VOOR 811 M 018TM.
NIEUWS- EJ JIIIEIlTEfflEBLAD
De Gelukzoekers.
Zaterdag 6 April 1901.
66e Jaargang.
ISTo. 28.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Suupmarkt, Sneek.
Uit de Raadszaal.
FEUILLETON.
nos.
24
Totaal
Maar Martha kon
86
129
13
160
Roman van Doha Duncker.
- 1400.—
- 200.—
- 100.—
f 2200.--
gevallene vreemder tegenover hem stond als ooit, niet
meer overgegeven.
Dat, waarvoor zij angstvallig gesidderd had; wat
zij den hemel gesmeekt had, haar te besparen, was
haar niet bespaard gebleven. Sedert korten tijd wist
zij, dat zjj een kind, het kind van den onbeminden
man, het leven zou geven.
Zoolang Martha ook nog maar eenigszins geloofd had
te mogen twijfelen, had zij gestreden, geworsteld, ge
smeekt met een wilden hartstocht, welke haar zelf
vreemd en verschrikkelijk was voorgekomen. Nu dat,
waarvoor zij gevreesd had een niet meer te loochenen
feit geworden was, had eene doffe, strakke, matte on
verschilligheid zich van haar meester gemaakt.
Geen strijd meer, geen verdriet, niet eens meer het
gevoel van smaad, waaronder zij gemeend had te
bezwijken, maar ook geen gevoel van liefde voor
het kleine wordende wezen. Alleen de plicht hield
haar aan hem en haar echtgenoot verbonden. En de
plicht ook hield haar aan huis vast en onderdrukte het
vurig verlangen, in de armen hater moeder te vluchten.
Alléén wilde zij dragen wat haar was opgelegd.
Langzamerhand werden ook de brieven der haren
minder dringend. Allengs deed de herfst zijn rechten
gelden. Lindenhaus zou, dus meende hasr moeder,
haar nu weinig meer kunnen aanbieden, en bovendien
stond de opening van den Rijksdag reeds weder voor
de deur. Wie weet wat hij dezen winter brengen zou,
had mevrouw er geheimzinnig bijgevoegd.
Martha had niet verder over die opmerking nagedacht.
Alles scheen haar zoo weinig de moeite waard er over
na te denken, behalve dit éénehaar geheim zoolang
mogelijk voor Lodewijk verborgen te houden. Zij zagen
elkaar in dien tijd heel weinig. Soms dagenlang niet.
Lodewijk had een jachtveld gehuurd aan het Stettiner
bestrating wordt gevraagd is maar een 30 a 40 M.,
de kosten zullen dus niet groot zijn.
De heer Tromp acht ’t beter eerst de kosten door
den Gemeente-opzichter te laten opgeven; wanneer deze
dan niet groot zijn, kan z.i. wel aan het verzoek wor
den voldaan.
De Voorzitter vindt het beter een en ander te behan
delen tegelijk met de begroeting voor het volgend jaar,
doch zal het voorstel Hokwerda-Visser, in stemming
brengen.
Dit voorstel, om voor den a.s. winter aan het verzoek
van adressanten te voldoen wordt aangenomen met
6 tegen 5 stemmen.
Vóór stemden deheeren Hokwerda, D. Tromp, Vis
ser, R. Hettinga, de Boer en Kooistra.
Tegen de heeren Gerbrandij, Feenstra, Huistra, van
der Leij en Ages.
7. Adres van de Wed. Nautate Heeg tot aankoop
van een strookje bermsloot aldaar met het daarop staand
boomgewas.
Adressante vraagt ten behoeve van een door haar te
bouwen woning met 10 April a.s. een strookje berm
sloot aan den oostkant der grindweg naar de Schatting
onder Heeg, in koop te mogen ontvangen en de daarop
staande boomen op te ruimen.
