IIWK 81M BS OKTMM.
MEIWS- BS JIITOESTBLID
mtofgo Bewijs
1
I
.3
Woensdag 4 November 1803.
58e Jaargang.
LNo. 88.
Uitgever: B.
FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Officieele Advertentie.
FEUILLETON.
Leekepraat over hooge politiek.
L
l
Hit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
1
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Sneek, brengen ter openbare kennis de volgende
KENNISGEVING.
De COMMISSARIS der KONINGIN in de provincie
Friesland,
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten dier
provincie, van 22 October jl. no. 68, le afdeeling J.,
alsmede op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staats
blad no. 87)
Brengt ter kennis van belanghebbenden
dat de jacht in deze provincie, voor zoover betreft het
jachtbedrijf op patrijzen, zal worden gesloten op Za
terdag 14 November 1903, met zonsondergang.
En zal deze op de gebruikelijke wijze worden afge-
kondigd en aangeplakt.
Leeuwarden, 26 October 1903.
(get.) VAN HARINXMA THOESLOOTEN.
Sneek, den 29 October 1903.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
I
1
Voor iemand, die zich dagelijks op de hoogte
of de laagte der hooge politiek, van de
staatkunde der mogendheden tracht te houden,
blijft altijd de vraag bestaan: Hoe is ’t moge
lijk, dat sommige zaken zoo kunnen loopen?
Hoe kunnen groote vijanden zoo gemakke
lijk eikaars vrienden worden? Hoe zijn som
mige verbonden mogelijk?
Er worden wel eens vriendschapsbetrekkin
gen aangeknoopt, die heel verklaarbaar zijn.
Bijvoorbeeld, Denemarken werd voor 40 jaren
door Pruisen en Oostenrijk aangevallen en be
roofd van Sleeswijk-Holstein. Veertig jaren
lang hield Denemarken zich van Pruisen ver
wijderd en eerst thans, nu in Duitschland de
kleinzoon regeert van den veroveraar van
Sleeswijk-Holstein, eerst thans is officieel de
vriendschap tusschen ’t groote Duitschland en
’t kleine Denemarken hersteld. Dit is begrij-
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 2% cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
lende opdrachten, die hem al verder in den onpeilbaren
afgrond meesleurden, en hij zag geen uitkomst
meer. Hij gaf schitterende feesten, zonder daarzelf
genot van te hebben; bij het opsieren van zijn nieuw
gebouwd paleis wedijverde hij met de prachtigste ge
bouwen van den ouden adel en toch had hij nergens
een plekje, waar hij een enkel uur zonder zorg kon
doorbrengen. Hij had een loge in alle schouwburgen;
hij kocht schilderstukken en beeldhouwwerken, maar
voor de kunst en de kunstenaars gevoelde hij sinds lang
geen belangstelling meer. Aan de jonge studenten keer
de hij een jaargeld uit, zooals velen zijner gelijken de
den, op zijn kosten liet hij een jonge geleerde we
tenschappelijke reizen ondernemen, en hij had nauwelijks
tijd om behoorlijk acht te slaan op de opvoeding van
zijn jongsten zoon.
En nu was hij aan den rand van den afgrond gekomen,
hij moest alles inspannen om op dien rand in evenwicht
te blijven, want terug kon hij niet, en nu kwam er nog
bij, dat hij zijn kinderen van zich had vervreemd. Zijn
zoon jaagde genoegens na, die zeer aan bedenking on
derhevig waren, en zag zijn vader half als een mars
kramer over den schouder aan. Ellerich kon hem niet
eens aanraden zijn inkomen beter te besturen, want
het vermogen, dat de kinderen van hun moeder hadden
geërfd, was ook in ondernemingen gestoken; de rente-
uitkeeringen werden voortdurend grooter, ze schenen
onuitputtelijk, door valsche en gemeene kunstgre
pen, waaraan Ellerich met tegenzin moest meedoen.
Als hij zich er tegen verzette en geen deelhebber wil-
c e blijven, ja, als hij zijn eigen zoon waarschuwde
dan stortte hij in den afgrond, op welks rand hij nog
met inspanning van alle krachten wilde staande blij
ven.
Een schrille dissonant, die op het klavier werd aan-
HOOFDSTUK V.
20) Vervolg.
