mms- ej iitmTmimii)
IWIl WH H «ST11M.
De Waaier.
Woensdag 24 Juni 1903.
58e Jaargang.
Wo. 50.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Uit de Raadszaal.
FEUILLETON.
L
4
I'it blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
NOVELLE.
Bewerkt door AM O.
pi
conform besloten.
5. Vaststelling van het programma voor de H. B.
School, cursus 1903/1904.
Op voorstel van den Voorzitter wordt evengenoemd
programma, zooals het door den Directeur en de leer
aren dier school in overleg met de Commissie van
Toezicht is vastgesteld, onveranderd goedgekeurd en
zal in druk verschijnen.
6. Vaststelling van het programma voor het Gymna
sium, cursus 1903/1904.
Het ontwerp van dit programma, zooals het door den
Rector in overleg met heeren Curatoren is opgemaakt,
wordt eveneens onveranderd goedgekeurd en zal mede
in.druk verschijnen.
7. Adres van den heer A. J. van der Meulen, ontslag
verzoekende als leeraar aan de Hoogere Burgerschool.
Burg, en Weth. stellen voor, adressant op zijn ver
zoek eervol ontslag te verleenen als leeraar in aard
rijkskunde en geschiedenis aan de H. B. School alhier,
met ingang van 1 September a. s. wegens zijne benoe
ming tot leeraar aan de Rijks H. B. School te Utrecht.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten en worden Burg, en Weth. tevens
gemachtigd maatregelen te nemen om een opvolger op
te roepen.
8. Adres van den heer F. Hoogland, om eervol ont
slag als onderwijzer.
Wegens zijne benoeming tot onderwijzer te Zutphen,
verzoekt adressant eervol ontslag als onderwijzer aan
school no. 3, tegen 1 Sept a. s.
Burg, en Weth. stellen voor het gevraagde ontslag
tegen genoemden datum eervol te verleenen.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt con
form besloten.
’t Dagel. Bestuur wordt tevens gemachtigd eene op
roeping voor deze vacature te doen.
9. Benoeming eener onderwijzeres aan school no. 1.
Op de in overleg met den arrondissements-schoolop-
ziener opgemaakte voordracht zijn geplaatst de dames
E. Stüvel te Steggerda, A. Bloemhof te Sneek en H.
van der Weij te Stavoren.
Bij de eerste vrije stemming verkregen de dames
Stüvel 6, van der Weij 6 en Bloemhof 2 stemmen.
Bij de tweede vrije stemming werd mej. E. Stüvel
benoemd met 8 stemmen, terwijl op mej. van der Weij
5 en op mej. Bloemhof 1 stem werd uitgebracht.
10. Adres van den heer P. Schenkius om te worden
benoemd als makelaar in schepen.
Adressant verzoekt hem eene aanstelling als make
laar in stoom-, zeil- en pleiziervaartuigen en verde
re transportmiddelen te water te willen verleenen.
Hierbij zijn tevens een paar aanbevelingen overgelegd.
Met het oog op de belangrijke scheepvaart in deze
gemeente, waardoor de tusschenkomst van een beëedigd
makelaar dikwijls wel gewenscht is, stellen B. en W.
voor, aan het verzoek van adressant te voldoen.
Conform wordt besloten.
11. Adres van den heer Dr. Z. Th. Diehl te Alk
maar, inzake plaats gehad hebbende uitbetaling zijner
jaarwedde als Directeur en Leeraar aan de Burger
avondschool alhier.
B. en W. stellen voor, op het verzoek van adressant
om hem alsnog het restant zijner jaarwedde, en wel
van 1 April1 September 1903, als directeur en leeraar
aan de Burgeravondschool, uit te betalen, afwijzend
Achteloos dwaalde de jonkman nog langen tijd in
zoet gepeins door de straten, voor hij zijne wonig op
zocht en ter ruste ging.
Den volgenden morgen was Felix Haardt in zoo’n ge
drukte stemming als niemand zou vermoed hebben
hij zelf allerminst.
Hij zat in een pover gemeubileerd kamertje, dat eigen
lijk een aanhangsel van zijn werkplaats daarnaast was.
Hij was bezig iets te doen, maar hield daarmee op en
liet droevig het hoofd hangen
En waarmede was hij bezig?
