MEIIW8- EJ IHÏEIITEMIEBLAI)
SêB trotsch Meisje.
Wil SIER ES MSTREEES.
Kermis-poëzie.
5.
55e Jaargang.
Zaterdag 18 Augustus 1900.
Ito. 66.
Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’tTramstation Sneek.
FEUILLETON.
E.
Bij dit no. behoort een Bijvoegsel.
Of:
veeleischend zijn de twee nette, jolige
Zij vervolgen:
baarheid.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f 0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
Meer
dames
die voor de Kermisdagen,
twee chique heeren vragen.
dus heeren zeer galant,
die wilt betalen a contant,
Zendt brieven van uw eigen hand.
Wij bennen met ons zessen,
Wij houden niet van kletsen,
Maar met de kermispret,
Vragen wij zes jongeheeren, lief en net.
1 Y)
h
Novelle van EMMA MERK.
Aan de vrijwillige brandweer, het troetel
kind van elk rechtgeaard Rotterdammer is
de volgende advertentie ontleend
Twee spuitheeren, zoeken twee vrouwelijke
pijpleiders, die genegen zijn om den kermis-
brand te helpen blusschen. Dus pijpleidsters
lief en net, de tapsche schroef er op gezet,
en nauwelijks is men ’t gevaar bewust, of ’t is
Wij zijn drie dames, twee blonden en een zwarte,
Die wenschen te veroveren drie heerenharten,
Om gedurende den kermistijd
Flink te hossen wijd en zijd.
kermis alleen. Dus heeren, die van vrouwen
houwen, moeten niet langer mouwen, maar op
het no. 2581 houwen.
Is dit geen poëzie, die doet watertanden
Of: Jo, Emma, Anna en Leen, komen voor de
kermisdagen, vier nette heeren vragen. Hee
ren die hier op reflecteeren, zenden brieven
met portret, anders wordt er niet op gelet.
Ook dit poëtisch product is niet kwaad
vige, rondborstige meisjes, die maar terstond
hun wensch kenbaar moeten maken.
En nu komt een zestal meiskens om den
hoek kijken: «Vriendschap is het zout
levens en daarom vragen zij even zooveel
heeren om de kermis te passeeren en bij
wederzijdsch goedvinden de kennismaking te
continueeren.” Als dat bij allen maar goed
uitvalt
Een drietal heeren vraagt drie nette dames
met kragen om elkaar eens duchtig te plagen.
En:
Zij schijnen fijn en net,
Hun beurzen goed gespekt.
En wenschen voor den kermistijd
Ieder een lieve, leuke meid.
11
Olga hield hare brandende donkere oogen met eene
smeekende uitdrukking op hem gevestigd. Nu liet zij
teleurgesteld het hoofd hangen.
>0, uw gezicht zegt al genoeg,* zuchtte zij. »U vindt
mijn aanzoek erg driest. U schrikt van die vraag
Natuurlijk, men stelt geen vertrouwen in een meisje
als ik, met een gebrekkige kostschool-opvoeding. Maar
ik kan u verzekeren, dat ik toch niet zoo geheel on
wetend ben. Ik spreek en schrijf het fransch, en-
gelsch en italiaansch vrij correct en vlug. Ik heb
ook stenografeeren geleerd. En in het boekhouden
zou ik misschien les kunnen nemen. Maar ik merk
wel dat u reeds vooruit niet aan mijne volharding, aan
mijn ernst gelooft!*
«Waarde juffrouw, ik heb hoegenaamd het recht
niet aan uw goeden wil en uwe capaciteiten te twijfe
len. Ik ben eenvoudig totaal verbluft. Ik kan mij
hoegenaamd maar niet begrijpen, hoe gij op dit idéé
komt? Ik herinner mij, dat gij den eersten dag, toen ik
het genoegen had met u kennis te maken, zeer gede
cideerd beweerdet, dat een eenvoudig bestaan u vol
strekt niet kon bekoren, had millioenen noodig
om tevreden te zijn. Maar, ziet gijzich in eene huis
houding voor zijn man een beetje te moeten bekrim
pen, met een enkele dienstmeid, wat u zoo verschrik-
Wel eigenaardig is het drietal heeren, dat
op kosten der dames de kermis genoegelijk
wil doorbrengen, maar ook des noods wel
genegen is, de stad uit te gaan. Echte ker
misklanten
Nu nog wat moppiger advertenties:
Nog voorhanden een net jongheer, die geld mankeer,
En erg geschochter, vraagt een 20-jarige dochter,
Met spoed zeg ik dag, afspraak op Zondag,
Dus dames lief en net, zendt brieven met portret.
