7* SB 101Sllii:kE\ HILDEGRRD. SlfflWS- ffi AIIÏEKTEJTIEBLAII f •T; A I I w I T I e J £8e Jaargang. Woensdag 11 Maart 1803- No. 20. 1 l I Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Het woelt er! FEUILLETON. SM X* 1 J 1 Peru-Guano verbetert den bodem. zal 8) Hit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. j I I I I I I ie e- ;n I- king van het noodlot hen scheidde, dat hij het beminde meisje niet aan zich wilde ketenen, daar hij voortaan slechts in bekrompen omstandigheden, ja in ontbering zou moeten leven. Suska lachte uit volle borst, verbrandde den brief en verloofde zich vier weken later met den ouden, schat rijken graaf Bradsky. Het bericht van deze verloving ontving graaf Or- loweky te Hamburg, waar hjj toen eenigen tijd ver toefde. Kort daarna verloofde hij zich met de dochter van den rijken senator Römer, en weldra voerde hij haar naar het echtaltaar. Hildegard vermoedde echter niets van de betrekking die er vroeger tusschen haar man en gravin Bradsky had bestaan; maar zij leed zwaar, toen zij begon in te zien, dat Paul geheel in hare macht was. Zoo naderde de dag, dat het gemaskerd bal zou plaats vinden. Hildegard verkeerde in een koortsach tig opgewonden toestandtot eiken prijs wilde zij meer weten van de verhouding tusschen haar man en die gevaarlijke vrouw. Daarom had zij een plan be dacht, aan welks slagen zij vast geloofde doch hoe ongerust zag zij het oogenblik tegemoet, dat zij de waarheid zou leeren kennen Graaf Orlowsky en zijne vrouw hadden voor elkaar niet geheim gehouden in welk costuum zij naar het bal zouden gaanhij zou gekleed zijn als een Italiaan- sche bandiet, zij als de Sneeuwkoningin uit het bekende sprookje. Toevallig hoorde Hildegard bij de modiste, die haar costuum gereed maakte, dat gravin Bradsky daar ook liet werken, en dat zjj op het bal zou ver schijnen, gekleed als Rezia uit de opera »Obéron«. Snel nam zij een besluit. Gravin Bradsky en Hildegard kwamen in lengte en postuur geheel overeenonder strenge geheimhouding kïtl' J Al bevat een grond alle voedingsstoffen, die de plan ten noodig hebben om te groeien, en al zijn deze in de juiste verhouding en in voldoende hoeveelheid aanwe zig, dan nog kan het gebeuren, dat de oogsten te wen schee overlaten. De oorzaak daarvan moet dan gezocht worden in den bouw van den grond, in de structuur. Hij kan te los en te droog, te vast en te taai zijn j hij kan zuur en koud, hjj kan korstig en gesloten zijn. Onder de middelen, die de structuur van den grond verbeteren, neemt de Peru-Guano een eerste plaats in. Wanneer de Peru-Guano, die voor een groot deel uit gemakkelijk verrottende organische bestanddeelen bestaat, zich innig met de gronddeeltjes vermengt, wordt de losse bodem meer gesloten, de taaie klei grond meer open en verbrokkeld. De Peru-Guano oefent dus op den bodem denzelfden gunstigen invloed uit, als de humus van den stalmest. In zooverre heeft de Peru-Guano een voorsprong op véle scheikundige meststoffen, die den grond niet in zulk een goeden toestand achter laten. Het is misschien om deze re den, dat de navrucht op een met Peru-Guano bemesten akker vaak zulke gunstige resultaten geeft. Ik zeg, .misschien», omdat dit verschijnsel ook nog een andere reden zou kunnen hebben. Behalve de direct oplosbare deelen der Peru-Guano en de gemakkelijk in oplossing tredende voedingsstoffen bevat deze meststof toch nog een gedeelte, dat eerst later zijn nut doet, dat dan als opgeloste voedingsstof de navrucht ten goede komt. Wellicht werken beide oorzaken mede om den twee- ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar plaatsruimte. Jaren geleden bestond er slechts één Oos- tersche quaestie, die voor een goed deel de politiek van de negentiende eeuw beheerschte. Thans heeft men Oostersche quaesties in soor ten. Doch de oude Oostersche quaestie is nog verre van opgelost. Het Balkan-schiereiland trekt nog altijd de volle aandacht van de groote mogendheden. In