T De zaken hadden zulk een gunstigen loop, dat zijn
stoutste verwachtingen overtroffen werden. Het goud
scheen hem in golven toe te stroomen. Doch alle gel
den, die hem toevloeiden, moesten opnieuw in zaken
worden gestoken. Dat eischte het verwenschte krediet
wezen, waarop het geheele stelsel berustte. Zijn dage
lijks toenemende rel&tiën vorderden echter een even
redige toeneming van kosten. Wegens het verkeer
met de geldvorsten was hij verplicht zijn huis op gast
vrijen voet in te richten.
En zoo was de weelde van zijn huis voor hem een
Nessuskleed geworden, dat hij niet kon afleggen zon
der het vleesch van zijn lichaam mede af te scheuren,
wat in dit geval beteekende: hij kon die weelde
niet verminderen, of hij liep gevaar, dat men hem min
der kredietwaardig zou achten en dit zou, aan zijn ve
lerlei »zaken« nadeel doen. En die zaken kon hij niet
verminderen in aantal, hij moest telkens nieuwe ver
plichtingen aangaan om aan oude verplichtingen te kun
nen voldoen.
Hij aam geld op, wanneer hij dit noodig had, hij
had de hand in alle mogelijke ondernemingen, zijn hoofd
was vervuld met berekeningen. Door zijn optreden
als volbloed aristocraat aan de spits der geadelde beurs
mannen, verkreeg hij eerebetrekkingen en verschil-
I
geslagen, herinnerde Ellerich aan het oogenblik van
heden. Ach ja Elvira! Die klaagde nog over ver
veling in haar leven, terwijl voor haar vader elk oogen
blik een hel van pijnlijke aandoening beduidde. En
zij zij was het nu, die hem te hulp kon komen!
Langen tijd had hij niet goed nagedacht over haar toe
komst en nu maar neen, zij zou den Amerikaan
stellig niet nemen; het was krankzinning daar een oogen
blik aan te denken.
Ellerich stond langzaam op. Ja, wat was dat ook
geweest, dat hem een uur geleden in het gesprek met
Snoward zoo tegen den borst had gestuit? Op dit
oogenblik was die opwelling van trotschheid, of, beter
gezegd, die uiting van zijn beter ik, geheel verdwenen.
Nu hij twijfelde hij moest wel twijfelen of El
vira het aanzoek van den Amerikaan zou aannemen; nu
geveelde hij eerst recht, hoe hij haakte naar zulk eene
oplossing van al de moeilijkheden, waartegen hij te
kampen had.
Intusschen ging Elvira voort met haar raadselachtige
stemming in tonen uit te drukken. Snoward boog zich
een weinig over heur prachtig haar, dat als in gouden
golven haar voorhoofd kroonde.
«Leer met de wereld spelen, zooals ge dit klavier
bespeelt, en ge zult niet langer te klagen hebben over
onbevredigdheid,* zeide hij zacht.
Het zelfvertrouwen, dat in zijn stem lag, stelde
haar gerust. Met een glimlach, die hem moest aanspo
ren tot voortgaan, knikte zij langzaam, doch zij hield
niet op met spelen.
Zij luisterde gaarne naar hem; reeds eenmaal had
zij ondervonden, dat de ronde woorden, waarmee hij
zijn levensbeschouwing uitdrukte, voor haar verwarde
gedachtenloop een welkom houvast waren.
En Snoward sprak verder. Hij had zoo zijn eigen
verbroederen. En in het democratische
Frankrijk, waar ’t geheele volk den Brit eeni-
ge jaren lang conspueerde, zooveel het ver
mocht, weet de regeering een soort entente
met Engeland te bewerken.
En waarom? Krijgt Frankrijk de vrije hand
in Marokko, gelijk Italië in Tripolis? Wat
krijgt Albion daarvoor in ruil
We kijken wel eens met angst naar ons
heerlijk Insulinde. Daar zijn zooveel kusten,
waar kapers kunnen komen!
Zou Engeland den Franschman en den Ita
liaan er tusschen gekregen hebben, zooals ’t
Portugal tot Britsch lakei vernederde
Dit gelooven we niet; eerder zou men zeg
gen, dat Frankrijk en Italië, als ze samenwer
ken, een vrij krachtige positie innemen.
En hoe daardoor thans de temperatuur ge
worden is, die de Russisch-Fransche termo-
meter aanwijst?