Burg, en Weth. meenen gunstig op dit verzoek te
moeten beschikken, daar de gevraagde grond, ten dien
ste van een te stichten woonhuis, kan worden gemist,
zonder het openbaar verkeer daardoor te schaden of te
belemmeren; zij stellen dan ook voor met ingang van
10 April a.s. de door adressante te rooien elzenboomen
en ongeveer 26 M’ bermsloot aan den grindweg van
Heeg naar Hommerts onderhands te verkoopen, de
grond voor f 7,87®, de boomen voor f 5,terwijl de
kosten, vallende op de desbetreffende koopakte komen
ten laste van adressante.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten.
8. Adres van ingezetenen van Tirns om den
weg van daar over Zjjltje-State tot Tjalhuizum te be-
sintelen.
Adressanten, allen inwoners van de dorpen Tirns,
IJsbrechtum, Nijland, Folsgare enz. berichten dat de
weg van Tirns naar Tjalhuizum voor voetgangers en
rijtuigen totaal onbruikbaar is en bij voorkomende
ziektegevallen somtijds niet tijdig geneeskundige hulp
kan worden verleend enz., redenen waarom zij ver
zoeken dezen kleiweg in een grindweg te veranderen,
waarvoor de kosten op ongeveer f 1350 zija geraamd;
terwijl door inteekening een bedrag van f 700,is
opgebracht, welk bedrag, ter tegemoetkoming in de
kosten, den Raad wordt aangeboden.
Tevens is ingekomen een adres van den heer A. van
Veen, Arts te Njjland, welke er op wijst dat verbete
ring van genoemden 4veg zeer gewenscht is, terwijl
door deze betere verbinding veel tijd zal worden be
spaard; ’t lastige omrijden over IJsbrechtum wordt
vermeden en alsdan kunnen bij ernstige ziektegevallen
de patiënten wel een vol uur eerder worden geholpen.
Nog is ingekomen een adres van h.h. Kerkvoogden
van Tirns en Tjalhuizum, welke er eveneens op wijzen
dat verbetering van genoemden weg van groot belang
zal zijn voor de geheele gemeente, daarbij tevens mel
dende, dat zij van hunne belangstelling reeds blijk
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar,
plaatsruimte.
en hoofdeljjke stemming wordt
De bovengenoemde uitgaven zijn noodig voor druk
werk, schrijf- en kantoorbehoeften, aanleg registers
Burgerlijke Stand, kosten Weekmarkt Woudsend enz.
De Voorzitter zegt, dat alles zeer nauwkeurig door
Burg, en Weth. is nagezien, waarom hij voorstelt deze
af- en overschrijving goed te keuren.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten.
6. Adres van ingezetenen van Abbega om de be-
grinding in de buurt aldaar door bestrating te doen
vervangen.
Adressanten (12), allen wonende of weldra wonende
in of nabij de buurt Abbega, verzoeken den Raad,
evenals dit in de meeste dorpen het geval is, voor
den aanstaanden winter een klinkerbestrating, aanvan
gende bij de brug, aan te leggen door de kom van dat
dorp, daar deze weg bij regenachtig weer en ook in
den winter bijna onbegaanbaar is.
Waar Abbega geen groote uitgaven voor de gemeen
tekas eischt, verwachten adressanten dat hun verzoek
niet zal worden afgewezen.
Burg, en Weth. meenen, waar de ondervinding
heeft geleerd dat een klinkerbestrating uit het oog
punt van zindelijkheid enz. wel is aan te bevelen,
het verzoek wel ingewilligd kan worden, doch stel
len voor, met deze bestrating te wachten tot een
volgend jaar, daar op de begrooting voor dit jaar
daarvoor geen gelden zijn uitgetrokken.
De heer Hokwerda kan zich beter met de ziens
wijze van het adres vereenigen om de bestrating
voor de a. s. herfst aan te brengen; de weg is daar
steeds min begaanbaar, wel zijn er geen gelden voor
ui'.getrokken op de begrooting, doch de kosten zullen
ook niet zoo groot zijn.
De Voorzitter zegt dat er meer plaatsen zijn waar
verbetering noodig is, en voor eene goede administratie
is het wel wenschelijk om in September a.s. bij de
behandeling der begrooting voor het volgend jaar daar
voor een som uit te trekken en inmiddels den Ge
meen te-Opzichter op te dragen eene begrooting van
kosten der bestrating te makenSpr. acht het
niet bepaald noodzakelijk voor den a.s. winter reeds
verbeteringen aan te brengen.
