VOOR 8M ES WHM. Een W»l BS IIITOBMIBIILIII mêwfo Bewijs. t i Zaterdag 12 December 1903. 53e Jaargang. Stemmen uit Twente, No. 99. Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. FEUILLETON. de niet-bescherming België r Hit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS, ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. V partijtje >vercoft« door zekeren kapitein. 1786 werd reeds met Spanje gehandeld. Een kapitein wist in 1791 voor Hendrik ten Cate Hzn. te »Amlo< Almelo) te Parama ribo >13 heele piècen linnen< te verkoopen. Eigenaardig werkten de firma’s (voor ’n 50 jaar) voor de N. H. Mij. Men onderscheidde drie kwaliteiten: prima, secunda en tertia. Nu gebeurde ’t bv., dat de N. H. Mij. 10.000 stuks prima bestelde. Twen te zond 10.000 stuks, doch daar waren dan soms 3000 of 4000 stuks tweede soort bij. Geen noodde N. H. M. hield ook die 4000 stuks en Twente moest zorgen nog 4000 prima stuk- handen en kermde hoorbaar. »En Snoward?* »Hij is naar huis gereden, nadat Boheim hem had verzocht Elvira aan zich zelf over te laten. Die weet nog niets van het ongeluk. Haar kamenier zegt, dat zij slaapt; nu, dat zal haar goed doen.* Snoward was vertrokken langs de achtertrap, om de nieuwsgierige gezichten der bedienden bij de voordeur te ontloopen. Elvira’s kamenier had den baron echter niet de waarheid medegedeeld; doch zij jokte alleen om hem gerust te stellen. Nadat Elvira uit hare bezwijming was bijgekomen, was er nog een heftig tooneel afge speeld, voordat zij alle personen, die hulp boden, uit haar kamer wegzond. Zoodra zij was opgestaan en naar de gebeurtenissen vroeg, had de kamenier, die niet kon zwijgen, haar recht en slecht verteld, dat Snoward mijnheer Schwerdtner had gedood. Dit bericht deed Elvira alle zelfbeheersching verlie zen. Zij stelde zich aan als een wanhopige en wilde volstrekt bij Schwerdtner gebracht worden. Men wist zich hieruit niet anders te redden, dan door te zeggen, dat hij reeds was weggevoerd, zoodat zij hem niet meer kon zien. Daarop verviel de ongelukkige in een doffe kalmte; doch niemand mocht haar naderen, zij wilde geen ge neesheer toelaten en evenmin haar vader of een van haar broeders zien. Het gelukte haar eindelijk de dienstboden te misleiden door hare kalmte en zich zoo doende van hare tegenwoordigheid te bevrijden. Wordt vervolgd. HOOFDSTUK VIII. 31) (Vervolg.) Dit doorzag Snoward oogenblikkelijk. Zijn oogen begonnen te schitteren niet van vrees, niet van toom, maar van duivelsche vreugde. »Pas op, leugenachtige knaap,* riep hij zijn tegen stander hoonend toe, »dat ik niet vergeet, dat ik met een krankzinnige te doen heb Een kreet van woede kwam over Schwerdtner’s lip pen, terwijl hij met den vuist dreigend op den Ameri kaan toesprong. Met verbazende vlugheid week Sno ward terug tot aan den schoorsteen, greep een der zware armluchters van den schoorsteenmantel en sloeg den ongelukkige neer. Deze gebeurtenis werd zoo snel afgespeeld, dat in het tumult niemand der aanwezigen de bewegingen der twee nauwkeurig had gadegeslagen, laat staan dat iemand er tusschen had kunnen komen. Eerst de doffe slag bij het vallen van den getroffene bracht allen tot het besef van hetgeen er gebeurd was. Snoward veegde zijn gelaat met een zakdoek af en scheen eveneens nu tot bezinning te komen. »Ge hebt allen gezien het was zelfverdediging,* sprak hij, met gebogen hoofd zich tot de aanwezigen wendende. «De krankzinnige wilde mij worgen. Het zou mjj spijten, als ik hemin den drang van het oogenblik gekwetst mocht hebben.