MEI WS- ES AIIVEÏTHT1EBL1D
■V VOOR SIEEk El OKBEEEJ.
Zf/s Methusalem,
Zaterdag 7 Februari 1903.
58e Jaargang.
No. 11.
Uitgever: B. FALKENA IVIzn., Singel, Sneek.
Uit de Raadszaal.
FEUILLETON.
I
l.
van
ÏK.
weer
en
iend
ters
ting
ieer
bin-
d en
I>it blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
it
1. Spoelstra te Sneek, houdende
VERGADERING van den Gemeenteraad
van Wymbritseradeel, op Zaterdag, den 31
Januari 1903, des voorm. te 101/, uur.
Tegenwoordig alle (15) leden.
Voorzitter de heer M. H. Tromp, Burgemeester.
Secretaris de heer J. Poppinga.
Punten van behandeling:
1. Notulen van den 27 December 1902.
De notulen van ovengenoemde vergadering worden,
na lezing door den Secretaris, onveranderd vastgesteld.
2. Ingekomen stukken en mededeelingen.
a. Schrijven van Hotze J. de Boer te Sneek, dat
hij onder dankbetuiging zijne benoeming tot concierge
in het gemeentehuis aanneemt en door nauwgezette
plichtsbetrachting het in hem gesteld vertrouwen hoopt
waardig te blijven
b. Alsvoren van de rijksveldwachters in de brigade
Sneek, houdende dankbetuiging voor de hun toege
kende gratificatie, wegens bewezen politie-diensten
in 1902;
c. Alsvoren van Ds. H. van Elven te Gaastmeer,
namens de Chr. Jongedochters-vereeniging»Eben Hae-
zar« dank betuigende voor het gebruik van het school
gebouw aldaar, ter gelegenheid van het gehouden jaar
feest op 14 Januari il.
d. Alsvoren van J. Spoelstra te Sneek, houdende
mededeeling dat hij zijne benoeming tot waarnemend
hoofd der o. 1. school te Gaastmeer aanneemt en reeds
in functie is getreden
e. Resolutie van Ged. Staten, waarbij wordt goed
gekeurd het raadsbesluit van 15 Nov. 11., tot verkoop
van een gedeelte grond aan de Westerbrugsloot aan
Jde Jong te .Uitwellingerga
f. Besluit van Ged. Staten, houdende goedkeuring
der gemeente-begrooting voor 1903;
g. Alsvoren, waarbij wordt goedgekeurd het raads
besluit van 27 Dec. 11. tot verkoop van een gedeelte
bermsloot aan den Oppenhuizerweg te Sneek, aan de
bouwmaatschappij »de Truffel*, aldaar;
h. Missive van Z.Exc. den Minister van Binnenland-
sche Zaken, houdende mededeeling dat deze gemeente
tot het einde van den cursus 1903/1904 wordt vrij
gesteld van de verplichting tot het geven van herhalings-
onderwijs aan meisjes, gedurende 96 uren buiten de
avonduren
i. Resolutie van Ged. Staten, houdende mededee-
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt con
form besloten.
In aansluiting met dit punt werd nog medegedeeld
dat met ingang van 1 Januari j.l. tot gemeente-veld-
wachter te Woudsend is benoemd Sake van der Dam
en met 12 Mei a. s. tot concierge in het gemeentehuis
Hotze de Boer; voortsis de jaarwedde van den ambte
naar ter Secretarie J. van der Veer met f50.ver
hoogd.
De pensioengrondslagen voor de beide eerstgenoem-
den moeten nog worden vastgesteld, die van den laatst
genoemde gewijzigd, waarom B. en W. voorstellen die
te bepalen als volgt, voor S. v. d. Dam op f 580,
voor H. de Boer op f 500.en voor J. v. d. Veer op
f 650.—.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten.
Wegens het overlijden van den heer P. Glastra van
Loon, is een plaats opengevallen in de commissie tot
wering van schoolverzuim.
Daar de Raad voltallig is, wil de Voorzitter thans
een nieuw lid benoemen.
Door Burg, en Weth. worden aanbevolen de heeren
S. v. d. Brug, hoofd der bijz. school te W oudsend en
D. Mulder, hoofd der bijz. school te Hommerts.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat is benoemd de
heer Mulder met 9 stemmen, terwijl op den heer v. d.