Met het inpakken van verschillende voorwerpen van
waarde die hij ineen reistasch deed, welke geopend voor
hem op de tafel stond. Meermalen hield hij even op, om
in de kamer heen en weer te loopen en half luid tot
zichzelf te spreken. Dit laatste was een gewoonte, die
het gevolg was van zijn eenzaam leven, dat hij geheel
aan de kunst wijdde.
«O, mijne ouders behooren niet tot diegenen, die een
kunstenaar onder de nuttelooze menschen rekenen,*
heeft zij gezegd. Dat klonk bemoedigend. En hoe lief
zei ze dat! Maar zou ze hetzelfde wel zeggen als ze mij
bezig zag met hetgeen ik nu doe? En dan haar ouders,
haar vader, die rijke consul Hansen!
«Ja, mijnheer Hansen!* zou ik moeten zeggen, als hij
nu kwam binnenstappen «de jonge beeldhouwer Fe
lix Haardt is juist bezig zijn kostbaarste voorwerpen in
te pakken om ze naar de lommerd te brengen. De
nog onberoemde en uwer familie onwaardige beitelaar
wilu heden een beleefdheidsvisitie brengen, om naar
den welstand uwer dochter te informeeren. Daartoe ont
breken hem echter eenige noodzakelijke dingen, om zijn
uiterlijk een behoorlijk aanzien te geven. Zoudt ge het
u kunnen voorstellen, mijnheer Hansen? Dat jougmensch
is tot over de ooren verliefd op uwe dochter en zou
haar liefst dadelijk naar het huwelijksaltaar geleiden.*
Bij deze woorden onderbrak Felix zijn alleenspraak
met een bitteren lach en zette zijn wandeling in de ka
mer met zenuwachtige haast voort.
Daar viel zijn oog op den waaier, die haar toebe
hoorde. Hij nam hem op, wikkelde met zorg het
papieren omhulsel er af en drukte het voorwerp aan
zijn lippen. De herinneringen, die nu bij hem leven
dig werden, vaagden weldra alle verbittering van zoo
even bij hem weg.
«Hoe mooi is hij,” zeide hij, terwijl hij den waaier
streelde. «Zoo mooi, als alleen voor haar past. En
hij zal wel veel geld kosten ook.*
In gedachte verdiept, slaakte hij een zucht, wik
kelde toen den waaier weer zorgzaam in het papieren
omhulsel en legde hem voor zich neer.
Doch de gevoelens, bij hem opgewekt door den
waaier, deden hun invloed gelden. Hij werd weer
vroolijk en sprong op met de woorden
»En wat beteekent het ook Ik ben geen millio-
nair, ik zal het waarschijnlijk nooit worden ook, maar
dat weet Margaretha, zij moet dat weten Maar toch
heb ik het trots alles zoover gebracht, dat ik durf
zeggenik heb een toekomstEn een vrij goed in
komen heb ik nu reeds. Dat ik op het oogenblik geen
geld heb, is zuiver toeval. Dat zou niet zoo zijn, als
ik die buste betaald had gekregen, zooals ik hoopte,
en als ik mama niet juist zoo’n duren pelsmantel had
gezonden, ’t Is waar, dat deed ik half uit ijdelheid,
om de kleinsteedsche lui te ergeren want die den
ken ook dat een kunstenaar nooit anders dan gelapte
laarzen kan dragen. Wat zal mama trotsch zijn als
ze haar vriendinnen kan vertellen «Dat is een ge
schenk van mijn zoon, den beeldhouwer 1 En dat doet
1).
«Wilt u werkelijk reeds naar huis? Blijft u geen enkel
dansje meer?*
«Neen, heusch niet! Mama wil naar huis; het is al
zoo laat!*
De jonkman keek vluchtig op de pendule.
«Drie uur reeds! Wat gaat de tijd toch snel voort, als
men zich gelukkig gevoelt!*
De jonge dame antwoordde daar niet op, maar bleef
toch staan, alsof zij nog iets verwachtte.
