NIEUWS- EJ llHERTEJTIEEL.il) IWII1 Wk EJ DKTREkEJ. Se® verborgen Bewijs. l v No. 71. Zaterdag 58e Jaargang. fig/ Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Uit de Raadszaal. FEUILLETON. 5 September 1803. s geleden.» HOOFDSTUK I. I>it blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar plaatsruimte. f 386,040,53’ - 355,138,93’ Batig saldo f 30,901,60 en zal ter goedkeuring aan Ged. Staten worden toege zonden. De Voorzitter herinnert dat het saldo slechts als een tosaldo moet worden beschouwd. De begrooting voor het volgend jaar begint met een ander cijfer en voor de behandeling hiervan, zal nog een voorstel tot af- en overschrijving worden gedaan. Op een vraag van den heer Paehlig of de beschou wingen der sectie ook in het te drukken officieel raadsverslag worden opgenomen, antwoordt de Voor zitter toestemmend. 13. Aanbieding der gemeente-begrootingdienst 1904. saris. »Hm, ongeveer drie uren geleden.* «Dus tusschen twee en drie uur.» »Ja.« De commissaris gaf nu het scheermes, den hoed en den langen, grijzen mantel aan een van zijn onderge schikten over; dus de voorwerpen, die vermoedelijk aan den moordenaar hadden toebehoord. Vervolgens werd het lijk aaneen nader onderzoek onderworpen. Men zag de kostbare ringen aan de vingers en vond in een broekzak een portemonnaie; van ’n portefeuille, die zulk een welgesteld man toch zeker wel bij zich had gehad, was geen spoor te ontdekken, evenmin als van een horloge en ketting. Echter kon men bemerken, dat de jas en het vest ruw waren opengerukt. »Een moord om den gepleegden diefstal aan de ge rechte straf te onttrekken,* sprak de commissaris. «De schurk heeft de portemonnaie en de ringen moeten achterlaten, tenzij hij geen tijd had om het lijk rustig uit te plunderen, hetzij hij bang was zich met bloed te bezoedelen. Conducteur, licht eens bij daar op den vloer! Wat is dat?« Hij raapte een witte zakdoek op, die daar lag op een plek, waar het bloed nog niet heengestroomd was. «Dat riekt naar chloroform, niet waar?« «Ja zeker!» De commissaris wenkte Schwerdtner om nader te ko men en liet hem den doek zien. Deze nam hem in de handen en bracht een punt er van onder zijn neus. «Ah, nu begrijp ik het,* sprak hij. »Dat was het, wat op mijn gelaat heeft gelegen. Toen ik ontwaakte bespeurde ik een walgingwekkenden geur en nu herin ner ik me ook, dat ik iets heb afgeworpen, toen ik mij uitrekte om den slaap af te schudden.» «De moordenaar heeftu bedwelmd met chloroform, ik neemt. De Voorzitter stelt voor de rekening van het Bumaleen, sub p, te stellen in handen der Commissie voor het nazien van rekeningen en begrootingen ten fine van advies op de begrooting van de Gezondheidscommissie, welke is ingediend na de voorloopige vaststelling der geraeentebegrooting voor 1904, te letten bij de behan deling dezer begrooting; het adres sub g, dat ook na de visie is ingekomen, einstig te overwegen en iu eene volgende vergadering te behandelen nu de heer Jaarsma bericht heeft ingezonden dat hij zijne benoeming tot commissaris der muziek-en zang school niet kan aannemen, heeren commissarissen uit te noodigen eene nieuwe aanbeveling ter benoeming in te zenden op het verzoek sub k later eene beslissing te nemen; de betrekkelijke post daarvoor is reeds’op de begroo ting voor het volgend jaar aangebracht, omdat B. en W. meenden, dat dit een periodiek terugkeerend ver zoek was het verzoek sub m van verschillende geëmployeerden van-de Stadsreiniging ter onderzoek en afdoening te stel len in handen der betrekkelijke commissie en naar gelang