Brug 6 stemmen waren uitgebracht.
5. Verzoek om eervol ontslag van het Hoofd der
o. 1. school te Oudega.
Wegens zijne benoeming tot hoofd der o. 1. school te
Tjalleberd, verzoekt de heer J. Bosma, hoofd der o. 1.
school te Oudega, eervol ontslag met ingang van 1
Maart a. s.
Burg, en Weth. stellen voor, adressant het gevraagd
eervol ontslag met ingang van genoemden datum te
verleenen.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt con
form besloten.
6. Adres van A. de Vries, pontveerwachter te Uit
wellingerga, om verhooging zijner jaarwedde.
Adressant werd ten vorigen jare benoemd tot pont
veerwachter aan de Westerbrugsloot te Uitwellingerga
op een salaris van f 5.50 per week en vrije woning.
Voor het pensioenfonds moet hij f 4.86 per kwartaal
bijdragen, zoodat er nauwelijks f5.overblijft om
in de behoeften van hem en zijn gezin te voorzien.
Waar hij den geheelen dag werkzaam moet zijn, Zon
dags zelfs niet uitgezonderd, mag het salaris op ver
rena niet evenredig aan het te verrichten werk worden
geacht, waarom hij beleefd verzoekt, zjjn salaris met
f 1.per week te willen verhoogen.
De Voorzitter zegt, dat er omtrent dit adres geen
eenstemmigheid bestond bij het Dag. Bestuur, waarom
geen voorstel dienaangaande is opgemaakt en men de
beslissing geheel aan den Raad wenscht over te laten.
De heer A. H. Tromp is er voor, de beslissing op dit
1
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27» cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
Wanneer koop je nu eens een nieuwen hoed vroeg
mevrouw Bonneman haar echtgenoot. Met dat meu
bel kun je niet meer uitgaan, iedereen lacht je uit.
Ik zal de meid naar den hoedenwinkel zenden om
hoeden op zicht, dan kunnen we, als je straks terug
komt, er een uitzoeken.
Professor Bonneman verzette zich heftig. Dwaas
heid, antwoordde hij, de wezenlijke waarde van den
mensch ligt niet in wat hij op, maar wel wat hij in
het hoofd heeft. Ik hecht nu eenmaal aan mjjn «Me-
thusalem.* De professor bedoelde zijn ouden hoed.
»Methusalem«, oorspronkelijk ’n prachtige, dure
vilten hoed met breeden rand, had in de laatste vijf
tien jaren veel van zijn glans verloren en de toestand,
waarin hij verkeerde, was inderdaad zorgwekkend.
Vijfmaal was hij uit de mode en ook vijfmaal er weer
in geraakt; zonneschijn, regen en sneeuwstormen had
hij gedurende vijftien jaren getrotseerd.
Mevrouw Bonneman wist echter door krachtige
pleidooien haar man te bewegen zich een ander hoofd
deksel aan te schaffen. Zij zelf telefoneerde naar den
grootsten hoedenwinkel om aanstonds een sorteering
hoeden No. 65 op zicht te zenden.
De man in den winkel kon zijn ooren niet gelooven
en informeerde nog eens uitdrukkelijk, of het wel bij
professor Bonneman moest zijn. Dit ergerde mevrouw
verschrikkelijk en het versterkte haar in haar voorne
men, «Methusalem* eindelijk te onttronen.
De zending hoeden kwam aan en kort daarna de
heer des huizes.
Toen Bonneman zich gesteld zag voor het voldongen
feit, werd hij treurig.
Ik begrijp niet, lieve Amalia, zei hij, hoe ge mij op
mjjn ouden dag nog tot modegek wilt maken
Daarbij liefkoosde hij zijn dierbaren ouden hoed aan
houdend, als om hem schadeloos te stellen voor de
adres tot de volgende vergadering aan te houden, ten
einde nog een onderzoek te kunnen instellen.
De heer de Boer is er meer voor dit adres direct
af te doen en dan afwijzend te beschikken. Het vo
rige jaar wilde adressant gaarne die betrekking en hij
was met het salaris bekend; wat zjjne bjjdrage voor
het pensioenfonds betreft, hiervan profiteert hij later
immers weer.
