t>
NIEUWS- BK 1DÏBBTEKT1EBU»
Zij
Zonder verleden.
mu »EÏ ES ÜIISTIMEJ.
4. D. W. W<B&fSt&s.
Woensdag 12 September 1900.
55e Jaargang.
L
BEKENDMAKING.
AFKONDIGING.
XTo. 73.
Uitgevers: POUWELS FALKENA, tegenover’tTramstation Sneek.
Officieele Advsrtentien.
FEUILLETON.
4
4
Secretaris.
de jonge
Novelle van Clara von Dinoklage.
de uniform
tij een geweldigen strijd met de om hun leven kam-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Sneek brengen ter openbare kennis, dat tot Voozitters
en leden der volgende raadseommissiën zijn benoemd
1. tot leden der Commissie voor Strafverordeningen,
waarvan de Burgemeester Voorzitter is (Art. 166 der
gemeentewet) de heeren: J. Gorter, Mr. C. C.Paehlig
en II. F. Pijttersen;
2. Commissie voor de GemeentereinigingVoor
zitter, de Wethouder P. Fennema, Leden: deheeren
J. Gorter, Dr. T. F. Risselada en J. J. Beekhuis;
3. Commissie voor openbare WerkenVoorzitter, de
heer H. F. Pijttersen, Leden: de heeren R. S. H. Vis
ser en M. ten Cate
4. Commissie voor Straten en Wallen: Voorzitter,
de Wethouder P. Fennema, Ledende heeren Th. Camp-
huis, A. Veen Ez. en Mr. C. C. Paehlig
5. Commissie voor Gemeente-eigendommenVoor
zitter, de Wethouder H. Jz. Kingrna, Leden de heeren
D. Gorter, Dr. T. F. Risselada en T. L. Dokkum.
Sneek den 8 September 1900.
Burgemeester en Wethouders voornoem d,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
De Burgemeester en Wethouders van Sneek, doen te
weten
1’. dat door den Raad dier gemeente in zijne ver
gadering van den 5 Mei 1900 is vastgesteld navolgend
besluit
De Raad der Gemeente Sneek,
Gelet op de artikelen 46 en 48 der Wet tot regeling
van het Lager Onderwijs en de artikelen 232 en 238
der Gemeentewet;
Besluit
Vast te stellen de volgende Verordening
ooo
De heer Frederik Rompel, die in het «Han-
delsblad» reeds verscheidene portretten van
de hoofdfiguren in den heldenstrijd der Boe
ren heeft geschetst, behandelde dezer dagen
den heer A. Danie W. Wolmarans, lid van den
Uitvoerenden Raad der Z. Afrik. Republiek en
nu sedert maanden lid van het Boeren-drie-
manschap, (Fischer, Wessels en Wolmarans,)
dat de beschaafde volken van Europa en Ame
rika voor de eerlijke zaak der Boeren-repu-
blieken tracht te winnen. Ieder heeft zeker
wel de portretten der drie afgevaardigden ge
zien en weet uit beschrijvingen daaromtrent,
dat Fischer, het hoofd der zending, betrekke
lijk klein is, maar Wessels en Wolmarans groo-
te, kloeke gestalten zijn. Wij ontleenen aan
de bovengenoemde karakterschets van den heer
Wolmarans het volgende
Na president Kruger zeker de flinkste figuur
in de Transvaalsche politieke wereld. Een
man met een beslisten wil, een zeldzaam hel-
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
3
De als Mabel toegesproken jonge dame vertoonde
zich al spoedig in de omlijsting der deur. Zij kon
omstreeks zestien jaar zijn, maai haar tengere gestal
te in een wit kleedje deed haar bijna nog jonger
schijnen. Het meisje had al de bekoorlijkheid van
een jonge bloem, welke vooral de engelsche meisjes
zoo bijzonder eigen is en zoo lang bewaren. Zij mo
gen zich langer wijden aan ideale bezigheden als
bijv, de duitsche meisjes, die, om zich tot goede
huisvrouwen te vormen, reeds vroeg met het proza van
’t leven vertrouwd gemaakt worden.
Met haar drong een ademtocht van licht en leven
in het door de schaduw des doods verkilde vertrek;
zóó althans kwam ’t den jongen man voor, toen hare
zachtbruine oogen een poosje vragend op hem rustten.