daarvan de post voor dien tak van dienst al daihJiiet op de gemeentebegrooting te wijzigen aan ’t adres sub l in de vergadering der secties voor onderzoek der gemeentebegrooting de aandacht te schenken en te behandelen bij de voorloopige vaststel ling der gemeentebegrooting voor het volgend jaar een zelfde gedragslijn te volgen met het verzoek sub n aan het adres sub j de aandacht te schenken in de sectie-vergaderingen en die zaak aan de orde te stel len bij de betrekkelijke post op de begrooting en de niet gememoreerde ingekomen stukken alle voor notificatie aan te nemen. Zonfler discussie en hoofdelijke stemming wordt conform besloten. De Voorzitter deelt nog mede, dat hem zoo even een brief is ter hand gesteld, waarbij de heer T. H. Wielenga bericht, dat hij wegens verandering van po sitie bedankt als lid van den Raad. Binnen den daar voor gestelden tijd zullen B en W. eene nieuwe ver kiezing uitschrijven. 4. Aanwijzing van Commission inzake reclames tegen den Hoofdelijken Omslag, dienst 1903. Indien de Raad nog dezelfde zienswijze als vroeger is toegedaan, stelt de Voorz. voor de Raad weder in 3 sec tiën te verdeelen, teneinde bovenbedoelde reclames te onderzoeken. Deze sectiën kiezen zelf hunnen voor zitter en rapporteur. Aan den eerstbenoemde van el ke sectie zullen de desbetreffende stukken worden toegezonden, die alsdan zijne medeleden ter vergade ring zal kunnen oproepen. Als leden der le sectie worden aangewezen de hh. Veen, Pijttersen, Gorter, Paehlig en Bouma; tot de 2e sectie de heeren Dokkum, Hu ges, Schijf- sma, Beekhuis en de Jong tot de 3e sectie de heeren ten Cate, Bakker, Fen- nema, Visser en vacature. 5. Benoeming van drie Leden der commissie voor Strafverordeningen. Tot leden dezer commissie worden achtereenvolgens vermoedde dit reeds dadelijk.» Ondertusschen had een andere beambte de zakken onderzocht van den langen mantel, dien de verdwenen passagier had achter gelaten. Hij vond een zwart zij den doek, samengevouwen als een breede das en een le dig fleschje. Hij reikte deze voorwerpen aan den com missaris over en zeide: «Dit vond ik in den mantel.» De commissaris nam de kurk van het fleschje en be merkte aan den geur, dat het chloroform had bevat, waarmee de zakdoek gedrenkt was. Schwerdtner en de conducteur herkenden oogenblik- kelijk den zwart zijden doek als denzelfden, welken de reisgenoot van den vermoorde langs zijn wangen ge bonden had; zij waren nu beiden van meening, dat hij dit slechts had gedaan om zijn gelaat onkenbaar te ma ken en een latere herkenning onmogelijk te doen zijn. Nu kwamen de dragers met een draagbaar om ’t Ijjk weg te voeren. De dokter leidde de noodige maatrege len. Intusschen verliet de commissaris de coupé om den naam en het adres van de twee hoofdgetuigen Schwerdtner en den conducteur aan te teekenen. Doch toen men het bebloede lijk uit de coupé in het daglicht bracht, werd Schwerdtner door ’t gezicht ervan zoo aangegrepen, dat de krachten hem begaven. En geen wonder! De gebeurtenissen van dien morgen wa ren zoo schokkend geweest, dat ook krachtiger naturen dan de zijne ten zeerste ontsteld zouden geweest zijn. Men bracht hem in een kamer, bij de politie in ge bruik, op het station. Daar diende de dokter hem een opwekkend middel toe en liet hem een half uur uitrus ten. Daarop reed Schwerdtner met een ondergeschikt politiebeambte naar het hoofdcommissariaat van poli tie waar de commissaris alreeds zijn bevindingen ge meld had. Wordt vervolgd. herbenoemd de heeren Paehlig, Beekhuis en ten Gate. Volgens de wet is de Burgemeester voorzitter dezer commissie. 