NIEUWS- LI ADVERTENTIEBLAD VOOR SHEER ES MSMffli. Zaterdag 10 September 1904. 59e Jaargang. No. 73 Er is haast bij. Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Uit de Raadszaal. FEUILLETON. -1 - - ig- SN. Herbenoemd worden de aftredende leden de heeren S- N. 9 •d t, n k ziJ, die zich met 1 Oct. a. s. op dit blad abonneeren, ontvan gen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. d s lie iar or- or« ng g r rat le en an 1- n \i/ i! f 467.081,18“ - 436.884,14 f 30.197^4“ Daar is hij hij slaapt en de trein naar W. gaat dadelijk wegMijnheer, mijnheer, wordt eens wak ker Maihold ging slaapdronken overeind zitten. Wa a t is er aan de hand? Is er brand? En toen zijn reisgezel herkennend: hier? wat moet u toch van mq! St! St! zei deze fluisterend. Maak geen drukte en stijg dadelijk uit, opdat geen mensch ziet, dat u in een leegen wagen bent gestegen en bijna was achtergeble ven. U moet toch naar W., is het niet? Nu daar ginds staat de trein voor W. Hij vertrekt dade lijk en u slaapt hier. Als men u zou hebben gesnapt, zoudt u nog boete moeten betalen op den koop toe. Maihold begreep van die geheele redeneering niets anders dan dat de trein zou vertrekken zonder hem. Dat mocht in geen geval, zoo’n blamage zou hij niet kunnen verkroppen. Een seconde later stond hij naast het jonge mensch op het plankier en volgde hem zwij gend met ’t hoofd op de borst. Eerst toen beiden goed en wel hadden plaats geno men, kwam Maihold tot zich zelf en bij woorden. De beide handen van zijn reisgezel grijpend, riep hij uit: U moet met mij meegaan naar mijne dochter, u heeft mij gered. Het is niet de moeite waard er over te spreken, zeide deze, alle dank van zich wijzend, daar hij met genoegen zag, welke schoone vruchten zijn kleine list zou dra gen. Niet de moeite waard? stoof Maihold op. Zoo, denkt u dat? Mijn kind is in gevaar en wie weet in welk gevaar ik ben op weg naar haar toe, om mij zelf te overtuigen; dat ik daartoe in staat ben, dank ik u en daarom k. Een adres van het Bestuurder Vereeniging tot bevordering van het vreemdelingenverkeer alhier, eene subsidie van f 500,— uit de gemeentekas verzoekende voor eene in 1905 te houden Tentoonstelling; l. Eene missive van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Hoogezand-Sappemeer, waarbij verzocht wordt, haar verzoek aan den Minister, om art. 245 der gemeentewet te wijzigen, te steunen; m. Een schrijven van den heer mr. L. G. Verwer te Zorgvlied, beheerder der Academische Bumabeurzen, betreffende eene aanvulling der rekening van dat leen over 1903/4; n. Een idem van den heer Dr. A. C. Antusch alhier, daarbij verzoekende te worden herbenoemd tot Direc teur der Burgeravondschool. De Voorzitter stelt voor: voor zooverre dit voor deze gemeente gewenscht is, bij de behandeling der be groeting voor 1905, de aandacht te wijden aan het adres sub j het adres sub k eveneens te behandelen vóór of bij de behandeling van de begrooting voor het volgend jaar; omtrent het adres sub l, dat spr, niet al te duidelijk voorkomt, het vooralsnog aan de wetgevende macht over te laten en af te wachten welke beschikking daarop zal worden verkregen; op het schrijven sub m, dat een vervolg is op de in de vorige vergadering ingekomen rekening, te berich ten dat het verzoek van adr. bij Ged. Staten thuis be hoort, aangezien het hier aangaat eene aanvulling der rekening, betreffende een postje van f 1,40, waarop reeds ten vorigen jare door Ged. Staten uitdrukkelijk is gewezen