En daar duikelt zoowaar de Chinees ook weer
opDrie lollige Chineezen, met lange staarten,
Li, Hung en Chang, die afschuw hebben van
de gruwelen, welke in hun land plaats hebben,
zijn naar Europa gekomen om nu eens goed
kennis te maken met de Westersche bescha
ving. Zij zouden gaarne met drie jonge dames
(geen Chineesche of Engelsche) de kermis te
Rotterdam meemaken. Als zij dan weer in
hun land teruggekomen zijn, kunnen zij hoog
gebluscht.
Specifiek Rotterdamsch is zeker de volgende
advertentie Nathan en Kees, twee lollige broe-
kies uit het Oosten, gezuiverd van gas, aschbelt
en abattoir-odeur, vragen twee, zoo ’t niet an
ders kan, zedige, schoone nimfen, klein van
stuk, voor de kermisavonden. Liefst aljemaageej
en voorzien van schrappers.
En ook deze: Twee werkstakers, jong en
gesjochte, voor hun Zondagsrust hebbende
gevochten, maar door het kapitaal ter neer
geslagen, wenschen met de kermisdagen in ’t
bezit van twee flinke meisjes te geraken. De
meisjes, die hier gehoor aan geven, behoeven
er niet voor te beven, dat wij ransel krijgen
op ons leverij, daar wij ons met de staking
niet ophielden met onder kruiperij. Dus meis
jes, geeft hieraan gehoor, mits ge geen doch
ter zijt van een cargadoor.
Heel vreemd deze: Een net jongmensch van
20 jaren, wenschte met de kermis in kennis te
des' komen met een dergelijk persoon, om na ken
nismaking zich als vrienden te engageeren,
Misschien zijn het wel:
Twee Kralingsche heerenboeren
Die op twee lieve dames loeren,
Wenschen gedurende de kermispret
Zich te vermaken gepast en net.
Dus dames goed opgelet,
Wij zij in groot tenu met hooge zijden pet.
Heel geestig zijn de kantoorheertjes met
hun motto»Of hadt je niet gekeken.” Twee
ongemeen royale pennelikkers van 3X7 jaren
prefereeren twee aardige, lieve, mollige stik-
sters, met een mooie dos haren, om de a. s.
feesten te verjaren!
Vief Gröniger wigter vroagen vief Gröni-
ger jongens om de Rötterdamsche markt zoo
plezairig mögelk deur te bring’n. Dus jon
gens, bring joen braiven onder nömmer
Maar ook Hans Michiels hebben we te Rot
terdam plentyOh das Bummeln, das ist so
schönEen klein Mofje zoekt eine ganze kleine
Frau, voor de Kermis.
Tot slot nog een oogenblik attentie voor deze
krachtpatser:
Hoera
Japie van alle jaren. De ondergeteekende
blijft gedurende de kermis voortgaan met het
uitloven van i 100 aan diengene, die hem over
wint in ’t boksen en worstelen. Jaap C., Kam-
pioen-Bokser en -Worstelaar van Europa.
Daar kunnen wij ’t mee doen.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
kelijk toescheen zie, dat’s toch nog veel, veel gemak-
keljjker als een beroep, als de moeielijke plichten
eener betrekking.*
hebt dus woordelijk geloofd, wat ik er zoo maar
uitflapte! Maar U had dunkt mij toch wel kunnen
begrijpen, dat ik alleen déarom zulke dwaasheden
vertelde omdat ik niet wil dat ieder der heeren
meent, dat ’t mij er om te doen was met hem te trou
wen! Alleen omdat het mij zoo verontwaardigd maakt,
mij zoozeer tot wild verzet prikkelt, als de meisjes
zooveel werk maken om een manals zij ’t als eene
genade beschouwen, dat ten slotte iemand tot haar
af daalt om zich met de zorg voor haar bestaan te be
lasten. Ik begeer geen genade, van niemand
Haar mooie oogen fonkelden van hartstochtelijke
opgewondenheid en een zacht rood kleurde hare
wangen. Zij was allerbekoorlijkst in haar opstui-
venden trots.