Hoe is thans de positie van Duitschland,
dat «alleen God vreest en niemand anders?*
Zou Engelands streven geweest zijn, den
Duitscher te isoleeren
Hoe moet men verklaren, dat juist Duitsch
land zich als den beschermheer van Turkije
op werpt Wat zal daarvoor de belooning
zijn
Een vraag van béteekenis is Waar en wan
neer zullen we de grens zien van de arrogan
tie van Noord-Amerika
Zal daartegenover gesteld worden een alli
antie van Europeesche vastelandsstaten
Zoo zouden we kunnen blijven doorvragen.
En dan blijven we nog steeds op politiek,
staatkundig gebied. Daarna konden we vra
gen op godsdienstig gebied en taalgebied, op
oeconomisch en nijverheidsgebied, op ja,
waar is de grens
BUITENLAND.
De nalatenschap van Koningin Draga. Het Neue
Wiener Tageblatt meldt, dat de heer Bolitowits, een Bel-
grado’sch advocaat en vertrouwde van wijlen Koning
Alexander, Maandag jl. in naam der erfgenamen van
Koningin Draga twee deposito’s heeft opgevraagd, wel
ke de Koningin indertijd bij de Oostenrijksche Spaar
bank en de Union Bank te Weenen gestort had, ten
bedrage van 153000 kronen. De heer Bolitowits zal
deze sommen overdragen aan het Hof van Erfenisza
ken te Belgrado, hetwelk ze aan de zusters der Konin
gin zal uitkeeren.
Wie wil keizer worden? Een gansch keizerrijk
te koop!
Volgens de »Matin« zal in November de geheele
Sandwich-archipel te koop geboden worden, negen ei
landen. De prijs is niet meer dan 2500 francs.
manier om het rusteloos streven van het menschelijk
bestaan te beschilderen. Voor hem waren de men-
schen slechts cijfers, die men op de eene of andere ma
nier moest weten te groepeeren om er voordeel uit te
trekken. Elvira begreep de redenen van zijn hande
len niet, en de gevolgen evenmin maar zij bewon
derde toch de kracht, die in zijn redeneeringen school,
en zij voelde zich gevleid, dat hij voor haar zijn
handelwijze ontvouwde. Hij sprak en zij gaf hem in
tonen hare goedkeuring te kennen; het was alsof
hij een wonderlijk recitatief voordroeg, waarbij zij hem
op het klavier begeleidde. Allengs begon hij vertrouwe
lijker te spreken. Elvira’s aandacht verminderde; haar
geest zweefde in de verte en half droomend dwaalden
hare vingers over de toetsen en volgden daarbij haar
verstrooide verbeelding. Zij vergaf, waar zij was en
wie daar achter haar stond en met zijn kalme rede
neeringen haar zenuwen in slaap suste.
Plotseling bleven haar handen rusten, en er ging
een verlammende trilling door hare leden. Wat was
dat? Bliksemsnel trachtte haar verstand de laatste
woorden te grijpen, die zij had gehoord ze schenen
nog in de lucht te zweven en haar verstand snelde ze na
om ze te kunnen vatten Hij had gezegd, dat zij,
Elvira, de voortreffelijkste levensgezellin voor hem zou
zijn, die hij slechts kon begeeren, en toenwaar
lijk «Wordt mijn vrouw
Nu zweeg hij. Hij wachtte zeker op haar antwoord.
En zij durfde niet omkijken. Doch die stilte was haar
onverdraaglijk. Krachtig sloeg zij op het klavier aan
dat waren de dissonanten, die den baron uit zijn
onaangename overpeinzingen opschrikten.
Nog niet geheel op streek stond zij op. Snoward
bleef een weinig voorovergebogen staan met een effen
gelaat, alsof hij slechts gestoord was in een alledaagsch
pelijk.
Doch nu ’t volgende: Even na den Deen-
schen krijg werd Oostenrijk door Pruisen en
Italië aangevallen. Dit gebeurde in 1866.
En in 1870 kon Frankrijk met geen moge
lijkheid Oostenrijksche of Zuidduitsche hulp
erlangen.
En niet lang daarna wist Bismarck’s genie
den Driebond tot stand te brengen, waarbij
Oostenrijk en Italië zich met Duitschland ver
bonden. Duitschland had de hegemonie in
dezen Driebond en Oostenrijk en Italië volg
den den sterken Duitscher.
Oostenrijk vereenigde zich dus met Duitsch
land, dat ’t Donau-rijk pas vernederd had, dat
de aloude familie der Habsburgers van de he
gemonie van midden-Europa beroofd had en
Weenen van zijn rang als eerste Duitsche land
verlaagde.