De heer Gerbrandij deelt mede, dat het voorstel van
B. en W. aldus luidt, omdat van de som, uitgetrokken
voor bestrating etc. op de begrooting voor dit jaar,
niets gebruikt kan worden; reeds werd meer ba-
zaltslag aangeschaft, doch dit was beslist noodig voor
de wegen. Heden werd ook nog eene aanbesteding
voor 't maken van walbeschoeiingen en bestratingen
gehouden, en dat viel niet mee, hët kost nog al iets;
zoo werd o. a. voor Gaastmeer f 1200 en voor Oudega
ruim f 1200 ingeschreven. Spr. is er voor de bestra
ting voor Abbega tot het volgend jaar te laten wachten.
De heer Hokwerda gelooft niet dat de kosten voor
Abbega zoo hoog zullen worden, het zijn hier maar korte
eindjesbuitendien is er ook een school in de buurt,
waar de kinderen door de slechte wegen bijna niet
kunnen komen, hij stelt voor reeds voor den a.s. winter
aan het verzoek van adressanten te voldoen.
De heer Visser ondersteunt het voorstel van den heer
Hokwerda; de eenige speelplaats voor kinderen is bij
de schoolin den winter gelijkt de weg meer op een
modder- dan op een grindweg, het gedeelte waarvoor
spoor; wat hem veel van huis hield. Als hij niet
buiten Berlijn was, bracht hij overdag urenlang door
met het wederaanknoopen zijner ambtelijke relaties;
ook ’s avonds ging hij vaak uit; zooals hij Martha
zeide: om oude kennissen te ontmoeten.
Hij was gewoon na die samenkomsten erg laat en
buitengewoon luidruchtig thuis te komen. Alle ver
schijnselen wezen er op, dat ’t buitengewoon vroolijk
moest toegegaan zijn.
Dan kwamen weer tijden, dat hij liet huis niet ver
liet; waarin hij zijne vrouw stap voor stap scheen te
bewaken en elke gelegenheid uitvond, om met haar
alleen te zijn en nieuwe hartstochtelijke pogingen
deed, haar te winnen.
In zulke oogenblikken leed Martha onbeschrijfelijk.
Had zij nog het recht zich voor hem terug te trek
ken, zij, de moeder van zjjn kind?
Hoe lang zou zij ’t nog voor hem verborgen kun
nen houdan, dat zij het was en als hij ’t eenmaal wist,
zou hij dan wellicht nog andere argumenten laten
gelden
Op ’t oogenblik. in ’t midden van November, was
Eberstein op zijn jachtterrein bij Biezenthal. Zater
dagavond zou hij terugkomen.
Op dienzelfden dag verwachtte Martha ook haar
vader bij de opening van den Rijksdag. Met angst
zag zij dat wederzien tegemoet. Zij vreesde voor
haars vaders open, liefderijken blik niet te kunnen ver
bergen, hoe het geestelijk en lichamelijk met haar
gesteld was.
En hoe zou Ernst handelen? Tot nu toe had hij
zijn bij eene geheime samenkomst gegeven woord
gehouden en zijn vader niets van die alleronaange
naamste botsing met Eberstein, niets van hunne vij
andschap medegedeeld.
A. Oppenheim te ’s-Gravenhage.
G. J. A. E. Groeneveld te Winscho
ten.
Schortinghuis Sticker te Winscho
ten.
id. id. id.
G. J. A. E. Groeneueld te Winscho-
z ten.
4. Aanbieding van het verslag van den toestand
Zou hij van aangezicht tot aangezicht tegenover zijn
vader die belofte kunnen gestand doen en moest
haar vader, zelfs al bleef Ernst voortdurend zwjjgen,
niet alles begrijpen, zoodra hij met eigen oogen zag
dat Ernst het huis zijner zuster niet meer betrad
Welke redenen zou men hem daarvoor opgeven?
Men zou moeten veinzen o, hoe afschuwelijk dat
alles was!