om dat bedrag in de rekening van dit jaar op te nemen; neer vertrekt de eerstvolgende trein naar H De geroepene verscheen spoedig met een spoorboekje. Om zeven uur, mijnheer Maihold, u blijft daar na tuurlijk overnachten. Gaat u juffrouw Hilla eens op zoeken? vroeg Osten, die zich als oude bediende wat meer vrijheid in het spreken veroorloofde. Aoh ja lees dat prultelegram maar eens! als ik met den vroegen trein ga, kan ik ’s middags daar zijn. Was het maar niet zoo ver! Osten zeide niets, maar legde het spoorboekje op den lessenaar, en ging stil, fijntjes lachend, de kamer uit. Maihold rangschikte zijn papieren en nam maat regelen voor een afwezigheid van meerdere dagen. Iemand als mij, die zijn halve leven dag in dag uit in den trein heeft doorgebracht, kan het nooit overko men, dat hij den trein mist of erin blijft zitten of meer van die toevalligheden. Het was de heer Andreas Maihold, die, behagelijk leunend in den hoek van de coupé, deze woorden cate gorisch, maar met een zekere pedanterie sprak. Zijn reisgenoot, een jonge man met M ernstig maar goedig gezicht, onderdrukte een lachje en zeide: Nu, niemand is gevrijwaard voor een dwaling of mis verstand, al mag hij ook nog zoolang en nog zooveel hebben gereisd. Integendeel, niet zelden hoort men dat juist zulke menschen de ongeloofelijkste dingen pas- seeren, omdat zq te zeker van hun zaak zijn. Groot gelijk, jongmensch, maar enfin, u zult het niet gelooven, maar een feit is het, dat mij zoo iets niet kan overkomen, daarvoor heb ik de route veel te goed in het hoofd. Neen, mij kan zoo iets niet overkomen. Doe er maar geen eed op, bracht een andere heer in het midden, die in een aangrenzende coupé zat en het gesprek had gehoord. Daar heb je ’t nu al. Natuurlijk, zoo’n jong ding veroorzaakt je dadelijk last, als alles niet naar wensch gaat! Het is me toch wat! een troep jongens bezorgen je nog niet zooveel moeite als deze eenige dochter! De heer Andreas Maihold ijsbeerde met groote stap pen in zijn kantoor op en neer. Onder het loopen wierp hij een toornigen blik naar een telegram, dat geopend op den lessenaar lag. Als ik niet wist, vervolgde hij zijn monoloog, hoe beslist mijn zuster Phine is en dat ze dien kladschilder niet kan uitstaan, dan zou ik vermoeden, dat die twee daar in de buitenlucht een complot gesmeed hebben Het staat er toch..Verwacht je omgaande, bij uit stel dreigt gevaar, las hij en met een beweging vol er gernis wierp hij het papier weer weg. Bij uitstel dreigt gevaar! Wat moet dat toch beteekenen!Is ze ziek of melankoliek of is ze verliefd?.Het zal wel weer wat moois zijn. Het meisje zal me wel trotseeren ik zou mijn eigen vleesch en bloed niet kennen maarbij uitstel dreigt gevaar Mijnheer Maihold legde zijn hand achter het oor en dacht na. Ik zal er wel naar toe moeten, zoo goed en zoo kwaad als het mij nu ook schikt, maar dat kleine ding nu, ze moet zich maar niet verbeelden, dat ze mij met zulke fratsen kan lijmen. Hij gaat naar de deur. Mijnheer Osten, riep hq in de kamer er naast, wan- ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar plaatsruimte. VERGADERING van den Gemeenteraad van Sneek, op Dinsdag, den 6 Sept. 1904, ’s namiddags 7 uur. Tegenwoordig zijn alle 15 leden. Voorzitter de heer Mr. D. ALMA, Burgemeester. Secretaris de heer JAC. v. d. LAAN. Punten van behandeling 1. Resumtie der Notulen. De notulen der op 5 Augustus 11. gehouden vergade ring worden, na lezing door den Secretaris, onveranderd