ft NIEUWS- EN AIII'EIITEJTIEIILAII fe verborgen Bewijs, 1 IWR SIM El «MUL Woensdag 28 October 1803. No. 86. 58e Jaargang. Binnenlandsch Nieuws. a Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. De nieuwe Armenwet. FEUILLETON. °«fi IkI J 1 l I zeer V Hit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. HOOFDSTUK V. Vervolg. 1 Dien avond trof Snoward in het kleine ontvangsalon niemand dan den baron. Als man van de klok was hij juist op het aangeduide uur gekomen en volgens de gewoonte der voorname lieden is datte vroeg. Bar ron Von Ellerich scheen daarover echter zeer verheugd te zijn. Hij geleidde zjjn gast al pratende in zijn schrijf vertrek en wikkelde hem in een levendig gesprek om hem den tijd te korten. Natuurlijk kwam dit gesprek weldra op «de zaken.« Waarover zou men met dien Amerikaan ook anders spre ken? De baron verzekerde, dat hij veel belang stelde 18) Toen John Archer de kleine achterkamer binnentrad, richtte een zeer groot, zwaar gebouwd man zich op van de bank, waarop hij rechtuit had gelegen. »Ah, kapitein,* fluisterde hij, voor zooveel zijn ruwe stem dit toeliet. »Nu, wat heeft het opgeleverd?* De kapitein antwoordde niet, voordat hij een glas kum- mel ingeschonken en in een teug leeggedronken had. «All right, ik heb goede verwachting.* Zij staken nu de hoofden bij elkaar en voerden een lang gesprek; doch zoo zacht spraken zij, dat iemand in dezelfde kamer aanwezig, er nauwelijks een woord van vernomen zou hebben. in mr. Snoward’s groote plannen, liet er eenige fijne woorden tusschen door loopen en vroeg plotseling, alsof hem dat zoo opeens inviel«Zeg eens, ik heb van een commissaris der Escomptebank vernomen, dat ge plan hebt om een vennootschap voor binnenland- sche scheepvaart op te richten. Ik zou u door middel van de landsbank daarbij kunnen van dienst zijn.* .Zeer goed*. »En hoe goed de grondslagen mogen zijn, als mr. Snoward aan het hoofd van een onderneming staat, toch heeft de minister van handel het laatste woord in deze zaak te spreken. Nu kent ge den invloed, dien onze bank zou kunnen laten gelden Ellerich hield op en keek den Amerikaan vragend aan, maar deze begreep hem nietof wilde hem niet begrijpen. De baron moest dus duidelijker spre ken. Hij schoof zijn stoel dichter naar mr. Snoward en besprak nu een zeer goed overlegde combinatie. Snoward luisterde bedaard en knikte slechts nu en dan. «Juist, juist,* zeide hij eindelijk zoo koel als altijd «als uw naam voorkomt onder de inteekenaars voor het waarborgfonds, zonder dat ik in werkelijkheid de ingeschreven som van u heb ontvangen, dan is dit niet geheel in orde, maar wij volgen slechts een ge woonte, die ons lastige formaliteiten doet vermijden?» Ellerich vertrok zijn gelaat een weinig. «Ik hoop, dat ge geen bedenkingen maakt. Door mijn vele verbintenissen en den huidigen stand van de beurs mogen mij op het oogenblik geen kapitalen ter beschikking staan, maar ge weet toch, dat ik mij ver bind met al mijn onroerende goederen, hier in de resi dentie en buiten.* «Maar die hebben evenveel waarde als uw ondertee- kening voor het waarborgfonds, waarvoor de gelden niet zouden gestort worden.* Ellerich keek ontsteld op. «Wie zegt dat?* «De hypotheek-registersantwoordde Snoward droogjes. «Ah ik vrees datge toch niet goed in gelicht «Ja wel, baronNeem mij niet kwalijk, maar ge zult wel begrijpen, dat ik inlichtingen moest inwinnen om trent alle omstandigheden en omtrent alle personen, met wie ik in aanraking zou komen. Onder de onderne mingen, waarin ge betrokken zijt, staan de voornaam ste twee op het punt van bankroet te gaan.* Ellerich verbleekte, maar de Amerikaan ging kalm voort«Uw positie aan het hoofd van de Landsbank kan slechts dienen om ueenig gewicht te geven tegen over de buitenwereld, en is een middel om aan de twee bedoelde ondernemingen een bedriegelijken glans te geven. Maar hoe lang zal dat nog kunnen duren?