VOOR 8Mk ES USTiML
HAAR RECHTER,
MJW8- EJi AIIÏEIMTIEBLID
Zaterdag 13 Juli 1301.
56e Jaargang.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Officieele Advertentien.
BEKENDMAKING.
FEUILLETON.
v. H.
i.
je af-
l
Herstemming voor den Gemeenteraad van
Sneek.
Eene instelling die de aandacht
verdient.
r i
tb
De BURGEMEESTER der gemeente Sneelc, brengt
ter openbare kennis, dat op Maandag 15 Juli ek., van
des voormiddags acht tot des namiddags vijf uur, in
de voorzaal van het gebouw der Maatschappij «Ami-
citia», op Leeuwenburg alhier, eene herstemming zal
plaats hebben ter benoeming van twee leden van den
Gemeenteraad.
De CANDIDATEN, in alphabetische volgorde, die
de meeste stemmen bij de op 5 Juli j. 1. gehouden stem
ming hebben verkregen, zijn
KINGMA (H. Jz.)
OKMA (Mr. H.)
SCH1JFSMA (J. H.)
STEELE van der (Tj. J.)
Voorts brengt hij onder de aandacht Artikel 128 van
het Wetboek van Strafrecht, luidende
»Hij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende,
aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven
verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenis
straf van ten hoogste een jaar.«
Snebk, den 9 Juli 1901.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
Novelle van E. Merk.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Sneek
herinneren, naar aanleiding van artikel 18 der wet van
4 December 1872 (Staatsblad no. 134), de ingezetenen:
dat steeds aan degenen, die zich daarvoor aanmel
den ter Secretarie der gemeente, gelegenheid wordt
gegeven tot kostelooxe inenting en herinenting.
Sneek, den 2 Juli 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
te wasschen? Bespaar je die moeite toch, want het
is nutteloos!» riep Helene opgewonden uit. «Met
schaamtelooze openhartigheid heeft hij mij alles toe
gestemd en gelachen over mijne ontzetting.»
«Waarom bleeft ge zijn vrouw, als gij hem zoo on
voorwaardelijk veroordeelt? Waarom hebt ge u niet
van hem laten scheiden vroeg Ella op kouden toon.
Helene liet getroffen het hoofd hangen. «Ja, gij
hebt gelijk, ’t Was laf, ’t was onwaardig, dat ik dit
huwelijk zoolang voortsleepte. Maar wat zou ik be
ginnen in het vreemde land? Ik was totaal zonder
middels. Ik heb niets geleerd waarmee ik mijn brood
zou kunnen verdienen. En daarbjj ik koester een
onbeschrijfelijke, bijna ziekelijke vrees voor hem. Gij
kunt je niet voorstellen, hoe Hermanns kan haten en
vernietigen hem, die zich tegen zijn wil aankant.
Toen ik indertijd de waarheid omtrent zijn verleden
vernomen had, zocht ik een toevlucht bij de Frankes.
Die menschen hadden een heel aardig bestaan.
Hij was klerk aan een bankiershuis en zijn
vrouw had een winkel van borduurwerk en vrouwe
lijke handwerkjes. Ik wilde haar helpen en op die
manier zoo zachtjes aan in mijn onderhoud voorzien.»
«Een krankzinnig ideeIn plaats van je zuster te
schrijven!» wierp Ella er boos tusschen. «Ik kan mij
begrijpen, dat Hermanns zich daartegen verzette.»