Vervolgens sloeg zij hare blikken op den gebogen
graaf en op eens begreep zij de staat van zaken. Ma-
bel vloog naar den gebogen grijsaard toe, sloeg beide
armen om zijn hals en drukte haar goudblond kopje
tegen het grijze hoofd van den ouden heer.
Luitenant van Endtz ging opstaan en maakte eene
kleine buiging, zonder echter zijn reeds weder voort
gezet verhaal af te breken.
«De zee had haar offer geëischt, maar nu begon
een verzuim willen herstellen, door mij aan de jonge
dame, zeker de gravin uwe dochter, te laten voorstel
len.*
«Miss Palmrose,zei de gravin, «is een nicht van mijn
echtgenoot, die slechts gedurende eenigen tijd bij ons
logeert.Haar woonplaats is het slot Meycastel in
Surray, Engeland. Haar moeder heeft eene mij totaal
onbegrijpelijke voorliefde voor Helfenstein bewaard en
wenscht die ook op hare dochter over te brengen.*
«Wellicht*, voegde zij er op zachteren toon bij, «ver
andert haar taktiek met den dood van mijn zoon.*
«En nu,« zei de vreemdeling, afscheid nemende van
de dames, «nu zou ik mijnheer den graaf nog wel een
kort onderhoud onder vier oogen willen verzoeken,
’t Is geen onderwerp van algemeen belang.*
Bianka wierp een doordringenden blik op den spre
ker hij stond dien onbeschroomd door en wachtte in
kalme houding tot de dames, door Umberto non-chalant
gevolgd, het salon hadden verlaten.
Toen het drietal uit het gezicht verdwenen was, sloot
van Endtz de glazendeur. «Heer graaf,* begon hij, «hoe
pijnlijk ’t mij ook zij, op mijne voorafgegane mededee-
lingen eene materieele aangelegenheid te moeten laten
volgen, zoo dwingt de noodzakelijkheid er mij toch toe.
U zal deze beide door uw zoon onderteekende schuld
bekentenissen zeker respecteeren.* Terwijl hij dit
zei haalde hij de papieren uit een goed gesloten brie-
ventasch en lei ze voor den verrasten graaf neder.
«Hoe is dat mogelijk*, riep Fahrbach erg opgewonden
uit. «Ik heb mijn zoon niet alleen volgens zijn stand,
neen, zelfs rijkelyk van geldmiddelen voorzien. Waar
om wendde hij zich niet tot zijn vader, als hij te kort
kwam
Wordt vervolgd.
Maart en op den eersten September en voor school no.
2 op den eersten dag van elke maand.
Art. 2. De invordering heeft plaats door of van
wege den Gemeente-Ontvanger, op of zoodra mogelijk
na den verschijndag, tegen afgifte van quitantie.
Ten einde hiertoe in staat te zijn, ontvangt hij van
Burgemeester en Wethouders de Staten der School
gaande kinderen.
Art. 3. Voor leerlingen, tusschentijds van elders
inkomende, is het schoolgeld over het loopende half
jaar of de loopende maand verschuldigd.
Art. 4 Teruggaaf van schoolgeld heeft niet plaats.
In buitengewone gevallen, door den Gemeenteraad te
beoordeelen, kan door dat College van deze bepaling
worden afgeweken.
Art. 5. Bij weigering of nalatigheid om het school
geld te betalen, zal de invordering geschieden over
eenkomstig de bepalingen van artt. 258262 der ge
meentewet.
Art. 6 Deze verordening treedt tegelijk met die
op de heffing in werking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek bij zijn besluit van
den 5 Mei 1900 no. 15.
ALMA, Voorzitter.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 11 September 1900.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN,
pende menschen. Een strijd, waarbij zij helaas ook
nog maar al te vaak overwinnaar bleef.
Ofschoon de «Koning Wilhelm* niet zonder groote
schade aan deze botsing ontkomen was, zoodat het
voorste gedeelte vol water liep, hield toch de sterke
ijzeren dwarswand het verder binnendringen van het
water tegen. Het schip zonk van voren wel wat
dieper, maar verkeerde toch niet in onmiddellijk ge
vaar.
Maar in elk geval was de positie van den «Koning
Wilhelm,*waarvan mende schade toen nog niet pre
cies kende, dreigend genoeg, om het dubbel te waar-
deeren, dat zijn kommandant, kapitein ter zee Kühne,
eigen gevaar niet achtende, alles deed om den «Groe
ten Keurvorst* hulp te brengen.
