1
VOOR SSEEE EN OISMEN.
MEI WS- EN lllWiTEJTIBLAD
i
DEDOODE MILLIOmiR.
I
60e Jaargang.
Woensdag 7 Juni 1905.
Zomergenoegens.
1
No. 45<
tó
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Kantongerecht te Sneek.
Uit de Raadszaal.
Feuilleton.
F
tus-
hetgeen
HOOFDSTUK X.
F'
toen
naar
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
de tegenwoordige wereld, over ’t minder in
tieme, huiselijke; doch we kunnen hier vooreerst
opmerken, dat ’t op de ouwerwetsche manier
tegenwoordig niet meer kan doorgaan; de we
reld is eenmaal veranderd. En dan ook het-
eens-er-op-uitgaan is een deel van de wijze,
waarop de menschen in de laatste tijden er ge
zonder op geworden zijn, er gemiddeld een
langeren levensduur door gekregen hebben.
1
was de
eens
14)
Toen Jenny eens de opmerking maakte, dat hij door
zjjne wandelingen met haar nogal veel van zijn werk
werd gehouden, antwoordde hij lachend, dat zijn vader
hem een ruime toelage gaf en het daarom niet noo-
dig was dat hij hard werkte.
De toon, waarop hij dit zeide, en daarbij een trek
in zjjn gtelaat, wilden Jenny Schmelzer niet recht be
vallen. Zonder zelf te weten waarom, maakte het bij
haar den indruk, alsof hij zich schaamde over iets,
dat haar nog onbekend was.
Stelde hij misschien zijne familie teleur, die wellicht
verwachtte, dat hij een schitterende loopbaan zou heb
ben, juist zooals met haar en hare familie het geval
was?
Zij vroeg hem naar zijn vader, naar het ouderlijke
huis, en hij verhaalde haar van de bekoorlijke landstreek
van zijn vader, majoor Hartmann en van zjjn nicht
Liesbeth.
Toen Hartmann over die nicht sprak, werd Jenny
wel wat jaloersch hoe dwaas! Welk recht had
zij op hem? Zij was toch verliefd op hem, en hij niet
op haar, doch zij had het tusschen hen te ver laten
komen; de volgende maal als hij haar ontmoette en de
gewone wandeling met haar wilde maken, verontschul
digde zij zich met te zeggen, dat zij spoedig thuis moest
wezen.
In de zitting van Woensdag 31 Mei 1.1. werden de
volgende vonnissen gewezen:
1 B. V., 41 jaar, veedrijver te Sneek, wegens
overtreding der Leerplichtwet, eene boete van f 2 subs.
1 dag hechtenis.
2 H. O., 34 jaar, werkman te Sneek, idem alsvoren,
eene boete van f 0,50 subs. 1 dag hechtenis.
3 A. B., huisvrouw van M. B., 41 jaar, te Bons
onder Ysbrechtum, idem alsvoren, eene boete van f 1
subs. 1 dag hechtenis.
4 J. M., 30 jaar, bakker te Sneek, wegens overtre
ding der Veiligheidswet, 2 boeten van f 3 elk subs.
2 dagen hechtenis voor iedere boete.
5 K. M. Ki, 53 jaar, voermansknecht te Sneek, we
gens het loopen langs den spoorweg zonder toestem
ming, eene boete van f 3 subs. 2 dagen hechtenis.
6 B. K., 18 jaar, bloemist te Sneek, wegens in de
gemeente Sneek over den berm van eene voor den pu-
blieken dienst bestemde wandelplaats gaan, eene boete
van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
7 T. M. v.d.V., 34 jaar, visscher te Oosthem, wegens
het visschen met aalfuiken met te kleine mazen, eene
boete van f 10.— subsidiair 2 dagen hechtenis en
verbeurdverklaring van de 2 in beslag genomen aal
fuiken.
8 J. K., 43 jaar, melkrijder te Hommerts, wegens
op den openbaren weg een trekdier laten staan, zonder
de noodige voorzorgsmaatregelen tegen het aanrichten
van schade te hebben genomen, eene boete van f 3
subs. 2 dagen hechtenis.
9 H. W., 2C jaar, voermansknecht te Sneek, wegens
het vervoeren van dieren op een noodeloos pijnlijke en
kwellende wijze, eene boete van f 3 subs. 2 dagen
hechtenis.
10 A. T., 55 jaar, sjouwerman te Sneek, idem alsvo
ren, eene boete van f 3 subs. 2 dagen hechtenis.
