ÏMK WEU EI HU
Het velsche Testament
Wereldrijken.
Zaterdag 12 November 1204.
No. 91.
59e Jaargang.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Officieele Advertentiën,
FEUILLETON.
AFKONDIGING.
AFKONDIGING.
50
70
120
170
260
340
410
470
520
560
590
610
an
.ar
10
25
50
75
100
200
300
400
500
600
700
800
50
75
100
200
300
400
500
600
700
800
900
nieuws- hi mwmimiD
-fes
gebruik
r
'B
TIENDE HOOFDSTUK.
ELFDE HOOFDSTUK.
stuk rundvee
nuchteren kalf
varken of big boven de zes weken
big beneden zes weken
schaap
lam
- 0,02‘
- 0,05
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
tot
i>
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
rij-
be-
de
ge-
OURANT
f 0,10
- 0,10
- 0,05
- 0,10
- 0,026
- 0,05
iy-
als
ize
Bewerkt door AMO.
25 M’
meer dan
x>
of daarbeneden 10
:te
<e
id
jn
e-
>t-
er
id
.as
ene
De
ou-
ide
van
;ing
4
ard
van
ip-
wij
en
lat
en
11e
ij a
ud
sze
iet
IZÖ
of
oe-
rdt
mij nu het valsche testament en het zegel van den
graaf.
«En de schrijver?*
»Dien heb ik betaald; wij kunnen gerust zijn, dat
hij zwijgen zal. En wat is mijn belooning,* vroeg
hij, terwijl hij het testament in het couvert stak en het
verzegelde.
»Laten wij daar over spreken, als ik in het bezit ben
van de middelen om te beloonen.<
»En uw schoonheid dan?* zeide hij, zijn arm om haar
middel slaande.
«Houd u bedaard,* vermaande zij, zich losrukkende.
«Men moet een vaste hand hebben als men het testa
ment van een stervende verzegelt.*
«Goed. Binnen een half uur zal alles in orde zijn en
dan verzegelen we het document, dat voor u een waar
de heeft van vijf millioen.
Is dat werk gedaan, dan schenkt ge me zeker een paar
aangename uren om ons te verheugen over onze ge
meenschappelijke overwinning en plannen te ontwer
pen voor de toekomst. Een klein souper en een glas
punch, zooals Annetta die zoo heerlijk weet gereed te
maken, en die mij vroeger op het kasteel Windeck
het bloed zoo warm heeft gemaakt.*
«Ik zal ook voor ijs zorgen, baron, om uw bloed te
rechter tijd af te koelen.*
»O, gij schoonste en tevens wreedste aller vrouwen!
Herinnert ge u volstrekt niets meer van de schoone da
gen, die wij op het kasteel Windeck samen hebben
doorgebracht?*
»Oh zeker! het testament van den ouden graaf herin
nert me genoeg aan die dagen.*
«Kom, kom! Dat is slechts een kleine hinderpaal, die
wij gemakkelijk zullen overwinnen.*
Baron Hoffmann was in een goeden luim en praatte
gezellig. Op eens echter zeide hij:
«Ik hoor iemand komen. Dat zal de schrijver zijn
die ons het couvert brengt.*
Terwijl de baron in de voorkamer ging om met mijn
heer Knablein af te handelen, trad de jonge weduwe
aan het venster en liet haar blikken over het gewoel
op straat zwerven.
Het ontbrak deze jonge vrouw niet aan vastberaden
heid om alle hindernissen uit den weg te ruimen; maar
als zij dacht aan het waagstuk, dat zij nu ging onderne
men, was zij niet zonder bezorgdheid.
De baron stoorde haar overpeinzingen met de woor
den: »Ziezoo, alles is in orde, Minona! Hier is het cou
vert, voorzien van de woorden: «Mjjn laatste wil.* Geef
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
16).
»Zouden wij het oude opengesneden couvert niet kunnen
gebruiken als het met groote zorg werd dichtgeplakt?*
«Ónmogelijk! Ge moet het valsche testament aan het
gerecht overleveren als gevonden in de schrijftafel van
uw echtgenoot. Als nu ontdekt werd, dat het couvert
reeds vroeger geopend werd neen, dat gaat niet! Wij
moeten niets ten halve doen!
De baron ging naar de voorkamer, waar mijnheer
Knablein met kloppend hart het oogenblik afwachtte, dat
de baron hem de toegezegde belooning zou uitbetalen.