«Koning Wilhelm* zette in den korten tijd van
vijftien minuten, welke tusschen de botsing en het
zinken kunnen verloopen zijn, tien booten uit. Tege
lijkertijd volgde het ’t verongelukte schip. Het bleef
in zijne onmiddellijke nabijheid en liep, nadat het ge
zonken was, tusschen de met den dood worstelende
bemanning. Alle voor het zwemmen geschikte voor
werpen werden overboord geworpen, touwen langs
de zijden gehangen en zoovoort.
Honderd veertig menschenlevens zijn op die ma
nier gered geworden. En onder dezen ook de kapi
tein ter zee graaf van Monts, die als laatste man
zijn schip verliet.*
«En ook gij vondt daar uwe redding?* vroeg gra
vin Bianka.
«Mevrouw de gravin, wij waren niet zoo gelukkig
in zijne nabijheid te zijn en wendden ons naar de
talrijke engelsche visschersschuiten, die zich in de
nabijheid van de plek van ’t ongeluk bevonden en
oogenblikkelijk te hulp snelden.*
deren blik in moeilijke vraagstukken, een eer-
biedafdwingend gezond verstand, een aange
boren redenaarstalent, een ieder beheerschend
overwicht en groote diplomatieke gaven. De
wakkerste en welsprekendste verdediger der
Hollanders in Z. Afrika, waar dezen moch
ten worden aangevallen, de rechterhand van
Oom Paul, en de eenige, die Slim Piet (Jou
bert) in het debatteeren de baas was.
A. D. W. Wolmarans is in de wandeling
bekend als A. D. W. of Danie. Er is maar
één Danie, en dat is Danie Wolmarans. Als
men over Danie spreekt, weet ieder dat men
geen ander bedoelt dan het lid van den Uit
voerenden Raad, hoewel hij dezen voornaam
met duizenden in den lande en met tal van
staatkundige personen gemeen heeft.
Als lid van onze wetgeving was Danie’s in
vloed zoo groot, dat het eene zeldzaamheid
was, wanneer zijn voorstellen niet werden
aangenomen. Geen commisie werd gekozen
waarin Danie geen zitting kreeg en waarvan
hij niet de ziel en de voorzitter werd. Zijn
redevoeringen werden door alle leden met
aandacht gevolgd en oefenden steeds invloed
op den verderen loop van het debat. Zijn
geluid is niet mooi, doch sterk, en al is de
bouw zijner zinnen ni,et onberispelijk, zijn taal
is pittig, krachtig en zijn zegging pakkend,
vol gloed en overtuiging. Hij kan vaak vlij
mend scherp zijn. Een repliek heeft hij steeds
gereed en hij weet in het laatste stadium der
discusssie zijn voorstel zoo handig toe te lich
ten dat hij van zijn tegenpartij, die zich reeds
zeker waant van de overwinning, altijd nog
enkele getrouwen afvallig maakt.
Ik heb hem dr. Coster, toen deze nog staats-
procureur was, zóó in het nauw hooren bren
gen, dat deze moest erkennen dat zijn advies
onjuist was geweest.
In alle belangrijke quaesties heeft presi
dent Kruge’r in Danie Wolmarans een krach
tige hulp gevonden. Zoolang hij lid was van
den Eersten Volksraad leden alle pogingen
om de Z. A. S. M. te naasten voor dat de re-
geering in staat was de exploitatie over te
nemen, schipbreuk, evenals alle memories om
de dynamietconcessie te cancelleeren, zonder
dat er contractbreuk bewezen kon worden,
ter zijde werden gelegd. A. D. W. W. wilde
vooruitgang, doch niet hals over kop, gelei
delijk. Eerst het pad effenen voor men ver
der gaat, is zijn motto.
die zich met 1 OCTOBER a. s.
op dit blad abonneeren, ontvan
gen de nog vóór dien tijd ver
schijnende nummers gratis.
DE UITGEVERS.
«Waarom,* wrokte graaf Fahrbach, «nam dan geen
van hen mijn zoon op?«
«Mijnheer uw zoon,« antwoordde van Endtz op
deelnemenden toon, «was geen geoefend zwemmer;
al spoedig begaven hem de krachten. Ik beproefde
hem een eind mee voort te slepen, maar ook ik
raakte buiten kennis. Bewusteloos werd ik door een
der schuiten opgevischt. In mijn dichtgeknepen hand
bevond zich nog dit stukje laken van de uniform
van mijn kameraad.*
De officier haalde uit den zak van zijn jas een uitge
rafelde lap blauw laken, welke hij voor den graaf neer-
lei.