11 G. v. d. M., 30 jaar, slager te Parrega, wegens
in de gemeente Sneek een kalf met gebonden pooten
vervoeren, terwijl dat binden niet is geschied met rond
touw ter dikte van ten minste één centimeter middel
lijn, eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
12 T. H., 39 jaar, koopman te Joure, idem alsvoren,
eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
13 S. R., 55 jaar, vrachtrijder te Nijland, idem als
voren, eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
14 H. B., 50 jaar, slager te Sneek, idem alsvoren,
eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
15 P. W., 53 jaar, arbeider te Sneek, idem alsvoren,
eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
In het vervolg trachtte zij hem zooveel mogelijk te
vermijden, maar hij achtervolgde haar en vroeg wat er
aan scheelde. Stamelend verklaarde zij, dat de veel
vuldige ontmoetingen met hem noodlottig voor haar
waren: op de muziekschool werd druk daarover gespro
ken.
Hoe dwaas! riep Richard. Wat heeft dat te be
duiden? Met elke jongedame, die ik ken, zou ik immers
wel op straat kunnen spreken? Waarom zouden wij
dan niet samengaan?
Laat ons daarover nu niet verder twisten, ant
woordde Jenny blozend, en in het vervolg elk onzen
weg gaan.
Met deze woorden wilde zij heengaan, doch hij leg
de zijne hand op haar arm.
O neen, sprak hij, ik zou u vreeselijk missen
er is niets, wat mij zooveel genoegen verschaft als
die wandeling met u.
O, zeg dat niet, daar hebt ge geen recht toe!
Wat verkeerds is daarin dan!
Misschien vindt gij er niets verkeerds in, maar
misschien wel uw vaderof de mijne.
Richard beet zich op de lip. Zonder aan de gevolgen
te denken, was hij langzamerhand groote belangstel
ling voor Jenny gaan koesteren. Nu legde zij hem den
toestand voor oogen, en van zulke behandeling der za
ken hield hij niet.
Op antwoord wachtende, keek Jenny hem een oogen-
blik vast aan. Toen reikte zij hem de hand.
Vaarwel, sprak zij. Ik hoop, dat gij als man van
eer mij niet meer zult staan opwachten.
Als gij het stellig wilt, kan ik er niets aan ver
anderen, antwoordde hij de schouders ophalende; maar
ge kunt er zeker van zijn, dat ik onze gezellige wan
delingen zeer zal missen. Wanneer wij elkaar echter
16 P. N., 34 jaar, voerman te Sneek, idem alsvoren,
eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
17 G. H., 43 jaar, voerman te IJsbrechtum, idem
alsvoren, eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
18 A. C., 32 jaar, koopman te Hommerts, wegens
het rijden met een rijwiel, niet voorzien van een hel
der brandende, naar voren uitstralende lantaarn, ge
durende de maanden Augustus tot en met April, eene
boete van f 2 of 1 dag hechtenis.
19 S. W., 26 jaar, koopman te Hommerts, idem
alsvoren, eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
20 S. A., 14 jaar, zonder beroep te Oudega (W.),
idem alsvoren, eene boete van f 0,50 subs. 1 dag hech
tenis.
21 J. W., 42 jaar, kastelein te Dongjum, idem als
voren, eene boete van f 2 subs. 1 dag hechtenis.
22 W. D., 24 jaar, smid te Sloten, idem alsvoren
eene boete van f 2 of 1 dag hechtenis.
23 H. V., 56 jaar, boerenarbeiderged. te Lang
weer, wegens openbare dronkenschap bij 2e herhaling
gepleegd, eene hechtenis van 5 dagen.
24 D. R., 27 jaar, sjouwerman te Sneek, idem als
voren, bij 2de herhaling gepleegd, eene hechtenis van
3 dagen.
25 T. de H., 59 jaar, koopman te Sneek, idem als
voren, bij 3e herhaling gepleegd, eene hechtenis van 8
dagen.
26 J. D., 24 jaar, werkman te Sneek, idem alsvoren,
bij le herhaling gepleegd, eene boete van f 3 subs. 2
dagen hechtenis.
27 T. S., 64 jaar, arbeider te Sneek, idem alsvoren,
eene boete van f 1,50 subs. 2 dagen hechtenis.
28 A. K., 53 jaar, brugwachter te Sneek, idem als
voren, eene boete van f 1,50 subs. 2 dagen hechtenis.
29 J. de W., 71 jaar, grondwerker te Sneek, idem
alsvoren, eene boete van f 1,50 subs. 2 dagen hech
tenis.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27» cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
Vergadering van den Gemeenteraad van
Wymbritseradeel, op Zaterdag, den 3 Juni
1905, ’s voormiddags te 11 uur.
Tegenwoordig zijn alle (15) leden.
Voorzitter de heer M. H. Tromp, Burgemeester.
Secretaris' de heer J. Poppinga.
Punten van behandeling:
1. Notulen van den 13 Mei 1905.
Na lezing door den Secretaris worden ovengenoemde
notulen onveranderd vastgesteld en gearresteerd.