«Kijk eens! wat mooie papiertjes heb ik hier!* fluister
de de baron. «Binnen weinige oogenbiikken behooren ze
u toe als ge nog een kleinigheid verricht, die wij ver
geten hadden.*
«En wat is die kleinigheid?*
«Bezorg ons een couvert, dat precies gelijkt op dit-
hier en schrijf daarop: «Mijn laatste wil.*
«Dadelijk, baron!* sprak de schrijver, verblind door
het zien van de bankbiljetten.
«Haast u dan.*
De baron keerde naar Minona’s boudoir terug en zag
juist, dat zij haar schrijftafel sloot.
«Waar hebt ge het kostbare document?* vroeg hij.
«Ik heb het voorloopig weggesloten.*
Men kan zich voorstellen in welke stemming mijn
heer Knablein den terugweg naar zijn zolderkamertje
insloeg. Ieder oogenblik voelde hij naar zijn borstzak
om zich te overtuigen, dat hij nog in ’t bezit was van de
groote som, die hem nu aan een fatsoenlijk bestaan kon
helpen. Hij wilde met de tram gaan, doch herinnerde
zich, dat de zakkenrollers met voorliefde in tramwagens
hun lange vingers gebruiken. Hij ging daarom te voet
de binnenstad door en stapte zoo flink door, dat hij in
een half uur zijn kamer bereikt had.
Zoodra hij de deur op slot had gedraaid, was zijn
eerste werk een ijzeren kistje voor den dag te halen
uit een oude linnenkast; dit kistje bevatte zijn spaar
penningen.
Hij schudde den inhoud op de tafel uit en telde het
geld nauwkeurig; het was een bedrag van negenhon
derd en zestig gulden, altemaal geld dat hij in het laat
ste halfjaar met arbeid voor mijnheer Vogel verdiend
sen zonder daarvoor iets als marktgeld verschuldigd
te zijn.
Ondernemers van zoogenaamde kermisspellen
kunstvertooningen of andere openbare vermakelijkheden
De BURGEMEESTER
Sneek, doen te weten
lo. dat door den Raad dier gemeente in zijne ver
gadering van den 6 September 1904 is vastgesteld na
volgend besluit
De Raad der Gemeente Sneek,
Gelet op de artikelen 232 en volgende der Gemeen
tewet
Besluit
Vast te stellen de volgende Verordening
A. Verordening op de Heffing van Markt
en Weeggelden voor Vee, in de Gemeente
Sneek.
Art. 1. Te beginnen met den 1 Januari 1905, zal
in de gemeente Sneek, eene belasting worden gehe
ven, onder den naam van marktgeld van het ter markt
aangevoerde vee en van weeggeld voor het
van de weegtoestellen.
Art. 2. Het marktgeld zal bedragen
Voor ieder paard of veulen
en voor elke volgende 100
opzetten en afbreken zullen volgens boven-
een geheel, gerekend worden.
Art. 4. Buiten deze belasting vallen de opkomsten
uit staanplaatsen op publieken gemeentegrond voor
die tenten en spellen, welke telken male vóór de
verpachting bedoeld in artikel 1 der Verordening op
de invordering, bij name zullen worden aangewezen.
De aanwijzing geschiedt door den Raad, en de ver
pachting der desbetreffende staanplaatsen krachtens
besluit ingevolge artikel 138 der Gemeentewet.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek bij zijn besluit van
den 6 September 1904 no. 20.
ALMA, Voorzitter.
JAC. van deb LAAN, Secretaris.
2o. dat vorenstaand besluit is goedgekeurd bij
Koninklijk Besluit van den 24 October 1904 no. 38 tot
1 Januari 1906
3o. dat bij het sub 1 vermeld heffingsbesluit behoort,
navolgende door den Raad der gemeente Sneek, mede
den 6 September 1904 vastgestelde
B. Verordening op de Invordering van het
Marktgeld voor Staanplaatsen in de Ge
meente Sneek.
Art. 1. De belasting, bedoeld in art. 2 der Verorde
ning op de heffing, zal worden geheven bij verpachting
voor een of meer jaren, naar het oordeel van Burge
meester en Wethouders.
Art. 2. De belastingschuldigen zullen het marktgeld
op eerste mondelinge aanvrage van den pachter moeten
voldoen meer dan één belastingschuldige voor dezelfde
uitstalling zijn hoofdelijk aansprakelijk.
Art. 3. In geval van verschil omtrent de invordering
beslist de politie, behoudens beroep op Burgemeester
en Wethouders.