Daar het voorstel van den heer A. H. T romp, om
de behandeling uit te stellen, wordt ondersteund, wil
de Voorzitter ook liever allen de gelegenheid geven
een onderzoek naar dit adres in te stellen.
Dienovereenkomstig wordt dan ook zonder hoofde
lijke stemming besloten.
7. Benoeming van de leden der stembureaux voor
1903.
Op voorstel van den Voorzitter worden de stembu
reaux vastgesteld als volgt:
SneekM. H. Tromp, Voorzitter, D. Hokwerda en
U. Huistra, stemopnemers, 8. H. Reitsma 4e lid, J.
van Gosliga, S. G. Alberda en P. Santema, plaatsver
vangende leden;
Woudsend: D. L. Tromp, Voorz., A. H. Tromp en
B. K. Okma, stemopnemers, E. K. Vierkant 4e lid, S.
van der Brug, J. Krol en P. Oosterwerff, plaatsver
vangende leden;
Heeg. P. Ages, Voorz., H. P. Wesselius en B. G.
van der Lejj, stemopnemers. H. Oppedjjk 4e lid, H.
J. de Ruiter, A. Koster en J. Visser Azn., plaatsver
vangende leden;
Oudega: J. Feenstra, Voorz., J. Visser en R. Het-
tinga, stemopnemers, W. Kjjne 4e lid, T. van der Loos,
K. Anema en IJ. Bruinsma, plaatsvervangende leden;
Nijland: S. J. Gerbrandjj, Voorz., A. F. de Boer en
S. S. Kooistra, stemopnemers, W. Straatsma 4 lid, D.
Reitsma, IJ. de Boer en J. Oosterhout, plaatsvervan
gende leden.
8. Adres van het Hoofd der o. 1. school te Woud
send, om voor hem eene ambtswoning te stichten.
Uit het adres van den heer G. Bakker blijkt o. a. dat
toen hjj zjjne betrekking als hoofd der o. 1. school te
Woudsend aanvaardde, hjj eene koetsierswoning met
koetshuis etc. huurde, later moest hij zich getroosten
dat een deel der woning werd vertimmerd en geverfd.
Hierna dacht adressant ongestoord te kunnen wonen
doch nu heeft de eigenaar het door hem gehuurde huis
verkocht en is adr. niet in de gelegenheid met Mei a. s.,
wegens den heerschenden woningnood, eene woning
te huren, om welke redenen hij den raad verzoekt,
eene ambtswoning te stichten, gelijk zijne collega’s op
andere dorpen, ook in het genot daarvan zijn.
In de vorige vergadering werd aan eene commissie
opgedragen een onderzoek ter plaatse in te stellen
en pogingen aan te wenden, een geschikt bouwterrein
voor eene woning aan te wijzen.
Het resultaat van dit onderzoek is geweest, dat het
niet mogeljjk was een geschikte woning met Mei a. s.
ling, dat de beslissing op het raadsbesluit van 27 Dec.
11., tot aankoop van grond van Tjeerd de Jong te Oude
ga, voor een in te richten mestverzamelplaats aldaar,
is verdaagd
j. Alsvoren, daarbij mededeelende, dat de goedkeu
ring op de ingezonden verordeningen, waarbij het ge
tal scholen en hunne bestemming en den werkkring
enz. van den onderwijzer worden geregeld, tot later
wordt verdaagd
k. Verslag over het afgeloopen jaar van de Com
missie tot wering van schoolverzuim
Hieruit blijkt, dat 32 ouders of verzorgers ter verant
woording werden opgeroepen wegens schoolverzuim
hunner kinderen of pupillen, terwijl dit getal in 1901 51
bedroeg. Veel steun ondervond de commissie van de
hoofden van scholen, bij wien het verzuim voorviel.
Het schoolverzuim vloeide hoofdzakeljjk voort uit het
opzicht houden over jongere broers en zusters, hulp
bij arbeid der ouders, arbeid bij anderen, doch slechts
een enkele maal was dit te wjjten aan onverschillig
heid der ouders.
l. Proces-verbaal van opname der boeken en kas
bij den gemeente ontvanger, waarbij alles in de beste
orde werd bevonden.