2. Ingekomen stukken en mededeelingen.
De Secretaris doet mededeeling van
a. Een schrijven van den heer E. Hazelhoff te Ue-
brechtum, onder dankbetuiging voor het hem verleende
verlof van 3 maanden voor herstel zijner gezondheid,
mededeelende, dat zijne gezondheid thans zoodanig is
verbeterd, dat hij met 1 Juni a. s. weer in functie kan
treden
b. Een idem van den heer N. A. Zwikker te Oudega,
dat hij, onder dankbetuiging voor ’t in hem gesteld
vertrouwen, zijne benoeming tot boekhouder bij de Al-
gemeene Armvoogdij aldaar, volgaarne aanneemt
c. Een idem van den heer Jan E. Zonderland te
j
En eer dat Richard geheel was bekomen van hetgeen
hij zoo juist had gehoord, was Jenny in de menigte
verdwenen.
De jongedame ging naar huis, sloot zich op in haar
kamer en schreide bittere tranen. Na een poosje ver
koelde zij hare oogen, ging naar hare moeder en klaagde
over zware hoofdpijntoen haar vader thuis kwam en
er van hoorde, werd de goede man booshij zei, dat
zij veel te hard studeerde en hij wilde niet dulden,
dat zij zich een ziekte op den hals haalde.
De dagen verliepen, maar Richard liet niets van zich
hooren en Jenny werd al bleeker en bleeker, zcodat
ten laatste een geneesheer werd ontboden.
Deze verklaarde, dat zij zenuwachtig waszij moest
zich ontzien en wat verstrooiing hebben daarom vroeg
haar vader eenig dagen verlof om een uitstapje te ma
ken en gaarne stemde hij toe, toen Jenny voorstelde
naar Freienwalde te gaan. Zij wist, dat dit Richard’s
geboorteplaats was.
Terwijl haar vader dien dag eene wandeling deed en
haar in het restaurant achterliet, vroeg zij inlichtingen
omtrent »De Kluis* en vernam alles, wat zij weten
wilde.
Natuurlijk wist zij ook van het ongewone avontuur,
dat haar vader had gehad en toen zij met hem »De
Kluis* voorbij wandelde, en hij daar vriendelijk werd
toegeknikt door een beeldschoone jongedame, vernam
zij, dat dit Liesbeth Werling was.
Kom, laat ik je ook eens in kennis brengen met
den majoor. Ik zal eens vragen hoe het met hem gaat.
Ach neen, vader, nu nietHet loopen heeft mij
toch erg vermoeid. Ik geloof, dat ijverig studeeren
voor mij maar het beste is.
Den volgenden morgen ging Jenny weer naar de
muziekschool en Richard Hartmann vernam van hare
schen Friesland en ’t Noorden
met Holland.
De boot van den heer P. de Jong
eerste die op Holland voer; en kom nu
kijken. Een vergelijking behoeven we niet
te maken.
We wonen hier in Friesland eigenlijk nog
een beetje te ver buiten ’t centrum der drukke
beweging. Maar toch kunnen we ook hier wel
bemerken, dat er in de zomermaanden een
algemeene trek bestaat naar zich eens te
verplaatsen, laten we het zoo maar noemen.
We bemerken ook hier, hoe ’t bezoeken van
familie, die wat ver af woont, een gewoonte
wordt. We gevoelen evenzeer behoefte aan
uitgaan, aan ’tzien van een ander gewest, een
andere omgeving, een andere natuur.
Wat een verschil bij vroeger! Toen gold
een reis bijv, van Sneek naar Amsterdam voor
een gebeurtenis, ft woord événement was toen
nog onbekend,) en men bleef toen meer dichtbij
huis.
Doch thans! De verkeersmiddelen zorgen
voor extra-goedkoope reisgelegenheden; de
prijzen voor ’t personenvervoer zijn thans zoo,
ten minste in de reismaanden, dat men over
de min of meer groote afstanden niet meer zoo
erg behoeft te practiseeren. Men reist reeds
sinds jaren van Harlingen naar Maastricht, van
Delfzijl naar Vlissingen per Staatsspoor Voor
twee gulden. De Holl. IJz. Sp. Mij heeft even
eens aparte rondreisbiljetten beschikbaar ge
steld, waarmee men heele afstanden voor wei
nig geld kan afleggen.
Daardoor wordt men wel tot reizen uitge-
noodigd. Maar voeg hier bij de geheel ver
anderde levensvoorwaardenlevensbeschou
wingen, geldelijke capaciteit, enz. enz., dan
moet men erkennen, dat we thans heel anders
leven dan een halve eeuw geleden.
Heel anders! Toen hier de spoorlijn Stavo
renLeeuwarden werd gelegd, zeiden
niet de lui, die ’t vervoer van Sneek
Leeuwarden in handen hadden: O, we zullen
je precies zeggen, dat er zoo en zooveel men
schen per dag (ongeveer twintig) van de nieu
we reisgelegenheid gebruik zullen maken.
