t)
VOOR SJEES ES «WEES.
i
MEIWS- El IPTEETEfflEBLiD
Twee gescheiden landen.
DE DOODE MILLIONHAIK.
5
Woensdag 28 Juni 1905.
80e Jaargang.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Officieels Advertentie.
Kantongerecht te Sneek.
Feuilleton.
den val van
Voorbereidend Militair Onderricht.
een
HOOFDSTUK XIV.
HOOFDSTUK XV.
Men ziet ’t bijna altijd: Wat niet bijeenbe-
hoort, kan door geen dwang op den duur bij
eengehouden worden. Ierland zou haast een
geschikt voorbeeld zijn, om de waarheid van dit
gezegde tegen te spreken. Sedert eeuwen is
dit land onder Engelsche heerschappij, steeds
werd het onderdrukt door de Britsche heer-
schers en toch vond Ierland nooit de kracht
zich zelfstandig te verheffen. Toen onze stad
houder Willem III zijn schoonvader Jacobus II
van den Engelschen troon stiet, moest in Ierland
de laatste strijd geleverd worden. Ook in de
dagen van Napoleon bestond er plan om met
Fransche hulp ’t groene Erin van Albion af
te scheuren; doch daar kwam niets van.
Thans wikkelt zich de herrie tusschen Zwe
den en Noorwegen af, om misschien voor goed
tot een geregelden toestand te komen. Een
Noorsch blad heeft de verhouding tusschen de
beide Scandinavische landen vergeleken bij
die tusschen Nederland en België. Dit blad
wijst er op, dat Zweden thans voor ongeveer
dezelfde kwestie staat als Nederland in 1830
en dat koning Willem I destijds negen jaren
20)
James Walter werd in zijne overpeinzingen gestoord
door het binnentreden van den kellner. De millionnair
dineerde voortreffelijk, rookte zijn sigaar, ging vervol
gens uit en bracht den avond door in den Wintertuin.
Den volgenden dag beantwoordde hij het telegram
van Gerhard Heyl, wandelde daarna en schepte behagen
in al de verfraaiingen, zooalsde bewoner eener kleine
plaats bij zijn eerste bezoek aan een groote stad.
Vermoeid keerde hij in zijn hotel terug en rustte wat
uit. Het vele wandelen had hem een weinig aangegre
pen.
Terwijl hij zoo op de sofa lag, herinnerde hij zich,
dat jaren geleden een dokter hem gewaarschuwd had
voor te groote krachtsinspanning en voor hevige ge
moedsaandoeningen, daar zijn hart niet geheel in orde
was. Aanvankelijk had de gedachte, niet recht gezond
te zijn, hem wel eenigszins beangstigd; doch later had hij
alles vergeten. Waarom zou hij zich ook te veel inspan
nen? Hij kon immers een gemakkelijk leventje hebben
en anderen betalen, die zich voor hem inspanden!
Heden voelde hij zich echter toch vermoeid en was
blijde, dat hij kon blijven liggen tot het tijd was om te
dineeren.
Voor de afwisseling wilde hij vandaag eens in een
restaurant dineeren, en daarom ging hij per rijtuig naar
Hiller, «Onder de Linden*. Nadat hij had gegeten, was
De Burgemeester van Sneek, brengt ter kennis van
de ingezetenen, dat jongelieden tusschen den 16- en
24-jarigen leeftijd, die in den a. s. winter wenschen
deel te nemen aan het voorbereidend Militair Onder
richt, zich bij hem kunnen aanmelden, voor den 1
Juli a. s.
Voorts wordt herinnerd, dat de bij de Militie in te
lijven lotelingen, alléén dan aanspraak kunnen maken
om te worden ingedeeld bij het Korps en in het Gar
nizoen hunner keuze, wanneer zij door het bij wonen
van bovengenoemd onderricht, een bewijs van militaire
bekwaamheid hebben weten te verwerven, welk bewijs
kan worden verkregen,door gedurende de twee winter-
tijdperken, welke voorafgaan aan de inlijving als mi
licien, met vrucht aan het voorbereidend Militair On
derricht deel te nemen.
Sneek, den 22 Juni 1905.
De Burgemeester voornoemd,
ALMA.
In de Woensdag 21 Juni gehouden zitting werden
de volgende vonnissen gewezen:
1 G. G. G., 24 jaar, ged. te Workum, wegens open
bare dronkenschap, eene boete van f 1.50 subs 2 dagen
hechtenis.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 2‘/» cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
waren nog drie jonge mannen geuoodigd, met wie Hol
lenberg eerst na zijn huwelijk had kennis gemaakt.
