t) MMS- EN MIWTENTIEBLAD RECHTER, VOOll SNEEK 1 HSTUKH. Zaterdag 7 September 1901. No. 72. 56e Jaargang. Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Officieele Advertentie. FEUILLETON. ra 14 20 l F Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. Novelle van E. Merk. ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar plaatsruimte. BEKENDMAKING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, brengen ter openbare kennis, de volgende KENNISGEVING. De COMMISSARIS der KONINGIN in de provincie Friesland, Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staats blad no. 87); Brengt ter kennis van belanghebbenden dat, ingevolge besluit van Gedeputeerde Staten, van 29 Augustus 1901, no. 52, le afdeeling J, de opening van alle jachtbedrijven, genoemd in art. 15 dier wet, zal plaats hebben op ZATERDAG 21 SEPTEMBER e.k., met zonsopgang, met uitzondering van de jacht op grof wild en op hazen en fazanten, waarvan de opening wordt bepaald op ZATERDAG 28 SEPTEMBER d.a.v., met zonsopgang, een en ander onder bepaling: lo. dat het jagen met geweer met of zonder staande honden of brakken en het schieten van waterwild slechts drie dagen der week zal zijn geoorloofd, nl. Maandags, Dinsdags en Zaterdags, uitgezonderd van Woensdag 23 October tot en met Vrijdag 15 November e.k., gedu rende welken tijd genoemde jachtbedrijven dagelijks, behalve Zondags, zullen mogen worden uitgeoefend; 2o. dat de lange jacht slechts twee dagen der week namelijk Dinsdags en Zaterdags, zal mogen worden uitgeoefend; En zal deze op de gebruikelijke wij ze worden afge- kondigd en aangeplakt. Leeuwarden, den 2 September 1901. De Commissaris der Koningin voomoemd, (get.) Van HARINXMA thoi SLOOTEN. Sneek, den 6 September 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. JAC. van der LAAN, Secretaris. VI. (Slot.). Nu stonden zjj op de hoogte. Vóór hen slechts blauw en zonlicht en het flikkerende wit der uitgestrekte bergen, die onbewolkt in prachtige schoonheid de kruinen omhoog hieven. Van den met ijs ompantserden top van den Watzmann gleed de blik verder en verder over tallooze toppen en besneeuwde hellingen tot aan de reuzen van het Oetzdal, tot aan de hooguitstekende, glinsterende pyramide der Venetiërs. En om het lage voorgebergte, dat reeds den wintermantel had afgeschud, zweefde een betooverende geur, een lichtstroom, alsof in dien heerlijken zonneglans een tooverrjjk ontsloten werd, waarin de zalige góden wonen. Helene haalde diep adem. O, al gold ’t dan ook haar geluk, al moest zij na dezen stond dan ook nog onge lukkiger worden als vroeger, zij kon haar leugen niet voortslepep, haar leven lang. Tegenover hèm niet! Waarheid! Waarheid! Zij had eene gewaarwording, als ging zij met doods verachting een sprong wagen in eene bodemlooze diep te, toen zij begon «Als ik u nu zeg dat ik een valschen naam draag; dat mijn man nog leefde toen mijne blikken u van liefde spraken; dat de vreemdeling, dien men bijna voor mijn deur vermoordde, mijn echtgenoot geweest isl* Zij zag de ontsteltenis op zijn gezicht, zij voelde hoe hij zich met diepen afschuw van haar afwendde. En toch, toch was ’t eene verruiming, eens te kunnen uitspreken, wat zij zoolang alleen gedragen had; toch was ’t haar, als had zij zich een drukkenden last van de ziel gewenteld, nu zij haar geheim aan een mensch had toevertrouwd. Zacht lei zij de hand op zijn arm. »Het slimste weet gij nu, mijn vriend. Nu moet gij geduld hebben en u laten vertellen, hoe dat alles