Art. 4. Indien een belastingschuldige weigerachtig
is om het verschuldigde te voldoen, zal de pachter
hiervan terstond kennis geven aan den hiervoor aange
wezen ambtenaar, die daarvan overeenkomstig art. 275
der Gemeentewet, proces-verbaal zal opmaken en dit
ter hand stellen aan den Gemeente-Ontvanger, die
dan onmiddellijk zal overgaan tot de maatregelen,
voorgeschreven bij de artikels 258, 259 en 260 der
Voor
staand tarief hoogstens twee dagen, gedeelten voor
zullen iederen dag voor de ten dienste hunner vertooning
of vermakelijkheid ingenomen oppervlakte verschuldigd
zijn
Indien is ingenomen 10 M’ of daarbeneden 20 cent.
en WETHOUDERS van
moeten worden voldaan, door hem of door den persoon,
die het vee namens hem ter markt brengt of doet wegen.
Art. 4. Geen vee mag worden aangebonden of
gehokt, vóór dat het verschuldigde marktgeld is vol
daan het weeggeld wordt bij de weging betaald.
Art. 5. Ingeval van verschil over het bedrag van
het te betalen markt-of weeggeld, is de schuldenaar
verplicht het gevraagde bedrag te voldoen, behoudens
beroep op Burgemeester en Wethouders, die bij ge-
grondbevinding van het beroep zullen gelasten het te
veel gevorderde terug te betalen.
Art. 6. Het markt- of weeggeld, dat om welke
reden ook onbetaald is gebleven, wordt door den Ge
meente-Ontvanger ingevorderdovereenkomstig de
artikelen 258 en volgende der Gemeentewet.
Art. 7. Deze verordening treedt tegelijk met die
op de heffing in werking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek van den 6den September
1904 no. 19.
ALMA, Voorzitter.
JAC. van deb LAAN, Secretaris.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort,
den 12 November 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van deb LAAN, Secretaris.
van 1 Januari tot 1 Juni
alsvoren na 1 Juni
Art. 3. Voor het gebruik van de in art. 1 bedoel
de weegtoestellen is verschuldigd, voor het wegen van
een rund, schaap, varken, kalf of ander stuks vee f 0,20
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek van den 6den Septem
ber 1904 no. 19.
ALMA, Voorzitter.
JAC, van deb LAAN, Secretaris.
2o. dat vorenstaand besluit is goedgekeurd bij Ko
ninklijk Besluit van den 24 October 1904 no. 38 tot
1 Januari 1906.
3o. dat bij het Sub. 1 vermeld heffingsbesluit be
hoort, navolgende door den Raad der Gemeente Sneek,
mede den 6 September 1904 vastgestelde
B. Verordening op de invordering van
Markt- en Weeggelden voor Vee, in de
Gemeente Sneek.
Art. 1. De invordering van de in art. 2 der veror
dening op de heffing bedoelde belastingen zal geschie
den bij gaardering of bij verpachtingdie bedoeld in
art. 3 bij gaardering.
Art. 2. De bij gaardering ontvangen gelden zullen
door de daarmede belaste ambtenaren worden geboekt
in een door den Burgemeester geparafeerd register en
na afloop van iederen marktdag bij den Gemeente-
Ontvanger worden gestort, die in het register voor qui-
tantie zal teekenen onder vermelding van het ontvan
gen bedrag.
Art. 3. Het markt- of weeggeld is verschuldigd door
den eigenaar van het ter markt aangevoerde of ter we
ging aangeboden vee en zal op de eerste aanvrage
Gemeentewet, terwijl ook de artt. 261,262, 269 tot en
met 273 en 281 dier wet van toepassing zijn.
Deze verordening treedt tegelijk met die op de
heffing in werking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Sneek bij zijn besluit van
den 6 September 1904 no. 20.
ALMA, Voorzitter.
JAC. van deb LAAN, Secretaris.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 12 November 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van deb LAAN, Secretaris.
In de historie kent men verschillénde
ken, die beurtelings een groot deel der
kende aarde omvatten, die verre boven
andere rijken uitstaken, die wereldrijken
noemd worden.
Velen zullen het Bijbelsche verhaal kennen
over den droom des konings van Babylon,
die door Daniël verklaard werd. De koning
had in zijn droom een groot standbeeld gezien,
waarvan ’t hoofd van goud was en de boe
nen bijv, deels van ijzer, deels van leem. Da
niël verklaarde, dat dit beeld de vier wereld
rijken beduidde, die er zouden zijn.
Hij, die niet met Bijbelsche verhalen be
kend is, weet toch uit de geschiedenis, dat
deze vier wereldrijken moeten zijn: het Baby
lonische rijk onder koning Nebucadnesar
(Nabuchodonosor), het Perzische rijk van Cyrus,
daarna het rijk van Alexander den Grooten,
Koning van Macedonië en ten slotte het mach
tige Romeinsche rijk. De drie eerste rijken
breidden zich uit over geheel Voor-Azië tot
aan Voor-Indië; het Perzische nam ook Egyp
te in zich op; het Macedonische voegde de
gebieden van ’t Perzische rijk bij de Grieksch-
Macedonische wereld. Eindelijk ontwikkelde
zich het Romeinsche rijk, dat de Middelland-
sche Zee geheel als een binnenzee kon be
schouwen, daar al de landen om die zee er
toe behoorden.