«Maar hoor nu eens, hoèDe Frankes hadden op
eens een onverbiddelijke vijand. De man raakte door
lasteringen zijn betrekking kwijt en de winkel der
vrouw verloor de klanten wegens een snel verbreid
gerucht, dat een harer kinderen ziek lag aan natuur
lijke pokken en dat zij dit wilde stil houden. Het kind
had de mazelenmaar je kunt je wel voorstellen dat
geen enkele dame zich in den winkel waagde. Ik
begreep wie de vijand was, die deze brave menschen te
voor het openbaar welzijn is te
gronde wilde richten. Ik ging naar Hermanns en zei
de «Heb toch medelijden met de arme kinderen
En toen antwoordde hij met een duivelachtige kalmte
«Verlaat die menschen of zij worden bedelaars
Wat kon ik anders doen als mijne vrienden verlos
sen van mijne nabijheid, die hen zooveel schade be
rokkende? Ziet ge, Ella, Hermanns heeft geld, en dat
is daarginds, nog meer als hier, een vreeseljjke macht
voor hem die er zonder verschooning gebruik van wil
makeu. Hij zou immers altijd gelijk gekregen heb
ben tegenover mjj. Ik kon immers zelfs geen ad
vocaat betalen. En welken grond tot scheiding zou
ik dan hebben kunnen aanvoeren? Hij was immers
voor aller oogen de teederste echtgenoot
«Hij wil dus niet van je scheiden Hij bemint
je, niettegenstaande je hem zoo duidelijk van je af
keer hebt laten blijken vroeg Ella met eene span
ning, welke zij bijna niet in staat was te verbergen.
Een huivering ging Helene door de leden.
«Weet je wat het zeggen wil door een man als hij
bemind te worden?» zeide zij dof met eene uitdruk
king van ontzetting in de oogen. «Geloof mij, het is
geen hartelijke liefde welke hem aan mij doet hech
tenHij zou mij al lang, lang zat zijn, als ik een
blind verliefd ding was. Maar juist mijn afkeer prik
kelt hem. Het prikkelt zijn hartstocht, dat ik hem
met zoo kouden afschuw op een afstand- tracht te
houden. Hij vindt ’t grappig, zich zjjne vrouw met
list of met geweld te veroveren. Jarenlang had ik
de gewaarwording, als ware ik totaal overgeleverd
aan zijn demonische macht.*
«Gij bemint hem dus ook ondanks je schijnbare
verachtingriep Ella haar triomfeerend toe.
Wordt vervolgd.
4
Ik zelf koesterde zoo’ngegronden twijfel omtrent het
karakter van mijn man. dat deze opmerking mij hoe
genaamd niet verwonderde. Meer uit verlegenheid
en om toch maar iets te zeggen, vroeg ik naar de
reden dezer antipathie. «Het is wegens het ver
leden van uw man. Mijn Karei heeft hem vroeger
gekend, toen beiden nog jonge mannen waren en in
Duitschland in een zelfde stad woonden.*
Dat verraste mij dan toch erg, want in Amerika
vermijdt men toch niet iemand wegens zijne vroegere
politieke overtuiging. Ik vroeg verder, en toen vernam
ik wat hij zoo sluw had weten te verbergen voor jou,
voor je man, voor zijne vrouw en voor al zijn vrien
den in New-York. Hij heet eigenlijk Kallenberg.
Hermann is slechts zijn voornaam, waaraan hij een s
toevoegde om dien te verengelschen. Op twee en
twintigjarigen leeftijd was hij bestuurder van eene
zwendelarij een zoogenaamde bankin München.
De bank betaalde twintig tot dertig procent, en hoe
onzinnig, hoe onmogelijk die hooge rente ook schijnen
mocht, de bedriegelijke onderneming vond blind ge
loof en allengs een dolzinnigen toeloop onder het on
ontwikkelde publiek. In massa kwam de kleine man
aandragen met zijne met moeite verworven spaarpen-
moeiten en den tijd, die zij aan een goedge
lukte aansporing besteedden, beloond krijgen
in hunne hoedanigheid als vertegenwoordi
gers, kan toch niet de oorzaak van dien af
keer zijn. Predikanten, geneesheeren, hande
laren bevorderen immers hunne goede begin
selen evenmin om niet; om niet kan men niet
leven, en hij, die zulk een kosteloozen arbeid
van den vertegenwoordiger eener Maatschap
pij zou verlangen, zou een dwaas zijn.
Maar ten onrechte ook, omdat de bestaande
groote binnenlandsche maatschappijen van
Levensverzekering behooren tot de krachtig
ste en meest soliede instellingen van ons
vaderland, waar met de grootste nauwkeu
righeid de ontvangen gelden worden beheerd,
teneinde de maatschappijen in staat te stel
len, tot in de ver verwijderde toekomst aan
bare verplichtingen te kunnen voldoen.