Op voorstel van den Voorzitter worden alle boven
genoemde ingekomen stukken voor kennisgeving aan
genomen.
De Voorzitter deelt nog mede, dat bericht is ingeko
men van het overlijden van den heer P. Glastra van
Loon, hoofd der Chr. school te Gaastmeer, in den
ouderdom van 42 jaar.
Spr. stelt voor een betuiging van deelneming in het
geleden verlies aan de weduwe te zenden en de redac
tie daarvan aan den Secretaris over te laten.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten.
3. Vaststelling der Armvoogdjj-begrootingen, dienst
1903.
De Voorzitter stelt voor, nu mededeeling is ontvan
gen van Ged. Staten dat de gemeente-begrooting voor
1903 is goedgekeurd, thans ook de armvoogdij-begroo-
tingen voor 1903, welke bij de behandeling der ge
meente-begrooting vooiloopig werden goedgekeurd,
vast te stellen.
Zondér discussie en hoofdeljjke stemming wordt con
form besloten.
4. Voorstel betreffende de wjjze van belegging der
baten van het pensioenfonds voor gemeente-ambtenaren.
Over het afgeloopen dienstjaar hebben de ontvangsten
voor bovengenoemd fonds bedragen f 264.73, terwijl
geen uitgaven werden gedaan.
Ingevolge de desbetreffende verordening moeten de
baten zoo goed mogeljjk rentegevend worden belegd,
waarom B. en W. voorstellen bij eene solide Hypo
theekbank 2 pandbrieven, ieder van f 100.rentende
4 pCt., en zoodra weder een bedrag van f 100.be
schikbaar is, nog een derde pandbrief, aan te koopen.
aangedane beleediging en wierp toornige blikken op
de nieuwe hoeden.
Als philosoof voegde hij zich echter in zjjn lot.
Zwijgend hing hij «Methusalem* in de kleerenkast en
spreidde beschuttend nog een ouden foulard over hem
heen, een eer, welke den hoed voor het eerst in 15
jaren overkwam.
Mevrouw Bonneman was spraakzamer. Zij prees,
als een advocaat, vorm, kleur en qualiteit van elk der
hoeden.
Lang werd er gepast. De professor vond de meeste
hoeden te «mooi*, te «opzichtig* of zelfs «kwajongens
achtig.*
Eindelijk slaagde zjjn vrouw er in, hem een grooten
slappen hoed op te dringen.
Moet het nu werkelijk gebeuren Amalia? zuchtte hjj.
Zeker, man. Ge zult eens zien, hoe gauw ge aan
dezen hoed gewend wordt.
Bonneman zette den slappen hoed op en liep er een
half uur lang zjjn woning mee op en neer, links
rechts groetend.
Na deze oefening meende mevrouw nu wel den
nieuwen hoed zonder vrees aan baar gemaal te kunnen
overlaten. Voor alle zekerheid naaide ze echter zjjn
visitiekaartje stevig aan den binnenkant vast.
«Methusalem* was gevallen.
Intusschen had de babbelzieke faam, van den hoe
denwinkel uitgaande, zich van de zaak meester ge
maakt en groot en klein was nieuwsgierig, professor
Bonneman te zien. Deze liet echter lang op zich
wachten; hjj was juist verdiept in een wetenschappe
lijke verhandeling en eerst ’s avonds maakte hij zich
op naar «den Rooden Os,« het café, waar hjj met eenige
vrienden zijn glas bier gewoon was te drinken.
Diep in gedachten, nog geheel vol van zjjn weten
schap, stapte hij de zaal binnen en hing, oudergewoonte,
snel en tersluiks zjjn hoofddeksel in het donkerste
hoekje aan den kapstok.
Spoedig was, onder een potje bier, het wetenschap
pelijk twistgesprek aan ’t tafeltje der geleerden in vol
len gang en duurde voort, tot eindelijk een der heeren
aanstalten maakte om te gaan.
Wat, al zoo laat? riep Bonneman op de klok kjj-
juffrouw moesten gezamenlijk, met stokken en vegers
gewapend, een klopjacht instellen onder alle meubels.