«Mejuffrouw,* begon de jonge beeldhouwer plotse
ling met gedempte stem en met zekeren haast, alsof
hij vreesde, dat een volgend oogenblik de goede gelegen
heid tot spreken voorbij zou zijn, «mejuffrouw, juffrouw
Margaretha, het is heden de derde maal, dat ik het ge
luk heb u in gezelschap te ontmoeten. Nu gaat u heen
en ik blijf achter met de vraag:
«Zal ik zoo gelukkig zijn u ook een vierde maal te
ontmoeten? De tijd der wintergezelschappen loopt ten
einde
«Mijne ouders ontvangen hunne vrienden in elk jaar
getijde*, antwoordde het meisje zacht, zonder de oogen
naar hem op te slaan.
«De gelukkigen, die tot hanne vrienden behooren!*
«O, mijne ouders behooren niet tot degenen, die een
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 2l/3 cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
te beschikken op grond dat aan adressant op zijn ver
zoek eervol ontslag werd verleend met ingang van 1
April j.l., en de jaarwedde volgens de verordening al
leen tot dien datum en niet gedurende het geheele
jaar wordt genoten.
De heer ten Gate kan niet meegaan met het voorstel
van B. en W. Adressant verzoekt het tekort genotene
zijner jaarwedde uit te betalen en dit vindt Spr. alles
zins billijk, daar adressant gedurende den geheelen
cursus, welke loopt vanaf den 2en Maandag in Sep
tember tot 1 April, les heeft gegeven en toezicht heeft
gehouden. Waar adressant bovendien de voorberei
dende maatregelen t.ot inrichting dezer cursus nam,
stelt Spr. voor het salaris van f 300.— geheel uit
te betalen.
De heer Huges is ’t geheel met den vorigen spreker
eens, de heer Diehl heeft alle werkzaamheden verricht,
welke aan den cursus zijn verbonden en dus z. i.
ook ten volle aanspraak op het geheele salaris.
De heer dr. Bouma is het geheel eens met B. en
W. dat volgens de verordening de geheele jaarwedde
niet uitbetaald kan wordenwaar adressant echter
alle werkzaamheden, aan den cursus verbonden, heeft
verricht, altijd met nauwgezetheid heeft gewerkt,
en veel heeft gedaan om bedoelde inrichting tot stand
te brengen, acht Spr. ’t alleszins billijk dat de ge
heele jaarwedde wordt uitgekeerd door eene gratifi
catie, gelijk aan het restant der jaarwedde, nl. f 130.84,
aan adressant te verleenen.
De Voorzitter zegt, dat de verordening, nog van
zoo recenten datum, in Augustus werd vastgesteld
destijds heeft Spr. bedoeld art. 5 uitvoerig toegelicht
om voor ’t vervolg alle misverstand te voorkomen,
daar reeds eerder enkele, .uitbetalingen van jaarwed
den tot moeielijkheden aanleiding hadden gegeven
't geen Spr. door enkele voorbeelden aantoont.
Adressant is volgens die verordening benoemd, dus
kunnen B. en W. niet anders voorstellen.
Een geheel ander geval is ’t echter, uit appreciatie
en waardeering voor den heer Diehl, wiens organi
satietalent Spr. ook ten zeerste roemt, een gratificatie
te verleenendoch men mag ook niet vergeten dat
alle ambtenaren in dezen voor de gemeente gelijk zijn.
De heer Fennema zegt, dat adressant geen gratifi
catie vraagt, doch alleen uitbetaling van het tekort
genotene.
De heer Kiezebrink acht de verordening in dezen
onbillijk en wijziging wel gewenscht.
De heer Beekhuis ondersteunt het voorstel van den
heer dr. BoumaSpr. heeft destijds, bij de vaststel
ling der verordening, iets dergelijks niet voorzien.
Na nog eenige discussie,' waaraan deelnemen de
heeren Bouma, Fennema, Beekhuis, Huges en de Voor
zitter, wordt bet voorstel van den heer dr. Bouma, om
het verzoek van adressant te wijzen van de hand, doch
uit erkenning voor de bewezen diensten hem bij wijze
van gratificatie het te kort genotene zijner jaarwedde
te verleenen, in stemming gebracht en aangenomen
met 11 tegen 3 stemmen, die van de heeren Dokkum,
Wielenga en Fennema.
De gratificatie zal worden betaald uit het fonds voor
onvoorziene uitgaven, waarop de goedkeuring van h.h.
Ged. Staten zal worden aangevraagd.