* «Mr. Snoward, ikik ben verbaasd, dat ge wat zal ik zeggen? zoo zoo gunstig over «Duid mij mijn openhartigheid niet ten kwade, maar ge dwingt mij daartoe. Toen ge dezen middag bij mij waart, wilde ik u mijn inzichten nog verzwij gen; doch het is beter, dat wij met elkaar spreken zon der eenige achterhoudendheid.* Snoward stond op en legde zijn uitgedoofde sigaar in den aschbeker. «Al is het nog niet algemeen bekend, toch weet ik door mijn inlichtingen endoor mijn nauwkeurige berekening: ge zijt geruïneerd, baron!* Ellerich wilde spreken, doch onder een krampachti- gen glimlach bewogen zijn lippen zich, zonder eenig ge luid voort te brengen. Zenuwachtig bevend wischte hij zich het zweet van het voorhoofd. De Amerikaan trad dicht bjj hem en onbeweeglijk liet hij zijn koude Raadselachtig. Zondagavond 9 uur vonden te Rotter dam eenige politieagenten en burgers op het Groote Kerkplein een man, die naar zij meenden in beschonken toestand verkeerde. Naar het politiebureau aan de Lange Torenstraat gebracht bleek hij reeds overleden te zijn. Uit een door politie en justitie ingesteld onderzoek bleek, dat de man des middags gekomen was in het logement van Binnenweg, op het Groote Kerkplein 14 aldaar, waar men hem een vlieringkamertje had aan gewezen. Door dien logementhouder was de man Zondagavond voor zijn bedstede gevonden en had men hem wegens zijn beschonken toestand op straat geworpen. In verband met bloedsporen, die gevonden zijn in het vlieringkamertje, is het lijk heden door de justitie in het Ziekenhuis geschouwd. Een tegenhanger. Als tegenhanger van de klacht van den Middelburgschen dokter, kunnen wij, zegt het »D. v. Z.-H.« het navolgende mededeelen: Zekere J. v. d. V., gedetineerd in de strafgevangenis te Arnhem, vernam, dat zijn vader, in het gasthuis te ’s-Hertogenbosch verpleegd, gevaarlijk ziek lag. Het College van Regenten over de gevangenis deel de Donderdagmorgen dit den minister van Justitie me de, benevens het verzoek van J. v. d. V., om zijn vader te mogen bezoeken. Als uitslag van dit verzoek kwam nog gisteren v.d. V., in gezelschap van een politie-beambte in civiel over, grijze oogen op den heer des huizes rusten. «Toch bestaat er nog mogelijkheid om aan uw begrijpelijke wenschen tegemoet te komen.* De baron voelde zijn hart verlicht en keek den Amerikaan vragend aan, doch deze antwoordde niet dadelijk. «Nog is uw naam goed. Zoudt ge niet denken, dat de mijne hem nog meer aanzien zou schenken?* «Ongetwijfeld,* lispelde Ellerich; «dat zou Hij durfde niet bekennen, dat dit juist de wensch was dien hij sedert langgekoesterd had. «Welnu, veroorloof mij dan, aanzoek te doen om de hand uwer dochter.* Hoe kalm dit ook gezegd werd, de uitwerking van deze woorden op den baron was groot. Hij deinsde werkelijk terug en had eenige oogenblikken noodig om tot kalm beraad te komen. «Is u dit ernst?* stamelde hij. «Ik scherts nooit, en deze zaak is daarvoor aller minst geschikt. Ik doe dezen stap na rijp overleg.* «Werkelijk?* vroeg Ellerich in verwarring, terwijl hem allerlei tegenstrijdige gedachten door het hoofd vlogen. «Ik meende wel bespeurd te hebben, dat ge voor mijn dochter belangstelling gevoelt; maar nu ben ik toch verrast.* »En wat is uw antwoord? Hebt ge bezwaar vooroordeelen van uw stand misschien?