TevergeefsMethusalem bleef weg.
Bonneman zag eindelijk het nuttelooze van 't zoeken
in en besloot, met den eenzaam aan den kapstok han
genden hoed naar huis te gaan.
Om den professor nu maar gauw kwjjt te raken,
snelde de kastelein zelf naar den kapstok en greep
den hoed. Daar zag hjj het ingenaaide kaartje. Haas
tig las hij, om ten minste te weten, wie de eigenaar
was van het meubel.
Professor H. Bonneman.
Wa-a-a-t? riep Bonneman, en las het zelf nog
eens.
En nu vielen hem de schellen van de oogenhjj
herinnerde zich, wat hem geheel ontschoten was, den
aankoop van den nieuwen hoed. Iets onverstaanbaars
mompelend, verliet hij het café, niet lettende op de spot
tende blikken en opmerkingen.
Tehuis wachtte hem eene laatste beproeving.
Terwijl hjj nog bezig was, de trap op te strompelen
wat moeilijk ging, werd de slaapkamerdeur al ge
opend.
Bonneman 1 Wat zie je er uit 1
Kalm, Amalia, kalm; morgen vertel ik je alles
Den volgenden dag ontwaakte de professor later dan
gewoonlijk, met hoofd- en maagpijn. Na ’t gebruik
vaneen heelen syphon spuitwater vei telde hjj wat er
gebeurd was.
Maar Bonneman! zei mevrouw.
Genoeg, geen woord meer en
nieuwen hoed ver van zich af) dit
meer onder de oogen
Hij stapte naar de kast, nam Methusalem, drukte
dien vast op zijn hoofd en ging een wandeling doen.
Mevrouw Bonneman was eene verstandige vrouw:
zij probeerde nooit weer, haar man een nieuwen hoed
op te dringen, maar kocht er voor het geld liever
zelf een.
kendwaarachtig al over tienenWacht, ik ga met
je mee.
De kellner ging als gewoonlijk, professors jas, hoed
en stok zoeken, maar bleef erg lang weg.
Excuseer me professor, zei hjj, eindelijk terugkomend,
ik kan uw hoed niet vinden hier is uw jas en stok.
Nu, ge zult anders mijn hoed wel kennen; ik draag
hem al lang genoeg. Kijk nog eens goed.
De kellner gaat en komt na eenige minuten
terug.
Professor, uw grjjze hoed is er niet; er hangt een
andere op de plaats.
Bonneman bromde iets van «ezel* en stapte zelf naar
den kapstok om «Methusalem* te zoeken. Maar deze
was er niet
Vervelendriep hij, erg vervelendNu is een an
der met mijn hoed er vandoor
En Bonneman keerde naar zjjn tafeltje terug.
’t Werd elf uur.
Kellner; is mijn hoed er nog niet? Kijk eens alle
hoeden na; misschien is er een andere bovenop ge
hangen riep Bonneman.
Er is volstrekt niets te vinden, meneer 1 antwoordde
de kellner na eenigen tijd vruchteloos zoeken.
De een na dan ander nam afscheid en eindelijk zat
Bonneman alleen; hjj was heel boos ten eerste om
den hoed, ten tweede omdat hjj niet bijtijds naar huis
kon gaan. De vele glazen bier hadden hem ook geen
goed gedaan de toestand werd bedenkelijk. Toen hjj
nu zag, dat hjj alleen in ’t lokaal was en de kellners
met veel drukte de stoelen op de tafeltjes begonnen te
zetten raakte hjj in een soort razernij.
Kellner, brulde hjj, is mijn hoed er nog niet?
De kellner, die slaap had en wien het gezeur om
den hoed begon te vervelen, antwoordde geprikkeld:
Als hij er was, had ik hem al gebracht, ik begrijp
niet, welke ezel het oude potdeksel heeft meegeno
men
Methusalem een oud potdeksel
Bonneman werd woedend.
De eigenaar van het Koffiehuis kwam, vroeg wat er
was; hij moest wat beleefd zijn tegen een ouden klant
als de professor. De kellners, huisknecht en buffet-
(hij slingerde den
vod komt mjj nooit
-(o)-
L
re
1
5NEEKE
COURANT