* Allen weken ontsteld terug; eenige dames vielen flauw en moesten weggebracht worden. Mannen, die in menig tweegevecht hun moed hadden getoond, ston den daar nu op hun beenen te beven, kortom, de ontstel tenis was groot bij allen. «Mijn hemel!* riep de heer des huizes, over alle ledematen bevend en radeloos in het rond ziende. .►Help 1 Help De aanwezige geneesheer van de familie, die zich had bezig gehouden met Elvira, kwam er nu bij en knielde bij den jongen geleerde neer. Hij lichtte het hoofd op en zag een gapende wonde. Het bloed stroomde er uit en bevochtigde het tapijt in ’t rond. «Is hij dood vroegen een paar omstanders. «Ik vrees het,* antwoordde de geneesheer, terwijl hij met zakdoeken, die hem in grooten getale werden toegeworpen, trachtte het bloed te stelpen. »God sta me bijkreunde Snoward met ontsteld gelaat. «Datheb ik niet gewildEn gij gij allen moet erkennen, dat ik er geen schuld aan heb. Waarom hebt gij den krankzinnige zoover laten ko men? Waarom heeft niemand hem tegengehouden, toen hij me naar de keel vloog Ik stel u allen mede verantwoordelijk voor dit groote ongeluk! Hij bedekte zijn gelaat met de handen en scheen zeer aangedaan. Vervolgens richtte hij zich met man nelijke beradenheid op. «Waar is mijn arme vrouw Niemand antwoordde op deze vraag, evenals ook niemand op zijn algemeene aanklacht had geantwoord. Doch men zag op vele gezichten een uitdrukking van vriendelijk medelijden. Baron Von Ellerich drukte hem zwijgend de hand en knikte hem deelnemend toe. Elvira was door eenig dienstpersoneel naar haar kamer gebracht. Robert knielde nu ook bij Schwerdt ner neer en beweende wanhopig zijn vriend en leer meester. Langzamerhand werd de kamer leeg, de gasten maakten zich stil uit de voeten. In het groote salon, waar de meesten zwijgend door liepen, stond nog een troepje officieren, vrienden van den oudsten zoon des huizes. »Op mijn woord,* zei Guido, »in dit aangrijpend oogenblik durf ik het openlijk bekennen, dat ik dien Snoward nooit goed heb mogen lijden maar nu kan ik hem mijn oprechte deelneming niet onthouden. Hij heeft slechts gehandeld uit zelfverdediging; hij kon van den ongelukkige het ergste verwachten. Juist die aanval zonder reden bewijst zonneklaar, dat Schwerdtner het verstand had verloren, en wie kan zich verweren tegen de reuzenkracht van een ra zende Nu trad ook de heer des huizes nader; met een zwijgend gebaar beantwoordde hij de vraag, die in aller oogen te lezen was. «Is hij werkelijk dood fluisterde Guido. De baron knikte en wischte zijn oogen af. De offi cieren namen nu afscheid van hem, betreurende, dat zijn huis het tooneel van zulk een treurige gebeurtenis had moeten worden. Vader en zoon waren nu alleen. Alle gasten hadden het huis der droefenis verlaten. De baron liet zich zuchtend in een leuningstoel neer. Waar is Schwerdtner?* vroeg Guido. «Boven in de kamer van Robert. Dr. Boheim wil hem dadelijk naar het ziekenhuis laten overbrengen; hij zegt, dat dit zijn plicht is. O, hemel, wat een verschrikkelijke gebeurtenis!* De diep geschokte man verborg het gelaat in de Eindelijk ging de Nederlandsche regeering nog verder en sedert 1 Januari 1874 werd ge lijkelijk van Nederlandsche en vreemde goe deren in Indië een recht van 6% geheven. Dit was een harde slag en de schok kwam te plotseling, doch Twente redde zich en wei nige jaren na deze gelijkstelling bloeide de Twentsche industrie zichtbaar. Een voor beeld: in 1867 telden de Twentsche stoomspin nerijen 162,000 spindels, in 1887 echter 204,000; in 1867 telden de stoomweverijen nog geen 8000 getouwen, in 1887 reeds 13.400. Bo vendien ging in Twente ook de andere indu strie vooruit, zooals de jutespinnerij, de chemi sche