Martha zat voorover gebogen, het hoofd in de han
den verborgen, bij den haard en trachtte haar gedach
ten te verzamelen.
Het beste zou zijn dat zij Ernst nog eenmaal tracht
te te spreken vóórdat haar vader kwam. Wellicht
zou hij een uitweg vinden. Of zou zij hem van zijn
belofte ontslaan? Zou hij vader de volle waarheid
mogen zeggen Haar vader hield van Lodewijk
hij meende nog dat haar geluk in zijne handen goed
geborgen wasals hij nu van Ernst vernam welke
gezindheid Lodewijk op dat oogenblik aan den dag
gelegd had, dan zou zijn geloof aan haar geluk een ge
voelige knak krijgen.
En zij zou haar vader dat alles zoo graag bespaard
hebben. Maar hoe kon zij hem, die de waarheid zelf
was, willen laten beliegen Och, wie zou haar zeg
gen welke weg de ware was.
Loom ging zij ópstaan om naar haar schrijftafel te
gaan. Zij wilde in elk geval er nog eens met Ernst
over spreken. Hij zou bij haar niet komenhij had
gedurende al die maanden geweigerd, ook bij afwezig
heid van haar man, haar drempel weder te betreden.
Zij wilde dus bij hem informeeren: wanneer zij hem
in zijn kantoor kon aantreffen. Zij had de pen nog
niet op ’t papier toen zij buiten de schel hoorde gaan.
Eenige oogenblikken later werd Klara bij haar aange
diend. Wordt vervolgd.
43
De geheele maand September tot diep in October hield
het warme, bijna nog altijd zoele zomerweder aan.
De Halands waren van hun uitstapje teruggekeerd en
deden gedurig nieuwe pogingen, Martha voor een paar
weken naar Lindenhaus te lokken. Maar Martha kon
daartoe ook nü niet besluiten.
Zij had zich na den storm en strijd, dien de ont
moeting tusschen Lodewijk en Ernst bij haar hadden
opgewekt, met voorbeeldelooze zelfoverwinning aan de
zijde van haar man leeren gewennen. Het voornemen,
hem te leeren liefhebben, had zij na dien dag voor
altijd opgegeven, maar dat wat zij met zooveel moeite
en onder bittere smart had opgebouwd, wilde zij door
eene plotselinge verwijdering van elkaar niet weder
vernietigen.
Zij voelde met pijnlijke zekerheid, dat eene tijde
lijke verwijdering van Lodewijk haar een nieuw samen
leven met hem slechts moeieljjker, ja opnieuw on
dragelijk maken zou.
Zij voelde zich niet sterk genoeg, de marteling van
een tweede wederopbouw hunner uiterlijke betrek
kingen opnieuw op zich te nemen. Aan de hoop echter,
zich geheel van hem los te maken, welke in ’t begin
van haar huwelijk somwijlen bij haar opgekomen
was, mocht zij zich, niettegenstaande zij na dat voor-
VERGADERING van den Gemeente
raad van Wymbrüseradeel op Dinsdag
den 2 April 1901, des middags te
12 uur.
Tegenwoordig zijn 11 leden.
Afwezig met kennisgeving de heer A. H. Tromp,
zonder kennisgeving de heeren A. P. Nauta en H.
D. Oppedijk; één vacature wegens het overlijden van
den heer Joh. Reijenga te Heeg.
Voorzitter de heer M. H. Tromp, Burgemeester.
Secretaris de heer J. Poppinga.
Punten van behandeling'.
1. Resumtie der notulen van de vergadering van
den 23 Februari 1901.
De notulen van deze vergadering worden na lezing
door den Secretaris, onveranderd vastgesteld.