Men noemt deze rijken met recht wereld
rijken, niet omdat zij de wereld, of ’t belang
rijkste deel der wereld omvatten, doch omdat
zij in zich opnamen ’t belangrijkste deel der
toenmaals bekende wereld, der wereld, waar
van de geschiedenis gewaagt en nog liefst
onze geschiedenis.
Want Indië, waarin Alexander de Groote
had. Daar kon hij nu de vijfduizend gulden bijleggen,
die hij thuis had gebracht. Het was een vermogen, dat
daar voor hem op tafel lag. Hij maakte plannen, hoe hij
het zou aanleggen. Eerst wilde hij
Wat was dat? Een gedruisch op de trap deed
hem ontstellen. Hij meende zachte schreden te hooren.
Neen, alles was stil. Maar hij was zoo verschrikt, dat
hij geen genoegen meer had in het zien van al zijn
geld. Hij lag het geld in het ijzeren kistje, zette dit
in de linnenkast en begon in de kamer heen en weer
te loopen. Zijn gedachten waren vervuld van een schoo
ne toekomst, waarin Mooi-Eefje een gewichtige rol
speelde.
«Wat zou de schrijver in het hoofd hebben?* sprak
juffrouw Nisser, terwijl zij met Eefje de tafel gereed
maakte voor den avondmaaltijd. «Hij loopt in zijn ka
mer heen en weer, als een leeuw in zijn kooi.*
Terwijl Jeremias Knablein aan zijn gedachten den
vrijen loop liet, zat baron Hoffmann bij de schoone Mi
nona en deed zijn uiterste best om aangenaam en onder
houdend te zijn. Gedurende het souper had hij den heer
lijken Rijnwijn duchtig aangesproken; merkbaar vroo-
lijk vertelde hij haar allerlei nieuwtjes en babbelde maar
steeds voort. Met angst en verwondering bemerkte Mi
nona welke verandering er bij haar gast plaats had.
Zijn gelaat was vuurrood geworden, zijn oogen glinster
den ongewoon en hij glimlachte voortdurend. Hij ge
droeg zich zoo ongedwongen alsof hij in zijn eigen huis
was. Na het souper stak hij een sigaar aan en kwam
bij Minona op de sofa zitten, toen Annetta de punch had
binnengebracht. Nadat zij van den heerlijken drank ge
proefd hadden, greep hij haar hand, kuste die en zei: «Wel,
lieve Minona, nu zult ge toch moeten erkennen, dat
ik met den grootsten ijver voor uw toekomst gezorgd
heb. Hoe koel zijt ge echter tegenover mjj?
(Wordt vervolgd.)
en WETHOUDERS van
De BURGEMEESTER
Sneek, doen te weten
lo. dat door den Raad dier gemeente in zijne ver
gadering van den 6 September 1904 is vastgesteld
navolgend besluit
De Raad der Gemeente Sneek,
Gelet op de artikelen 232 en volgende der Gemeen
tewet
Besluit
Vast te stellen de volgende Verordening
A. Verordening op de Heffing van Markt
geld voor Staanplaatsen in de Gemeente
Sneek.
Art. 1. Te beginnen met den 1 Januari 1905zal eene
belasting worden geheven onder den naam van markt
geld, wegens het innemen van plaatsruimte voor het
uitstallen van koopwaren en goederen en het plaatsen
van tenten, kramen en disschen op publieken gemeen
tegrond.
Art. 2. De belasting zal worden geheven
voor het uitstallen van koopwaren en goederen en het
plaatsen van tenten, kramen, disschen enz., volgens
het in art. 3 bepaalde vaste recht.
Art. 3. Het vaste recht zal bedragen
Voor tenten, kramen, disschen enz., zoomede van
alle waren of goederen, publieken gemeentegrond
innemende, voor iederen dag
per 3 M’ opperylakte 10 ct.
voor elke 3 M2 daarboven 5
onderdeelen er van voor een geheel gerekend.
De bewoner van een huis zal op de stoep en de
straat vóór het door hem bewoonde huis, des Dinsdags
tot ’s namiddags drie uur, voor zoover eene goede
politie zulks toelaat, zijne eigene waren mogen plaat-
31
>r
n
it
m
w
m
t,
if
1
r