»Ik ben trotsch! Ja! Maar ik ben alleen maar véél,
véél te trotsch, deemoedig om liefde te bedelenom
door coquet comediespel een vrijer te veroverenom
nederig af te wachten dat hij mij nemen zal! Maar ik
ben niet te trotsch om te werken! 0, geloof mij toch!
Ik verlang immers niets als zelfstandigheid, hoe een
voudig dan ook Niets, als de vrijheid, er een eigen
wil te mogen op nahouden I Mij niet te moeten laten
dwingen tot onwaarheid, tot verraad jegens mij-zelf!
Ik wil mij immers slechts losmaken van dit afhan
kelijk meisjes-leven, dat voor mij iets zoo vernederends
heeftvan die jacht naar een man, welke mij onge
lukkig, boos, wrevelig maakt.*
Tranen glinsterden in hare trotsche oogen. Zij
sprak op een toon van innige gemoedsaandoening,
waarin zij met overtuigende waarheid haar diepste
gewaarwordingen, haar met fierheid gedragen leed
Vier dames fijn en net
Vragen vier heeren voor de kermispret.
Zij moeten zijn chic en lang
En vooral niet bang
Om hun beurzen goed te spekken,
Want-wij zijn vier lekkerbekken.
Twee er van kunnen spoedig voorzien zijn
als zij schrijven op de advertentie van twee
heertjes, die bij vergissing als motto plaats
ten: Kermis 19000.
verried.
Römer voelde warme deelneming met het mooie,
zoo moedig voor haar vrijheid strijdende schepseltje,
’t Had hem pijnlijk getroffen, toen hij den vorigen dag
mee had moeten aanhooren, hoe Koppel pochte op
zijn succès en de vrienden hem feliciteerden met zijne
verloving. Zou dat Knappe meisje, bij wie hjj een
gedecideerd karakter vermoedde, zich met dien kin-
derachtigen, verlepten man tevreden stellen Zouden
haar fiere lippen zich neerbuigen tot dat gerimpeld
gezicht voor den verlovingskus, enkel om maar verzorgd
te wezen. Römer was een stille opmerker, die het
doen en laten zijner omgeving meestal met een
goedhartig lachje beschouwde, ’t Was hem niet ont
gaan met welk een vurigen ijver mevrouw Werhol-
zer haar dochter aan den man trachtte te brengen. Hij
wist wel is waar niet, waarom de innemende vrien
delijkheid, welke de dame hem op het eerste oogen
blik reeds bewees, zoo spoedig verdwenen was; dat
zij zich later tot Koppel gewend had, was voor ieder
duidelijk. En daardoor begreep hjj dan ook veel van
wat de bevende lippen van ’t meisje verzwegen; het
beviel hem, dat zij besloten scheen zich tegen deze
gedwongene, door allerlei middelen tot stand gebrachte
verloving met Koppel, krachtig te verzetten.
»Wat ik doen kan om u te helpen, waarde juffrouw,
zal ik doen,* zeide hij en drukte haar de hand ter
bevestiging zijner belofte. «Maar gij moet 't u vooraf
duidelijk voorstellen, wat u wacht en wat gij prijsgeeft.
Galanterie, hoffelijke ridderlijkheid komt niet voor in
eene handelszaak daar komt ’t slechts op werken, op
ernstige plichtsbetrachting, op strenge toewijding van
iedereen aan. ’t Is goed dat gij in de talen bedreven
zijt en kunt stenografeeren. De koopmansstijl van
de correspondentie zult gij moeten leeren. Ik plaats
Er zijn er, die beweren, dat de kermis uit
den tijd is. Vergelijk de Haarlemsche en
Rötterdamsche kermissen om bij deze «be
roemde” te blijven, eens met wat ze vroeger
waren! Daar hadt je die goede Blanus met
een stuk of zes rossinanten en nu draait
alles, onder schitterend wit, electrisch licht op
nagemaakte paarden rond. En toen hadden
wij nog een beer op straat, en een jolig aapje,
dat potsierlijk uitgedost plots in de dakgoot
zat, en de straatkunstenaars, om van de arties
ten, ook blaaspoepen genaamd, nog niet eens
te spreken. «Auch das Schone muss sterben”
hebben zij zeker uitgeroepen, toen zij van de
straat geweerd werden. En in dien goeden,
ouden tijd kon men nog voor een prikje aan
een staanplaats komen. Nu hebben die leelij-
ke gemeentebesturen, wakende voor de stede
lijke kas, ook daar een eind aan gemaakt
de verpachting begon en bracht de eerste
jaren heel wat money binnen. Maar, daar
gaan me nu, zoo waar, die goocheme carous-
selhouders enz. zich vereenigen en worden
de gezichten van de edelachtbaren, bij de min
dere opbrengst der verpachting, heel wat
langer.