Een van hen had vroeger de reis gemaakt, die graaf
Ahlers wilde gaan ondernemen, en kon daardoor allerlei
nuttige wenken geven.
Tegen elf uur namen deze drie heeren afscheid, om
dat zij elders verwacht werden, zoodat graaf Ahlers en
Heinz Werlingnog watbij Hollenberg voortpraten. Hol
lenberg was daarover zeer tevreden en verheugde zich
reeds in het vooruitzicht, dat hun plan zou slagen.
Werling was zeer vroeg gekomen om nog met den
gastheer te kunnen spreken voor de aankomst der ove
rige gasten. Om zijn plan te doen gelukken, was het
noodig, Hollenberg in den waan te brengen dat hij bereid
was zijn rol te vervullen in het duivelachtige komplot.
Heinz bekende daarom, dat hij in een wanhopigen toe
stand verkeerde en alzoo geen andere keuze had dan
het voorstel aan te nemen, zoo hij tenminste op een
goeden voet wilde blijven leven.
Hij ging echter zeer voorzichtig te werk. Hij wees
op groote gevaren, waaraan hij zich blootstelde bij het
vervullen van eene werkzame rol in »het ongelukkig
toeval.* Heel slim liet hij zich door Hollenberg uitleg
gen, welke maatregelen van voorzichtigheid deze met
Goldstein had getroffen en daaruit vernam Heinz
genoeg om meester te wezen, wanneer hij den tijd geko
men achtte om deze troef uit te spelen.
In den tijd, die er verliep tusschen zijn eerste gesprek
met Hollenberg en het thans gehouden diner, had Wer
ling goed over de geheele zaak nagedacht. Deze reis
naar Amerika bevrijdde hem van al de kwellingen en
vernederingen, waaraan hij hier te Berlijn elk uur was
blootgesteld. Bovendien meende hij, dat het de eenige
mogelijke manier was om die schurken te ontmaskeren,
wanneer hij zich zoo ver met hun plan inliet, dat zij
het nog geen tien uur; het was eene schoone avond,
daarom besloot hij eens te gaan zien naar zijn woning
in de Diergaardestraat. Daar was hij nog niet geweest.
Toen Walter daar kwam, was de portier wel eenigs
zins wantrouwend. Een geheel vreemd heer, die zich
bekend maakte als huurder van de eerste verdieping
hm... het was zijn plicht zeer voorzichtig te zijn.
Ge hebt gelijk, dat ge voorzichtig zijt, sprak James
Walter lachend. Maar nu stellig nog niemand weet,
dat een heer, James Walter, de eerste verdieping ge
huurd heeft, behoeft ge er niet aan te twijfelen, of ik
de rechte man wel ben.
Ah, mijnheer James Walter! Ja, u is bekend, de een flesch selterswater met cognac,
krant bevatte een groot artikel over den millionnair.
Wat? Is dat waar? vroeg de ander met gefronst
voorhoofd. Dan moet ik hier mijn intrek vroeger nemen,
dan ik eigenlijk van plan was. Is mijn bagage reeds hier?
De portier antwoordde toestemmend.
Dan kan ik u dadelijk bewijzen, dat ik de rechte
man ben ik heb de sleutels van al mijn koffers bij
mjj.
Datgeloof ik welen toch het moge
u vreemd toeschijnen. u zult het mij onder deze om
standigheden moeten vergeven, als ik u verzoek mor
gen terug te komen met den agent van het woning
bureau
Die man heeft mjj ook nog nooit gezien maar
die zal mij geen zwarigheden in den weg leggen.
Ik zal hem dadelijk schrijven, dat hij morgen bij mij
in het hotel moet komen. Nu hoe het ook zij ik
ben blij in u zoo’n voorzichtig en nauwlettend man
gevonden te hebben.
Dank u, mijnheer, maar ik ga deze betrekking
verlaten. Mijnheer Seebeck, de agent, weet het; hij heeft
reeds gezorgd voor een geschikten opvolger.
landen in elk geval geen godsdienstkwestie
bestaat. In beide is de Luthersche godsdienst
de godsdienst en ’t aantal Katholieken is zoo
gering, dat ’t niet in aanmerking behoeft te
komen. Ook de beide talen, het Zweedsch en
het Noorsch verschillen niet zeer veel. Doch’t
schijnt, dat toch de beide volken niet bij elkaar
behooren.