ververij en wasscherij, de ijzergieterij en machine-fabricage. Deze laatste heeft nooit eenige protectie genoten en toch, welk een vooruitgang: in 1868 begonnen gebr. Stork te Hengelo hun machinefabriek met 120 arbei ders en 6 beambten, in 1901 werkten ei 750 man, aan wie 450,000 gld. als jaarloon werd uitbetaald. Een verblijdend verschijnsel was ook, dat de loonen van 1850—1890 meer dan verdub beld werden. Een getuigenis van Twente’s bloei geven ook de volgende sprekende cijfers: in 1874 werd voor ongeveer 4 millioen gulden afgezet en in 1894 voor circa 11 millioen gld. Ook deze cijfers spreken voor zich: In 1875 werd uit Enschedé verzonden: naar ’t buiten land voor f 1.600.000, naar ’t binnenland voor f3.024.000, of totaal f 4.624.000. In 1900 werd uit dezelfde stad verzondennaar Ned.-Indië voor f 4.121,000, naar andere landen voor f 1,898,000, naar ’t binnenland voor f 7.605,000, of totaal f 13,625,000. In 25 jaren tijds dus verdrievoudigd. Ons land zelf heft 5 pet. inkomend recht, doch deze 5 pet. zijn te gering om als wer kelijk beschermend recht te kunnen worden genoemd. Ook worden deze 5 pet. wel ge vorderd van ingevoerde manufacturen, doch niet van ongesponnen katoen en ook niet van garens. De stoomspinnerijen in ons land ge nieten dus in ’t geheel geen bescherming. Het zou ons te veel ruimte kosten, wilden we ook maar zeer beknopt een overzicht ge ven van de interviews der «Nieuwe Courant.* Geïnterviewd toch werden de firma H. ten Cate Hzn. en Co. te Almelo, de Kon. Stoom weverij (de heeren Salomonson) te Nijverdal, gevestigd te Almelo, de firma Scholl Eng- ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1OOO regels 27, cent. Groote letters naar plaatsruimte. Vervolg. De eerste stoomweverij in Twente werd in 1852/53 opgericht door de firma G. en H. Salo monson, te Nijverdal, werkende aanvankelijk met 360 weefgetouwen. Een jaar later werd er te Enschede een gebouwd en gaandeweg verrezen later meerdere stoomweverijen en stoomspinnerijen. Dit was ’t begin van den weg, dien Twente moest afleggen om op de goede hoogte van de industrie te komen. Nu moest men gestadig aan trachten zich in de techniek, vooral van fijnere goederen, in te werken. Men moest de juiste behoeften van den handel leeren kennen; men moest, behalve goede machines ook goede werklieden zien te krijgen, om langzamerhand tegen ’t buitenland te kunnen concurreeren, ook zonder de bescher mende, doch de ondernemingsgeest doodende Indische differentiëele rechten. De bontweverij stond in Twente nog steeds op dezelfde hoogte (of liever laagte) als in 1819; ’t was een huisindustrie en natuurlijk zonder stoomwerktuigen. Men redde zich door de be stellingen van de N. H. Mij. De heer C. T. Stork en zijn medefirmanten bezochten Enge land en Zwitserlan d, vonden er de nieuwste ma chines en begonnen in 1855 zelf een stoom- bontweverij; eerst kon men niet zonder pro tectie met de Zwitsers op de Indische markt concurreeren, doch 10 jaren later was die be scherming overbodig. Langzamerhand ontlastte de N. H. M. zich van den lijnwaadhandel en liet dien meer aan particulieren over. Doch Twente was er op voorbereid. Ook hielpen de nieuwe Overijsel- sche kanalen en de afschaffing van den accijns op brandstoffen mede, om de Twentsche in dustrie in betere conditie te brengen, zoodat ze de geduchte crisis van 1862/63 flink wist door te staan. In de jaren na 1865 kwam er verandering in de Indische tariefwet; de rechten op Neder landsche goederen werden op 10%, die op buitenlandsche op 16% gebracht, zoodat Ne derland toen nog een voorsprong van 6% be hield. En wat was 't gevolg hiervan? Vele