6. Benoeming van drie leden der commissie voor de Gemeentereiniging. Herbenoemd worden de heeren Beekhuis, Gorter en Bouma. 7. Benoeming van drie leden der commissie voor Openbare Werken. Als leden dezer commissie worden herbenoemd de heeren Visser en Bakker en benoemd de heer de Jong. 8. Benoeming van drie leden der commissie voor Straten en Wallen. Herbenoemd worden de heeren Veen en Schijfsma en benoemd de heer de Jong. 9. Benoeming van drie leden der commissie voor Begrootingen en Rekeningen. Herbenoemd worden de heeren Visser en Huges en benoemd de heer Paehlig. 10. Benoeming van drie leden der commissie voor Gemeente-eigendommen. Als leden dezer commissie worden herbenoemd de heeren Gorter, Huges en Bakker. 11. Benoeming van drie leden der commissie voor het beheer der Plantsoenen. Herbenoemd worden de heeren Veen, Bouma en Dokkum. Voor zooveel noodig zullen B. en W. de voorzitters dezer comniissiën benoemen, terwijl overigens het eeist benoemd lid als zoodanig zal zijn aangewezen. 12. Voorloopige vaststelling der gemeente-rekening, dienst 1902. De Voorzitter deelt mede, dat B. en W. bovenge noemde rekening met alle daarbij behoorende beschei den hebben opgemaakt en overgelegd. Ten overvloede heeft de Raad in 2 sectiën die re kening nagezien en daarover hunne rapporten inge diend, en ’t doet B. en W. genoegen dat geen enkele aanmerking is ingediend. Wel geeft de eene sectie een 3-tal beschouwingen,n.l. omtrent uitgaven wegens verrichte buitengewone po litiediensten, ’t geen door de gemeente-ambtenaren is gestort voor het pensioenfonds en over de rijkssubsidie wegens tegemoetkoming in huishuur welke aan ge huwde onderwijzers wordt vergoed; doch hiervan zal nota worden genomen, gelijk na bespreking werd vast gesteld. De gemeenterekening werd hierna vastgesteld, be dragende in Ontvangsten Uitgaven 2. Resumtie der notulen. De notulen der op 4 Augustus jl. gehouden verga dering worden, na lezing door den Secretaris, onver anderd vastgesteld. 2. Mededeeling van ingekomen stukken enz. De Secretaris doet mededeeling van a. Eene resolutie van Ged. Staten dezer Provincie, houdende goedkeuring van het raadsbesluit tot recht- streeksche betaling uit het fonds voor onvoorziene uit gaven, dienst 1903 b. Alsvoren, tot goedkeuring van het suppletoir Kohier van hoofdelijken omslag, dienst 1903 c. Een schrijven van F. Schuh te Amsterdam, dat hij de benoeming tot leeraar in de Wis- en Natuurkun de aan de Hoogere Burgerschool aanneemt d. Alsvoren van H. P. Geerke te Warffum, dat hij de benoeming tot leeraar in de geschiedenis en aard rijkskunde aan de Hoogere Burgerschool aanneemt e. Alsvoren van M. H. van der Werff te Oosterhaule, dat hij zijne benoeming tot onderwijzer aan school no. 3 aanneemt f. Alsvoren van Joh. Voetberg te Harlingen dat hij zijne benoeming tot leeraar in het lijnteekenen in ver band met het ambacht der leerlingen aan de Burger avondschool aanneemt g. Alsvoren van S. Jaarsma alhier, dat hij de be noeming tot commissaris der muziek- en zangschool niet kan aannemen h. Alsvoren van de feestcommissie voor het kin derfeest op 31 Augustus jl., dank betuigende voor de haar uit de gemeentekas verleende subsidie i. Eene missive van Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken, dat zal worden berust in de tijdelijke benoeming van den heer F. Schuh tot leeraar in de wis-, natuur- en werktuigkunde, cosmo- grafie en technologie aan de Hoogere Burgerschool alhier; j. Een schrijven met 3 bijlagen van J. van der Laan, secretaris dezer