goedgekeurd. De heer Dokkum wenscht na de behandeling der agenda een vraag tot B. en W. te richten betreffende de rioleering in den Stationsweg. De Voorzitter hoopt den heer Dokkum daartoe, met toestemming der vergadering in de gelegenheid te stel len. 2. Mededeeling van ingekomen stukken enz. a. Een rapport met teekening van den waarne- menden Gemeente-architect en den Opzichter bij den Provincialen Waterstaat, den heer T. C. Kiezebrink, inzake den toestand der fundeeringen enz. der Lem- merbrug, reeds in de vorige vergadering aangeboden; b. Het proces-verbaal der gehouden kasverifieatie bij den Gemeente-ontvanger op 10 Augustus j.L; c. Een schrijven van den heer J. H. Bont alhier, daarbij berichtende, dat hij zijne benoeming tot arm voogd aanneemt; d. Eene resulutie van Ged. Staten, houdende goed keuring van het raadsbesluit tot het aangaan eener dading tot beëindiging der geschillen inzake den bouw der nieuwe gasfabriek; e. Een idem, houdende goedkeuring van het le suppletoir kohier hoofdelijken omslag, dienst 1904; f. Een schrijven van den heer L. Dokkum alhier, waarbij hij zijne benoeming tot Commissaris der Mu ziek- en Zangschool aanneemt; g. Een idem van den heer Dr. C. H. Brinkman te Amsterdam, dat hij zijne benoeming tot leeraar in de Wiskunde en de Wis- en Natuurkundige Aardrijkskunde aan het Gymnasium alhier, aanneemt; h. Eene missive van Z. Ex. den Minister van Bin- nenl. Zaken, waarbij de benoeming van den heer Dr.C. H. Brinkman tot leeraar aan het Gymnasium wordt goedgekeurd; i. Een schrijven van Mevrouw J. H. Hogendijk— Lourens alhier, daarbij dank betuigende voor het ver lengde verlof aan haren echtgenoot toegestaan; j. Een idem van het Bestuur der Vereeniging van Burgemeesters en Gemeente-Secretarissen in Friesland, in overweging gevende bij het opmaken der begroo ting voor 1905 op de belangen der gemeente-veld- wachters te willen letten; Antusch met algemeene stemmen is herbenoemd. 10. Voorloopige vaststelling der Gemeeifie-reke- ning, dienst 1903. De Voorzitter zegt, dat van de beide sectiën, die deze rekening hebben onderzocht, slechts enkele op merkingen zijn ingekomen. Zoo is door de eene sectie eene opmerking gemaakt over de berekening en verre kening der gelden voor behoeftige krankzinnigen en is eene vraag gesteld over de rekening der Gasfabriek, wat aangaat gewone en buitengewone werkende andere sectie heeft alleen de laatste vraag gesteld. De Voorzitter zegt dat B. en W. over het door de sectiën aangevoerde eenige beschouwingen hebben ge geven en vraagt of deze de sectiën kunnen bevredi gen, zoo ja, dan stelt spr. voor de rekening voorloopig vast te stellen met een bedrag in Ontvangsten Uitgaven en een batig saldo van Zonder discussie en hoofdelqke stemming wordt, buiten medewerking der beide wethouders, conform besloten en zal de rekening in triplo aan Ged. Staten ter goedkeuring worden opgezonden. Nog wordt op voorstel van den Voorzitter goedge keurd 1 exemplaar dezer rekening over te schrijven om als legger te dienen voor de begrooting van het vol gend jaar. Op een vraag van den heer mr. Paehlig, of de be merkingen der sectiën en de beschouwingen hierop van B. en W., ook in het te drukken officieel verslag worden opgenomen, antwoordt de Voorzitter toestem mend. 11. Aanbieding der Gemeente-begrootingdienst 1905. De Voorzitter zegt, dat aan ieder der leden een exemplaar dezer begrooting is uitgereikt en stelt voor, evenals andere jaren, deze ter onderzoek te stellen in handen van 2 raadssectiën, door trekking samen te stellen de bemerkingen worden gaarne tijdig tegemoet gezien teneinde deze in de 2e helft van October te behandelen. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform besloten. Tot leden der le sectie worden hierop aangewezen de heeren J. J. Beekhuis, voorzitter, W. de Jong, A, Bakker, mr. C. C. Paehlig, R. S. H. Visser, dr. G. Bou- ma en D. Gorter tot leden der 2e sectie de heeren A. Veen Ezn., voor zitter, M. ten Cate, T. L. Dokkum, J. H. Schijfsma, J. Huges en F. Blok. 12. Vaststelling Instructiën voor den Stadstuinier en den Opzichter-werkman in het Wilhelminapark. De Voorzitter zegt, dat B. en W. er meermalen op attent gemaakt zijn, dat het wenschelijk was eene in structie voor den stadstuinier en den opzichter-werk man in het Wilhelminapark te hebben. B. en W. hebben nu dergelijke instructiën ontworpen en deze in handen gesteld van de betrekkelijke commissie. Van de verschillende wenken dier commissie is nota geno men en nu worden deze instructiën ter vaststelling aangeboden. Na voorlezing door den Voorzitter, maakt de heer Visser de opmerking, dat indien de instructie voor den 6. Benoeming van drie leden der commissie voor Straten en Wallen. De aftredende leden, de heeren Veen en de Jong worden herbenoemd en benoemd de heer Blok. 7. Benoeming van drie leden der commissie voor Begrootingen en Rekeningen. Herbenoemd worden de heeren Visser en Paehlig en benoemd de heer Schijfsma. 8. Benoeming van drie leden der commissie voor Gemeente-eigendommen. Achtereenvolgens worden herbenoemd de heeren Gorter, Huges en Bakker. 9. Benoeming van drie leden der commissie voor het beheer der plantsoenen. De aftredende leden, de heeren Veen, dr. Bouma en Dokkum worden herbenoemd. 9a. Benoeming van een Directeur der Burger-avond- school. De Voorzitter zegt, dat het advies van den Inspec teur M. O., den heer de Groot, nog niet is ingekomen alle leden der commissie van Toezicht M. O. kunnen zich echter met het advies van B. en W. wel vereeni- gen. Burg, en Weth. stellen voor, voor het tijdvak van 1 September 1904—1 September 1905 te benoemen tot Directeur der Burgeravondschool, op een salaris van f 100.waaruit advertentiekosien en bureaubehoeften moeten worden bestreden, de heer dr. A. C. Antusch. Uit de gehouden stemming blijkt, dat de heer dr. bruiste Maihold op, terwijl hij een hooge borst opzette. Niets anders dan dat u ook een mensch bent. Ik zou u menig voorbeeld kunnen aanhalen, om u te be wijzen dat ik gelijk heb, antwoordde de andere snel en lachend, stak een nieuwe sigaar op en ging lang zaam naar zijn plaats terug. Maihold leunde zich geërgerd in zijn hoekje. Zag bij er dan zoo groen uit, dat men aan zijn erva ring kon twijfelen? vroeg hij zich zelf af. Zooaangenaam als hij zijn reis was begonnen, wensch- te hij haar nu achter den rug. Met menschen die hem zoo weinig toedachten, die zijn ijdelheid zoozeer kwetsten, wenschte hij niet samen te zijn. Misschien kon hij aan het volgende station overstap pen in een andere coupé. Dat was een idee! Na kort beraad sprong hij op toen de trein stil hield, nam eventjes zijn hoed af en verdween in ’t gedrang, zonder zich om zijne verbaasde mede-reizigers verder te bekommeren. Toen de conducteur kwam om de portieren te sluiten, vroeg hem het jonge mensch die hem kende, of hij mijn heer Maihold niet had gezien. De conducteur lachte. Welzeker, die zit in den laatsten wagen, heelemaal alleen om er te slapen, zeide