zoo kwam. Ik zal u niets verzwijgen. Alvorens wij afscheid van elkaar nemen, zult gij mij kennen in al mijne zwak heid. En dan zult gij toch nog met verschoonend mede lijden aan mij denken.» Zij zaten naast elkaar op den warmen steenklomp, overgoten van licht en zonnewarmte. Met zachte stem, die slechts nu en dan wat hartstochtelijker klonk, ver telde Helene hem de geschiedenis van haar treurig huwelijk. Zij schilderde hem haar verterend heimwee; haar terugkomst in Duitschland; haar vreeselijke smart toen haar zuster haar ontnomen werd; haar troosteloos gevoel toen zij alleen stond. Hoe vervolgens de ver zoeking bij haar was opgekomen, haar naam te ver zwijgen, en hoe zij altijd weder tot nieuwe leugens gedwongen was nadat zij eenmaal den dwaalweg be treden had. Hoe zij met hare ontkiemende liefde in ’t hart heel goed gevoeld had, dat zij vluchten moest, en toch het verleidelijk gevaar was tegemoet gesneld, zich in zoete vergetelheid had ingewiegd— tot aan dien avond in den schouwburg, toen haar echtgenoot voor haar stond. Daarop was de onbeschrijfelijke smart op dat oogen- blik van afscheidnemen gevolgd. Tranen smoorden hare stem. Zij kon niet voortgaan. Hij zat onbeweeglijk. Zjj zag slechts zijn profiel, zijne stijf op elkaar gedrukte lippen. Zijne oogen waren in ernstig nadenken van haar afgewend. Op vermoeiden, hopeloozen toon ging zij voort, hem het laatste mede te deelen. Maar zij kon nu voor de eerste maal met kalme helderheid denken aan dien vreeselijken nacht, die voor haar over leven en dood beslist had. Het somber tragische daarvan leefde onuit- wischbaar in hare herinnering, maar de.doffe, ang stige bedruktheid, die zij tot nu gevoeld had, was ver dwenen, alsof de zuivere berglucht de ziekelijke voor stellingen van haar voorhoofd had weggevaagd, om aan haar hart het bewustzijn terug te geven, dat zij in dat opzicht geheel onschuldig was. »Ik voel heel goed het veroordeelend vonnis, dat in uw zwijgen ligt opgesloten, mijn vriend,* voegde zij er treurig bij. «Ik heb wel gezien, hoe gij geschrikt zijt van mijne bekentenis. Maar tegenover u moest ik open hartig zijn, zou ik niet hebben kunnen bedriegen. En al keert gij u nu ook huiverend van mij af «Neen, neen!* riep hij zwaar ademhalend uit, alsof hij na somber nadenken ’t met zich-zelven eens geworden was. «Hoe zou ik je kunnen veroordeelen, arm kind! Je strenge zelf-beschuldiging had mij doen schrikken. Leugen en valschheid schenen mij onvereenigbaar met je geheel bestaan; zij zouden mij aan je hebben doen twijfelen. Maar de verwisseling waartoe je als ’t ware gedreven werd, kan ik eigenlijk geen leugen noemen. Je hebt je ineen sluier gehuld, om je te verbergen, te redden van den ellendeling aan wien je leven geketend was.* Zij kon bijna niet ademhalen. Zij keek naar zijne lippen met groote brandende oogen, die zich langzaam met tranen vulden. «Wat raakt mij je naam? Achter den sluier heb ik je ware persoonlijkheid gevonden, en die is edel en goed. En ik geloof in je!« Hij sloot haar in zijne armen; hij drukte hartstoch telijk ontroerd zijne lippen op de hare en op hare be- schreide oogen. «Geen woord meer van scheiding, van onthouding! Slechts moed, om ’t geluk onder de oogen te zienIk laat je niet weer los, mijn liefste, en van alles wat je nog drukt zal mijne liefde je verlossen.