12. Adres van ds. J. Bakker te Wons, om restitutie
van schoolgeld.
kunstenaar onder de nuttelooze menschen rekenen.*
«Werkelijk, juffrouw Margaretha?* vroeg de jonge
beeldhouwer verheugd en daarbij drukte hij de hand
der jonge dame zoo levendig, dat eene Engelsche gou
vernante in haar verontwaardiging, zeker een appel
flauwte had gekregen. »U kunt niet gelooven hoe ge
lukkig ik mij gevoel door deze verzekering!*
Als eenig antwoord op deze woorden meende de jonge
kunstenaar een zacht drukje van haar hand te bemerken;
tegen alle regelen der wellevendheid had hij nog altijd
haar hand in de zijne.
»U zult er dus niet boos om zijn, Margaretha, als ik,
een onberoemd beoefenaar der kunst, het waag uwe
ouders
Zij schudde bijna onmerkbaar het hoofd. «Ik kom,
ik kom,« riep zij daarbij eene dame toe, die in de
verte naderde. Met een knikje tot afscheid keerde zij
zich toen af van den jonkman, die in zijn verbijstering
vergat een kus op haar hand te drukken en haar als in
een droom nastaarde.
Nauwelijks had de jonge dame echter een paar
schreden gedaan of zij keerde zich om en riep:
«Och, mijnheer Haardt, mijn waaier ligt daar nog op
een stoel.*
Meer woorden waren nietnoodig om den jongen kun
stenaar inden grootsten ijver naar het bedoelde voor
werp te doen heensnellen. Hij kende dien waaier zeer
goed en drukte hem met teederheid aan zijn lippen. Bij
zjjn terugkeer was de jonge dame reeds verdwenen. Te
vergeefs wachtte hij nu.geruimen tijd aan de deur der
kleedkamer, of zij uit die deur weer te voorschijn zou ko
men. Toen hij eindelijk de hoop moest opgeven haar
nog eens te zien en met een vriendelijken glimlach
beloond te worden, verliet hij de balzaal, die hem nu
ledig scheen, en ging de straat op.
VERGADERING van den Gemeente
raad van SNEEK, op Donderdag, den 18
Juni 1903, ’s namiddags te 61/, ure.
Tegenwoordig zijn 14 leden, afwezig met kennisge
ving, wegens uitstedigheid, de heer H. F. Pijttersen.
Voorzitter de heer Mr. D. Alma, Burgemeester.
Secretaris de heer Jac. van der Laan.
Punten van behandeling:
1. Resumtie der notulen.
De notulen der op den 28 April j.l. gehouden ver
gadering worden, na lezing door den Secretaris, on
veranderd vastgesteld.
De heer Huges vraagt verlof, na behandeling van
het laatste punt der agenda, iets te mogen zeggen
omtrent het bezorgen der aanslag-biljetten voor den
H. O.
De Voorzitter hoopt den heer Huges, met toestem
ming der vergadering, daartoe alsdan in de gelegen
heid te stellen.
2. Mededeeling van ingekomen stukken enz.
De Secretaris doet mededeeling van de volgende in
gekomen stukken:
a. Resolutie van Ged. Staten, houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit tot beschikbaarstelling van
een strookje water enz., aan de heeren R. Jongbloed
en I. J. de Jong;
b. Alsvoren, houdende goedkeuring van het raadsbe
sluit tot afstand van een stukje grond in bruikleen aan
den heer A. L. Hansma;
c. Alsvoren, houdende goedkeuring van het raads
besluit, waarbij vergunning is verleend aan den heer
F. Blok alhier, tot het plaatsen van twee stalten;
d. Alsvoren, houdende goedkeuring van het primi
tief Kohier van hoofdelijken omslag, dienst 1903;
e. Alsvoren, houdende toezending van het Ko-
ninkl. Besluit van 5 Mei 1903, no. 89, waarbij aan deze
gemeente vrijstelling wordt verleend van de verplich
ting tot het oprichten van een burgerdagschool, tot 1
September 1906;
f. Eene raming van ontvangsten en uitgaven van
de Gezondheidscommissie voor de vereeniging van
gemeenten, met den zetel Sneek, voor het jaar 1904.