Oostenrijk verbond zich met Italië, dat ten
zijnen koste groot was geworden. En vijf en
twintig jaren duurde reeds dit verbond, zonder
dat de oneenigheid tusschen de beide volke
ren verdwenen of zelfs maar verzacht is.
In 1877’78, toen Bulgarije, Oost-Roemelië
en een deel van Servië, Montenegro en Grie
kenland nog zuchtten onder ’t Turksche wan
bestuur, hielp Rusland met een machtig leger
de Balkan-christenen tegen de Turken. Na
ontzettende moeielijkheden en heldhaftigen te
genstand overwonnen en zware verliezen aan
goed en bloed geleden te hebben, naderden de
Russen de Turksche hoofdstad.
Doch toen was Leiden in last. De Engel-
schen kwamen met hun vloot en brachten heel
Europa in rep en roer. Wel werd tusschen
Rusland en Turkije een vredesverdrag geslo
ten, doch Engeland en Bismarck wisten te Ber
lijn een Europeesch congres bijeen te roepen
en daarop werden Rusland’s voordeelige ge
volgen van de overwinning bijna tot nul herleid.
Engeland nam voor de moeite nog even het
schoone eiland Cyprus.
Men vreesde toen, dat Rusland te machtig
zou worden en vreest dit nog. Daarom moet
Constantinopel in Turksche handen blijven.
En van daar, dat nu nog de ellendige toestan
den bestaan in Macedonië.
Enkele jaren later, in 1882, toen ’tSuez-ka-
naal reeds flink door ’t internationaal verkeer
gebruikt werd, had Engeland de driestheid met
zijn vloot de stad Alexandrië, de haven van
Egypte, te bombardeeren. De Khedive van
Egypte moest goedkeuren, dat Engeland den
voogd over hem begon te spelen en thans kan
men Egypte met de landen aan ’t Suez-kanaal
een Engelsche bezitting noemen.
Waarom werd dit niet door de andere groot
machten gekeerd? Waarom kwam er toen geen
Berlijnsch congres bijeen, om te zeggen: Kijk
eens, John Bull, met dat bombardeeren heb je
werk verricht, uwer waardig; maar zie je, als
Egypte onder Europeesche controle moet
staan, dan moeten we allemaal wat mee te
zeggen hebben en niet gij alleen.
Dit en ’t tegen Duitsche kolonisatie zijn,
noemen we een der fouten van den grooten
Bismarck.
Vrees om ’t status quo aan den Balkan te
verbreken maakte, dat men den kleinen Griek,
die zijn stambroeder op Creta wilde helpen,
door den wreeden Turk liet verpletteren.
Duitsche officieren waren in ’t Turksche leger.
Terwijl het kleine volk der Boeren in den
heldenstrijd van 1880’81 tegen Engeland de
sympathie der geheele wereld stormenderhand
veroverd had, liet die wereld toe, dat de Brit
ten de beide Boerenrepublieken gingen ver
nietigen, ’tgeen hun na een onwaardigen strijd
met hunne honderdduizenden krijgers slechts-
na een worsteling van bijna duizend dagen ge-
1 lukte. Waarom eischte vereenigd Europaniet,
dat Engeland terugtrad?
Waarom kwam Europa niet tusschenbeide,
toen, in den Spaansch-Amerikaanschen oorlog,
broeder Jonathan den armen, doch trotschen
hidalgo te lijf ging en hem beroofde van het
nog rijke overschot zijner eens zoo reusachtige
bezittingen? Was ’t omdat Engeland zijn Ame-
rikaansche sympathieën deed blijken? Omdat
de Spanjaarden een doode natie vormen, ge
lijk Chamberlain ’t eens zoo liefdevol uitdrukte?
Wij kunnen zoo met vragen doorgaan.
De entente tusschen Rusland en Frankrijk
is vrij begrijpelijk. Frankrijk geraakte aan de
hand van een machtig bondgenoot uit zijn ver
nederend isolement, al moest de coquette Ma
rianne daarbij ook zich engageeren met den
groven Russischen beer.
Dat Frankrijk en Italië eindelijk hunne on
derlinge relaties voelen en begrijpen, is zeer
duidelijk.
Doch hoe rijmt men 't volgende: In ’t bijna
autocratische Duitschland is ’t den keizer niet
mogen gelukken, tegen den bekenden Duit-
schen volksgeest in, zich met Engeland te
f-
'I
I