fabrieken werden verbeterd, men legde zich meer op fijnere goederen toe en zocht ook markten buiten Indië. ken te leveren. Op die wijze groeiden de 10000 soms tot 14000 a 15000 stuks. Deze firma werkte in 1874 (afschaffing In dische rechten) bijna niet voor export. Doch thans is export de hoofdzaak. Ze zendt naar alle deelen der wereld en concurreert overal met Engeland, dat alleen door Holland afbreuk ondervindt in ’t plaatsen van katoenen stapel- artikelen. De landen met protectie kunnen deze waren onmogelijk zoo goedkoop maken. Deze firma had in 1883 slechts 352 weefge touwen, verleden jaar echter 1778; bovendien is de productie per getouw ook nog 25 pet. grooter geworden. Een gewone arbeider verdiende in de jaren 1850/60 slecht f 3, thans f 7,50 per week. We vers maakten in 1880 nog maar f 6,50, thans ongeveer f 9. De heer Salomonson (van de Kon. Stoom weverij te Nijverdal) wenscht ook de dagen der Handelsmaatschappij niet terug. Juist na ’74 bloeide Twente. In 1861 waren in Tv. *e 2286 weefstoelen en 41,000 spindles (w o. de spinnerij), in 1867 waren er 7960 getouwen n 162,150 spindles en in 1898 reeds 18,698 ge touwen en 232,446 spindles. De heer S. vindt, dat onze handel onze nij verheid niet genoeg steunde. Wij hebben te weinig exporthuizen en de N. H. M. ging niet met haren tijd mee; ze had jongelui naar China, Japan, enz. moeten zenden. De heer S. is door de ervaring voor vrijhandel. De firma Scholl Engberts Scholten, die on dergoederen van wol, katoen en andere grond stoffen vervaardigt, heeft geducht last van ’t buitenland; Duitschland, Frankrijk, Engeland, België en Oostenrijk importeeren veel in Ne derland. In die landen is de tricot-industrie einheimisch, iedere streek is in een onderdeel van ’t vak specialiteit en daardoor zijn de werk lieden er bekwamer. Toch verwacht deze firma van protectie geen heil. Slot volgt. berts en Scholten, te Almelo, de firma Arnt- zenius Jannink en Co. te Goor, Gebrs. Stork en Co. (machinefabriek) te Hengelo, de firma G. Dikkers en Co. te Hengelo, de Nederl. Katoenspinnerij te Hengelo, de Kon. Weef- ’goederenfabriek (voorheen C. T. Stork en Co.) te Hengelo, de Hengelosche Bontweyerij, de Twentsche Bontweverij te Hengelo, de Bont weverij «Insulinde* (directeur D. van Lookeren Campagne) te Hengelo, de oud-industriëel H. S. Dijk te Hengelo, de firma H. P. Gelder- man en Zonen te Oldenzaal en de volgende firma’s te Enschedé: Gebrs. Van Heek, Blij- denstein en Co., G. Jannink en Zn., de Maat schappij voor Textiel-Industrie (voorh. C. Roes- singh en Zn.), Van Heek en Co., de stoom weverij «Nijverheid*, S. J. Menko en Zonen, de firma Wed. H. W. de Bruin (koperslagerij en machinefabriek), J. F. Scholten en Zoon, Tattersall and Holdsworth (machines), firma Rozendaal (in katoenafval), Nico ter Kuile en Zn. en E. Looman. De indruk, die al deze interviews geven, is deze: De Twentsche nijverheid is vooral sedert de afschaffing der Indische protectie bloeiender, flinker geworden; men is op de hoogte van z’n tijd; men kan op de wereldmarkt tegen Engeland zelfs concurreerenmen gevoelt zich krachtig genoeg om bescherming te weigeren; men dankt integendeel aan zijn volle ontwikkeling. We doen een paar aanhalingen uit ’t vele belangrijke, dat de interviews bevatten. De firma H. ten Cate en Co. toonde nog kantoorboeken en transacties van voor 134 jaren. Men gaf toen op goed geluk goederen met scheepskapiteins mee, die maar moesten zien ’t goed kwijt te worden. Zoo werd in 1769 ten bate dezer firma op Paramaribo een In 1 Al gö W&v5ré

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1903 | | pagina 1