gemeente, waarbij de aanstelling van een archivaris in overweging wordt gegeven k. Een adres van het Bestuur der Vereeniging tot ziekenverpleging alhier, verzoekende voor 1904 weder om eene subsidie van f 300 voor wijkverpleging te mo gen ontvangen l. Een idem van het bestuur der afd. Friesland van den Nederlandschen Bond van Gemeente-ambtenaren, inzake verhooging der jaarwedden van Burgemeesters, Secretarissen, Ontvangers en ambtenaren ter secretarie; m. Een idem van H. Sipkes en 9 anderen, werk lieden der stadsreiniging, verhooging van hunne jaar wedden verzoekende n. Een idem van D. van der Werf, gemeentebode alhier, van gelijke strekking o. Eene suppletoire begrooting der gezondheidscom missie alhier, voor het dienstjaar 1904 p. Een schrijven van mr. L. G. Verwer te Zorg- vlied, bestuurder van het Bumaleen, ter begeleiding van de rekening van dat leen over het tijdvak van Mei 1902- Mei 1903 q. Een adres van S. Gorter alhier en 4 mede-on- derteekenaren, verzoekende ontheffing van bepalingen der Bouwverordening voor door hen gestichte wonin gen aan de Woudvaart r. Een schrijven van Dr. A. C. Antusch alhier, daarbij berichtende, dat hij de benoeming tot leeraar en tijdelijk Directeur aan de Burgeravondschool aan gingen heen. Eenige vrachtkarren reden voorbij; de conducteurs gingen heen en sommigen wierpen een nieuwsgierigen blik op den jonkman die daar bij de deur van zijn coupé bleef wachten. Zij geloofden mis schien, dat daar een zieke lag, die voorzichtig moest worden overgebracht. Er kwam opnieuw leven en beweging. Een troep mannen in uniform naderde met vluggen tred; een com missaris van politie, de stationschef, een dokter en ver scheidene ondergeschikte beambten van politie en van de spoorwegmaatschappij. Schwerdtner voelde zich beklemd van hart. Hij hooide nauwelijks, wat er in zijn nabijheid gesproken werd. Een paar conducteurs kwamen haastig aanloopen, doch werden weggezonden met last, den aandrang van de nieuwsgierigen tegen te houden. Men vormde een kring om den waggon, waar de commissaris van politie en de dokter nu binnengingen, gevolgd door den hoofd conducteur, die met een lantaarn moest bijlichten, daar het daglicht op dien herfstmorgen nog te zwak was, dan dat men alles goed kon zien. Terwijl de commissaris van politie met zaakkennis het tooneel van den misdaad in oogenschouw nam, hield de dokter zich met het lijk bezig. Hij hief het hoofd op en zag een breede, gapende wond aan de keel, een snede van het eene oor tot het andere, waar het bloed opnieuw uit begon te stroomen. Daarbij viel er een voorwerp op den grond, dat onder de kin beklemd had gezeten. De commissaris bukte zich en raapte het op. Het was een scheermes, waar het bloed afdroop, blijk baar het moordwapen, dat de misdadiger in de doode lijke wonde had laten zitten. «Een keel wond, die onvermijdelijk den dood tenge volge moest hebben,* constateerde de dokter. «En wanneer kan dit gebeurd zijn,« vroeg de commis- 3) Daar kwam de hoofd-conducteur aan en nu wenkte de conducteur dezen, nader te treden, waarna hij hem in weinige woorden het gebeurde mededeelde. «Wat?Daar?