«God gracios*, trilde ’t van de lippen van het jonge
meisje. «Dat ’s dus de heele nalatenschap van den
armen Antonio.*
«Gij vergist u, juffrouw. Wie zooals graaf Fahrbach
bij ’t vervullen van zijn plicht den echten zeemansdood
vindt, die laat een naam achter waar zijne achterge
blevenen trots op mogen zijn. Ik zou bijna wenschen
denzelfden heldendood te hebben gevonden.*
Er volgde een korte pauze, die door Umberto werd
afgebroken.
«Hoeveel menschenlevens zijn ondanks de aangewen
de pogingen tot redding wel verloren gegaan vroeg
de jongeling. «Het derde schip, dat ongedeerd was,
zal toch zeker ook het zijne tot redding hebben bijge
dragen
«Merkwaardig genoeg hebben slechts twee menschen
levens aan de «Pruisen* hun behoud te dankenhet
verlies hoorde ik op tweehonderd zeventig berekenen.*
Men noodigde den gast tot een langer verblijf uit,
maar hij sloeg dit in dank af. «Zooals gij mij hier ziet,
kom ik direct uit Engeland; mijn eigen aangelegenhe
den dringen mij tot spoed. Toch zou ik nog graag
A. VERORDENING op de Heffing van
SCHOOLGELDEN op de Openbare
Lagere Scholen in de Gemeente
Sneek.
Art. 1 Te beginnen met den Isten Januari 1901
wordt in deze Gemeente, ter tegemoetkoming in de
kosten van het Openbaar Lager Onderwijs, welke voor
rekening der Gemeente blijven, voor ieder schoolgaand
kind een Schoolgeld geheven, met uitzondering van
bedeelden, en van hen die, schoon niet bedeeld, onver
mogend zijn.
Art. 2. Het schoolgeld bedraagt
Voor school no 1
In de vier eerste klassen voor één leerling f 12.
per jaar.
Voor twee leerlingen uit hetzelfde gezin ieder f10.
per jaar.
Voor drie of meer leerlingen uit hetzelfde gezin ieder
f 8.per jaar.
In de 5de en 6de klasse voor één leerling f 20.
per jaar.
Voor twee leerlingen uit hetzelfde gezin ieder f 16.
per jaar.
Voor drie of meer leerlingen uit hetzelfde gezin ieder
f 12.— per jaar.
In de 7de en 8ste klasse voor één leerling f 30.
per jaar.
Voor twee leerlingen uit hetzelfde gezin ieder f 24.
per jaar.
Voor drie of meer leerlingen uit hetzelfde gezin ieder
f 20.per jaar.
Voor school no. 2, in de drie eerste klassen per maand
voor ieder leerling f 0.20. In de overige klassen per
maand voor ieder leerling f 0.25.
Op school no. 1, in klassen 5 tot 8, kunnen kinderen
van min- en onvermogenden, die de scholen 2 of 3
in haar geheel doorloopen hebben, na voldoend afgelegd
examen, kosteloos toegelaten worden.
Art. 3. Het schoolgeld is verschuldigd door de
ouders, voogden of verzorgers der kinderen.
Art. 4. Behalvede schoolgelden,in de vorige artikelen
bepaald, zal voor schoolbehoeften, vuur, licht of onder
welke benamingook, niets in rekening worden gebracht.
Onder schoolbehoeften zijn niet begrepen atlassen en
woordenboeken, waarin de leerlingen moeten voorzien.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek bij zijn besluit van den
5 Mei 1900 no. 15.
ALMA, Voorzitter.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
2o. dat vorenstaand besluit is goedgekeurd bij Ko
ninklijk besluit van den 14 Augustus 1900 no. 24.
3o. dat bij het sub. 1 vermeld heffingsbesluit be
hoort, navolgende door den Raad der gemeente Sneek,
mede den 5 Mei 1900 vastgestelde
B. VERORDENING op de Invordering
van SCHOOLGELDEN op de open
bare lagere scholen in de Gemeen
te Sneek.
Art. 1. De schoolgelden moeten bij vooruitbetaling
worden voldaan.
Voor school no. 1 in twee termijnen, op den eersten
'l
1
Y
--««.'SÜ
OURANT.