de eerste plaats van Rus land en Oostenrijk. Rusland, dat moet aan sturen op het bezit van Konstantinopel en de Straat derDardanellen, ten einde van uit de Zwarte zee, die dan bijna een Russische bin nenzee wordt, ongehinderd in de Middelland- sche zee te kunnen komen. Oostenrijk heeft als naaste buur van ‘t Turk- sche rijk ook groote belangen. De Russisch- Turksche oorlog van 1877’78 heeft aan Oos tenrijk toegang verschaft in ’t Turksche schier eiland door ’t bezetten van Bosnië, de Herze- gowina en Novibazar. Natuurlijk mocht Oos tenrijk deze streken slechts zoolang bezetten, tot de inwoners er van zich zelf als onafhan kelijk volk konden redden, doch dit »tijdelijk< bezetten is, zooals verwacht kon worden, een »blijvend< bezit geworden. Oostenrijk grenst hierdoor aan Macedonië en Europeesch Tur kije en moet wel plan hebben dezen Macedo- nischen warwinkel ook militair te bezetten, ten einde tevens in ’t bezit te komen van de prach tige haven Saloniki. Als er geen andere be langhebbenden waren en geen mogendheden, afgunstig op de machtsuitbreiding van concur renten, zou de Oostersche quaestie reeds op gelost zijn, door Konstantinopel aan Rusland, Saloniki aan Oostenrijk te brengen. Doch er zijn meer belanghebbenden. Italië bevindt zich ook in de positie van naasten buur en denkt er aan, dat de Albaneezen, (een brutaal volkje ten Noorden van Griekenland), stamverwanten hebben in Zuid-Italië. Als groote mogendheid moet Italië dus wel de al lures aannemen van niet te kunnen gedoogen, dat de Oostersche quaestie, buiten Victor Em manuel’s regeering om, opgelost wordt. Ook Frankrijk en Duitschland interesseeren zichFrankrijk, als van ouds her ’t protecto raat uitoefenende over de Christenen in het Turksche rijk, welk protectoraat thans niet meer onaangetast is geblevenDuitschland, dat zich opwerpt als de groote vriend van den Turk, vorstelijke bezoeken naar Konstantinopel organiseert en verschillende spoorwegconces- sies in Klein-Azië en aan Euphraat en Tigris bemachtigt. Maar nu komt nog Engeland, dat in de Oostersche zaken steeds de grootste tegen stander van Rusland is geweest. Engeland zal alles aanwenden om te beletten dat Rus land bezitter van den Bosphorus wordt. En geland heeft steeds gewerkt, om de Zwarte Zee gesloten te houden. In den Krimoorlog, nu bijna 50 jaren gele den, streden Engeland, Frankrijk en Italië met Turkije, om Rusland te vernederen en de vredesbepalingen, daarna gemaakt, verhinder den elke machtsontwikkeling van Rusland in en aan de Zwarte Zee. In den Russisch-Turkschen oorlog van 1877 tot ’78 streed Rusland, geholpen door Rume- nen en Boelgaren, tegen Turkije en was reeds aan de poorten van Konstantinopel genaderd, toen Engeland zijn vloot zond naar deze stad en ’t Britsche volk zijn regeering aan vuurde tot gewelddadigen tegenstand tegen verder Rus sisch voortrukken. Ook Duitschland sprak ’n woordje mee en Bismarck, die toen op het toppunt van zijn macht stond, wist te bewer ken, dat te Berlijn een vergadering van afge zanten der groote mogendheden werd gehouden. In deze vergadering werd Rusland bijna geheel van de vruchten zijner overwinning be roofd; Bulgarije werd bevrijd van het Turk sche bestuur en bleef enkel schatplichtig aan den Sultan; verder werd ’t grondgebied van Servië en Montenegro vergroot; Oostenrijk- Hongarije kreeg de zorg over Bosnië, enz.; Rusland-zelf kreeg heel weinig gebied er bij; en de Bosphorus en de Dardanellen ble ven gesloten. Dit was hoofdzakelijk het werk van Bismarck en den Engelschen Minister Dis- raëli, later tot lord Beaconsfield verheven. Deze laatste groote staatsman wist nog heel handig, tot belooning voor Engelsche hulp, het schoone eiland Cyprus, vlak bij ’t Heilige Land, van Turkije los te krijgen. Frankrijk, dat nog gebukt ging onder de gevolgen van den reuzenstrijd met Duitschland, nog op den achtergrond moest blijven, daar Bismarck zelfs voor geen tweeden oorlog met Frankrijk zou