* Zij keek hem aan als een verdwaald kind, dat einde lijk een thuis gevonden heeft. «Is je liefde zóó sterk vroeg zij half ongeloovig, half verbaasd. «Zult ge mijn naam niet dragen, die je als een zeker onvervreemdbaar eigendom zal toebehooren zeide hij lachende. «Je behoeft niet meer te beven en te kleuren voor de menschen, ais je mijn vrouw geworden zijt.* Zij jubelde luid over haar geluk en hare verlossing. Ja, nu waren alle sombere wolken verdwenen. Hij alleen was haar rechter, en hij had haar vrijgesproken. Hij was haar wereld. Wat raakte haar het oordeel van anderen Sprakeloos van geluk drukte zij hare lippen op de zjjne. De zon rees al hooger en hooger en goot over de eenzame hoogte stroomen licht uit, waarin alle spook beelden verbleeken en alle schaduwen zich oplossen. te Goes, thans te Vlaardingen, welke met algemeene stemmen wordt benoemd. Hiervan zal bericht worden gezonden aan de verschil lende autoriteiten. De Voorzitter dankt thans de heeren stemopnemers voor de verleende hulp. 13. Aanbieding der gemeente-begrooting dienst De Voorzitter biedt namens B. en W. ter overweging en vaststelling aan, de gemeente-begrooting voor 1902, sluitende in ontvang en uitgaaf op een bedrag van f 245.962.72 en stelt voor deze, evenals vorige jaren, ten fine van onderzoek te stellen in handen van 2 raads- sectiën. De eerstbenoemde is tevens Voorzitter. De le sectie zal bestaan uit de heeren D. Gorter, Voorz., Paehlig, Visser, Schijfsma, ten Gate, Huges en Dokkum; de 2e sectie uit de heeren Beekhuis, Voorx., Bouma, Pijttersen, Veen, de Vries, Wielenga en het nog te benoemen lid dat voor de vacature zitting krijgt. De Voorzitter deelt nog mede, dat de begrooting ter Secretarie ter visie zal liggen en tegetf den kostenden prijs in afschrift verkrijgbaar zal zijn, wat tevens ter openbare kennis zal worden gebracht. 14. Adres van de firma W. Hubert Co., om ont heffing van eene bepaling der Bouwverordening. Uit de overgelegde schetsteekening blijkt dat de firma Hubert ontheffing vraagt van art. 6 der Bouwverorde ning, door een steenkool-bergplaats gedeeltelijk van hout op steenen voet te bouwen aan de Franekervaart. Burg, en Weth. stellen voor, gunstig op dit adres te beschikken. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform besloten. 1'5. Als voren van R. van den Berg, om eervol ont slag als hoofd van school no. 1. ’t Dagel. Bestuur stelt voor, met ingang van 1 Npv. a.s. adressant eervol ontslag te verleenen uit zijne be trekking als hoofd van school no. 1, onder dankbetuiging voor de vele en belangrijke diensten der gemeente bewezen. De heer van den Berg had gaarne, indien het kon, eervol ontslag tegen 15 October. De heer ten Gate zegt, dat ’t ontslag 15 dagen later wordt verleend, dan gevraagd is; ’t is voor de Comm. van Toezicht op het Lager Onderwijs geen over wegend bezwaar, dat het ontslag 15 October ingaat; spr. zou willen voorstellen dat aan ’t verzoek van adressant werd voldaan. De Voorzitter zegt, uitstedig geweest te zijn en kon dus niet tegenwoordig zijn bij ’t opmaken van ’t con- cept-besluit; hij had alsdan een lans gebroken voor den datum van 15 October; spr. weet niet welke over wegingen er toe geleid hebben, om het ontslag op 1 November te bepalen, doch meent met den heer ten Gate en de Comm, van Toezicht op het L, O., dat aan ’t verzoek tegemoet kan worden gekomen. De school in Arnhem, waar de heer van den Berg is benoemd, is langen tijd verstoken geweest van een hoofd, ook door de ziekte van het vorig hoofd; hier is geen kans om voor dien datum in de vacature te voorzien en verder is er ook nog geen bericht van den districts-schoolop- ziener