Kom daar nu eens mee! ’t Gaat er net
mee als met de eerste boot verbinding en
van ons land
Dit laatste haalden we alleen maar aan om
de veel veranderde omstandigheden even aan
te stippen. We zouden hier haast vergeten,
dat we over zomergenoegens een klein woordje
wilden schrijven. Doch deze staan werkelijk
in verband met de geheel veranderde maat
schappij; de kolossaal vermeerderde spoor- en
andere verbindingen zijn een gevolg van de
veranderde toestanden, maar ook voor een
goed deel de oorzaak.
Een andere oorzaak is ook, dat door de
meerdere welvaart meerdere behoefte aan
»eens uitgaan* ontstaan is.
En dan is er een groote reden, en wel deze:
In de groote steden hoopen zich de men-
schenmassa’s op.
De groote-stadsbewoners, die zoo lang bin
nen de lange rijen van hooge muren zich be
kneld voelen, krijgen een steeds grootere aan
drang naar »we-moeten-eens-buiten-zijn.« Waar
de bewoner der kleine plaatsen, de kleine pro-
vincie-man begeerte gevoelt het groote stads
leven eens te zien, heeft de man van de groote-
stadslucht een aandrang om eens buiten te zijn,
eens >echt buiten.*
De groote-stads-menschen, ze genieten, als
ze eens ver van de huizenzee zijn. De stre
ken, die hiervoor bekend zijn, ’t Gooi, Zeist
Driebergen, de Veluwzoom, Apeldoorn, Nijme
gen, Breda, en dan de badplaatsen, en dan bijv.
Zuid-Limburg, ze zien in steeds grooter schare
de reizende stadsmenschen en die daarmee reis
behoefte gevoelen, naar hare uitnoodigende
villa’s, pensions, hotels trekken.
We zouden hierover nog lang kunnen door
praten. De veranderde toestanden hebben bijv,
heel andere feestelijkheden in zwang gebracht
dan vroeger. De kermissen zijn veranderd,
heel wat. En ze bestaan nog steeds in haar
veranderingen, doordat de idee van uitgaan er
niet minder op geworden is. Wedstrijden, con
coursen, tentoonstellingen, en dan sport en
nog eens sport lokken van alle kanten en in
alle deelen des lands bezoek.
Er zijn feestelijkheden, die vroeger meer
volk trokken dan tegenwoordig. Maar er
is ook zóóveel nieuw amusement bijgekomen.
In ’t kort gezegd, mag men verklaren, dat
er véél meer aan reizen wordt gedaan dan voor
enkele tientallen jaren; véél meer.
Dit heeft zijn voor en zijn tegen. We kun
nen 't best aanhooren, dat de ouderen van da
gen brommen over ’t meer-uithuizig-zijn van
bij toe val ontmoeten, mag ik u dan aan spreken?
Alleen alsals
Welnu, als
Als ge mij toestaat, dat ik mijn ouders bekend
maak met onze geregelde wandelingen, en zij mij dan
verlof geven onze kennismaking voort te zetten.
De jonkman aarzelde. Voor hem maakte het een
groot onderscheid, of hij met haar omging zonder of
met medeweten van haar vader. Hij had volstrekt
geen slechte bedoelingen zorgeloos van aard, had
hij veel genoegen gevonden in den omgang met het
meisjemaar aan ernstige bedoelingen had hij in het
geheel niet gedacht. En toch wilde hij niet zoo maar
voetstoots afzien van den omgang met de jonge dame.
Natuurlijk heb ik er geen bezwaar tegen, dat
ge met uw vader spreekt over onze kennismaking, ant
woordde hij. Zoudt gij het goedkeuren, wanneer ik
op een namiddag, als ge thuis zijt, eens kwam hooren hoe
het met u gaat? Ik... ik had dit reeds eerder moeten doen,
maar nog geen enkele maal hebt ge mij uw adres
gezegd.
Zij gaf hem haar adres, en voegde er bij, dat hij ’s
avonds niet moest komen, dan was haar vader niet
thuis.
O, ik begrijp u, hij is zeker’s avonds verbonden
door zijn zaken.
Jenny verbleekte een weinig, en hare lippen trilden
toen zij antwoordde:
Neen, mijn vader is coupletzanger.
Bijna even bleek als zij, keek Richard ontsteld naar
den grond. Er verliep wel een minuut, voordat Jenny
het hoofd liet zakken, en gelaten zeide:
Nu weet ge het precies. Ge kunt ons komen
bezoeken, wanneer ge wilt; maar ik verzoek u dringend
I mij niet weer aan te spreken, voor ge dat gedaan hebt.
•a
k
I
i
I
HJRAN
Sh
DurK