* De baron zuchtte en maakte een afwerend gebaar. Weer kwam er een glimlach op zijn lippen, doch het was geen vroohjke glimlach. «Vooroordeelen van mijn stand? Mijn God. zou ik die in dezen tijd en in mijn omstandigheden kunnen laten gelden? Neen, dat is het niet. Voor u behoef ik niette verbergen, dat deze verbintenis mij zeer wel- I ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar plaatsruimte. Pas deed een resumé van ’t bij de Tweede Kamer ingekomen nieuwe Drankwet-ontwerp de ronde door de pers; men had niet eens den tijd ’t oordeel der menschen over dit ont werp te vernemen, een oordeel, dat bij zeer velen ver van gunstig is, of de «Middelb. Crt.« wist iets te vertellen van de nieuwe Ar menwet. Minister Kuyper beschouwt de ar menzorg als een onderdeel der sociale wetge ving. Het beginsel, waarvan de nieuwe Ar menwet uitgaat, is, dat er samenwerking moet zijn tusschen de verschillende bestaande orga nen van armenzorg, die zal worden verkregen door de schepping van een Armenraad, waarin op voet van volkomen gelijkheid de diaconieën der verschillende Protestantsche en Israëlitische kerkgenootschappen en het R. Kath. armbe stuur, zoo goed als de particuliere armenzorg (bv. «Liefdadigheid naar Vermogen* te Amster dam) vertegenwoordigd zijn naast het armbe stuur van de gemeenschap (Burgerlijk Arm bestuur). De centralisatie in de armenzorg, aldus ver kregen, zal een der grootste fouten in de te genwoordige armenverzorging opheffenhet in menig geval bestaand volkomen gebrek aan samenwerking tusschen de verschillende orga nen der armenzorg, die in de nieuwe wet ech ter hun zelfstandigheid niet zullen verliezen. Want door het samenbrengen der drie ele menten, die zich thans op dit gebied bewegen kerkelijke, particuliere en overheidsarmen- zorg zal een centralisatie plaats hebben, naast een decentralisatie in de wijze van werken. De verdere inrichting der armenzorg zal volgens het bekende Elberfeldsche stelsel ge schieden. Denkelijk is thans ’t nieuwe ontwerp met de memorie van toelichting reeds in den Raad van State aangeland, die, naar men weet, elk door de Regeering gemaakt ontwerp moet zien en beoordeelen, alvorens de Tweede Ka mer ’t in handen krijgt. Over de bedoelingen van dr. Kuyper en ’t Elberfeldsche stelsel willen we even uitwijden. Minister Kuyper meent de klip, waarop naar zijn meening het wetsontwerp-Borgesius bij de christelijke partijen zou hebben gestrand, te hebben omzeild door uitdrukkelijk in de wet te bepalen, dat in geen enkel opzicht een di- een Bezirk uitmaken, staan onder leiding van een voorzitter, die om de 14 dagen een ver gadering leidt en in overleg met de huisbezoe kers bespreekt, wat in de laatste 14 dagen is voorgevallen. Het «Tijdschrift voor Armenzorg en Kinder- kleeding* zegt: «Hier is dus ’t belangrijke be ginsel in werking, dat de armbezoekers zelven mee beslissen in de gevallen, die zij hebben onderzocht. Deze bepaling is een hoeksteen van ’t gansche stelsel en maakt het mogelijk, dat een voldoend aantal inwoners een blijven de opgewektheid tot den arbeid hebben.* Aan ’t hoofd van ’t geheele armbestuur staat een comité van negen personen, bestaande uit den burgemeester of een wethouder, 4 leden van den gemeenteraad en 4 door den gemeen teraad gekozen stemgerechtigde burgers. De ondersteuning, door ’t Elberfelder arm bestuur gegeven, bestaat in opneming in ge stichten en in onderstand in geld of in natura. Die ondersteuning wordt geregeld naar de ge schatte behoeften van een gezin, overeenkom stig een vast tarief, verminderd met de inkom sten der gezamenlijke leden en met de onder steuning, die ’t van andere zijde geniet of van degenen, die door de wet verplicht zijn, zoo mogelijk bijstand te verleenen, onder welke de ouders of de kinders of de familie zijn be grepen. De landswet verplicht een ondersteunde den arbeid te verrichten, hem door het armbestuur opgelegd. Wanneer hij weigert, wordt hij voor de rechtbank gedaagd, tot werken ver oordeeld en gaat in het werkhuis. Baat dit niet, dan gaat hij in het tuchthuis, en als ook dat niet