ontvanger, of er al dan niet een vergelijkend examen zal plaats hebben, ’t Is spiekers bedoeling niet te ageeren tegen ’t concept-besluit, maar wil ten slotte een faciliteit aan adressant verleenen voor de De Voorzitter noodigt den heer Pijttersen uit zich te verklaren. De heer Pijttersen dankt voor het in hem gesteld vertrouwen en wenscht het op zijn beraad te houden gedurende den termijn, daarvoor bij de wet bepaald; voor hij zich verklaart wenscht hij eerst een onderhoud met den Voorzitter. De Voorzitter verklaart zich hiertoe gaarne bereid. 5. Alsvoren van een Ambtenaar van den Burger lijken Stand (vacature Kingma). De heer Pijttersen wordt benoemd met 8 stemmen. Op de heeren Paehlig en Gorter werden ieder 2, en op den heer Beekhuis 1 stem uitgebracht, terwijl 1 briefje blanco was. 6. Alsvoren van drie leden der Commissie voor Strafverordeningen. Tot le lid wordt herbenoemd de heer Paehlig met 13 stemmen, de heer Pijttersen verkreeg 1 stem; tot 2e lid de heer Pijttersen met 12 stemmen, de heeren Bouma en de Vries verkregen ieder 1 stem; tot 3e lid de heer de Vries met 12 stemmen, de heeren ten Cate en Bouma verkregen ieder 1 stem. 7. Alsvoren voor de gemeente-reiniging. Tot le lid wordt herbenoemd de heer Beekhuis met 13 stemmen, 1 briefje was blanco; tot 2e lid de heer Gorter met 10 stemmen, de heer Bouma verkreeg 3 stemmen, terwijl 1 briefje blanco was; tot 3e lid (vaca- ture-Risselada) werd benoemd de heer Bouma met 13 stemmen, de heer ten Gate verkreeg 1 stem. 8. Alsvoren voor openbare werken. Als le lid wordt herbenoemd de heer Pijttersen met 12, de heer Visser verkreeg 2 stemmentot 2e lid de heer Visser met 12, de heer ten Gate verkreeg 2 stem men; tot 3e lid de heer ten Cate, de heer Huges ver- kreeg 1 stein. 9. Alsvoren voor straten en wallen. Tot le lid wordt herbenoemd de heer Veen met 10, de heer Paehlig verkreeg 3, de heer Wielenga 1 stem; tot 2e lid de heer Paehlig met 13, de heer Schijfsma verkreeg 1 stem; tot 3e lid wordt benoemd de heer Schijfsma met 11 stemmen, terwijl op de heeren Wie lenga 2 en Dokkum 1 stem werden uitgebracht. 10. Alsvoren voor begrootingen en rekeningen. Herbenoemd worden tot lelid de heer de Vries met 13, de heer Visser verkreeg 1 stem, tot 2e lid de heer Visser met 11, de heer Wielenga verkreeg 3 stem men, tot 3e lid de heer Wielenga met 13 stemmen, 1 briefje was blanco. 11. Alsvoren voor Gemeente-eigendommen. Tot le lid wordt herbenoemd de heer Gorter met 9, de heer Dokkum verkreeg 4 stemmen, blanco 1; tot 2e lid de heer Dokkum met 13 stemmen, blanco 1 briefje, tot 3e lid wordt benoemd de heer J. Huges met 13 stemmen, terwijl de heer Schijfsma 1 stem verkreeg. 12. Benoeming van een leeraar in de Hoogduitsche taal- en letterkunde aan het Gymnasium en de Hoo- gere Burgerschool. De Voorzitter zegt, dat de stukken van de beide in specteurs gisteren zijn ontvangen, waarna de Commissie van Toezicht op het M. O. en h.h. Curatoren van het Gymnasium nog hebben vergaderd en de Directeur van de H. B. S. en de Rector van het Gymnasium nog hebben gehoord. De visie van de stukken is, door om standigheden zeer kort geweest, doch Spr. vertrouwt dat de Raad genegen is tot benoeming over te gaan. Op de aanbeveling komt voor de heer L. van Rossen Uit de Raadszaal. VERGADERING van den Gemeente raad van Sneek, op Dinsdag, den 3 Sept. 1901, des namiddags ten 7 uur. Voorzitter de heer Mr. D. Alma, Burgemeester. Secretaris de heer Jac. van der Laan. Tegenwoordig zijn eerst 10, na de installatie