2. Mededeeling van ingekomen stukken enz.
Door den Secretaris worden de volgende ingekomen
stukken medegedeeld:
a. een schrijven van het Bestuur der Vereeniging
tot viering van Nationale, Provinciale en Stedelijke
Feestdagen te Sneek, dd. 29 Maart 11., daarbij dank
betuigende voor de verleende bijdrage van f 35.ter
gelegenheid van de feestviering van het huwelijk van
H. M. de Koningin op 7 Febr. jl.;
b. alsvoren van de 6 rijksveldwachters in de bri
gade Sneek, daarbij dank betuigende voor de hun
verleende gratificatiën
c. alsvoren van den heer W. van Staa, veearts te
Sneek, geleidende een verslag over den gezondheids
toestand van het vee in de gemeente Wymbritsera-
deel, dienstjaar 1900
d. besluit van hh. Gedeputeerde Staten, dd. 28
Febr., houdende goedkeuring van het raadsbesluit van
23 Februari, tot wijziging der gemeente-begrooting
voor 1901
e. alsvoren dd. 28 Febr., houdende goedkeuring
van het kohier van hondenbelasting voor 1901
f. alsvoren dd. 11 Maart, houdende goedkeuring
van het primitief kohier van hoofdelijken omslag
voor 1901
g. resolutie van hh. Ged. Staten, dd. 28 Febr.,
daarbij de ontvangst berichtende van een afschrift der
politie-verordening, vastgesteld in de raadsvergadering
van 23 Febr. jl.
h. alsvoren dd. 11 Maart, geleidende een exem
plaar der goedgekeurde rekening van hh. Commissa
rissen der Mac-Adam-weg SneekBols ward.
Deze rekening bedraagt in
Ontvangsten f 7923.84*
Uitgaven- 5434.51
Batig saldo .~f 2489.33*
alsvoren dd. 14 Maart, houdende goedkeuring
der gemeente over 1900.
Ter voldoening aan art. 182 der Gemeentewet bie
den Burg, en Weth. bovengenoemd verslag den Raad
aan en stellen voor het, hetzjj in druk of in afschrift
voor een ieder verkrijgbaar te stellen tegen betaling
der kosten en voorts het na afloop der vergadering
ter Secretarie ter inzage neer te leggen voor de leden
van den Raad.
Zonder discussie en hoofdeljjke stemming wordt
conform besloten.
5. Af- en overschrjjving van posten der gemeente-
begrooting, dienst 1900.
Nu de verschillende pretentiën ten laste der Ge
meente zijn ingekomen, blijkt ’t dat verschillende
posten op bovengenoemde begrooting te laag zijn ge
raamd en wel gezamenlijk tot een bedrag van f2081.25;
daar het fonds voor onvoorziene uitgaven lang niet
toereikend is, stellen Burg, en Weth. voor, enkele
te hoog geraamde posten te verlagen, samen tot een
bedrag van f 2200 en wel als volgt
Onderhoud straten en wallen te verminderen
metf 500.—
Verbouwing der schoollokalen en Onder-
wijzerswoning te Wolsum (waaraan geen
gevolg is gegeven)
Restitutie hoofdelijken omslag
Kosten nachtwacht
van het raadsbesluit van 2 Februari 11. tot lo. sluiting
der openbaar lagere school te Nijland met 1 Maart jl.,
2o. het veileenen van eervol ontslag aan het onderwij
zend personeel aldaar met ingang van denzelfden datum
en 3o. verbouwing der openbaar lagere school te
Wolsum.
Omtrent het laatste gedeelte van dit besluit merken
hh. Ged. Staten nog op, dat thans zoo spoedig mogelijk
een aanvang met die verbouwing en verbetering moet
worden gemaakt.
De Voorzitter stelt voor, ovengenoemde ingekomen
stukken alle voor kennisgeving aan te nemen, behalve
het verslag sub c, dat hij met het verslag van den
toestand der gemeente over 1900, punt 4 der agenda,
voor de leden van den Raad ter visie wenscht te
leggen.
Zonder discussie
conform besloten.
3. Uitloting van aandeelen in de geldleening.
De Voorzitter zegt, dat van de in 1895 aangegane
geldleening thans 6 aandeelen, ieder groot f 1000,
uitgeloot moeten worden, welke, overeenkomstig art.
10 van de voorwaarden dier leening, op 1 October a.s.
invorderbaar zijn.
Uitgeloot worden de
178 ten name van P. Posthuma Zoon te Harlingen.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS,
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen, worden te allen tijde aangenomen.