helpt, in de gevangenis voor twee jaren. In dien tusschentijd wordt zijn gezin ondersteund. Het doel van deze regeling is volgens ’t bovengenoemde tijdschrift eenerzijds de behoeften der armen met kennis van zaken te beoordeelen, opdat aldus behoorlijk in hunne nooden kan worden tegemoet gekomen, zon der evenwel in de fout der verlammende pau- periseering te vervallen; anderzijds den druk kenden last der armbedeeling niet boven het billijk noodige op te voeren. Het resultaat der toepassing van dit stelsel was, zoo zegt mr. Münsterberg, dat de geval len van armenbedeeling zeldzamer, de uitga ven geringer en de bedeelingen aan de behoef- tigen billijker en ruimer werden. I Een eigenaardigheid van het Elberfeldsche systeem van armenbedeeling is, dat het zich uitstekend leent en dat zijne voorstanders niet ongenegen zijn tot samenwerking met particu liere liefdadigheidsvereenigingen. Daardoor wordt de centralisatie van de verschillende tak ken van armenzorg, gelijk die in de nieuwe Armenwet wordt voorgesteld, mogelijk gemaakt. N.B. Terwijl we dit schrijven, is ons de werkelijke inhoud van de nieuwe Armenwet niet bekend, ’t Bovenstaande hebben we, ge lijk de lezer kan merken, uit bladen geput, die sympathiseeren met ’t Elberfeldsche stel sel. Natuurlijk zijn er ook personen, die dit stelsel minder gunstig gezind zijn. Bovendien zijn de ideeën over armenverzorging in ’t al gemeen al te uiteenloopend, dan dat wij met bovenstaand artikel willen beweren: Kijk, dit is nu je ware! aconie of andere instelling van barmhartigheid der kerkelijke gezindheden zal achter staan bij het Burgerlijk Armbestuur of ondergeschikt zal zijn aan den Staat. Mocht de nieuwe Armenwet tot stand ko men, dan hoopt dr. Kuyper daarvan veel voor de leniging der sociale nooden. Ook ’t vraag stuk der pensionneering en der geheele sociale wetgeving zal, naar de minister zich vleit, door deze Armenwet veel van zijn moeilijkheden verliezen. De minister, aldus zegt de «Nieuwe Crt.*, is steeds een overtuigd voorstander geweest van het Elberfeldsche stelsel, waarvan hij zich zeer nauwkeurig op de hoogte heeft laten brengen en welks toepassing hij ook in ons land zeer wel mogelijk acht. Dit stelsel, een betere organisatie van de gemeentelijke armenzorg beoogend, werd 50 jaren geleden te Elberfeld, een Duitsche fa brieksstad, ingevoerd en vindt thans in bijna geheel Duitschland zijn toepassing. Ook in ons land telt ’t vele aanhangers en verdedigers. Het «Tijdschrift voor Armenzorg en Kinderkleeding* wijdde aan het gouden feest van ’t Elberfeldsche stelsel een afzonder lijk nummer, en de hoofdredactie gaf op on dubbelzinnige wijze haar ingenomenheid met dit systeem te kennen. Op vele plaatsen van ons land hebben de R. Katholieken eene Vincentius-vereeniging opgericht. Door persoonlijk onderzoek en door geregeld huisbezoek trachten die vereenigin- gen de ware nooden der armen te weten te komen en willen die nooden verhelpen. Op de wijze dezer Vincentius-vereenigingen, die in ons land meer dan een halve eeuw be staan, werkt ook ’t Elberfeldsche stelsel. Het verschil ligt voornamelijk hierin, dat in ’t Elberfeldsche stelsel de Gemeenteraad de armbezoekers benoemt, die ieder een bepaald gedeelte der stad als arbeidsveld aangewezen krijgen, terwijl in de Vincentius-vereenigingen het huisbezoek in de conferenties (bijeenkom sten) bij gemeenschappelijk overleg geregeld wordt. De leden der Vincentius-vereenigingen zijn onderling verbonden en houden voeling met elkaar. Evenzoo bestaat in ’t Elberfeldsche stelsel tusschen de Quartiers (bestaande uit 4 gezinnen van armen) een nauw verband; 14 Quartiers vormen één Bezirk. De 14 armbezoekers, die I OURAHT. r

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1903 | | pagina 1