Zijn de kermissen langzamerhand zeer be
snoeid, de joligheid is gebleven. Telken jare
geven althans, om bij Rotterdam te blijven,
de kranten een massa kermispoëzie ten beste.
Het is nog een oude gewoonte, dat dan een
jongen een meisje vraagt om die dagen genoe
gelijk door te brengen maar in onzen fe-
ministischen tijd dringen zich de vrouwen ook
op dit gebied naar voren en vragen, goed
gespekt van beurs of niet hun kermisvrijer.
Misschien, dat de Sneeker schoonen en ook
wel de jonkmans in dezen wat kunnen lee
ren, en daarom wenschen wij wat van die
voortbrengselen van een dichterlijken geest
aan de vergetelheid te ontrukken.
Vooreerst zij opgemerkt, dat ook hier weêr
geldt: »de mensch is een gezellig dier.” Want,
het komt maar zelden voor, dat een eenloo-
pend jongeling een dulcinea zoekt. Meestal
is het een gezellig clubje, dat eens uit wil
gaan. Zoo dit viertal gratiënVier lieve, jonge
vrouwtjes, met korte mouwtjes, zijn op de
u voorloopig op mijn kantoor en dicteer u de brieven
welke gij zult moeten schrijven. Allengs zullen er
dan ook andere werkzaamheden voor u gevonden
worden.*
»O, mynheer Römer,* zeide zij met warme dank-
Ik weet wel dat uw aanbod heden nog
een offer is, eene aandoening van goedhartigheid.
Maar u zal zien dat ’t aan geen onwaardige besteed
wordt. Ik wil leeren, ik wil werkenDat’s toch de
hoofdzaak. En u kan bij u-zelf zeggen, dat u heden
een menschenkind voor wanhoop bewaard hebt! U
kan niet vermoeden, hoe sterk gedurende den laatsten
nacht de gedachte aan zelfmoord bij mij opkwam. Maar
ik wil toch heel graag blijven leven, als ’t maar op
fatsoenlijke wijze k«n 1*
Lachende gaf hij haar nogmaals de hand.
»Gij zijt een wonderlijk schepsel, juffrouw Olga 1
Maar ik geloof, mij thans menige tegenstrijdigheid in uw
wezen te kunnen verklaren.*
Mevrouw Rudhart was juist aangekomen en wierp
een onderzoekenden blik op het paar, dat met zichtbaar
opgewonden gezichten den eenzamen boschweg langs
liep.
>Ei zoo, mijnheer Römer,* fluisterde zij later haar
vriend toe, hem coquet met den vinger dreigende,
»’t schijnt mij toe dat gij bezig zijt een jong meisje het
hoofd op hol te maken. Mejuffrouw Olga zette zoo’n
triomfeerend gezicht, alsof gij haar zoo pas de vurigste
liefdesverklaring gedaan hadt.*
«Mejuffrouw Olga is eene zeldzame jonge dame, die
van liefde hoegenaamd niets weten wil,* antwoordde hij
goed geluimd.
Mevrouw Rudhart begon spottend te lachen en trok
de schouders op.
Wordt vervolgd.
opgeven van deze beschaving, wat geen kwade
gevolgen zal hebben, daar zij in hun land
enormen invloed hebben. Lief hebsters van
thee gaan voor
Twee neefjes uit die Transvaalg ekom, vraag
voor die Hollandsche kermis twee noois, waar
mee hullie kan lekker vrij.
Een andere advertentie is ook niet kwaad
Twee eerste klas chappies, vragen twee lieve
safety’s om gedurende den kermistijd haar te
rijden wijd en zijd. Dus dames van stavast,
die verlangen een kermiskwast, schenkt dus
vooral uw attentie, op ’t nummer dezer adver
tentie. Op brieven met een lief portret, wordt
heel natuurlijk ’t meest gelet.
En heel oolijk deze: Om jolig mee kermis
te vieren, zoeken twee jonge vroolijke man
nen, langs dezen weg, twee onvermoeide, ste-