leden; één vacature. Punten van behandeling 1. Beëediging en installatie van Raadsleden. De Voorzitter verzoekt den Secretaris de nieuw be noemde raadsleden binnen te leiden. De Secretaris voldoet hieraan en de heeren D. Gor ter, Dr. G. Bouma, J. Huges en Joh. H. Schijfsma ko men binnen. De Voorzitter zegt, dat aangezien in de vorige ver gadering uit de resolutie van h.h. Ged. Staten is geble ken, dat er geene bezwaren bestaan tegen de toelating van bovengenoemde heeren, als leden van den Raad, ’t Spr. aangenaam is tot de beëediging en installatie over te kunnen gaan. Op verzoek van den Voorzitter leest de Secretaris de vereischte eeden voor. Ingevolge vooraf gegeven verlangen leggen genoemde heeren niet de bij de wet gevorderde eeden af, maar zweren bij de woorden «dat beloof ik*. ’t Is de Voorzitter aangenaam een kort woord van welkom te heeten aan de nieuw benoemde leden. U, mijnheer Gorter, zegt Spr. die weer is herbenoemd en de 3 andere heeren die nieuw benoemden zijn, heet ik welkom in deze raadszaal en feliciteer U allen, met de onderscheiding, U te beurt gevallen door de verkie zing en vertrouw, dat gij met ernst en nauwgezetheid de belangen van de gemeente zult behartigen. De Voorzitter noodigt thans de nieuw benoemde leden uit, de presentielijst te teekenen en daarna zitting te nemen. 2. Resumtie der Notulen. De notulen van de vorige vergadering worden na lezing onveranderd vastgesteld. De heer Veen vraagt, na afloop der agenda met toe stemming der vergadering een vraag tot B. en W. te mogen richten, inzake de intercommunale telefoon. Het verzoek wordt toegestaan. 3. Mededeeling van ingekomen stukken enz. a. Adres van M. Rondema, timmerman alhier, ver zoekende afstand van gemeentegrond, voor ’t bouwen van burgerwoningen b. Missive van de Directie der Noord-Friesche Locaal Spoorwegmaatschappij, daarbij berichtende dat de voorwaarden waarop vergunning wordt verleend voor ’t leggen van 2 barten over een sloot langs den Trekweg, worden aangenomen c. Schrijven -van den heer Dr. K. J. W. Strootman, lat hij zijne benoeming tot commissaris der gemeente- ijke Muziek- en Zangschool aanneemt; d. Alsvoren van mej. J. Nauta, dat zij hare benoe ming tot onderwijzeres in de nuttige handwerken aan school no. 2, aanneemt, e. Alsvoren van den heer Dr. D. H. Posthumus, waarbjj hij zijne benoeming tot Geneesheer-Directeur van het Ziekenhuis voor besmettelijke ziekten aan neemt; f. Alsvoren van den heer J. D. Bauer te Brielle, dat hij zijne benoeming tot leeraar in het teekenen aan de H. B. School en Industrieschool aanneemt en 1 Nov. a.s. in functie denkt te treden. De Voorzitter stelt voor het adres-Rondema te stel len in handen van de Commissie voor Gemeente-eigen dommen, ten fine van advies en de overige niet- gememoreerde ingekomen stukken voor kennisgeving aan te nemen. 4. Benoeming van een Wethouder. De Voorzitter zegt dat deze benoeming moet geschie den, wegens ’t uittreden van den heer H. Jzn Kingma. Spr. verzoekt de h, h. Gorter en de Vries, voor deze en volgende benoemingen met hem ’t stembureau uit te maken. Bij de eerste vrije stemming verkregen de heeren Pijttersen 5, Beekhuis 3, Paehlig 2, de Vries, Gorter en Visser ieder 1 stem, terwijl 1 briefje blanco was. Bij 2de vrije stemming werd benoemd de heer Pijt tersen met 7 stemmen, verder verkregen de heeren Beekhuis 3, Paehlig 2, Gorter 1 stem terwijl 1 briefje blanco was. OURANT.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1901 | | pagina 1