevrouw van Maiendorf logeerde. Hij had afspraak
met zijn vriend gemaakt, dien hij hier zou afhalen
en had zich een half uur vroeger vrij kunnen maken.
De portier deelde hem mede, dat mijnheer de majoor
met mevrouw en de kleine was uitgereden, maar een
kaartje met eenige woorden voor mijnheer Raimar
had achtergelaten. Arnold verzocht hem daarin, te
wachten, voor ’t geval hij soms wat vroeger mocht
komen; hij zelf zou op den afgesproken tijd weer
aan ’t hotel zijn.
Wilma, die van plan was eenige weken te blijven,
bewoonde op de eerste verdieping een drietal ver
trekken, een allerliefste salon met aangrenzende
slaapkamer en een kleine voorkamer, die tamelijk
afgescheiden lagen van de overige logeerkamers en het
gezellige van een eigen woning aanboden. Daar men
Raimar kende, geleidde men hem dadelijk naar het
salon, en hemzelf was een kort alleenzijn zeer ge-
wenscht, daar hij werkelijk behoefte had aan wat rust.
Sedert gistermiddag was hij bijna niet op adem
--
COURANT.
t*