terugdeinzen, indien dit noodig was; Frankrijk, dat nog geen kracht gevonden had in een ver bond met Rusland, kreeg niets. Sederstl878 is echter veel veranderd! Kreta is ongeveer onafhankelijk geworden en HOOFDSTUK V. Vervolg. Hjj bekende haar zijne liefde voor de jonge gravin en zeide, dat het zijn liefste wensch was met Suska voor het echtaltaar te treden. De prinses liet hem uitspreken en zei toen Uw aanzoek komt mij niet onverwacht, jonge vriend! Het is mijne aandacht niet ontsnapt, dat gij genegenheid voor mijne nicht hebt opgevat; ik weet ook, dat dit gevoel wordt beantwoord. Niets staat dus aan eene verbintenis in den weg, zoodra ge in staat zijt uit eigen middelen mijne nicht een passende positie in de wereld te verschaffen. Graaf Paul keek verlegen naar den grond, terwijl de oude dame vervolgde Natuurlijk zal ik met genoegen aan mijne nicht, die ik als een dochter liefheb, een rijken uitzet mee geven; maar fortuin heeft zp van mij niet te wachten. Zoolang ik leef, trek ik een jaargeld uit de familiegoe- deren, maar bij mijn dood komt alles aan de manne lijke erfgenamen. Dat viel graaf Orlowsky op het lijf als een koud stortbad; de droomen van liefde, geluk en rijkdom vervlogen opeens in rook. Het gesprek met de oude prinses had ten gevolge, dat graaf Paul reeds den volgenden dag Warschau verliet en schriftelijk af scheid van Suska nam. Hij schreef, dat een beschik- eene menigte personen van zeer verschillend voorko men, bont dooreengemengd, in voortdurende beweging. Het verward geluid van honderden stemmen ging verloren in de muziek van het vol orkest, dat op de galerij een wals van Strauss speelde. Hildegard had nog geen tijd gehad om de verschillende maskers wat nader te bezien, zij was als het ware nog verdoofd door het drukke gewoel, waarin zjj plotseling verzeild was geraakt, toen een lange monnik in donkere pij op haar toetrad. Hij nam haar arm in den zjjne, geleidde haar verder in het gewoel en zei ondertusschen Ge schrikt mij niet af door ijs en sneeuwIk weet toch, wie zich achter dit koele omhulsel ver bergt, schoon masker Ge vergist u, eerwaarde heer I Ik ben niet de gene, die gij zoekt, fluisterde Hildegard, maar toch moogt ge mij door de bonte menigte geleidenOn der de bescherming van een monnik gevoel ik mij veilig Ik ben bereid u tegen eiken aanval te verdedi gen, verzekerde de monnik, en nu herkende Hilde gard hem aan zijn stem. Het was graaf Konsky. Doch op dit oogenblik kon haar dit niets schelen, in een kring van schoone mas kers had zij juist de bekoorlijke Rezia ontdekt, die in druk gesprek was met een Spaanschen grande, die een paar letters in haar hand trok om te raden, wie zij was. Overmoedig schudde Rezia het hoofd en juist wilde de Spanjaard haar iets toefluisteren, toen em bandiet vrijpostig naderde en de schoone Rezia ten dans voerde. Dat was toch zeker haar echtgenoot niet, mom pelde de monnik bij zich zei ven. Hildegard wist, wie dat was, maar zjj wist zich te beheerschen en schreed trotsch voort aan den arm bestelde Hildegard nu een tweede costuum geheel gelijk aan dat van gravin Bradsky. Ik wil ook als Rezia gecostumeerd zijn het geldt een grappige weddenschap en die zou ik zeker verliezen, als ge niet weet te zwijgen, zeide zij bij het heengaan tot de modiste. Het zal ongeveer negen uur ’s avonds geweest zijn, toen graaf Orlowsky gecostumeerd bij zijne vrouw kwam. De indruk, die zijn vrouw op hem maakte, was zoo overweldigend, dat hij een oogenblik als vast genageld op den drempel bleef staan. Hoe rein, hoe koninklijk, maar ook hoe koud zag zij er uit in haar wit, schitterend kleed met die kleine kroon van ijspe gels op het hoofd Zelfs een bandiet wordt bevreesd voor zooveel schoonheid, als deze zich in ijs hult, sprak hij daarop met een glimlach. De liefde, die Hildegard hem toedroeg, vlamde in haar hart weder op, toen zij schijnbaar in scherts antwoordde En toch zou de Sneeuwkoningin niets beters kun nen doen, dan zich