Men zou anders denken, dat er geen beter
verbond kon gesloten worden dan tusschen de
drie Scandinavische staten, want ook Dene
marken behoort er bij. Reeds eeuwen gele
den, ’t was in 1397, vereenigde de Unie van
Calmar de drie landen onder ’t bestuur van het
Deensche vorstenhuis. In 1523 werd Zweden
echter een onarhankelijk koninkrijk onder
Gustaat Wasa. Noorwegen bleet getrouw aan
’t Deensche vorstenhuis. Wel beproefde de
Zweedsche koning Karel XII Noorwegen te
veroveren, doch dit geschiedde niet. Eerst in
1814 werd Noorwegen van Denemarken ge
scheiden en aan ’t Zweedsche vorstenhuis ge
geven. ’t Was een soort vergoeding. Op ’t
Weener Congres, dat we zooeven noemden,
heerschte de stelregel: Ieder, die tegen Na
poleon was, moet beloond, die vóór hem was,
gekastijd worden. En nu was Denemarken erg
Franschgezind geweest, zoodat Engeland zich
zelfs, om de heerschappij ter zee te behouden
e.i duidelijk te maken, verplicht had geacht
om de geheele Deensche vloot in de haven
van Kopenhagen te vernietigen. Nu had de
koning van Zweden, Karel XIII, een dwazen
oorlog gevoerd met Rusland en daardoor Fin
land en ook de sympathie van zijn volk verlo
ren. Daar hij geen erfgenamen bezat, koos
men in Zweden den Franschen maarschalk
Bernadotte tot troonopvolger. De Zweden
hadden toen nog de handigheid van tegen Na
poleon te strijden na diens terugtocht uit Rus
land. Als vergoeding voor ’t verlies van Fin
land zou Noorwegen bij ’t Zweedsche rijk ge
voegd worden. Dit geschiedde ook. en een
Noorsche landdag keurde de Unie na vrij wat
tegenstand goed.
In de vlag der beide landen kwam 't unie-
teeken. Het huis-Bernadotte regeerde over
beide. Doch overigens was er algeheele schei
ding. Wat de Zweden bedoelden, een aan
hechting van Noorwegen bij hun land, ge
schiedde niet. Toch beschouwden de Zweden
zich als ’t heerschende volk. Te Stockholm
zetelde ’t ministerie van Buitenlandsche zaken,
dat voor beide landen dezelfde consuls aan-
Ofsehoon een beetje ontevreden, moest James Walter
op weg naar zijn hotel toch lachen om zijn merkwaardi-
gen toestand. Toen hij te Johannesburg per telegraaf
aan een agent van vaste goederen te Berlijn last gege
ven had een woning voor hem te huren, had hij er
volstrekt niet aan gedacht, dat hij in zijn geboortestad
volslagen onbekend was. Doch kom, met zijne papieren
in de hand kon hij gemakkelijk aantoonen, wie hij was.
Zoodra hij in het hotel was aangekomen, schreef hij
een paar regels aan den agent, waarin hij verzocht mor
gen de sleutels van zijne 'woning te mogen ontvangen.
Hii scheldeden kellner, gaf hem den brief en bestelde
Het is toch een wonderlijke gedachte van den por
tier, dat een zwendelaar in mijne plaats de woning zou
binnengaan, maar niemand kent mij hier te Berlijn,
de hotelhouder is eigenlijk de eenige, die zou kunnen
bevestigen dat ik James Walter ben en de kellner
voegde hij er in gedachten bij, toen deze binnenkwam
met den cognac en het selterswater
Hoe heet je? vroeg hij hem.
Louis Brandon.
Je bent een Zwitscher. Waar hoor je thuis?
Te Genève.
James Walter gevoelde zich niet op zijn gemak.
Genève was ook de geboorteplaats van Fernand Robi
net. Daar was deze ook verliefd geworden op Thérèse
Loraine, voordat ze als gouvernante naar Duitschland
was gekomen.
stelde. Doch dit bracht juist een geheel an
dere uitwerking dan de Zweden gehoopt had
den. De Noren, die veel meer scheepvaart
drijven dan de Zweden, wilden afzonderlijke
consuls en de koning, die den Zweedschen
koers volgde, weigerde zijn toestemming. De
gevolgen heeft men eindelijk gezien. Noorwe
gen heeft gewoon de Unie opgezegd en den
koning aan den dijk gezet.