* vroeg hij ontsteld. «Zijtge daar wel zeker van?» De hoofd-conducteur trok de deur van de coupé een weinig open en op hetzelfde oogenblik trad hij met een kreet van ontzetting weer terug. Hij beduidde den bei den anderen met een handgebaar dat zij daar moesten blijven wacht houden, en snelde heen. Schwerdtner hield zich aan den waggon vast; hij had een steun noodig, want hij werd duizelig. De grond scheen onder zijn voeten te bewegen, verschillende ge dachten vlogen hem in verwarring door het hoofd, de koele morgenlucht greep hem sterk aan. Tusschen- beide moest hij zich er op bezinnen, waarom hij daar was blijven staan. Op een ander oogenblik kwam de vraag bij hem op, of men hem misschien voor den moor denaar zou aanzien. Hij zag zich reeds voor den rech ter staan, hij hoorde de onsamenhangende antwoorden, I die hjj gaf en die met elkaar in tegenspraak waren en daarbij kwelde hem de vraag: «Welke toevallige om standigheden kunnen er nog intreden, die mij in ver denking kunnen brengen?* Het perron werd allengs ledig; de laatste reizigers VERGADERING van den Gemeenteraad van Sneek, op Dinsdag den 1 September 1903, ’s namiddags ten 7 ure. Tegenwoordig zijn eerst 8, na de installatie der nieuw gekozenen 13 leden afwezig de heeren R. S. H. Visser en T. H. Wielenga. Voorzitter de heer Mr. D. Alma, Burgemeester. Secretaris de heer Jac. van der Laan. Punten van behandeling: 1. Beëediging en installatie van raadsleden. De Voorzitter verzoekt den Secretaris de benoemde leden binnen te leiden en roept hen hierop het wel kom in deze vergadering toe. Spr. doet allereerst mededeeling van eene resolutie van Ged. Staten, waar in wordt bericht dat er geene bezwaren zijn ingé bracht tegen de verkiezing als raadslid van de hh.: T. L. Dokkum, Mr. C. C. Paehlig, M. ten Cate, A. Veen Ez. en W. D. de Jong. De tegenwoordigheid dezer heeren is Spr. een waar borg dat zij bereid zijn de bij de wet voorgeschreven eeden of beloften af te leggen. Na voorlezing dezer eeden door den Secretaris leg gen genoemde heeren de beloften en eeden in han den van den Voorzitter af. Hierop zegt de Voorzitter dat ’t hem een aangename taak is de herbenoemde leden in hunnen taak te be vestigen en hoopt dat ook de heer de Jong, gekozen in de vacature Kiezebrink, het door de kiezers in hem gesteld vertrouwen niet zal beschamen. 8pr. wijdt hierop eenige waardeerende woorden aan het afgetreden lid den heer Kiezebrink, die wegens zjjn maatschappelijk ambt zich niet weer verkiesbaar stelde en spreekt daarna den wensch uit dat de gekozen leden naar beste weten de belangen der gemeente zullen helpen behartigen. Spr. noodigt hierna de nieuwe leden uit de presen tielijst te teekenen en de voor hen bestemde zetels in te nemen. Alsnu zjjn 13 leden tegenwoordig. De Voorzitter brengt thans in herinnering dat op den 8 Juli 1878 in de vacature F. H. Cock tot lid van dezen Raad werd gekozen de heer D. Gorter, die op den 10 Aug. d. a. v. als zoodanig geïnstalleerd, op 10 Aug. jl. alzoo 25 jaren onafgebroken in dezen Raad zit ting had. Wegens afwezigheid was Spr. verhinderd den heer Gorter op genoemden dag persoonlijk geluk te wensehen, waarom Spr. thans hiervan melding wenscht te maken en herinnert hoe de heer Gorter op gewaar deerde wijze zjjn mandaat vervulde en ook in commissorialen werkkring nuttig werkzaam was. Spr. hoopt dat de gezondheid van den heer Gorter moge toelaten dat hjj nog vele jaren mag medewerken om de belangen van de gemeente te behartigen. (Applaus). De heer Gorter dankt hierop den Voorzitter voor de waardeerende en welwillende woorden tot hem ge richt en den leden van den Raad voor hunnen bijval. Spreker gedenkt met dankbare herinnering de aangena me wijze waarop steeds de belangen van de gemeente werden behandeld en hoopt dat de Raad, onder de bekwame leiding van zijnen Voorzitter, nog lange jaren ten zegen van Sneek moge werkzaam blijven. (Applaus.) -fr IURANT

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1903 | | pagina 1