Zeker behoeft, wat dit bedrijf aangaat, Ne
derland uit een finantieel oogpunt niet achter
te staan bij de overige landen der wereld,
maar maakt het veeleer daaronder een goed
Êguur, zooals ook met zijne andere finantieele
instellingen.
Levensverzekering behoort geacht en op
prijs gesteld te worden. Onder de verschil
lende soorten van verzekering, waartoe onze
tijd de gelegenheid aanbiedt, staat zij wellicht
bovenaan en beheert zij althans de grootste
kapitalen, die haar met onbegrensd vertrou
wen dagelijks worden ter hand gesteld door
hen, die verstandig hun inkomen beheeren.
Levensverzekering is in staat twee groote
onheilen te voorkomen en doet dit reeds da
gelijks.
Het eerste isverarming van gezinnen, die
hunnen verzorger zco vroegtijdig verliezen,
dat hij niet in staat is geweest, voor hen, die
hij achterlaat, afdoende te zorgen.
Het tweede is: verarming van personen,
die op hunnen ouden dag te weinig of geen
verdiensten hebben om in hun stand te leven,
weinig of geen kapitaal bezitten en op een
zekeren dag ten laste hunner betrekkingen
zullen komen met de vraag: «geef ons te
eten.»
Wat dunkt u, zou diezelfde levensverzeke
ring de minachting wel verdienen, waarmede
gij haren volhardenden vertegenwoordiger be
jegent of herdenkt. Of zoudt gij veeleer naar
de mate van uw verstand, haar behooren te-
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
ningen, om deze vol vertrouwen in den bodemloozen
put te werpen. Zij streken de hooge rente in, gewen
den zich het werken af, leefden als renteniers en twij
felden er niet aan, of hun kapitaal was goed gebor
gen en zou voortdurend die gouden vruchten afwer
pen. Die schandelijke zwendelarij had Hermanns be
vorderd, daaraan had hij deelgenomen en daarmeê
zijn eerste vermogen verdiend. O foei foei
Ella was opgestaan en leunde met streng gezicht,
de armen achter den rug gekruist, tegen haar commode.
«Hoe kuat ge toch geloof schenken aan vreemde men
schen zeide zij afwijzend. «Ik beschouw dat alles
als leugen, als schandelijke laster.»
«Neen, Ella,* vervolgde Helene, treurig het hoofd
schuddende. «Franke heeft Hermanns of liever Kat
tenburg indertijd te München heel goed gekend en
alles meê beleefd. Op zekeren dag maakte de over
heid een einde aan de zwendelarij, maar de sluwe chef
had zich vooraf naar Amerika in veiligheid gesteld
met zjjn gestolen geld. En hij verheugde zich in dat
geld, dat zoovele tranen kostte. O, Ella, begrijpt ge
nu, hoezeer ik hem veracht?»
«Ik herhaalik geloof nog lang niet alles wat die
menschen je wijsmaakten!» gaf Ella met uitdagend ge
zicht ten antwoord. «En zelfs al was het waar Gij zegt
immers zelf, dat Hermanns toen nog een piepjong
man was. Ik herinner mij dat ik als kind over die
zwendelarij heb hooren spreken;die geschiedenis moet
in ’t begin van zeventig gespeeld hebben. Thans is
hij een man op middelbaren leeftijd, een aanzienlijk
groothandelaar, die zeker met berouw en innerlijken
afschuw terugdenkt aan die jeugdige afdwaling. Ik
vind dat hij na dien langen tijd recht heeft op ver
geving vooral bij zijn eigen vrouw.»
«Waarom tracht ge hem op alle manieren schoon
Onder de nieuwere instellingen op finan
tieel en economisch gebied, is er eene, waar
van het ons voorkomt, dat ze nog te weinig
wordt op prijsgesteld door geheele klassen
van ons volk, en te veel bij uitsluiting wordt
toegepast door de ontwikkelden van geest,
terwijl haar nut toch onmiskenbaar is voor
iedereen, van eiken stand en van eiken leef
tijd. Wij bedoelen Levensverzekering.