Zal het ook negen jaren duren, voor Zweden
zich bij ’t fait accompli neerlegt, vraagt een
Noorsch blad. Voor beide landen lijkt ons ’t
beste toe, dat zij zich schikken in den nieuwen
toestand. Laat er een Zweedsche prins tot
koning van Noorwegen benoemd worden, of
als de berusting in den toestand van de
zijde des konings te veel moeite vordert
laat Noorwegen een republiek worden, ’t beste
zal zijn, én voor Zweden èn voor Noorwegen,
dat zij samen één kant uitgaan, dus minstens
een zeer intiem of- en defensief verbond met
elkaar sluiten. Beide landen zijn vrij groot
van oppervlakte, doch dun bevolkt. Zweden heeft
lang geen zes millioen, en Noorwegen 21/a
millioen inwoners, terwijl ze samen 23 maal
zoo groot zijn als ons land. Beide landen
vreezen de Russische ambitie, die wel eens een
der Noorsche fjorden als oorlogshaven zou
kunnen beoogen.
Het zou best kunnen zijn, dat de krachtige
optreding van ’t Noorsche Storting een geluk
voor beide landen wordt. Zweden’s hegemonie,
die den Noren een doorn in ’t oog was, zal bij
gelijke rechten toch blijven bestaan door de veel
grootere bevolking.
Er is nog een tweelingstaat, die op scheiding
wacht, nl. Oostenrijk-Hongarije. Merkwaardig
is de toestand daar veranderd. Op kaarten
van voor dertig jaren, toen de scheiding tus
schen ’t keizerrijk Oostenrijk en ’t koninkrijk
Hongarije toch reeds eenige jaren bestond,
achtte men ’t niet noodig, de grenzen van
Hongarije precies aan te geven, ’t Was im
mers toch één land. En thans! De bom
schijnt bezig te barsten. Wat er van komen
zal
Het kleine diner ten huize van Koert Hollenberg, dat
acht dagen uitgesteld was, had plaats en verliep zeer
aangenaam. Behalve graaf Ahlers en Heinz Werling
gewacht heeft, vóór zijn erkenning van Bel-
gië’s onafhankelijkheid kwam.
Het Weener Congres, dat na
Napoleon de kaart van Europa weer in orde
moest brengen en daarmee maanden werk had,
en soms zooveel werk, dat ’t scheen, alsof er
weer oorlog zou komen; dit congres had België
bij Nederland gevoegd.
Deze beide landen behoorden bij elkaar. In
den tijd, toen ’t leenstelsel zich ontwikkelde,
waren de Nederlanden in verschillende hertog
dommen, graafschappen en bisdommen ver
deeld en eerst onder de Bourgondische vor
sten kwam er vereeniging, nadat de band,
die deze landen met Duitschland en Frank
rijk verbond, reeds lang verslapt was. On
der keizer Karel V werden al de Neder-
landsche gewesten vereenigd en heetten ze als
Bourgondische kreits bij ’t Duitsche rijk te be
hooren. Doch spoedig kwam er scheiding. De
80-jarige oorlog bracht een vrij Noord-Neder-
land, waar de protestantsche godsdienst over-
heerschend was en liet Zuid-Nederland, waar
de katholieke godsdienst algemeen behouden
werd, in Spaansche macht. Sedert bleef de
scheiding bestaan en daar zou ’t Weener Con
gres een einde aan maken. Doch door geen
congres is een godsdienstige, staatkundige en
taalkundige scheiding uit te wisschen. Na 15-
jarige vereeniging kwam de Belgische opstand,
en Fransche en Engelsche invloeden en be
moeiingen zorgden, dat die scheiding volkomen
werd. Doch eerst in 1839 erkende Willem I
de Belgische onafhankelijkheid. Al spoedig
daarna verdween de wrok in de harten der
Noord-Nederlanders en zelfs lokte de heer
schappij van ’t Fransch in België een aaneen
sluiting op taalgebied tusschen een groot deel
der Belgen en de Noord-Nederlanders uit.
Thans, nu België met de Luiker wereldten
toonstelling zijn 75-jarige onafhankelijkheid
viert, is er geen mensch in Noord-Nederland,
die daarbij onprettige gevoelens in zich voelt
opkomen.
Doch laten we hier opmerken, dat er reeds
dadelijk na de Belgische herrie een volkomen
scheiding tusschen beide landen kwam. Scheen
’t eerst nog, alsof de prins van Oranje de Zui
delijke Nederlanden voor zijn vorstenhuis kon
behouden, heel spoedig verdween die illusie.
Zal ’t ook zoo gaan tusschen Zweden en
Noorwegen?
Laten we eerst zeggen, dat tusschen deze
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
IURANT