hij. Als hij maar niet blijft liggen, want die wagen wordt in H. afgehaakt en blijft daar staan. Een fijn lachje gleed over het gelaat van het jonge mensch. Dus hij is in den laatsten wagen? Goed, goed, ik zal mijnheer wakker maken en halen. In H., enkele minuten voor het vertrek van den trein naar W., werd het portier opengerukt van de coupé, isprex naa genoora. waarin de heer Maihold het zich zoo gemakkelijk had Maar mijnheer, wat denkt u eigenlijk wel van mij? gemaakt. hangen, of deze al dan niet vernieuwd zouden wor den. Uit een onderzoek is gebleken dat de fundee- ring beslist onvoldoende is èn dus volgens de bepalingen van het bestek vernieuwd zal worden. Omreden de Provincie ook bij deze brug gemoeid is, vonden B. en W. ’t eigenaardig ook den heer Kiezebrink een onderzoek te laten instellen. Waar dus deze zaak bij bestek was geregeld, achtten B. en W. ’t afgedaan ten overvloede heeft Spr., nadat het rapport was in gekomen, de heeren Blok en de Jong laten uitnoodi- gen eens een kijkje te nemen. De heeren Bakker en de Jong, leden der Comm. voor Openbare Werken, hadden ’t eigenaardiger ge vonden dat deze commissie was gehoord, zooals ook bij meerdere werken geschiedt. Hierop wordt conform het voorgestelde van den Voorzitter besloten en de niet gememoreerde ingeko men stukken voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter deelt nog mede dat dezerzijds reeds een adres is gericht tot H. M. de Koningin, met ver zoek de dienstdoende schutterij alhier gelijk te stellen met eene rustende. 3. Benoeming van drie leden der Commissie voor Strafverordeningen. Achtereenvolgens worden tot leden dezer commissie, waarvan de Burgemeester voorzitter is, benoemd de heeren Paehlig, Beekhuis en ten Gate. 4. Benoeming van drie leden der commissie voor de Gemeentereiniging. De aftredende leden, de heeren Beekhuis, Gorter en dr. Bouma worden herbenoemd. 5. Benoeming van drie leden der commissie voor Openbare Werken. j lc ucluuu, Herbenoemd worden de aftredende leden de heeren naar aanleiding van het adres sub n, nog in deze Visser, Bakker en de Jong. vergadering tot benoeming over te gaan, na afdoening van punt 9. De heer Beekhuis kan met het voorgestelde omtrent het verzoek der Kamer van Koophandel te Sappemeer niet meegaan. De boofdstrekking is, dat waar thans de forens wordt aangeslagen voor het geheele bedrag, adressanten alleen in die gemeente willen aanslaan, waar de verdienste wordt verkregen, om zoodoende de buiten de gemeenten wonende industrieelen te doen bijdragen in de. gemeentelasten. Spr. zou dit adres wel willen steunen. Ook de heer Schijfsma is deze zienswijze toegedaan en zou bovengenoemd adres bij den Minister willen steunen. De Voorzitter blijft bij zijne meening dat het adres aan duidelijkheid overlaat en toont dit door eenige voorbeelden aan. Het voorstel van de heeren Beekhuis en Schijfsma in stemming gebracht wordt met 8 tegen 7 stemmen aangenomen en dus besloten adhaesie aan den inhoud van genoemd stuk te verleenen. De heer Visser vraagt of er ook een bijzondere reden voor is, dat het rapport onder a bedoeld mede is uitgebracht door den heer Kiezebrink en deze zaak niet in onderzoek is geweest bij de Commissie voor Openbare Werken. De Voorzitter herinnert, dat destijds is besloten en ook bij bestek is omschreven, dat het van den toe stand der fundamenten van de Lemmerbrug zou af- £L. JURANf JS- ge m- en rin ■ei- f

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1904 | | pagina 1