Na de visie zijn nog ingekomen:
g. Schrijven van de commissie voor de gemeente
lijke muziek- en zangschool, houdende eene aanbeve
ling voor de benoeming van een lid dier commissie;
Deze aanbeveling bestaat uit de heeren S. Jaarsma
en A. P. P. Bloemen.
h. Adres van de R. C. Bouwvakvereeniging en 2
andere Vakvereenigingen alhier, verzoekende verhoo-
ging van het minimumloon in de bestekken der door
de gemeente aanbesteed wordende werken;
i. Alsvoren van den heer C. Fraij, stationschef te
Warmond, verzoekende teruggave van betaald school
geld voor school no. 1;
Alsvoren van mej. C. Prins, eervol ontslag als
onderwijzeres aan school no. 3 verzoekende tegen 1
Sept. a. s.;
k. Alsvoren van verschillende ambachtslieden, aan
fabrieken alhier werkzaam, verzoekende de draaibrug
over de Stadsgracht bij de Waterpoort op werkdagen
gesloten te houden ’s voorm. van 8—8‘/4 en ’snam.
van 12—12 7t uur.
De Voorzitter stelt voor: de ingekomen stukken sub
a, b, c, d en e voor kennisgeving aan te nemen; op de
raming van ontvangsten en uitgaven der Gezondheids
commissie te letten bij de opmaking der begrooting
voor 1904, en aan de stukken tot en met k, die na de
visie zijn ingekomen, nader de aandacht te schenken
en dan in behandeling te nemen.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
conform besloten.
De heer Veen heeft onder de stukken niet opgemerkt
een voarstel betreffende het verzoek van de coöpera
tieve Telefoonvereeniging, om de uitvoering der aan
de gemeente verleende concessie tot aanleg en exploi
tatie van een telefoonnet in deze gemeente, aan haar
over te dragen. In een vorige vergadering werd bedoeld
adres al voorgelezen. Op een eerder verzoek werd
beskten de concessie aan genoemde Vereeniging over
te dragen, doch later is gebleken dat de gemeente al
leen de uitvoering der concessie mag overdragen, zoodat
het dus feitelijk enkel een wijziging in den vorm van
antwoord betrof.
De Voorzitter antwoordt, dat deze zaak nog steeds
in onderzoek is; met den heer Ingenieur der Rijkste-
lefoon is het Dag. Bestuur nog in onderhandeling en
reeds tweemaal ontving men over deze zaak eene mis
sive van den heer Raasveld. In eene in Juli of Augustus
te houden conferentie met genoemde heeren, hoopt ’t
Dagel. Bestuur deze kwestie te overleggen en daarna
een voorstel te doen.
3. Aanbieding eener concept-algemeene politie
verordening.
De Voorzitter zegt dat bovengenoemd concept is
ontworpen door de Commissie voor strafverordeningen,
bestaande uit de heeren Beekhuis, ten Gate, Paehlig en
de Voorzitter, terwijl ook de Commissaris van Politie
de verschillende vergaderingen heeft bijgewoond. Aan
de leden van den Raad alsmede aan den Voorzitter der
Gezondheidscommissie is een exemplaar van het con
cept in druk toegezonden, zoodat men de verordening
op zijn gemak kan bestudeeren. Eventueele aanvul
lingen, uitlatingen of wijzigingen wacht spr. gaarne
vóór 15 Juli a. s. schriftelijk in.
Spr. licht nog toe dat in dit concept geen bepalingen
betreffende de stoomtram zijn opgenomen, daar men
’t wenschelijk achtte hiervoor eene afzonderlijke ver
ordening te maken, verband houdende met bepalingen
dienaangaande van Rijk en Provincie.
Ook aan den districts- en gemeente-veearts zal een
ex. van het concept worden ter hand gesteld, om,
indien deze nog practische wenken wenschen te ge
ven, daarvan nota kan worden genomen.
Spr. stelt voor het concept alsdan later te behandelen.
Conform wordt besloten.
4. Goedkeuring der rekening van de algemeene
armvoogdij, dienst 1962.
De Commissie voor het nazien van rekeningen en
begroetingen brengt, bij monde van den heer R. S. H.
Visser, over bovengenoemde rekening rapport uit en
stelt voor deze goed te keuren in ontvang en uitgaaf
tot een bedrag van f 16524,026, met een subsidie uit de
gemeentekas van f 14,702,19‘.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt
ÜRAHT.