Zooals het met veel nieuwere zaken gaat,
is in den aanvang van haren bloeitijd, nu meer
dan 25 jaren geleden, de propaganda niet al
tijd op een even kiesche wijze gemaakter
hebben zich mannen in dit vak, en in onder
geschikte betrekkingen begeven, waarvan zij
vooraf berekenden, dat het eene groote toe
komst had, wier wijze van optreden en van
leven niet altijd in overeenstemming was met
hun helderheid van inzicht en hunne radheid
van tong.
Dat is jammer; want hoewel zij aan het
goede beginsel geen afbreuk hebben gedaan,
hoewel zij niet belet hebben dat de verstan
delijk ontwikkelden het aangrepen en in toe
passing brachten, hebben zij tegengehouden
het populair worden in andere standen en
hebben aldus remmend gewerkt, bij dat ge
deelte des volks, dat veelal oordeelt naar het
geen het van buitenaf kan waarnemen en niet
zoekt naar goede beginselen onder een ruw
oppervlak. En daarvan zijn verschillende za
ken het gevolg geweest.
In de voornaamste plaats dit, dat een be-
beginsel, hetwelk voor den socialen toestand
van over vijttig of honderd jaren den grootst
mogelijken invloed zal hebben en waarvan
de zedelijke kracht dan breed uitgemeten zal
worden, slechts met de grootste moeite kan
worden verbreid. Ten onrechte toch neemt
men bij ieder, die over deze zaak voor de
eerste maal wordt aangesproken, een soort
van af keer daarvan waar; ten onrechte, want
bijna alle wetenschappelijk ontwikkelde man
nen, professoren, geneeskundigen, notarissen
rechtsgeleerden, geestelijken, erkennen volmon
dig de deugdelijkheid van het beginsel der
levensverzekering en raden de toepassing
overal aan. Ten onrechte, want het feit, dat
degenen, die er voor ijveren, hunne groote
gemoet te gaan en te vragen: «op welke wijze
kunt gij ook mij helpen en voor mijn gezin
en voor mij-zelven zorgen?»
Geloof mij, levensverzekering kennen en
begrijpen is haar toepassen. Wie de gerust
heid kent, die zij in staat is te geven, wil
nooit meer terug. Maar domme menschen
begrijpen haar niet.
En daarmede komen wij aan eene tweede
ernstige zaak, die ook het gevolg is van de
weinige populariteit, ’t Is deze: de pers, zoo
wel de groote als die van het platteland heeft
reeksen van jaren er tegen op gezien, het on
derwerp in het openbaar te behandelen, het
bedrijf aan critiek te onderwerpen en de lezers
ook in dit opzicht op te voeden. Tegenover
veel zaken, waaraan dagelijks veel grootere
ruimte wordt besteed, dan zij voor het groote
publiek waard zijn, bizondere belangen van
enkelen, die worden uit geplozen, is deze zaak
tot heden stiefmoederlijk bedeeld.
Er zijn uitzonderingen, dat is waar, maar
er blijft nog veel, zeer veel over dat ongedaan
bleef.
Deze sociale vraagpunten zijn van algemeen
belang. Vooral vrouwen en kinderen worden
nog dagelijks onnoodig slachtoffers van het
feit, dat het hoofd van het gezin de levens
verzekering niet kende en niet heeft weten toe
te passen.
Deze ramp
voorkomen.
Laat ons erkennen, dat althans op het oog
eenige weinige bezwaren bestaan tegen de al
gemeenheid der toepassing dat zij althans
aan eenigen moeilijk zal vallen. Welnu, laat
ons te zamen in enkele artikelen nu en dan
het wezen der zaak in de practijk, en mo
gelijk op te werpen bezwaren onder de oogen
zien. De theorie is voor nieuwsbladartikelen
ongeschikt, wie dte wil leeren kennen, zal
elders gelegenheid in overvloed vinden.
Laat ons maar trachten eenigermate onder
houdend te blijven en aldus te zamen eene
enkele schrede doen in de goede richting.
I»it blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
j
l