te laten ontvoeren door den ban diet, om met hem zijn hart en zijn huis te deelen. Hij boog galant voor haar en reikte haar de hand met de woorden Laat me je vooreerst maar naar het gemaskerd bal ontvoeren het rjjtuig staat ons reeds te wachten. Beiden hulden zich in donkere mantels, deden kleine maskers voor het gelaat, zoodat alleen de oogen vrij waren en nu reed het jonge paar naar het schitte rend verlichte hotel, waar het bal zou gegeven worden. Aan den ingang scheidden de echtgenooten. Om niet herkend te worden ging ieder afzonderlijk de zaal bin nen. Welk een bont gewoel zagen zij daar! Die groote ruimteen de aangrenzende kamers waren gevuld met met verloop van tijd een deel van Grieken land worden. Griekenland’s vorst, koning Ge orge, zoon van den koning van Denemarken en dus een vreemdeling in de Grieksche wereld, zag zich door 't ijveren van zijn volk voor Kreta, gedwongen tot een oorlog tegen Tur kije, dat ’t Grieksche leger versloeg; eerst daarna kwamen de mogendheden tusschenbéi- de om Kreta los te maken van Turkije; alleen werd Griekenland, dat na 1878 in ’t Noorden een beduidende gebiedsvergrooting verkregen had, gedwongeneen klein stukje van dat nieuwe gebiéd aan den Turk af te staan. Rusland en Oostenrijk, de grootste belangheb benden bij de toekomstige Turksche erfenis, heb ben een overeenkomst gesloten en schijnen atge- sproken te hebben geen man en geen cent te willen missen, om de Balkanvolkeren te bevrijden van ’t Turksche juk. Zij schijnen te denken, dat een laisser aller-politiek hun ’t voordeeligst is; dat door slecht bestuur en wreedheid van de zijde der Turken en door ’t woelen en werken der rumoerige Macedoniërs, Grieken, Serven, Bulgaren, Albaniërs, enz., ’t Turksche rijk in Europa zich zelf ontbindt; dat 't hope loos dooreengemengd wonen der genoemde volkeren een verdeeling van Europeesch Tur kije onder de reeds vrije staten onmogelijk maakt; dat de Turksche erfenis hun wel in den schoot moet vallen. Wij weten niet, wat de Russisch-Oostenrijksche afspraak voor geheimen inhoudt, want zoo iets hangt men natuurlijk niet aan de groote klok; doch dat Konstantino pel en de waterweg tusschen Zwarte en Mid- dellandsche Zee eenmaal Russisch worden, of in elk geval den Rus niet meer van de Mid- dellandsche Zee zullen verwijderd houden, ge loven we wel. Om Rusland tegen te houden, gold de be paling, dat iedere mogendheid slechts één oor logsschip ter bescherming van haar gezant schap bij de Porte mocht hebben, doch dat nimmer andere oorlogsschepen de Dardanellen mochten passeeren. En hebben we reeds on langs niet een paar Russische oorlogsschepen er door zien varen, ondanks alle bangmakerij van Engeland? De Russische politiek kan men in’t kort aldus kenschetsen; Zij, diegelooven, haasten zich niet. De Rus, overtuigd van zijn groote toekomst, maakt geen overijlende haast bij zijn werk. Toch kan een catastrophe de vermolming van ’t Turksche rijk verhaasten. Op dit oogenblik woelt ’t, kookt ’t in Ma cedonië. En in Bulgarije gaat ’t evenzoo. Tal rijke gewapende benden dringen uit Bulgarije Macedonië binnen en vele Bulgaarsche unifor men worden daarbij opgemerkt. Zal vorst Ferdinand, een vreemdeling onder de Bulgaren, gelijk de Grieksche vorst een vreemdeling on der zijn volk is, zal hij als dezen door zijn volk gedwongen worden tot een strijd, die," daar Rusland en Oostenrijk niet tusschenbeide wil len komen, hem een langen neus moet be zorgen Dezer dagen werd bericht, dat 80,000 man Turksche troepen reeds bij de Bulgaarsche grens gelegerd zijn. Dit duidt er op dat groote kans op oorlog en gruwelen bestaat. En de reeds vrije Balkanstaten zijn te naijve rig op elkaar om gezamenlijk den Turk te be strijden; anders zou een Bulgaarsche neder laag bij eventueelen krijg niet even zeker zijn als de Grieksche van voor een paar jaren. .- 1 poli! 1 4 "T-‘5~jr I F lt, te tr c I k 4

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1903 | | pagina 1